1894 N°. 149. Dinsdag 18 December. «Slist! week-, boter- en graanmarkten SCHOOLBEZOEK. Kleinhandel in Sterkedrank Belasting op de Honden De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond, uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Gcos, f 1,75. Afzonderlijke nommers 5 cent; met bijblad 10 cent. Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Adverientiën voor dit blad aangenomen bij de heeren Nijgh Van Ditmar, te Botterdam m verder bjj all© Boekverkocpers er» Brievengaar dcrfL De prps der gewone adverientiën is van 1-5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 ets. Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prjjs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, ha welp ks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden vaD 110 regels a 1,berekend. Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel. van Advertentie» v&wr luren* 05a den» dajj der maaunxtwaamamss&siarei'tr.ïjw Wegeus het KERSTFEEST en den NIEUWJAARSDAG zullen de gewone alhier in plaats van op 25 December en 1 Januari 1895 gehouden worden op JJfnsftu«ia*g «iei* 24 December eu Woensdag: dein 2 Januari 5895. Goes, den 8 December 1894. Burgemeester on Wethouders van Goes, J. G d. W. HAMER VAN REIGERSBERG VERSLUIJS. zal voor dexe gemeente zijne tweede zitting houdan op WOENS DAG den 16 JANUARI 1895, drs morgens te 10 uren, in eea lokaal in hot gebouw der Provinciale Griflie toegang hebbende tot ue achterdeur, dio uitkomt in de Abdypoortbij de Giststraat te Middelburg, in welke zitting uitspraak zal worden gedf.au omtrent hen, die als plaatsvervanger on nouimerverwisseiaar verlangen op te treden. De loteliug, omtrent wien de militieraad in zijne eerste zitting reeds uitspraak heeft gedaan, behoeft u i e t in de tweede zitting te verschijnen, ten ware hij daarin een plaatsvervanger of uummerverwisselaar mocht willen stellen. Voorts zal op den 24 Januari ter zelfder ure eu plaatse, gelegenheid worden gegevsu voor al de lote'iingen, wier plaatsvervangers of nommerverwisselaars niet mochtea zijn toegelaten, om als zij dit verlangea mochten, anderen in hunne plaats aan te bieden Goes, den 15 December 1S94. Burgemeester cn Wethouders van Goes, J. G. d. W. HAMER. De Secretaris, VAN REIGERSBERG VERSLUIJS. De onders of verzorgers van kinderen boven de zes of be neden de twaalf jaren, die volgens de daarvan te ma*en staten zich op 1 Januari in de gemeente bevinden, doch niet ter school gaan. Kuunen vanwege de gemeente gevne ondersteuuing (geneeskundige hulp uitgezonderd) ontvangen, tenzij zij aan- toouen, dat hunne kinderen ten onrechte op den ter secretarie ter lezing te leggen staat van niet-s?hoo!gaaadon zijn gebracht, of dat hun het niet schoolgaan dier kinderen niet is t^ wijten. Goes, den 15 December 1894. Burgemsoster en Wethouders van Goes, J. G. d. W. HAMER. De Secretaris. VAN REIGERSBERG VERSLUIJS. Vergunning is gevraagd tot uitoefening van den door W. D. J. KUIJS, in dezelfde localiteit als thans geschiedt, in het perceel wijk D uo 221, door J. F. W. Van den Dungeu. Bezwaren kunnen worden inged end vóór den 22 December a. s. des namiddags 1 uur. Goes, den 15 December 1894. Burgemeester en Wethouders van Goes, J. G. d. W. HAMER. De Secretaris. VAN REIGERSBERG VERSLUIJS. Het tweede suppletoir-kohier voor 1894 van de is door den Raad in zijne vergadering van den 6 üecomber jl. vastgesteld eu zal na de uitreiking van het aanslagbiljet ge durende eene maand ter inzage liggen, gedureude welken tijd de aangeslagenen hunne bezwaren op ongezegeld papier bij den Raad kunnen indienen. Goes, den 15 D.-cembcr 1894. Burgemeester en Wethouders van Goes, J G. d. W. HAMER De Secretaris, VAN REIGERSBERG VERSLUIJS. Algemeen Overzicht. De UTederlandsche Tweode Kamer heeft bijna de gebeele week besteed aan de behandeling der be grooting voor Binnenlandsche Zaken, en noch de herhaalde aanmaning des voorzitters om toch voor al de discussiën te willen bekorten, noch de straf van zittingen op Maandag en Zaterdag mitsgaders op meerdere avonden, hebben de leden ertoe kunnen brengen hunne breedsprakigheid te beperken. Men is geneigd te vragen wat de Kamer toch eigenlijk wil? Bij herhaling en van meer dan éene zijde is er op gewezen, dat dit ministerie eigenlijk maar éene taak heeftde kiesrechtregelingdat het zich derhalve van het voorstellen van andere ontwerpen heeft te onthouden en vooral geene ingrijpende maat regelen mag treffan. En toch vraagt men bij op volging aan elk der ministers een reeks van meer of minder belangrijke zaken, waarvan men vooraf reeds met groote zekerheid weet, dat de regeering aan den wensch geen gehoor geeft, of den vrager met een algemeen antwoord tracht te bevredigen. Waartoe dan al die vragen Ware het niet beter ook te dien opzichte met een parlementair gebruik, dat in een misbruik dreigt te ontaarden, te breken? 't Was in do afgeloopen week bij de behandeling der begrooting voor Binnenlandacbe Zaken dan ook weder hetzelfde geval, erger zelfs dan in andere jaren. Discussiën zonder einde en zonder eenig prac- tisch nut, althans cp dit oogenblik. Zoo gaf b. v. de Goesche afgevaardigde jhr. De Savornin Lohman eene beschouwing over het lager onderwijs der toekomst, zooals hij het zou wenschen, eene beschouwing, natuurlijk voel overeenkomende met zijn betoog, verleden jaar in de Eerste Kamer gehouden, en die hij, volgens zijne eigene verklaring, alleen ten beste gaf, omdat hij nu getuigenis wilde afleggen van zjjne denkbeelden, daar men op politiek gebied altijd gedachtig moet zijn aan het »gedenk te sterven". Deze laatste opmerking doet onwillekeurig de vraag rijzen of de zetel van den heer Lokman eenigszias wankel begint te worden. Dat hij niet meer zoo vast staat als in vroeger jaren is bij de jongste verkiezing gebleken, toen da eigen partij- genooten eraan begonnen te schudden. Maar het eind van den strijd was toch eene overwinning, schitterend genoeg om daarin allerminst aanleiding te vinden tot het maken van een politiek testament. Is dan later in den boezem der eigen partij het twistvuur nog wat aangeblazen, zoodat voor- en tegenstanders scherper tegenover elkander staan, en zijn de laatsten in kracht toegenomen Wij stellen slechts vragen, waartoe de uiting van den heer Lohman, gelooven we, alle aanleiding geeft. Maar voor het overige schijnt ons de geheel© beschouwing van den heer Lohman, hoe belang wekkend ook op zich zelf, weinig van pas bij dit begrootingsdebat, tenzij om te doen uitkomen, dat metterdaad onze Goesche afgevaardigde en de mi nister van Binnenlandsche Zaken elkander meer naderen in hunne wenschen ten opzichte van het lager onderwijs, dan zij zolven misschien hebben be vroed. Want terwijl de keor Lohman in hoofdzaak wilde, dat alle onderwijs van rijkswege zou worden gegeven, doch dat de geest der ouders van invloed zou zijn op de richting van het onderwijs, zoodat men dus ongeveer van rijkswege gestichte secte- scholen zou krijgen, gaf de minister Van Houten, die natuurlijk dit denkbeeld ten sterkste bestreed, toch als zijne meening te kennen, dat vanzelf het openbaar lager onderwijs b.v. in Brabant een geheel anderen geest zal ademen dan dat in de meer so cialistisch getinte streken in het noorden. Maar het was niet de heer Lohman alleen, die het begrootingsdebat rekte. Tal van andere leden maakten zich mede daaraan schuldig en de meesten op vrij wat minder belangstelling wekkende wijze dan hij. 't Was alsof men telkens den minister wilde verlokken om toezegging te doen van een of anderen ingrijpenden maatregel en hem afvoeren van het be ginsel, dat hij gezegd heeft te zullen vasthouden, nl. van zich zooveel mogelijk te onthouden van iets te doen, dat ligt buiten het kader der werkzaam heden, waarvoor hij acht te zijn geroepen tot het ambt, dat hij thans bekleedt. En het moet gezegd worden, dat mr. Van Houten onwrikbaar aan dat beginsel heeft vastgehouden. Natuurlijk maakt daar door zijn optreden soms den indruk, alsof hij niet geneigd is gehoor te geven aan de wenken der volks vertegenwoordiging of aan de verzoeken tot hem gericht. Maar wij gelooven, dat elk onpartijdig beoor- deelaar zal moeten erkennen, dat de minister voet bij stuk heeft gehouden, met geene ijdele of niets zeggende beloften getracht heeft de Kamer tevreden te stellen, maar dat hij kort en krachtig telkens zjjne zienswijze heeft gesteld tegenover die dor volks vertegenwoordiging, afwachtende, of hem na de kies wet een ministriëal leven zal worden gegund, dat hij dan zeker gaarne zal wijden aan verschillende onderwerpen tot zijn departement behoorende. Terecht zegt dan ook de N. R. Ct. in haar Ka meroverzicht van jl. Zaterdag ■pKwamen er op dit hoofdstak (Binnonl. Zaken) weinig voorstellen voor, die tot barden strijd aan leiding geven konden, de minister heeft zich desniet temin tegen hevige aanvallen te verdedigen gehad en aan eene vermoeiende discussie over algemeene en bijzondere punten van regeeringsbeleid het hoofd moet bieden. Dat hij zich hierbij heeft doen kennen als een slagvaardig, met alle bijzonderheden grondig bekend hoofd van zijn departement en als een staats man, wien geen politiek vraagstuk vreemd is, heeft niemand kunnen verrassen. De heer Van Houten is een van de meest bekende figuren op ons staatkun dig tooneel. Maar de gelukkige uitslag waarmede hij voor de eerste maal zijne begrooting verdedigd heeft; de hoogte waarop hij het debat heeft wet»n te houden, en het gezag dat bij hierdoor in de Ka mer heeft uitgeoefenddit alles vertegenwoor digt eene gouvernementeele kracht, waarmede do regeering gelukgewenscht mag worden." De minister zag dan ook, niettegenstaande zijne weinige toezeggingen, zijne begrooting zonder hoof delijke slemraing aangenomen. Deze week zal er eene zijn van buitengewone inspanning voor de Kamer; zij vergadert eiken dag, meestal ook des avonds en dit is ook hoognoodig, wil zij, zooals gebruikelijk is, vóór Kerstmis nog met den begrootingsarbeid ge reed komen. Monsarijje is één en al opgewondenheid, nu eindelijk de vorige week de bekendo kerkelijke wetten door den Keizer zjjn bekrachtigd. Te Budapest is eene groote betooging gehouden, waaraan naar schat ting wel 50,000 menschen deelnamen en allerwege weerklonken de »Eljen" kreten ter eere van den Keizer. Het moet dan ook gezegd worden, dat deze zich op zuiver constitutioneel standpunt heeft ge plaatst, en, hoewel zelf weinig met de ontwerpen ingenomen, alleen rekening heeft gehouden met de wenschen van het over groote deel des volks. Niet tegenstaande deze overwinning verwacht men toch, dat bet ministerie-Weckerlé binnenkort zal aftreden of althans ingrijpende wijzigingen zal ondergaan. Zoowel de heer Weckorlé als de Minister van Justitie Szilagyi zal vermoedelijk aftreden en dan zal een ander liberaal ministerie trachten de nog niet door het Hoogerhnis aangenomen ontwerpen er door te halen. Men hoopt, dat de Magnaten tegenover een nieuw ministerie inschikkelijker zullen zijn dan tegen over het tegenwoordige. Zooals we reeds meldden hebben de socialistische leden van den Sliiltscl&en Rijksdag geweigerd deel te nemen aan een »hoch", dat op den Keizer werd uitgebracht. De justitie heeft hierin aanleiding ge vonden aan den Rijksdag de vraag voor te leggen in hoeverre hier sprake kan zijn van majesteits schennis. De Rijksdag heeft eene commissie benoemd om dit te onderzoeken, doch met 9 tegen 4 stemmen heeft deze beslist, dat eene vervolging der socialis tische leden in strijd zou zijn met de vrijheid den leden gewaarborgd om in den "Rijksdag hunne mee ning te zeggen. De Rijksdag heeft dan ook de vergunning tot ver volging geweigerd met 168 tegen 58 stemmen. De minderheid word gevormd door de conservatieven en de rijkspartij. De Rijksdag nam echter een be sluit aan, strekkende tot verscherping van het regle ment. Heden komt bet ontwerp tegen de omwentelings partijen in behandeling. De nieuwe rijkskanselier heeft de vorige week eenigszins bet programma der nieuwe regeering ont wikkeld, en daarbij vooropgesteld, dat aan den land bouw meer do behulpzame hand moet worden geboden. Dit is natuurlijk koren op den molen der agrariërs en algemeen ziet men dan ook tegemoet, dat de Keizer meer tot de conservatieve staatspartijen zal gaan overhellen. Frankrijk leed een groot verlies door het over lijden van den voorzitter drr Kamer, den heer Bur- deau. Men weet, dat zijn gezondheidstoestand reeds geruimen tijd veel te wenschen overliet, maar toch is hij nog onverwacht aan de zijnen en aan zijn land ontvallen. De Kamer ie n^g steeds aan de behandeling der begrooting bezig, doch het is nu zeker, dat zij dien arbeid dit jaar niet meer zal ten eind© brengen. Eerstdaags verwacht men dan cok crediet-aanvragen voor de eerste maanden van 1895. De Italiaansehe minister van Financiën Son- nino beeft aan de Kamer medegedeeld hoe hij zich voorstelt het ta kort van 70,000000 lires op de be groeting te dekken. In de eerste plaats zal 27 millioen worden bezuinigd en verden zullen enkels bestaande belastingen eenigzins worden verhoogd, evenals verschillende invoerrechten. Over het alge meen vinden deze plannen nog al sympathie, vooral ook omdat de belastingverhoogingen, die do minister voorstelt, niet bijzonder drukkend zijnmaar men verwacht nog al discussie over de voorgestelde be- zuiningen, dio niet door alle partijen worden goed gekeurd. Bijna had men in Italië weder een leelijk zaakje gehad. Do vorige minister-president Giolitti werd boticht, dat hij betrokken was geweest bij de be kende bankschandalen. Hij besloot daarop do papieren op deze zaak betrekking hebbende, die in zijn bezit waren, aan de Kamer over te leggen en deze be noemde eene commissie om die papieren te onder zoeken. Daaronder bevonden zich brieven over fa milieaangelegenheden van den heer Crispi, die op nog niet opgehelderde wijze in Giolitti's bezit zijn gekomen. Het blijkt nu, dat alles onderg^stoken spel was en dat de bedoeling van do besohuldiging tegen Giolitti alleen is geweest eene aanleiding te bobben om die familiepapieren te publiceeren. De commissie uit de Kamer heeft echter beslist, dat zij onder couvert aan den heer Crispi moeten wor den teruggegeven. De overige stukken, door Giolitti overgelegd, zijn openbaar gemaakt en dientengevolge is eene ernstige crisis ontstaan. De Kamer besloot nl. Zaterdag om ook Zondag eene zitting te houden en dan bet rapport der com missie over deze zaak te behandelen. De heer Crispi besloot echter anders. Nog 's avonds werd in de Staatscourant een koninklijk besluit afgekondigd, waarbij de zittingen der Kamer voorloopig worden geschorst. Bij dit besluit is een rapport gevoegd, door den minister-pvesident aan Koning Humbert gezonden, dat tot rechtvaardiging der schorsing tevens wordt bekend gemaakt. Crispi begint met eene herinnering aan de troonrede. Op grond van het hervormings- program, hetwelk daarin werd aangekondigd, had men hoop, dat nu een tijdperk van rust voor Italië zou aanbreken. Deze verwachting is echter plotseling teleurgesteld. »Eenige onruststokers" aldus luidt het verder pogen schandaal te verwekken en den parle mentairen arbeid te verstoren, alsof Italië nog niet genoeg had geleden. Het Parlement is dientenge volge niet in staat een onbevangen oordeel uit te spreken. Zelfs het gezag van den voorzitter is mis kend. Derhalve stellen de ministers eenstemmig voor de Kamer-zittingen te schorsen, totdat de af gevaardigden weer do kalmte hebben teruggekregen, welke voor de beraadslagingen wordt vereischt." Koning Humbert gaf gehoor aan dezen raad en vaardigde het besluit tot schorsing der Kamer-zit tingen uit. De leden der oppositie hielden terstond eene bijeenkomst, ten einde er over te beraadslagen, wat hun na dezen buitengewonen maatregel te doen staat. Crispi is begonnen met het instellen eener gerechte lijke vervolging tegen eenigen zijner tegenstanders wegens laster. Inmiddels heeft de heer Giolitti, wiens houding bij deze zaak algemeen wordt afge keurd, Rome verlaten en is naar Florence vertrokken. Wat de Koning zal doen, is nog niet bekend. Indien de Koning partij kiest voor Crispi en hem als minister-president handhaaft, zal hij wel moeten besluiten tot ontbinding der Kamer, maar hoe moet het dan gaan met de aanhangige financiësle hervor mingsplannen en de begrooting, welke dringend afdoening vereischen Zeker is het in elk geval, dat Italië weer esne ernstige crisis zal moeten doorstaan. GOES, 17 December 1894. De soirée van do vereeniging »E x c e 1 s i 0 1" alhier, j.l. Dinsdag ten voordeele der Werkverschaf fing en der (Economische spijsuitdeeling gegeven, heeft opgebracht f 110,34, zoodat aan elk der ge noemde liefdadigheidsinstellingen kan worden uitge keerd een bedrag van f 55,17. Door de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen en de Nederlandsche Centraal Spoorweg-Maatschappij is eene verlenging van den geldigheidsduur der retour- kaarten ter gelegenheid van de aanstaande feest dagen (Kerstmis en Nieuwjaar) vastgesteld, waarbij 0. a. is bepaald, dat alle 4-daagsche rotourkaarteu in binnenverkeer der beide maatschappijen (met in begrip van het verkeer met de Duitsche stations der lijnen Almeloo-Salzbergen, Zevenaar-Emmerik, Cleve en Gronau, alsmede tnsschen en met de Bel gische Btations der Luik-Limburger lijn), die ge nomen worden op Zaterdag 22 December en Zondag 23 December, geldig zullen zijn tot en met Don derdag 27 December d. a. v. en die genomen op Zaterdag 29 December zullen geldig zijn tot en mot Woensdag 2 Januari; dat alle retourkaarten in binnenlandsck-rechf- streeksch verkeer (met de stations der Hollandsche IJzeren en der N.-Brabant-Duitsche Spoorweg-Maat schappij) uitgegeven op Zaterdag 22 December en Zondag 23 December geldig zullen zijn tot en met Donderdag 27 December d. a. v., en die uitgegeven op Zaterdag 29 December geldig zullen zijn toten met Woensdag 2 Januari. De 3- en 4-daageche retourkaarten uitgegeven op Zaterdag 29 December, evenals do 8-daagsehe uitgegeven op Zondag 30 December zullen geldig zijn tot en met Woensdag 2 Januari. l&loetsn^e. Den 24en dezer zal de nieuwe Bur gemeester, de beer Sprenger, alhier worden geïastalleerd. Het plan wordt gevormd om ZEd.Achtb. van 't station »Goes" per rijtuig af te halen en met een ©erewacht te paard naar hier te begeleiden. Of er verder feestelijkheden zullen plaats hebben is nog niet bekend, doch het is niet waarschijnlijk, met het oog op de Kerstdagen en het ongunstige jaar getijde. Waarde. De heer M. Wabeke, onlangs be noemd tot lid van het Burgerlijk Armbestuur heeft thans voor die betrekking bedankt.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1894 | | pagina 1