1894 N°. 122. Dinsdag 16 October. 81s,e jaargang. NA-LOTING De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, "Woensdag- en Yrpdagavond, uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, 1,75. Afzonderlijke nommers 5 centmet bijblad 10 cent. Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiën voor dit blad aangenomen bjj de heeren Nijgh Van Ditmar te Rotterdam en verder bjj alle Boekverkoopers en Brievengaarders. De prjjs der gewone advertentiën is van 1-5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 ets. Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 110 regels a f 1,berekend. Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel. lnsen(91ng van advertentie» voor 8 uren op den dag der uitgave» OPENBARE VERGADERING van den BAAD der Demeente GOES, op DONDERDAG den 18 OCTOBER 1894, des avonds te 7 uren. Goes, den 13 October 1894. De Secretaris, VAN REIGERSBERG VERSLUIJS. Punten van behandeling: I. Notulen. II. Mededeelingen. III. Ingekomen stukken. IV. Aanvragen om remissie van aanslag in de plaatselijke belastingen over 1894. V. Reclames tegen den aanslag in den Hoofde- lijken Omslag. VI. Adres van J. Hoogstrate om eervol ontslag als onderwijzer en casu quo benoeming ter zijner vervanging. VII. Benoeming van een lid in de Commissie van toezicht op het lager onderwijs. VIII. Verzoek S. v. d. Peijl tot onderh. verhuring van streep grond. VIIII. Begrooting van ontvangsten en uitgaven van het burgerlijk armbestuur voor 1895. X. Begrooting van ontvangsten en uitgaven der gemeente voor 1895. Voor de tweede maal wordt bekend gemaakt dat de ▼oor de NATIONALE MILITIE voor deze gemeente door den heer Commissaris der Koningin is bepaald op Maandag den 22 October 1894, des voormiddags onmiddellijk na afloop der gewone loting dezer gemeente te ongeveer 10.45 uren (Amsterdamschen tijd) en dat die zal plaats hebben in de zaal boven de Koopmansbeurs. De militie-plichtigen wordeu opgeroepen ten gestelden dage, uie en plaatse daarbij tegenwoordig te zijn. Goes, 15 October 1894. Burgemeester en Wethouders van Goes, J. G. d. W. HAMER. De Secretaris, VAN REIGERSBERG VERSLUIJS. Algemeen Overzicht. Zooals men zich herinneren zal, heeft de Hon- gaarsche Magnaten-Kamer, voor zij haar zomer reces begon, na veel strijd de eerste der kerkelijke hervormingswetten van het ministerie Weckerlé aan genomen. Vrij algemeen werd nu verwacht, dat de overige na de vacantie der Kamer zonder veel te genstand zouden worden aangenomen. Dit heeft echter niet zoo mogen zijn. Met slechts éene stem meerderheid (113 tegen 112) besloten de Magnaten over te gaan tot de behandeling der artikelen van een tweede ontwerp, waarbij aan alle gezindten, dus ook aan de Joden, vrijheid van godsdienst wordt toegestaan. Tegen dit ontwerp bestond blijkbaar groote oppositie. Al dadelijk kwam graaf Zichy, na eene heftige bestrijding van het ontwerp, met het voorstel om te bepalen, dat de regeering niet het recht zon hebben eene nieuwe godsdienstige ge zindte te erkennen, maar dat alleen de wetgevende macht dat recht zou bezitten. Eerst nadat de heer Weckerlé uitdrukkelijk had verklaard, dat dit amen dement voor de regeering onaannemelijk was, werd het met slechts 4 stemmen meerderheid verworpen. Maar nauwelijks was men over deze moeielijkheid heen of er ontstond eene andere, en ditmaal wel van de zijde der liberale partij. Graaf Andrassy deed namelijk het voorstel om een artikel, waarin de rechten werden besproken van hen, die tot geene gezindte behooren, geheel te doen vervallen en dit amendement werd aangenomen. Toen nu eindelijk het geheele ontwerp in stemming kwam, hielpen de aanhangers van het ministerie mede om het te ver werpen, begrijpende, dat het zoo toch voor de re- geering niet aannemelijk zou zijn. De twee andere ontwerpen, die daarna nog in behandeling kwamen, werden intusschen weer wel aangenomen. Het ont werp, dat gevallen is, gaat nu weór naar de andere Kamer terug, waar het natuurlijk zal worden ge handhaafd. Begrijpelijkerwijze houdt men zich in Hongarije nu druk bezig met de vraag, waarop de strijd tusschen mi nisterie en Magnaten-Kamer zal uitloopen. Algemeen beschouwt men de positie van het Kabinet als zeer vast en 't valt dan ook zeer te betwijfelen of de Keizer, die on langs het ministerie-Weckerló zijn steun is blijven ver- leenen, het nu zal loslaten. Al dadelijk werd het middel weder aan de hand gedaan, dat vroeger ook reeds is aangegeven, om de meerderheid van de Magnaten- Kamer aan de zijde der regeeriDg te brengen, al. dat de Keizer het aantal leden met zooveel liberalen uitbreidt, dat de meerderheid verplaatst wordt. Er is echter meer kans, dat de Keizer andermaal zijn persoonlijken invloed aanwendt om een aantal con servatieve leden te bewegen bij eene volgende be slissing verhinderd" te zijn. Omtrent den toestand van den Russische» Czaar blijven nog zeer uiteenloopende geruchten de rondte doen, maar zij komen toch in zooverro over een, dat de Keizer vooralsnog gelukkig niet in le vensgevaar verkeert. Hij zal nu den winter door brengen op Corfu, waar de Koning van Grieken land zijne villa te zijner beschikking heeft gesteld. Men heeft beweerd, dat er tijdens 's Keizers afwe zigheid een regentschap zou worden benoemd, be staande uit den troonopvolger en twee dei groot vorsten, doch daaromtrent is niets zekers bekend. In Dultschland begint zich meer en meer ver zet te vertoonen tegen de vrijzinnige politiek van den rijkskanselier Caprivi. Eerst hebben de agrariërs getracht hem den voet dwars te zetten bij de be handeling der handelstractaten, thans openbaart zich de zucht om uitzonderingswetten te maken tegen over de revolutionaire partjjen. Het is de Pruisische minister Eulenburg, die daartoe het initiatief heeft genomen, doch de rijkskanselier is tegen dit plan in verzet gekomen. Het zal nu de vraag zijn of de Pruisische minister den bondsraad voor zijne denk beelden kan winnen, wat vooralsnog niet waarschijn lijk wordt geacht, omdat de Keizer het ook te dezen opzichte met Caprivi eens is, terwijl bovendien ge meld wordt, dat ook Beieren zich reeds tegen het voorstel-Eulenburg heeft verklaard. Voor België was het gisteren de groote dag, waarop voor het eerst de verkiezingen voor Kamer en Senaat moesten worden gehouden volgens de nieuwe kieswet. Het is er daar in de laatste dagen soms heftig toegegaan en enkele candidaten waren niet altijd hun leven zeker. Daarom zal het een groote rust geven, dat de strgd nu gestreden is, al thans in die districten, waar geen herstemming volgt. Welke de uitslag is valt natuurlijk nu nog niet te constateeren. Voor zoover de resultaten nu bekend zijn, kan de uitslag niet anders beschouwd worden dan als eene gevoelige nederlaag voor de gematigd liberalen. De sociaal-democraten zullen een gedeelte verkrijgen van hetgeen de liberalen verliezen. Be houdens eenige verliezen in enkele districten, zullen de clericalen eene vast-aaneengesloten meerderheid behouden en derhalve de regeerings-partij big ven uitmaken, tegenover eene minderheid, bestaande uit gematigd-liberalen, progressisten en sociaal-demo- ciaten. Uit Marokko luiden de laatste berichten wat gunstiger. De jonge sultan schijnt van zijne ernstige ziekte hersteld te zijn en de oproerige Kabylen- stammen toonen toenadering tot het nieuwe hoofd van den staat, zoodat er goede kans bestaat, dat er orde en rust in het land zullen komen. Dit geeft verademing, in de eerste plaats natuurlijk in Marokko zelf, maar ook in Spanje» waar men zeer bang begon te worden, dat de sultan niet geneigd of niet in staat zou zijn de verplichtingen na te komen, die zijn vader tegenover Spanje had aangegaan. In laatstgenoemd rijk is weder eene gedeeltelijke ministriëele crisis uitgebroken, daar de minister van koloniën zijn ontslag heeft genomen. Dit vindt zijn oorzaak in de Cubaansche quaestie, die in het kort hierop neerkomt, dat de Spaansche kolonie Cuba meer vrgheden eischt in de richting van zelf-regee- ring, een wensch, waaraan de minister van koloniën ten deele wil tegemoet komen, doch waarvoor hij niet de medewerking zijner collega's kan verwerven. Omtrent de Chlneesch- Japansche oorlog zijn de bladen iederen dag overvol, doch zonder dat zij eenige positieve mededeeling kunnen doen. Het schgnt zeker, dat de Japanners uit Korea de Jaloe-rivier zijn overgetrokken en dat zij daar weldra zullen stuiten op eene zeer sterke stelling der Chineezen, die hun den weg naar Moekden zullen betwisten. Men verwacht derhalve binnenkort bericht van een gewichtigen veldslag. Overigens verkeeren de Chi neezen nog steeds in onzekerheid en angst omtrent de landing van het Japansche legercorps, dat met geheime bestemming is vertrokken. Het meest waar schijnlijk blijft men het achten, dat het rechtstreeks op Peking zal afgaan, waarom velen die stad ver laten. Betreffende eene interventie van de Europeesche mogendheden of van de Vereenigde Staten loopen allerlei geruchten, doch daaromtrent is nog niets met zekerheid bekend. Wel versterken zij hunne scheepsmacht in de Chineesche wateren, maar voors hands alleen met de bedoeling om de Europeanen in China eventueel in bescherming te nemen. GOES, 15 October 1894. Officiëel telegram betreffende ÜomM van gisteren. »Het slechten van Mataram, ook van het noordelijk deel, wordt voortgezet; daarbij worden geene vijandelijkheden ondervonden. Tweehonderd Baliërs, waaronder vrouwen en kin deren, hebben met een twaalftal hoofden zich onder worpen zij zijn ontwapend en gezonden naar Lembar aan da baai van Laboean-Tring. De toestand der gewonden is over het algemeen gunstig". Uit dit regeeringstelegram blijkt nog niet dat Mataram eindelijk geheel is genomen. Lembar, waarheen de gevangenen zijn gezonden, aan de baai van Laboean Tring, ligt aan de west kust van Lombok, ten zuiden van Ampenan. Na afgelegd examen is met ingang van 15 October a. s. benoemd tot ambtenaar ter directie van de Rijkspostspaarbank de heer A. J. Sturm Fz. te Goes. Ingetrokken is de verplaatsing van de kom miezen bjj 's rijks belastingen C. F o r t u i n van Hansweerd naar Goes, J. J. Hodde van Breskens naar Kortgene en C. J. De Bruijne van Heinkens- zand naar Hansweerd. Nader zijn verplaatst, met 1 November 1894, de kommiezen der 2e klasse J. De! B r u ij n e Az. van Vlissingen (stad) naar Goes, en de kommies der derde klasse C. J. De Bruijne van Heinkens- zand naar Kortgene. Driewegen. Zaterdag leed onze gemeente een groot verlies door het overlijden van den geneesheer L. C. P. B o o g a e r t. Eene korte ongesteldheid, na een noodlottig ongeval, maakte een einde aan zijn leven. Behalve in zgne woonplaats practiseerde hij sedert jaren in de omliggende gemeenten, waar hij vooral als verloskundige hoog stond aangeschre ven, doch ook op genees- en heelkundig gebied was hij in wijden kring werkzaam. De handel in leverbare oesters is vrij levendig en den tijd van 't jaar in aan merking genomen we zijn pas in 't begin van October zelfs zeer levendig, levendiger dan vele andere jaren op dezen tijd. Men kan de afname ge durende de laatste dagen 50 60 duizend per dag rekenen. Als dit een gevolg is van de verlaging der aan biedingen dan kan men zich over de prijsvermindering in zooverre verheugen, dat zij doel heeft getroffen. Het kon ook zijn, dat zij geen merkbaren invloed op de vraag had, en dan zou verdere daling zeer waarschijnlijk zijn, want geld moet er zijnden le Nov. vervalt een pachttermijn en voor sommigen zelfs een dubbele. De prijzen schijnen sterk te variëeren en zijn dus niet gemakkelijk op te geven. Wij zijn denkelijk niet ver van de waarheid af, als we zware le soort op 7080 gld. stellen, lichtere soort op 6070 en de 2e soort op 3545 gld. In den handel in zaaigoed is ten minste eenig leven gekomen, doch de prijzen zijn helaasnog zeer laag. Voor bakkengoed, van rijksdaalders-grootte en daarboven wordt f 3 en f 3.50 besteed, 't Is voor de zaadkweekers zeer wenschelijk, dat de prijs nog eenigszins stijgt, maar veel hoop is daar voorloopig niet op. (Iers. en Th. Ct.) In eene nota van Gedeputeerde Staten, naar aanleiding van het algemeen verslag der afdeelingen van de Provinciale Staten van Zeeland, betreffende het voorstel tot het verleenen van pensioen aan de weduwen en weezen van amb tenaren van den Provincialen Water staat verklaren Ged. Staten, dat zij in het alge meen verslag geen aanleiding hebben gevonden om andere wijziging te brengen in hun voorstel, dan dat in art. 20 2 achter het woord veroordeelde" de woorden geheel of ten deele" gevoegd worden. Ingekomen is een nota der door de besturen der water keeringen van de calamiteuse polders of water schappen of de dijkraden der calamiteuse en der bijdragende polders of waterschappen of ingelanden medegedeelde bedenkingen omtrent het voorstel tot wijziging van het reglement voor de calamiteuse polders of waterschappen in Zeeland. In de zitting der Tweede Kamer van jl. Vrij dag bracht de heer Van Limburg Sfcirum rapport uit over het bekende bezwaarschrift van den heer Waale, directeur-uitgever van de Zierïkzeesche Nieuwsbode, zich beklagende over z. i. onrechtmatige vrijheidsberooving in het drukpers incident. Zonder te beoordeelen ot er voor de Kamer a 1 dan niet aanleiding kan bestaan om zich in deze zaak te mengen, achtte de commissie het even wel noodig dat de Kamer te dezer zake volledig worde ingelicht, weshalve zij voorstelde het adres naar den minister van justitie te verzenden met verzoek om inlichtingen. Dienovereenkomstig werd besloten. Het hooflbestuur der postergen heeft in de kleur der Neder1 andsche postzegels eenige verandoring gobracht, waarvan de bedoeling is het poststempel tot vernietiging dier zegels duide lijker te doen uitkomen. De teekening der zegels is onveranderd gebleven. De kleur van het lichtgele 3 cents postzegel is olijfkleurig geworden, die van het lichtblauwe 5 cents zegel korenblauw, die van het rose 10 ets. zegel paarsachtig rood, die van het grauwe zegel van 12 cent lichter, ongeveer de kleur van een vetvlek. Ook het blauw der verschil lende postzegels is meer intensief geworden. De nieuwe zegels worden eerst uitgegeven, wanneer de zegels van de vorige emissie zijn uitverkocht. Een telegram meldt aan de Standaard dat d r. K u y p e r in redelijken welstand in Pau is aangekomen. Naar het Vad. verneemt zal de Tweede Kamer tegen Dinsdag 13 November tot hervatting barer werkzaamheden worden bijeengeroepen. De, verkiezing van een lid der Tweede Kamer in het district Helder, vacature-Land, is be paald op 30 dezer en de herstemming, zoo noodig, op 13 November. De opbrengst der rijksmiddelen (hoofdsom en opcenten) over de maand Sept. 1894, bedroeg totaal f 10,605,707,97 tegen f11,403,583,33 in dezelfde maand over 1893. De opbrengst over de eerste 9 maanden van 1894 bedroeg f 82,398,160,28 V2 tegen f 81,325,247,40 over de eerste negen maanden van 1893. Uit een particulier schrijven uit Indië verneemt het (Amsterdamsche) Dagbladdat kapt. Lind- green en luit. V. d. Plank voor een krijgs raad zullen moeten verschijnen om zich te verant woorden over de capitulatie met de Baliërs. In militaire kringen schgnt men over hun gedrag minder tevreden te zijn. Naar gemeld wordt is het wetsontwerp be treffende de Indische tarieven in de afdee lingen der Tweede Kamer zeer ongunstig ontvangen. Kan de oorlog op Lombok nog lang duren Onder dit opschrift zegt de Telegraaf het volgende: Wanneer hier te lande de telegrammen over Lom bok lang wegblijven en ook, wanneer deze ten slotte komen, is een gewone klacht, dat men met onze krijgsoperaties zoo langzaam vordert. In verband daarmee is van het uiterste belang, wat een inzender, die herhaaldelijk op Lombok en Bali heeft verblijf gehouden en de toestanden daar nauwkeurig kent, schrijft in het Bat. Hbl. In de eerste plaats deelt hij mede, dat de alge- meene opinie onder de inlanders op Bali is, dat Nederland in zijn strijd tegen Lombok zal over winnen, hoewel het waarschijnlijk lang zal duren en groote bloedige en geldelijke offers zal kosten. Deze opinie steunt op het feit, dat onze regeering in staat is gebleken om de mislukte eerste expeditie in een oogwenk aan te vullen met eene tweede, waaruit valt af te leiden dat zij bij machte is om nieuwe versche troepen aan te voeren, waaneer dit noodig mocht blijken, terwijl de Sultan van Lombok hiertoe niet in staat is. Verder doet deze schrijver de volgende belangrijke mededeelingen Zooals reeds gebleken is, moeten de versterkingen der Sultansverblgven en der kampongs achtereen volgens genomen worden en is het eenig daartoe dienstig middel, ze plat te schieten. De Sultansver- blijven zija drie in getal, t. w.Mataram, Tjakra- negara en Goenoeng-Sari. Deze zijn omgeven door achter elkander met groote tusschenruimten gelegen muren van steen, zoo vast en hecht, dat het gewone veldgeschut er geen vat op heeft en zij met grof geschut aangetast moeten worden. Door de onderbinding geleerd, is men thans hier mee bezig, maar dat het weken zal duren eer tabula rasa gemaakt is, laat zich voorzien. Zijn eenmaal de vorstelijke verblijven (poeries) met den grond gelijk gemaakt dan nog zijn zij niet onschadelijk, want onder allen loopen gangen, met genoegzame ruimte tot het opnemen van legerafdeelingen, bestemd om ons op het onverwachtst te bespringen. Dat zij hier en daar met dynamiet zonden zijn gevuld is wel beweerd, maar niet bewezen mogelijk is het echter. Die gangen zijn stelselmatig gebouwd om den sultan en den zijnen, in geval van eventueelen opstand, een veilig verbljjf te verzekeren en later een goed heenkomen te bezorgen. Ongetwijfeld zullen de genoemde drie poeries de centra van den oorlog worden, want de Balinees, afkeerig van den oorlog in het open veld, zal, wan neer hij door het geschut uit zijn woning is ver dreven, derwaarts vluchten. Zijn eenmaal de poeries plat geschoten, dan zullen de Sultan alsmede zgne zonen en volgelingen ongetwijfeld hun heil trachten te zoeken in het gebergte. Gelukt hem dit, en kunnen de Sassaks bet hein.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1894 | | pagina 1