UIT DE OUDE DOOS.
Gisteren werd door rijksveldwachters per voer
tuig naar Middelburg overgebracht en in het gasthuis
aldaar opgenomen een Belgisch persoon, die onder
de gemeente Westdorpe door de rijkspolitie met ge
broken been in 't veld was ontdekt.
Bedoelde persoon schijnt, met nog 8 anderen,
aan het stroopen te zjjn geweest en op de nadering
van politiebeambten te zijn gevlucht, waarin hij
echter werd gestoord, doordien hij, over eene sloot
willende springen, zijn been brak; zijne makkers
lieten hem aan zijn lot over.
Tot onbezoldigd rijksveldwachter is door den
Minister van Justitie aangesteld J. Walhout Jz.
te Borsele.
Kamperland. Den lsten October jl. vierde de
gemeente-veldwachter Lieven Bakker alhier als zoo
danig zijn 25jarig jubileum. Reeds vroegtijdig waren
alle schepen in de haven met vlaggen getooid, 't welk
een aardig gezicht opleverde, terwijl eveneens te
zijner eere uit zeer vele woningen de driekleur
wapperde.
In den loop van den dag werden hem namens
zjjne Kamperlandsche medeburgers oen fraaie, ma
honiehouten stoel en eene hanglamp ten geschenke
gegeven, benevens een net album, bevattende de
namen der gevers.
Den geheelen dag heerschte er voorts om en in
de woning van den jubilaris eene prettige drukte.
Door den district-veearts is mond- en klauw
zeer geconstateerd bij den landbouwer W. A. Van
Nieuwenkujjzen in den Van Haaftenpolder, eiland
Tolen.
Ook de drukkersfirma's Gebrs. Binger en
Holdert Co. te Amsterdam hebben de eischen
der drukkersgezellen en zetters ingewilligd, laatst
genoemde firma voor den tijd van vier weken.
Uit Den Haag meldt men, dat de zetters der
Zuid-Hollandscbe Boek- en Handelsdrukkerij, waar
de Avondpost wordt gedrukt, Maandag bet werk
hebben gestaakt. Zij vragen loonsverhooging.
De werkstaking is algemeen. Alleen de meester
knecht zet het werk voort. Men zal trachten de
Avondpost toch te doen verschijnen.
Gisterochtend hebben de gezellen op de drukke
rijen van gebr. Van Langenhuijzen en van de firma
Mouton te 's-Gravenhage het werk gestaakt, en er
loopen geruchten dat heden op andere drukkerijen
stakingen zouden volgen.
Ongeveer een kilometer westelijk van Oldenzaal
is door den bekenden oudheidvorscher, den luit.-
kolonel Ort, te Deventer, een uitgestrekt Germaansch
grafveld ontdekt. Verscheiden urnen zjjn reeds ont
graven, waaronder er een is met versieringen en een
met twee ooren. Zij werden gevonden in heuvels,
die in .grootte zeer verschillend zijn, en waren slechts
gedekt door eene aardlaag, d>e niet dikker was dan
een Va M. Dit is dan ook de reden, dat de meeste
in stukken werden aangetroffen.
In >Constantia" te Amsterdam was Maandag
avond eene vergadering belegd door de sociaal-demo
cratische arbeiderspartij, waarin de lieeren Vliegen
en Troelstra het woord zouden voeren. Zeer velen
der aanwezigen behoorden tot den sociaal-democra-
tischen bond. Van beraadslaging was geen sprake.
Op de heftigste wijze vielen de sprekers elkander
aan, vooral die der soc.-democ. arbeiderspartij hadden
het hard te verantwoorden. Het spreken werd hun
bijna onmogelijk gemaakt. Eene motie werd aange
nomen, waarin verklaard werd, dat zij dienst deden
als verraders der arbeiders ten behoeve der bour
geoisie. Het rumoer werd zóó groot, dat het scherm
voor de tribune op het tooneel, waarop het bestuur
gezeten was, werd nedergelaten. Een vreeselijk ge-
drnisch ontstond in de zaal en achter de schermen
werd de strijd tusschen revolutionair en parlementair
socialisme met de vuisten voortgezet.
Troelstra en zijne medestanders werden onder
woest geschreeuw en met stokken en vuisten be
dreigd, nit de zaal gedreven.
De fourage-magazijnen te Chateaudun, in de
buurt, waarvan de Franschen hun groote manoeuvres
hebben gehouden, zijn afgebrand. Niettegenstaande
de krachtige pogingen, aangewend door militairen
en burgers, zijn 1 millioen 60 duizend centenaars
hooi verbrand.
Broeiing van het hooi schjjnt de oorzaak van den
brand te zijn geweest.
Te Valladolid werd dezer dagen een stieren
gevecht gehouden, waarbij twee der voornaamste
»toreadores" van Spanje, Guerrita en Reverte, in
het Bfcrijdperk traden. De circus was propvol, en
vier stieren waren reeds, onder blijken van goed
keuring van het publiek, afgemaakt, toen een vree-
selijke stortbui op kwam zetten.
De burgemeester, die bij het gevecht tegenwoor
dig was, riep Guerrita bij zich en gaf hem en zijn
gezellen verlof om te gaan schuilen. Na eenigen tijd
werd het publiek, daar de regen aanhield, onge
duldig en riep luide om den terugkeer der stieren-
bevechters. De burgemeester gaf dienovereenkomstig
bevel, dat de mannen het gevecht zouden hervatten.
Maar toen bleek, dat Guerrita en zjjn makker naar
huis waren gegaan en, daar de regen juist toen
ophield, keerde de woede des volks zich tegen den
burgemeester, dien de menigte met werptuigen be
stookte.
Deze ambtenaar deelde daarop mede, dat hij de
mannen zou laten halen en hen beboeten en in
hechtenis nemen, zoo zij weigerden te komen. Re-
verte werd in bed gevonden, daar hjj in een van
zjjne gevechten door een stier gekwetst was, maar
Guerrita werd gevat en in een door schutters be
geleiden wagen naar het strijdperk teruggevoerd.
Tegen dien tijd was bet echter zoo laat geworden,
dat het publiek den circus had verlaten en naar
huis ging. Guerrita werd door zijne bewonderaars
van even te voren ontvangen met verwenschingen
en een hagelbui van steenen. De overheid liet hem
ten slotte achter slot en grendel zetten oin het volk
tot bedaren te brengen. Den volgenden dag moest
hij echter weer vrijgelaten worden, omdat er anders
geen stierengevecht gehouden kon worden, wat nog
grootere ongeregeldheden veroorzaakt zou hebben.
Te Lunel, departement Eérault, is in een na
genoeg in het hart der plaats gelegen huis, welks
bewoners op het land waren, inbraak gepleegd. De
dieven want kennelijk waren het meer dan één
geweest zijn door een venster, waarvoor geen
blind was en dat uitkwam op den zolder, ingeklom
men. Van daar zijn zij naar beneden gedaald, en
na verder door middel van braak doorgedrongen te
zijn, hebben zij zich toegang verschaft tot het kan
toor, waar zjj de geldkist hebben weten open te
breken. Daar vonden zij eene aantal obligatiën en
aandeelen op naam, gezamenlijk ter waarde van
1.800.000 fr. De dieven, biermede nog niet tevreden,
hebben hunne onderzoekingen verder uitgebreid en
de sloten van meubelen doen springen. Op die
wijze hebben zij zich nog meester gemaakt van
kostbaarheden ter waarde van 8000 fr. Het zilver
werk hebben zij onaangeroerd gelaten.
De nummers der gestolen obligatiën en aandeelen
zijn dadelijk, nadat de diefstal ontdekt was, naar
alle richtingen geseind.
De Duitsche dichter Emanuel Geibel hield
dikwijls met zijn broeder muzikale oefeningen in
zijn woning te Lubeck. De broeder fantaseerde aan
het klavier en Geibel zong, de hem voorgespeelde
melodie volgende, de gansche advertentie-pagina
eener courant. Met het ernstigste gezicht zong hij
eerst de familieberichten, van den Hinken jongen,
die geboren was af tot aan de gelukkige getrouw
den en de diepbedroefden, die achtergebleven zijn.
Als gold het den Parsifal of den Lohengrin ta ver
tolken, met zooveel vuur vertelde hij van een sofa,
die in de straat te koop stond; van een huis met
aparten opgang. Een vriend, die de beide broeders
eens onverhoeds bij een opvoering van deze adver
tentie-opera" overviel, verklaarde later den dichter,
dat hij aanvankelijk gemeend had, in een gekken
huis te zijn aangeland.
Lord Randolph Churchill ziet op onverwachte
wijze zijne politieke verdiensten erkend. Een oude
vrijster, die in Oxfordshire is overleden en ruim een
millioen beeft nagelaten, heeft hem al hare lande
rijen in het dorp Wolvercot vermaakt, uit erkente
lijkheid voor zijn politiek genie, zooals het testament
zegt. De vereerster van den lord heeft voorts eene
beschikking gemaakt van 12 p. st. per jaar voor
het levenslang onderhoud van elk harer talrijke kat
ten, met de uitdrukkelijke bepaling dat dit niet
geldt voor katjes, die later mochten geboren worden.
Te Anrath bij Crefeld zijn de gebroeders Rut-
ters, bakkers, vermoord, terwijl eene zuster van hen
levensgevaarlijk en een ander persoon zeer zwaar
verwond werden.
De genoemde bakkers waren welgestelde menschen,
doch leefden eenvoudig. Vrijdagavond laat kwamen
3 onbekenden door middel van braak in huis en
vermoordden een der broeders in zjjn bed. De tweede,
alarm hoorende, wilde gaan zien wat er gebeurde,
en werd bij het openen van de deur even- ons door
dolksteken afgemaakt. Den beiden anderen huisgenoo-
ten ging het niet anders, doch zij behield» n tot nog
toe het leven.
Een inwonende neef wist zich te verbergen en
zoodoende het leven te behouden. Hij weet alleen
te zeggen dat een der inbrekers een zwaar, groot
persoon was, die meerdere wonden aan hoofd en hals
gekregen heeft.
De moordenaars vonden geen ander geld dan in
de opengebroken winkellade voorhanden was.
De regeering looft Mrk. 10,000 uit voor de aan
wijzing van den dader of de daders.
Te Zwickau zijn dezer dagen een paar zestig
jarigen in h6t huwelijksbootje gestapt. De plechtig
heid zou reeds in 1864 zijn voltrokken, maar de
bruidegom had toen bet ongeluk, bij een vechtpartij
een gendarme te dooden en had daarvoor geboet
met dertig jaar hechtenis. Uit de gevangenis ont
slagen, ging hij zijne bruid weer opzoeken, die hem
trouw was gebleven.
Een groote brand is Zaterdagochtend half 5
uitgebroken in een suikerfabriek aan den boulevard
Victor Hugo te St. Ouen. De brand is uitgebroken
in een gebouw van vijf verdiepingen, een oppervlakte
beslaande van 1200 vierkante Meter; bij werd het
eerst opgemerkt door een nachtwaker, die alarm
maakte en den directeur waarschuwde, zoodat in
korten tijd verscheiden stoomspuiten, ook uit de na
burige steden Asnières, Gennevilliers en Clicky, te
genwoordig waren. Om zes uur stond het gansche
gebouw in lichter laaie, een half uur later stortten
de beide bovenverdiepingen en kort daarna een zij
muur inom acht uur was men den brand meester.
De schade beloopt meer dan 1 millioen francs;
1500 vaten suiker zijn verbrand200 vrouwen en
meisjes en 50 mannen zijn nu zonder werk.
De nieuwe commandant van de pyrotecbnische
school te Berlijn had een einde gemaakt aan de
vrijheden, die aan de leerlingen dezer school sinds
geruimen tijd waren toegestaan. Vandaar ontevre
denheid over de gestrengheid van den commandant.
De onderofficieren voerden sinds eenigen tijd ernstige
plagerijen en grappen tegen de officieren, die de
wacht hadden, uit, welke meer pasten voor een
overmoedigen troep studenten, dan bij de strenge
tucht eener instelling voor militair onderwijs. Ver
scheidene waarschuwingen van den bevelvoerenden
majoor en directeur der school, Von Stettin, bleven
vruchteloos. Zaterdagavond kwam het tot eene uit
barsting, toen de majoor om elf uur een aantal
onderofficieren aan een verboden drinkgelag verraste
en met getrokken sabel tusschenbeide trad. De aan
geschoten, boos geworden jongelieden maakten een
hevig kabaal maar zonder dat het tot mishandeling
kwam. Von Stettin waarschuwde terstond den Mi
nister van Oorlog en deze den Keizer, die last gaf
ernstig en streng np te treden.
Te middernacht verscheen het tweede bataillon
van het 4e regiment der garde met geladen geweer
voor het gebouw der pyrotecbnische school. Daar
werden 180 man uit het bed gehaald en gevangen
genomen. Des ochtends tegen 4 ure ontstond voor
het gebouw nieuwe levendigheid. Een eskadron van
het tweede garde-regiment der ulanen kwam aan
rijden, omsingelde het gebouw en toen werden er
nog 20 man uit bet bed gebaald en gevangen ge
nomen. In den voormiddag volgden nog eenige ar-
restatiën, zoodat de school nu tamelijk ledig is. De
arrestanten werden onder scherp militair escorte met
een buitengewonen spoortrein naar de vesting Maag
denburg overgebracht.
Een deurwaarder te Frankfort moest onlangs
zoo verhaalt de Frarikf. Ztg. een inboedel in
beslag nemen hij vond de door het vonnis getroffene,
een juffertje, ziek in haar woning, bedlegerig en
moest er zich toe bepalen alles wat hij in 't huisje
vond, aan te teekenen. Toen vertrok hij, maar
hij struikelde en viel in den kelder. Door het geraas
verschrikt, sprong de juffer uit haar bed en kwam
gekleed en gezond als een visch in allerijl
zien was er gaande was. De deurwaarder begreep
dat hij was beet genomen, snelde naar boven en
vond nu in 't bed een groote verzameling kleinodiën
en andere waarden, die »de zieke" op haar manier
tegen het beslag had willen beveiligen.
In de werkplaatsen van de Fransche tabaks
regie is de cigaretten-kramp uitgebroken, een soort
van verlamming in den duim en voorsten vinger
van de vrouwen, die zich met cigaretten-rollen bezig
houden. Tot hiertoe kwam deze ziekte alleen in Spanje
voor en men schreef haar toe aan het rollen van de
cigaretten. Daar de Fransche meisjes voor dit werk
machines gebruiken, blijkt, dat de oorzaak dus niet
in het rollen der cigaretten, maar in de voortdurende
aanraking met tabak gelegen is.
Uit Rome meldt men weder eens iets over
den welbekenden Tiburzi. Deze werd in 1870 naar
het bagno te Civita-Veccbia gebracht, waaruit hij
echter wist te ontkomen. Zoodra bij vrij was, ver
borg hij zich in de bosschen in de nabijheid, waar
hij tot op den huidigen dag nog verblijf houdt.
Gedurende de eerste jaren op zijne ontvluchting
volgende, was hij de schrik van de lieden in den
omtrek; vooral was hij zeer streng jegens dengene,
die aanwijzingen omtrent zijne verblijfplaats durfde
verschaffen. Hij Het zoo iemand weten, dat hg hem
zou straffen, zoodra de gelegenheid zich voordeed,
en een schot uit een karabijn maakte vroeg of laat
een eind9 aan het leven van den verklikker. Zelfs
hield hij zijne wraakoefeningen dikwijls in het open
baar, om het voorbeeld te afschrikwekkender te
doen zijn.
Na verloop van tijd verkoos Tiburzi een rustiger
leven. Hij sloot overeenkomsten met grondeigenaars;
dezen zouden hem naar gelang van hun vermogen
betalen, en in ruil verbond hij zich niet alleen om
brn zelf ongemoeid te laten, maar om hen te ver
dedigen tegen boosdoeners.
De toestand duurt nog steeds, zonder dat het der
politie gelukt Tiburzi te vatten. De grondbezitters
zelf verklaren, dat zij het nooit zoo veilig hebben
gehad.
De correspondent der Corriere Nazionaledie vrien
den schijnt te hebben in die streek, waar Tiburzi
den schepter zwaait, verhaalt, dat de oude roover
zich ophoudt in een prachtige grot, zeer ruim en
voor bet oog van onbescheidenen verborgen. In deze
grot, gelegen te midden van het woud, richt Ti
burzi avondfeestjes aan. Eten en drinken moeten bij
den bandiet zeer goed zijn. De politie schijnt nog
steeds met machteloosheid tegenover hem geslagen.
De oude schelm heeft een zoon, dien hij elders
laat studeeren. Van tijd tot tijd zoekt hij dien op
en hij staat ook toe, dat zijn zoon hemzelven nu
en dan bezoekt, echter niet te dikwijls, omdat zijn
vader vreest, dat de jongeling smaak mocht krijgen
in het bandietenleven. Hij wil van hem een fat
soenlijk man maken
Twee meisjes, 18 en 20 jaren oud, te Diano
Aventino, in de Riviera, die op dmzelfden jongeling
verliefd waren, hebben geduelleerd. De jongste stak
de oudste een dolkmes in 't hart, doch toen zij haar
slachtoffer zag vallen, sneed zij zichzelf den hals af.
Beider lijken werden in een bloedbad gevonden.
Tengevolge van een overvloedigen regen, die
twee dagen onafgebroken aanhield, zijn de Belgische
dorpen la Louvière en Saint-Vaast geheel over
stroomd. De Home en de Thirian zijn buiten have
oevers getreden en hebben de velden onder water
gezet, den oogst verwoest, korenmolens doen instor
ten en twee bruggen weggeslagen. De bewoners
bevinden zich in een. wanbopigen toestand dit onge
luk, dat zoo dicht volgt op de vreeselijke stormen
in het einde van Augustus, heeft een menigte land
bouwers tot armoede gebracht.
Nabij Parijs, op den boulevard Gauvion, Saint
Cyr, hieldeu twee agenten in den nacht, in bot
kreupelhout nabij de fortificatie een man aan van
40 jaar, ellendig gekleed. Voor den commissaris van
politie gebracht, weigerde de landlooper in het eerst
hardnekkig te zeggen wie hij was en de overheids
persoon werd getroffen door zijn beschaafde taal en
manieren. Met veel moeite bracht hij den man er
eindeljjk toe, opheldering to geven en toen verklaarde
bij markies van geboorte te zijn. Een 10-tal jaren
geleden bezat hij een kapitaal, dat 300,000 francs
rente afwierp en dat hij geheel verkwist had thans
bezat hij niets meer. Toch had hij nog aanspraak op een
millioen, waarvan hij echter geen sous van zijn voogd
kon loskrijgen en dientengevolge verkeerde hg in de
diepste ellende. Tevergeefs had hij aan alle deu
ren geklopt. Ten slotte had hij zich, ten einde raad,
tot de groote familiën gewend, waaraan hij verwant
was, maar men had hem als een bedrieger weggejaagd.
Een maand geleden was hjj, uitgeput door ar
moede en ziek van gebrek, in het hospitaal Beaujan
opgenomen en daaruit cenige dagen geleden ontsla
gen. Een paar nachten had hg in een toevluchtsoord
doorgebracht, waar hij ook niet durfde terug komen.
Bevend van koorts had hij zijn hoed opgehouden,
toen een van zijn bloedverwanten, een millionair,
voorbijging. Deze had, zonder hem te herkennen,
een tien-sous-stukje in zijn hoed geworpen, waarvan
hij zijn honger had gestild. De politie, wie de waar
heid van dit treurige verhaal gebleken is, zal stap
pen doen bij de familie, om den ongelukkige uit
zijn hopeloozen toestand te redden.
Laatste en telegraphische berichten.
Aan het onlangs tentoongestelde werkstuk van
2 leerlingen der Ambachtsschool alhier is door het
hoofdbestuur der Nederlandsche Maatschappij ter
bevordering van Nijverheid te Haarlem de uitgeloofde
premie van f 50 uit het daarvoor bestemde Thieme-
fonds toegekend. Dit bedrag is hedenmiddag door
het bestuur der ambachtsschool aan de betrokken
leerlingen J. Crucq en W. F. Van Riet ter hand
gesteld.
Voormalige verkeerswegen rondom Goes.
Wat zijn onze voorvaderen toch vreemde lui ge
weest dacht ik wel eens bij het aanschouwen van
vele wegen. Vergelijk bijv. eens de wegen uit den
Haarlemmermeerpolder een stuk gronds, dat om
zoo te zeggen in onze eigen dagen is ontstaan
met die van de oudste streken. De nieuwe, de tegen
woordig ontstaande wegen loopen prachtig" recht,
juist op het doel af; de oude loopen zoo krom
mogelijk, met vele tientallen »slinger-slangers". Wat
mag do menschen toch bewogen hebben, zulke vreese
lijke omwegen te maken Zou het wellicht zijn, om
dat ze een afkeer hadden van eentonige, Amerikaan-
sehe rechtlijnigheid(Men weet, dat in de Ameri-
kaanscke stedeu de straten ook zoo lijnrecht loopen).
Zou het zijn, om den reiziger bij elke kromming
van den weg een nieuw en dikwijls verrassend ver
gezicht te schenken
Bij een eenigszins nauwlettende beschouwing ziet
men aan vele, zoo niet aan de meeste wegen nog
iets anders, dan dat ze kronkelen, en wel dat ze
vaak lager liggen dan de landerijen, waar ze door
heen loopen. Bij sommige is dit verschil in hoogte
uiterst gering, bij vele andere daarentegen duidelijk
merkbaar. Ja, mij zijn wegen bekend, zóó laag ge
legen, dat men ternauwernood op het veld iets kan
zien en zeker geon vergezicht over den omtrek heeft.
Verscheidenheid van uitzicht kan dus niet het doel
geweest zijn dier vele kronkels, want dan had men
den weg tegelijk boog aangelegd. Een enkele ver
bindingsweg, zooals het Hooge pad tusschen den
Bordelooschen of Monnikendijk en den Wemelding-
schen zandweg, ligt hooger dan de belendende gronden;
lioö dit komt, verklaar ik straks.
Hoewel onze verste voorouders niet zoo'n koorts
achtige haast en gejaagdheid kenden als wij, maar
integendeel ruimschoots den tijd hadden om hunne
wegen zoo krom te maken, als zij verkozen, en
ook om die kromme wegen op hun gemak te be
wandelen of te berijden, zouden er toch bewijzen
genoeg te leveren zijn, dat zij geen krommingen
maakten, als zij gemakkelijker de rechte lijn konden
gebruiken. Dan moet er dus zoo besluiten wij
een andere, een natuurlijke oorzaak geweest zijn,
die de richting der wegen bepaalde. Die oorzaak
bestond inderdaad. Als men een stuk grond in onze
provincie aan het water had ontrukt, bleven daarin
verscheidene kreken over, zooals aan een ieder be
kend is, die wel eens een schorre heeft gezien.
Sommige dier kreken waren zoo ondiep, dat ze
gemakkelijk gedicht en met den overigen grond
gelijkgemaakt worden konden. Bij de diepste en
breedste was dat echter niet mogelijken nu ge
bruikte men laatstbedoelde, om daar wegen door
te maken. Dezelfde kronkelingen, die zulk een kreek
bezat, vond men dus ook in de wegen terug; en
daar de kreken beneden den beganen grond lagen,
moesten ook de wegen in die lage ligging deelen,
al had men er dan ook van terzijde eenige aarde
opgebracht.
Het spreekt wel vanzelf, dat zoodanige wegen in
den beginne alles behalve vast waren. Immers, ze
bestonden uit klei, zonder eenigen vasten onder
grond. Vandaar, dat ze dan ook in najaar en winter
door de vele regens totaal onbruikbaar waren. Nu,
vervoer had men in die jaargetijden ook niet, en
uitstapjes maken viel toen nog niet zoo in den
smaak. Maar in latere jaren, toen de bevolking
dichter en daardoor handel en verkeer levendiger
werden, gevoelde men er behoefte aan om de wegen
in alle jaargetijden bruikbaar te maken.
In het jaar 1554 werd de stad Goes door een
vreeselijken brand voor een groot gedeelte in de
asch gelegd. De schade, daardoor geleden, was ver
bazend groot, niet alleen de onmiddellijke sebade,
een gevolg van elk ongeluk van dien aard, maar
ook de middellijke, doordat de handel nu voor een
poos stilstond of tenminste zeer was achteruitgegaan.
Om dien nu weer zooveel mogelijk tot bloei te
brengen en de landlieden opnieuw naar de Goesche
markt te lokken, wilde men de wegen van verschil
lende dorpen naar de stad verbeteren. De Goesche
regeering vroeg daarom verlof, om van ieder gemet
land gedurende vier jaar vier grooten te mogen
heffen, opdat zij in staat zou zijn, de kosten cüer
verbetering te dragen. Dit verzoek werd evenwel
niet toegestaan. Daarom vroeg en verkreeg de stad
nu van koning Filips II vergunning, om twee trek
vaarten te mogen graven. De eene liep van de
Ganzenpoort tot Kloetinge, de andere van dezelfde
plaats langs 's-Heerabtskerke naar de Voortrappen,
dat zjjn heuvels bij 's-Gravenpolder, en verder door
Vijfzoden tot bij Nisse. Van deze vaarten werd druk
gebruik gemaakt, zoodat men plannen maakte, om
soortgelijke ook naar andere dorpen te graven. Reeds