1894 N°. 106.
Zaterdag 8 September.
81s,e jaargang.
FEUILLETON.
Het raadsel van Hildburgbausen.
GOESCHE
De uitgave dezer Courant®ttiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond,
^lidflKderd op feestdagen.
Prijs per kv^fiaal^oo binnen als buiten Goes, 1,75.
Afzonderlijke nommers 5 centmet bijblad 10 cent.
Behalve' aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiën voor dit blad
aangenomen bjj de heeren Nijgh Van Ditmar te Botterdam 8n verder
bjj alle Boekverkoopers en Brievengaarders.
Inzendlnc van advertentiën vóór 9 uren op den de* der uitgave.
I I
C0UR4NT.
De prijs der gewone advertentiën is van 1-5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 ets.
Bg directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prjjs
slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelgks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 110 regels a f 1,berekend.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel.
De geboorteplaats van De Ruyter.
Het is mij gebleken, dat, na de inzending van mijn
artikel, in het voorgaande no. dezer courant opgeno
men, door dhr. Mes, archivaris te Bergen-op-Zoom,
intnsschen op de repliek van den heer Dommisse te
Vlissingen bereids geantwoord is, waarin hij verklaart,
wel dankbaar, maar nog niet voldaan te zijn met de
verklaring, dat uit de nog bestaande familie-papieren
wel blijkt, dat de moeder van onzen De Ruyter Alida
Jans heette, doch waarvoor hij het bewijs verlangt.
Zulks noodzaakt mij alzoo, op de zaak in quaestie
nog weder terug te komen, in vertrouwen dat de
geëerde Redactie dezer courant welwillend genoeg
zal zijn om ook dit mijn nader schrijden op te nemen.
Uit de gemelde familie-papieren blijkt dan, dat
Adriaan Michielsen, als jm. van Bergen-op-Zoom,
den 13 Januari 1598 te Vlissingen huwde met eene
Alida Jans, jd. van Vlissingen, die in het volgende
jaar, na de geboorte op den 11 Maart 1599 van
eene dochter, aldra overleden is. Den 20 Maart 1601
trad hjj te Vlissingen andermaal in het huwelijk,
en weder met eene Alida Jans, jd. van Middelburg,
uit welken echt nog 5 zoons en 6 dochters te Vlis
singen geboren werden, van welke onze Michiel, als
het 4de kind dezer vrouw, den 24 Maart 1607 aldaar
ter wereld kwam.
Ofschoon nu deze familie-aanteekeningen door mg
vertrouwbaar genoeg geacht worden, verlangt de
heer Mes evenwel authentieke bewijzen voor een en
ander.
Toen ik, nu reeds meer dan 50 jaar geleden, in
de gelegenheid was om de ondertrouwboeken te Vlis
singen zorgvuldig te raadplegen, bleek mij, dat
sommige boeken, door het verlies van verscheidene
bladen al vrij defect waren, niet alleen, maar dat
het 1ste trouwboek, tot 1604 loopende, zoozeer, en
vooral in den beginne, geleden had, dat het nagenoeg
ondoenlijk was, daaruit nog een en ander op te
nemen, zoodat van de gemelde huwelijken in 1598
en 1601, daarin zeker voorkomende, toch onmogelijk
een legaal bewijs meer geleverd kan worden.
Niettemin wil ik toch trachten den 4ieer Mes te
overtuigen, dat de moeder van onzen pDe Ruyter
werkelijk eene Alida Jans geweest is, en wel door
het aanhalen van de kinderen uit onzen De Ruyter's
eerste 2 huwelijken te Vlissingen geboren.
Gelijk door mij in mijn vorig art., uit het 4de
trouwboek te Vlissingen is opgegeven, dat onze De
Ruyter den 16 Maart 1631 aldaar eerst huwde
(ondertr. 15 Febr.) met Maeyken Velders, jd. van
Grijpskerke, waar zij den 16 Maart 1604 geboren, en
den 27 Dec. 1622 te Vlissingen tot lidmaat der Herv.
kerk, blijkens het nog voorhanden zijnde lidmaten-re-
gister, aangenomen werd, ontviel deze gade hem reeds
op den 31 Dec. deszelfden jaars in het kraambed,
terwijl dit eerste kind, Alida genaamd, den 18 Ja
nuari 1632 mede overleden is. Op den 1 Juli 1636
ving onze de Ruyter, als stuurman ter koopvaardij
varende, een tweede huwelijkaan (ondertr. 14 Juni),
met Neeltgen of Cornelia Engels, j.d. van Vlissin
gen, waar zij in 1607 geborap was, en uit dit recht
gelukkige huwelijk ontsproten te Vlissingen 5 kin
deren, nl.
1. Adriaan, den 27 Sept. 1637hij werd lui
tenant ter zee, doch overleed te Amsterdam, reeds
in zijn 18de jaar, den 13 April 1655.
Naar het Duitsch van A. E. Brachvogel.
58) Vervolg.
De nieuwe vermoedens, die omtrent den geheim-
graaf in omloop kwamen, de misleiding en onzeker
heid, waaraan men andermaal ten prooi was, bracht
geheel Hildburghausen het hoofd op hol en het ge
raakte in eene bijna ziekelijke opgewondenheid. Zelfs
aan het hof te Meiningen hegou de bjjna vergeten
zaak weder groote belangstelling te wekken.
Den 2den Juni verscheen er eene gerechtelijke
dagvaarding, onderteekend door den kantonrechter
C. Trommel, waarin de overledene met beide door
hem gedragen namen werd vermeld, benevens al de
omtrent hem bekende gegevens, alsook dat zijne
nalatenschap f 15.100 bedroeg. Allen, die meenden
daarop aanspraken te kunnen doen gelden, werden
opgeroepen, deze persoonlijk te komen bewijzen op
den SOsten Juni 1846 voor het kantongerecht te
Hildburghausen. Eene zelfde oproeping geschiedde
wegens f 1470, zijnde de nalatenschap eener onbe
kende overleden dame, die ce vreemdeling had aan
gegeven als te heeten Sophie Botta, maar die, op
grond van gevonden brieven, eene zekere mevrouw
Agnes Barthelmy, geboren Daniëls, moest zijn ge-
2. Cornelia, den 20 Sept. 1639; getrouwd den
4 Maart 1659 met Johan de Witte, kapitein ter zee.
Hoezeer te Amsterdam ondertrouwd en ook getrouwd,
vond ik in de ondertrouwboeken, zoowel te Vlissin
gen als te Goes, waar de trouwgeboden afgekondigd
moesten worden, hiervan toch melding gemaakt, nl.
>8 Febr. 1659, Jan de Witte, j m. van Goes, en
Cornelia de\Ruyter, j.d. van Vlissingen".
3. Een kind, dat slechts 3 dagen na de geboorte,
den 16 Augustus 1641 ongedoopt overleed.
4. Alida, den 16 Nov. 1642; getrouwd le. den
16 Juni 1663 met Johan Schorer, schepen en raad
te Vlissingen, die den 26 Mei 1664 overleed, en 2e.
den 11 Juni 1667 met Thomas Potts, predikant
aldaar. N.B. In het 5de trouwboek te Vlissingen
zijn de aanteekeningen van 21 Febr. 1660 tot 10
Aug. 1669, aan het einde van dat boek geheel ver
loren gegaan.
5. Engel, den 2 Mei 1649, opgeklommen tot vice-
admiraal van Holland en West-Friesland, doch met
wiens dood, in ongehuwden staat, den 27 Febr.
1683 de mannelijke linie eindigde.
Wanneer nu toch uit de doopnamen dezer kinde
ren, als op de familie van hem en van die zijner
echtgenoote betrekking hebbende, blijkt, dat er twee
maal eene Alida vernoemd is geworden, dan valt
het toch bezwaarlijk, nog te gaan twijfelen, of de
Ruyter's moeder wel eene Alida geweest zijterwijl
de bewering van den heer Mes, alsof eene doop-
aanteekening te Bergen-op-Zoom op 8 Juli 1607,
van eenen Michiel, zoon van Adriaan Michielse en
van Susanna Verbrugghen, betrekking zoude hebben
op onzen admiraal Michiel, totaal onhoudbaar wordt,
als men ziet, dat de naam van Susanna bij diens
kinderen volstrekt niet voorkomt.
Gelijk hierboven blijkt, dat, toen De Ruyter's
vader in 1598 te Vlissingen huwde met eene Alida
Jans, van daar geboortig, er te Middelburg ook reeds
eene Alida Jans, te dier plaats geboren, aanwezig
was, die in 1601 zijne tweede gade werd, zoo
zou het mij geenszins verwonderen, wanneer ons de
gelegenheid gegeven werd, alle nog voorhanden zijnde
doopboeken onzer Vaderlandsche gemeenten te door
zoeken, of wij zouden elders in het begin der 17 de
eeuw hier of daar nog wel doopelingen aantreffen
onder den naam van Michiel, die den een of anderen
Adriaan Michielse tot vader hadden, aangezien Mi
chielse destijds wel eenigermate figureerde als ge
slachtsnaam, maar eigenlijk niets anders aantoonde
dan dat zekere Adriaan een zoon was van eenen
Michiel.
Zoo zoude dan, niet alleen uit Bergen-op-Zoom,
maar wie weet, waar nog al meer, beweerd kunnen
worden, dat men uitsluitend te Vlissingen niet ge
rechtigd is, deze stad als de geboorteplaats te beschou
wen van onzsrl grooten zeeheld, waartoe, mijns be
dunkens, na toch wel voldingende bewijzen zullen
zijn aangevoerd.
Moge het mjj althans gelukt zijn, den heer Mes,
zoo ik hoop, nu overtuigd te hebben, dan zal het
my een innig genoegen verschaffen, op 86jarigen
leeftijd, als te Zierikzee den 24 Aug. 1808 geboren,
en alzoo als Zeeuw, den roem van Vlissingen, als
geboorteplaats van onzen wereldvermaarden Michiel
Adriaansz. De Ruyter nog te hebben mogen helpen
handhaven
Wolfaartsdijk. J. VAN DER BAAN.
weest. Alle nieuwsbladen in binnen- en buitenland
werden uitgenoodigd deze oproeping over te nemen
en ter ontdekking van beide raadselachtige personen
te willen medewerken.
Deze oproeping uit een achterhoek van Thürin-
gen, die in alle Duitsche couranten werd opgenomen,
en in Frankrijk en Nederland werd gepubliceerd,
verwekte groot opzien. Het geheimzinnige wekte een
algemeene zucht naar ontdekking bij het publiek en
tal van dagbladschrijvers brachten hunne pennen in
beweging om eene oplossing te vinden.
Terwijl aldus uit alle oorden der wereld ophelde
ringen naar Hildburghausen stroomden en eene zaak,
die tot nogtoe alleen in een kleinen kring belang
stelling bad gewekt, op eens tot een interessant ge
val voor het algemeen was aangegroeid, zaten de
leiders der tegenpartjj van den goheimgraaf evenmin
stil. Zij gevoelden met innerlijken trots, dat tot in
de meest verwijderde hoeken der wereld het oog op
hen gericht was.
De eerste belangrijke aanwijzing gaf de postad
ministratie. Volgens verklaringen onder eede van
Ebersmann, geput uit zijne boeken, ontving de ge-
heimgraaf jaarljjks f7000 uit Holland. Dit pleitte
dus voor de meening, dat hij een echte Van dei-
Valk was. Uit de boeken van de postadministratie
bleek echter, dat hij jaarljjks ongeveer f 12,000 had
ontvangen. Hieruit volgde derhalve, dat hem al dien
tijd f5000 's jaars uit eene andere bron was toe
gevloeid, zonder medeweten van Ebersmann of diens
voorganger. De aankoop der gronden in Wallrabs
De heer C. P. I. Dommisse antwoordt nog aan
den heer Mes in de M. Ct. van heden, dat in de
bescheiden van den heer J. C. De Ruyter de Wildt
o. de volgende aanteekeningen voorkomen van de
hand van jonkvrouw Cornelia de Ruyter, oudste
dochter van den admiraal.
1601 den 20 meert is mijn grootvader weder
getrout met een doghter van Vlissinghe genaemt
aelken Jans wesende mijn grootmoeder."
»1607 den 24 meert is haer vierde kint ge-
horen wesende een soon en is genaemt mahiel."
>1631 den 16 meert is mijn vader mighiel
adryaensen de ruyter getrouwt synde van Vlis
singhe geboren met een doghter genaemt matie
velters van grïpskerke myn vader out synde 23
jaren 11 maenden 22 daghen en syn buys vrouw
out synde net 27 jaren."
t>Hieruit ziet men m. i. duidelijk, zegt de heer
Dommisse, dat de vader van De Ruyter reeds in
1598 te Vlissingen is getrouwd en dat aldaar op
den 24en Maart 1607 Michiel geboren werd, wiens
moeder Aelken of halken Jans heette." (Red. G. Ct.)
GOES, 7 September 1894.
Tot slot van den velddag van het Leger
des H e i 1 s werd Woensdagavond te 8 uren in
»de Prins van Oranje" een groote Demonstra
tie gehouden, die geleid werd door kol. Olifant,
bijgestaan door de hoofd- en eenige andere officieren.
Deze avond werd, even als het grootste gedeelte
van den dag, gewijd aan gebed, gezang, bekente
nissen van een vroeger zondig leven, betuigingen
van blijdschap over deelachtig geworden reddingen
opwekkingen van de nog niet geredden om zich bij
het Leger aan te sluiten.
Nog deelde de kolonel mede, dat waarschijnlijk
op Zondag den 16 dezer een openlucht-samenkomst
•5*aI plaats hebben, eveneens op het Roosjeshof. Bij
zonderheden daaromtrent zullen alsdan nader wor
den medegedeeld.
lfeiiüKensznnd, De gemeente-begroo
ting alhier voor 1895 is aan den gemeenteraad
aangeboden in ontvang en uitgaaf op een bedrag
van f 11163,70.
Bij Kon. besluit is benoemd tot voorzitter van
het bestuur der waterkeering van de calamiteuse
Hoofdplaat- en Thomaespolders, P. F. Thomaes.
Bij kon. besl. is herbenoemd tot burgemeester
van Vlissingen de beer H. P. J. T u t e i n N o 1 -
t h e n i u s.
De hoogleeraar d r. C. M. Kan, van de Am-
sterdamsche Universiteit, is door de Koningin-Re
gentes belast met het geven van onderwijs in de
algemeene aardrijkskunde aan Koningin Wilhelmina.
De St.-Ct. bevat een Kon. besluit bepalende
dat de tegenwoordige zitting van de State n-
Generaal zal worden gesloten op Zaterdag 15
Sept., des namiddags te drie uren door den Minis
ter van Binnenlandsche Zaken, in naam der Koningin.
Bij Kon. besluit is tot voorzitter van de Eerste
Kamer der Staten-Generaal, gedurende de zitting
die zal aanvangen op den derden Dinsdag in Sep-
uit zijne private kas en de som van f9000 in
Fransche goudstukken, die bij zijn dood gevonden
werd, waren daarvoor een bewijs te meer. Vanwaar
kon hij dat geld anders hebben ontvangen dan uit
Frankrijk Maar waarom kon hij dan ook weêr niet
Va veil de Versay heeten? Het werd meer en meer
duidelijk, dat de vreemdeling beide namen had ge
dragen en het had al den schijn, dat hij op beide
het volste recht had, dat er in de wereld bestaat,
nl. het recht om er geld op te ontvangen 1 En
toch 1 bedrog moest er zijn, want hij kon toch
maar óf een Franschman, óf een Hollander zijn
Wat was hg nu
Eén onwederlegbare daadzaak was intusschen tot
groote voldoening van Hermann bewezen, nl. dat
de overledene zich het veeljarig genot van een aan
zienlijk gedeelte van zijn inkomen alleen had kun
nen verzekeren door bedrog, en dat alleen hem
reeds tot zijne afzondering had verplicht 1 En zooals
de lezer weet, bevonden zich de tegenstanders van
den geheimgraaf daarmede niet geheel en al op een
dwaalspoor 1
Eindelijk besloten Hermann en Trommel eens naar
den Bergtuin te gaan om den ouden Szlenka aan
den tand te voelen. Na eenige aarzeling werden ze
tot den vroegeren bediende toegelaten.
»Ge kent mij nog wol, mijn waarde" begon Her
mann, »en ge zult wel begrijpen, dat we komen
om u te ondervragen
Vanwege de justitie, vriend" voegde Trommel
eraan toe. »Ik maak er u opmerkzaam op, dat men
tember a. s., benoemd mr. A. Van Naamen
van E e m n e slid van die Kamer.
Dr. A. Kuyper, lid van de Tweede Kamer
en hoofdredacteur van de Sj^alaavd, is op zijn ge
wone jaarlrjksche reis, naar ae'fifd meldt, vrij ernstig
ongesteld geworden. Naar het blad echter met ge
noegen verneemt, wekt zijn toestand geen bezorgd
heid meer. Tot volkomen herstel van krachten zal
hij eenige weken te Brussel, waar hij thans vertoeft,
moeten blijven.
Van bevoegde en betrouwbare zijde schrijft
men betreffende de keuring voor de cadet
tenschool het volgende
»De eischen, waaraan de aspirant-cadetten bg de
keuring moesten voldoen, waren volgens het gevoe
len der geneesheeren te zwaar. Oorlog en Koloniën
stelden, daarom eene wijziging in het reglement van
keuring voor, welke wijziging door H. M. de Regentes
op 29 Juni 1894 werd goedgekeurd, onder bepaling,
dat die wijziging in bet staatsblad zou worden ge
plaatst en in werking treden met den dag der af
kondiging.
Daarna werd bepaald, dat de aspiranten den lOden
of 11 den Juli geneeskundig zouden dffcöerzocht wor
den. Inplaats dat de wgziging der; keuring voor
dien tijd in de Staatscourant werd afgekondigd, kwam
die wijziging eerst in de Staatscourant van 14 Juli,
zoodat de keuring plaats had volgens de oude voor
schriften.
Hierdoor werden aspiranten afgekeurd, die, ware
de wijziging intijds vóór 10 Juli afgekondigd, goed
gekeurd zouden zijn.
De herkeuring werd vastgesteld op 16 Juli te
Alkmaar. Een aantal afgekeurden wist niet, dat
wgziging in de keuringsvoorwaarden had plaats ge
had, en overtuigd, dat zij de gebreken hadden,
waarvoor zij 10 of 11 Juli waren afgekeurd, kwa
men zij niet ter herkeuring op; waren zij 16 Juli
opgekomen, dan zouden zij tengevolge der wijziging
in de keuringsvoorwaarden wellicht goedgekeurd zijn.
Toen 's morgens van den 16den Juli de commissie
te Alkmaar kwam om de afgekeurde aspiranten te
herkeuren, wees de vader van een der aigekeurde
aspiranten den leden der commissie op de wijziging
der keuring, zooals die in de Staatscourant van 14
Juli stond.
Een lid dier commissie antwoordde, dat hij daar
van wel eens iets in de couranten had gezien, maar
deze wgziging voor hem niet gold, aangezien hij deze
nog niet in het Recueil militair had gezien, en er
aan de keuringscommissie geen kennis van was ge
geven.
De vader van den afgekeurden aspirant gaf aan
de keuringscommissie de Staatscourant van 14 Juli
en wees er op, dat het besluit tot wgziging in
werking trad met den dag van afkondiging.
Ware de wgziging dier voorschriften vóór de
keuring in tijds, dus vóór 10 Juli afgekondigd, de
voorschriften voor de kauring en herkeuring zouden
dezelfde zijn geweest.
In de Times vindt men een uitvoerig artikel,
waarin het bekende ontwerp tot droogmaking
van de Zuiderzee wordt toegelicht. Tot goed
begrip van het plan geeft het blad een duidelijk
kaartje van de Zuiderzee met de omliggende pro-
u dwingen kan getuigenis der waarheid af te leggen
en dat ge alles onder eede moet verklaren."
>Wel vragen hem maar. Ik ben Lorenz Szlenka
en heb gedienen wel 41 jaar genadig heer van mij,
dat gestorven is m Eishausen."
Trommel zette zich tot schrijven. »Hoe heette
uw meester in werkelijkheid
»Weet ik daarvan niks. Heeft zich in 't geheel
niks zelf genoemd. Is voor mij gewezen genadig
heer en verder niks."
»Niet graaf? Graaf Vavell?" riep Hermann.
»Heeft mij daarvan geen woord gezeggen."
»Maar in het dorp noemde men hem toch Vavell."
»Ja, hebben hem de inenschen daar genoemd
Faffel. Waarom Weet niks."
»Maar hij was toch eigenlijk een Hollander, oude
heer" ondervroeg Trommel. »Wij hebben zijn pas
gevondenVolgens dezen heette hij Cornelius Van
der Valk
»Wat Nelius Vaneralk Kan ik zweren, dat ik
niks gehoord heb het naam tot dit uur."
»Het was zeker een aangenomen naam en
Hermann wierp dit zeggende een spottenden blik
op Trommel. »Hij liet een vervalseht papier achter
om ons op een dwaalspoor te brengen. Daar hg
zich nooit Van der Valk, maar altijd Vavell de
Versay noemde, wanneer hij zijn naam moest ver
melden, bewijst dit, dat hij recht had op den anderen
naam."
»We zullen dat voorloopig eens aannemen" ant
woordde Trommel.