Schenkers, van Oefening en Uitspanning" van Hans- weerd. Da prijs der meeste waterrozen viel ten deel I aan dhr. M. Van O vervelt, van L'amitié unie" te I Rozendaal. De uitgeloofde medalje voor het verst i afkomend gezelschap verwierf Claudius Civilis" te Tilburg, terwijl voor de vereeniging met het grootst aantal schutters mede een medalje beschikbaar was, die uitgereikt werd aan L'amitié unie" te Rozen- daal, welke sociëteit door 17 schutters vertegen woordigd was. De feestelijkheid werd door goed weer begustigd en liep tot aller genoegen in de beste orde af. Een der hoofden van scholen te Ginneken kreeg op zijne vraag, waarom Dina v. F. niet school was, ten antwoordMeester, ze moest kijken of het varken jongde en dan moest ze vader roepen Het schoolhoofd wist niet precies onder welke rubriek dit schoolverzuim gebracht moet worden. Omtrent den dader van den moord te Schagen is volgens de H. Ct. nog niets bekend, maar te Alkmaar is iemand onder politiegeleide binnenge bracht, tegen wien men zware verdenking meent te hebben. Lieden uit Schagen, die hem gezien hebben, beweren veel overeenkomst ontdekt te hebben tusschen hem en een gewezen knecht van de verslagene. Deze zou eenigen tijd geleden uit de gevangenis, waarin hij wegens diefstal zat, gekomen zijn. Als iets eigenaardigs omtrent de wed. Bute wordt gemeld, dat zij veel belang stelde in politieke zaken. Bij lezingen van dien aard was zij dikwijls tegenwoor dig en meestal de eenige vrouwelijke aanwezige. Ook de tegenwoordige minister van justitie, mr. W. Van der Kaay, zal bij eene van zijne lezingen te Schagen wel een oude vrouw opgemerkt hebben, die vlak voor den spreker, met gebogen rug, aandachtig zat of stond te luisteren met de hand aan het oor, opdat haar geen woord van het gesprokene zou ontgaan. De opmerking als zou de moord tot eigenaardige erfenisver wikkelingen aanleiding kunnen geven, is niet juist. Art. 878 van het B. W. luidt namelijk: Indien verscheiden personen, van welke de een tot des anderens erfenis geroepen is, door een en hetzelfde ongeval, of op denzelfden dag, omkomen, zonder dat men weten kunne wie het eerst overleden zij, worden zij vermoed op hetzelfde oogenblik ge storven te zijn, en er heeft geen overgang van erfenis van den eenen ten behoeve van den anderen plaats." De burgerij van Schagen en omliggende ge meenten stelt 750 beschikbaar voor de ontdekking van den moordenaar der twee vrouwen. De secretaris der Belgische legatie te 's-Gra- venhage, baron de Wijkersloot, is in de vorige week het slachtoffer geweest van een lage aanranding. Tegen middernacht naar zijne woning op de Plaats terugkeerende, zat op de stoep onder de marquise voor de deur van het gebouw een kerel, schijnbaar in duttende houding. Toen de baron dezen verzocht op zijde te gaan, daar hij niet in huis kon, richtte de kerel zich plotseling op en bracht den baron onverhoeds een slag tegen 't hoofd toe, waardoor hij 't bewustzijn verloor. Tot ziebzelven teruggekeerd, was de kerel verdwenen en miste de heer Wijcker- sloot later zijn portefeuille met aanzienlijke gelds waarde. De dader is nog niet bekend. D Naar aanleiding van een vonnis van den kan tonrechter to Haarlem, waarbij iemand voor het rooken in den schouwburg werd veroordeeld tot 50 cent boete, is het, zegt de R'ami. Ctmisschien niet onaardig eens te vermelden, hoe men met zoo iets in Duitschland korte wetten maakt, althans in Leip zig, waar een ooggetuige in 1886 het volgende bij woonde In de koffiekamer van het >Alte Stadttheater" zat een heer in de pauze aan de middentafel en stak een cigaret op. Toen hij even gerookt had, komt de wachthebbende agent binnen, groet den rooker en vraagt heel gemoedelijk, zooals de meeste Saksers zijn: Darf ich freundlichst um 15 Mark bitten?" terwijl hij het verbaasde en vragende ge zicht van den aangesprokene alleen beantwoordt met op de cigaret te wijzen en op de verbodsbepalingen, in het lokaal aangeplakt. De ander, ziende dat er niets aan te doen was, trekt zijn beurs en betaalt, zeggende»Nein solch eine theuere Cigarette liabe ich in meinem Leben noch nicht geraucht." De agent schrijft daarop in een daarvoor bestemd boekje, met doordrukpapier, een quitantie, scbeurt die uit en geeft die ten bewijze van ontvangst over. Sommige omstanders beklaagden den rooker, ter wijl anderen zeiden »Ja, de man had het kunnen i weten't staat met groote letters aangeplakt." Die methode, om voor dergelijke overtredingen dadelijk bij vrijwillige betaling van de hoogste of vaste boete de zaak af te doen, heeft onze zegsman ook op straat meermalen zien toepassen, en ze heeft, voor een vlugge behandeling van zaken zeer veel goeds in zichwil men liever een vonnis afwach ten, zoo staat het vrij, niet direct te betalendoch in zeer veel gevallen maakten de delinquenten zich maar liefst door dadelijk toegeven van de zaak af, daar er dan ook geen verdere kosten op kwamen. Ook bij jachtdelicten ging men, zoo vertelde een jurist, wel op dezelfde wijze te werkdoch wanneer de jager, wat meestal het geval was, de vrij hooge boete niet ineens kon betalen, werd het geweer door den jachtopziener tot onderpand meegenomen, waar om deze ook wel »der Pffinder" werd genoemd. Dank zg een paar moedige vrouwen is Woens dag te 's-Hertogenbosch een verschrikkelijke ramp voorkomen. Omstreeks acht uur in den avond ontdekte men dat van onder de ramen van het bovenhuis van een pand aan den Vuchterdijk rook kwamtegelijkertijd hoorden de buren eenige kinderen schreien. Onmid dellijk begaf zich een dezer naar boven, doch moest wegens den hevigen rook terugkeeren. Toch kwam hij een oogenblikje later terug, gevolgd door twee vrouwen en drie mannen, allen buren. Met bewon derenswaardige heldhaftigheid vlogen de vrouwen, op gevaar af te stikken, naar de slaapkamer, waar vier kinderen te bed lagen. In een oogwenk waren de kleinen met behulp der mannen naar de beneden verdieping gebracht. Met emmers water bluschten de mannen, in een dikken rook gehuld, het vuur, dat zich aan het beddegoed had medegedeeld. Een dezer flinke mannen wondde zijne handhet raam niet kunnende openschuiven, sloeg hij een ruit stuk, om de rookmassa gelegenheid te geven te ontsnappen. De vader der kinderen, zekere S., was op een pleizierreis naar Amsterdamde moeder was, na de kleinen, waarvan het oudste 8 jaar is, te bed gelegd te hebben, uitgegaan. Waarschijnlijk is door de kin deren met lucifers gespoeld. S. was niet tegen brand schade verzekerd. N.-BrDbL) Te Lacul-Sarat, een badplaats nabij Braila aan den Donau, is een verschrikkelijke misdaad ont dekt. Een meid, die met hare mevrouw, de weduwe van den advocaat Dimitriade, aldaar vertoefde, had reeds eenige dagen het nichtje, dat door de vrouw grootgebracht werd, niet gezien, maar zou hierop geen acht hebben geslagen, indien zij niet op zekeren dag in de kamer harer meesteres geschrei had ge hoord, dat uit een daar staanden gesloten koffer scheen te komen. Op een vraag harer dienstbode antwoordde de weduwe met merkbare verlegenheid, dat zich in den koffer een wassen pop met speelwerk bevond. De meid kreeg argwaan en deelde hare opmerkingen aan de politie mede. De koffer werd opeDgebroken en men vond daarin in allertreurigsten toestand het achtjarig nichtje, dat sedert zes dagen geen ander voedsel had gekregen dan een stuk brood, dat haar gegeven was, toen zij in den koffer ge sloten werd. De geneesheeren twijfelen of het kind in het leven zal blijven. De weduwe Dimitriade had gehoopt in het bezit te komen vao het vermogen van het meisje, wier naaste bloedverwante zij was. Een Berlgnsch reiziger overkwam te Witten berg een eigenaardig avontuur. Daar hij onbekend in die stad was, had hij een geleider genomen, die tegelijk de monsters droeg. De reiziger trad een winkel binnen en de geleider wachtte geduldig op een teeken om met de monsters binnen te komen. Dit was echter niet noodig, want de reiziger ver liet den winkel weer, en de dienstman volgde hem op de hielen. Vele winkels werden nog bezocht, maar zaken werden nergens gedaan. Daar den een d9n ander evenwel als zijn schaduw volgde, kwam het weldra tot een opheldering, en tot grooten schrik van den dienstman bleek, dat hij niet den reiziger, maar een dominee gevolgd was, dien bij voor den eerste had aangezien. Nu werd de verwarring echter nog grooter. De dienstman zocht den reiziger in de straten der stad en in het hotel, terwijl de laatste de politie reeds had kennis gegeven van den vermeenden diefstal zijner monsters, die onderwijl echter in het hotel waren afgegeven. Op de markt troffen beide partijen elkander eindelijk, en helderde zich het gebeurde onder algemeene vroolijkheid op. verleenen van onderstand van gemeentewege, waarbij hoegenaamd geen rekening wordt gehouden 1met de voorschriften der armenwet. Bovendien vinden Ged. Staten de zaak bedenkelijk uit een paedagogisch oogpunt. Bij weigering van hulp toch zal de ver antwoordelijkheid daarvan neerkomen op het hoofd der school, en dan zullen onaangenaamheden en conflicten tusschen het hoofd en de ouders niet uit blijven. Afgescheiden van dit alles zijn Gedep. Staten van oordeel, dat toepassing van den maatregel bij de ouders zal verzwakken het besef, dat zij in de eerste plaats verplicht zijn hunne kinderen op te voeden en te onderhouden en dat staatszorg alleen ingeval van onvermijdelijkheid te pas kan komen. Kerkelijke Zaken en Onderwijs. Aangenomen het beroep bij de Gereformeerde gemeente te Aksel door den heer A. Doorn, cand. te 's-Gravenhage. Bedankt voor het beroep bij de Ned. Herv. gemeente te Ovezand en Driewegen door ds. J. Ph. P. v. d. Plassche te 's-Heer Abtskerke. Onder talrijke blijken van belangstelling heeft de heer G. H. Rengs, pastoor te Middelburg, den dag herdacht waarop hij vóór 25 jaar tot priester werd gewijd. Op verzoek van den geachten jubilaris hebben zijn parochianen hem geen stoffelijke blijken van belangstelling aangeboden, maar is door hen een belangrijke som gelds bijeengebracht, die de heer Rengs voor een nuttig doel wenscht te besteden. Itrufningen. Door den Raad dezer gemeente werd aan den heer K. Wiersraa eervol ontslag ver leend als onderwijzer te Hansweerd, met ingang van 15 October a. s., zulks tengevolge zijner benoeming te Krabbendijke. Voor de vacature aan de school op het dorp, waarvoor eene oproeping is gedaan op eene jaar wedde van f 550, is geen enkele sollicitant opge komen. Bij het examen voor de hoofdakte te Breda is geslaagd de heer W". J. Van Nieuwenhugzen, van Klundert. Rechtszaken. Naar wij vernemen zal er geen vervolging worden ingesteld tegen dhr. J. B. te Goes, wiens geweer onlangs, terwijl hij met wijlen M. te Vlis- singen op jacht was, plotseling afging met het be kende droevige gevolg. (M. Ct.) Boekaankondiging. Het Tijdschrift ter beoefening van het Admini stratief Recht, hoofdredacteur H. J. G. Hartman, elfde jaargang, achtste aflevering, uitgave van F. Kleeuwens Zoon te Goes, bevatDe financiëele regeling van het gemeentelijk lager onderwijs. Nederlanderschap volgens de vroegeie en de tegen woordige wet, door J. G. P. Timans. De ver plichte vergadering op den eersten Dinsdag van September, door J. M. Slegt. Beantwoording der door de Redactie gestelde vragenHuwelijksakte. Akte van aangifte van een vondeling. Akte van erkenning van een natuurlijk kind. Notulen eener raadsvergadering. Besluit tot aangaan eener geld- leening. Vragen ter beantwoording. Gemengde Berichten, Bij gelegenheid van het 45jarig bestaan der Koninklijke Handboog-sociëteit »Jacoba Van Beie ren" alhier werd Woensdag een concours gehouden in het doel schieten. Door 80 schutters, vertegen woordigende 11 gezelschappen, werd aan den wed strijd deelgenomen. De peleton-medalje werd behaald door Vrienden kring Eendracht" te Heerle-Wouw. De meeste rozen werden behaald door dhr. Th. Van Duuren, van 3>Claudius Civilis" te Tilburgde meeste punten door dhr. A. Van Overvelfc, van ^Vriendenkring Eendracht" te Heerle-Wouw de meesje vieren door dhr. J. van Stiphout, van Claudius Civilis" te Til burg de meeste drieën door dhr. A. Smit, van Vriendenkring Eendracht" te Heerle-Wouwde meeste tweën door dhr. M. Veraart, van ^L'amitié unie" te Rozendaal. De meeste êénen door dhr. J. den ambtgenoot alles mede, wat het belangstellende publiek van Hildburghausen had opgemerkt en er varen, van de flauwte van Hulda Kannle op het vastenavondbal tot het oogenblik, waarop de her togelijke rechtbank zich genoodzaakt zag de nalaten schap van Sophie Botta in handen van den geheim- graaf te laten. »Dat is inderdaad zeer geheimzinnig en hoogst belangwekkend riep dr. Weiland opgewonden. »Ik zal mgne dankbaarheid, die ik u vóór uwe inlich tingen verschuldigd ben, toonen door u nauwkeurig alles mede te deelen, wat ik omtrent dezen merk- waardigen man kan te weten komen. Mij dunkt, dat alleen eene afschuwelijke misdaad of een smaad- vol verleden de aanleiding kan zijn tot eene levens wijze, die men in onzen tijd nauwelijks mogelijk zou achten 1" >Van die meening is hier iedereen 1" »Ge kunt er derhalve op vertrouwen, dat ik de toovenaar zal zijn, die dezen geheimgraaf zal ont hullen. Naar menschelgke berekening staat het niet best met hem. Maar ik zou al een heel treurig geneesheer moeten zjjn, wanneer ik de tong van een ten doode opgeschrevene niet zou kunnen los maken, vóór hij voor altijd moet zwijgen. Binnen kort hoop ik dat we meer zullen weten." De lijfarts Weiland was juist de man om zijn voornemen door te zetten en zeer handig de taak van dokter en biechtvader te vereenigen zonder dat de patiënt daarin erg kreeg. Hij was een echt 6alondokt9r, een man van de wereld en een aange naam prater, en hij had een plan van aanval gevormd, dat, geheel anders dan het optreden van de vroegere tegenstanders van den graaf, al den schijn had van openhartigheid, waarheidsliefde en argeloosheid, zonder in werkelijkheid een oogenblik de voorzichtigheid en den eerbied voor zijn patiënt uit het oog te ver liezen. Zijn optreden, de wijze waarop hij zich voor deed, de energie, waarmede hij de ziekte bestreed, behaagden den ouden, wantrouwenden heer uitste kend. Dr. Weiland vond den toestand van den geheimgraaf inderdaad ernstig genoeg. De jicht, die hem in de laatste jaren meermalen had bezocht, maar telkens weder had verlaten, had hem nu, misschien geholpen door de pas doorstane gemoedsaandoeningen, zeer hevig aangegrepen, zoodat hij zich nauwelijks kon bewegen. Toch zag Weiland al spoedig, dat het met hem nog volstrekt niet ten einde liep en dat deze grijsaard eene levenskracht en eene geestkracht tevens bezat, die de hoop van zijne tegenstanders zeer zou teleurstellen. Oogenschgnlgk had de graaf zijn eigen toestand alleen zoo erg somber beschreven, omdat hij veel pijn leed en daardoor had hg Weiland tot voorbarige veronderstellingen verleid. Sedert Sophie's dood en Rosine's vertrek had de graaf Szlenka's oudsten zoon Ignaz met diens vrouw Sepperl en hunne beide kinderen Frans en Lot-je als bedienden in huis genomen. De oude Szlenka en J Emerenz waren te oud geworden om nog als vroeger hunne diensten te Eishausen te kunnen verrichten en daarom was hun het toezicht opgedragen op den Bergtuin en de beide andere bezittingen in Walrabs. Christoffel bezorgde de brieven. De eerste tijd verliep natuurlijk onder Weiland's pogingen om de hevigheid der ziekte te temperen. Hij schreef een geheele andere voeding voor en het gebruik vau veel water, tot dusver een ongewone drank voor den graaf. Dat hij zjjne meening over de ziekte aan den patiënt blootlegde, die zelf zoo half en half een dokter was, maakte deze niet alleen volg zaam maar ook zeer ijverig om zijne geneeswijze te ondersteunen. Dientengevolge trad er zoo spoedig beterschap in, dat Weiland zijn ander plan kon gaan ten uitvoer leggen. »Gij hebt veel te goed geleefd, beste graaf," sprak hij op zekeren dag. Ik zie dat aan de reeks van fijne, zware wgnen, die gij mij tot nu toe hebt voorgezet. Ook uwe keuken moet u geheel ander voedsel gaan verschaffen als ge genezen zijt, anders komt het pootje weder en dan zal het nog meer opspelen". »Ge hebt volkomen gelijk, dokterMaar als men zoo eenzaam leeft als een monnik, blijft geestelijk genot het eenige genoegen. Daaraan heb ik nu in den onschuldigen vorm van letterkunde en geestrijke dranken wat te veel hulde bewezenHaha, ik ge loof, dat de monniken allen veel van drinken houden J Men beweerde in mijn tjjd altijd, dat zij helden waren in den wijn en in de liefdel" »Ja, maar gij waart toch in de liefde zeker geen held?" »Dat zou ik zoo niet durven beweren, dokter! Dan zou ik geen ridder van het ancien régime" moeten geweest zijn, een soort van menschen, dat Uit particuliere brieven lo. Uit Zwitserland. Sedert ons vertrek naar Interlaken, 14 dagen geleden, hebben wij bijna eiken dag regen of nevel gehad, zoodat van tochten naar boven niets is ge komen. Als het morgen niet beter is, zullen we Interlaken verlaten, zonder de sneeuwbergen gezien te hebben." 2o. Uit Schotland. We hebben hier slagregen, mist, motregen, nevels, vochtigen grond, natte heide, laaghangende wolken, die het uitzicht beletten, storm, wind en on weder. Yoor het overige is het hier zeer aangenaam." 3o. Uit Duitschland. >De zomer is hier in de buurt van Stutgart zoo treurig, als ik, die hier nu lang woon, zelden be leefd heb, steeds regen regen regen." In Spanje daarentegen is het in den laatsten tijd ontzettend heet. De thermometer wees den 9 Aug. op het observatorium der universiteit te Sevilla 57 graden Celsius, 134,6 Fahr. in de zon en 431/2, 110 Fahr. graden in de schaduw. De berichtgever voegt er bij dat hij gevoel had of hij vuur inademde. De Brusselsche politie heeft een goede vangst gedaan. Sedert geruimen tijd werden in verschillende Belgische provinciën, vooral in de nabijheid der Fransche en Nederlandsche grenzen, inbraken ge pleegd in villa's ten plattelande, zonder dat men de dieven kon opsporen. Dit is nu gelukt. De in braken werden gepleegd door eene goed georgani seerde bende, welke haar hoofdzetel had te Brussel in de »Rue de la Samaritaine." Nadat het spoor was gevonden, brachten een paar politie-officieren, vergezeld door 50 agenten, onverwachts een bezoek aan deze wijk en namen daar 47 personen in hech tenis. Allen bevonden zich in een huis in de »Rue de la Samaritaine", waai de leiders hun bijeenkom sten hielden. Toen de agenten het huis binnendrongen, poog den de dieven zich te verzotten, maar de agenten wisten hen met hun revolvers in bedwang te hou den. Eenigen legden terstond eene volledige beken tenis af. Daaruit bleek, dat eene vrouw, Gertrude Uylen broek geheeten zij is ook gevat de ge heele dievenonderneming leidde. Zij was het, die de plannen ontwierp en aan elk der leden zijn rol aanwees. Het doodvonnis is gistermorgen circa vijf uren aan Caserio voltrokken. Op het oogenblik dat men hem op de plank legde, riep hijMoed, kameraden Leve de anarchie Toen hij dit geroepen had stelde hij zich geducht te weer. Voor het oVerige heeft zich geen incident bij de executie voorgedaan. De raadkamer van de rechtbank te Antwerpen heeft een bevel uitgevaardigd tot gevangenhouding van mevrouw Joniaux, die beschuldigd wordt van onderscheidene leden harer familie vergiftigd te heb ben. Zij heeft, naar men zegt, aan den verantwoorde lijken deskundige het volgende medegedeeld. Bij den dood van haar eersten echtgenoot, Frédéric Eaber, stond de tegenwoordige mevrouw Joniaux voor groote moeilijkbeden, ten gevolge van den verwarden toe stand van den nagelaten boedel. Zjj had de erfenis, die haar niet eens in staat 6telde de hypotheek schulden af te lossen, kunnen weigeren, maar had, om haar eigen goeden naam en dien harer dochter te redden, alle verplichtingen op zich genomen. De moeder van den overledene, mevrouw Faber, kwam slechts te hulp met een lijfrente van fr. 75 per maand aan haar kleindochter. Toen Joniaux de weduwe Faber trouwde, kende hij haar benarde om standigheden en offerde zjjn eigen fortuin op om haar schulden te betalen. Bijgestaan door zijn moeder, heeft hij verplichtingen voor meer dan fr. 50,000 op zich genomen en bovendien gezorgd voor het onder houd en de opvoeding zijner stiefdochter. De gelde lijke moeielijkheden zijn sedert jaren opgelost, de teruggave is geschied, de rente is geregeld betaald en de enkele duizenden franken, die nog verschul digd zijn, waren op het oogenblik nog niet opeisch- baar. Zonder de bovenvermelde rente en zonder drukkende familiezorgen zou mevrouw Joniaux nooit persoonlijk leeningen hebben behoeven aan te gaan. Laatste en telegraphische berichten. Den 15 dezer was het dertig jaren geleden, dat de directeur van het telegraafkantoor alhier, de heer W. F. A. De Rijk, zijne loopbaan bij de telegrafie begon. Moge deze humane ambtenaar nog vele jaren in zgne betrekking werkzaam zijn. reeds lang uitgestorven is. Ik was in de liefde wel degelijk een held" hij sprak meer opgewonden »maar op eenigszins andere wijze dan u dat opvat." j>0, ik koester in het geheel geene opvatting; ik hoorde er alleen van spreken »En wat hoorde u dan »Zeer overdreven praatjes in de stad, waarin eene zekere Sophie Botta een hoofdrol speelt. Nu ge zooveel beter zijt kan ik wel met u over die dwaze geruchten spreken en u tevens waarschuwen tegen een bemoeiziek clubje, dat ge vermoedelijk wel kennen zult. Daar ze u bij uw leven niet kun nen naderen, azen ze nu op uw dood om achter zekere dingen te komen, die vermoedelijk voor hen geene andere waarde hebben dan hunne nieuwsgierig heid te bevredigen. Ik denk, beste graaf! dat dr. Weiland en uwe eigen zorg dit plan van die men schen voor het eerstvolgende dozijn jaren zal ver ijdelen." >Acht jaren zgn ook genoeg, dokter Als ik maar zoolang mag blijven leven tot mjjn erfgenaam meer derjarig is, dan ben ik tevreden." Bedoelt ge uw zoon >Nu, ge inoogfc hem zoo wel noemen, hoewel ik hem juister betitelde als »mijn erfgenaam." Ik be doel in elk geval hem, die alleen gerechtigd is van mij alles te weten en alles* te bezitten, wat waard is bezeten te worden. C Wordt vervolgdJ

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1894 | | pagina 2