Schenkers, van Oefening en Uitspanning" van Hans-
weerd. Da prijs der meeste waterrozen viel ten deel
I aan dhr. M. Van O vervelt, van L'amitié unie" te
I Rozendaal. De uitgeloofde medalje voor het verst
i afkomend gezelschap verwierf Claudius Civilis" te
Tilburg, terwijl voor de vereeniging met het grootst
aantal schutters mede een medalje beschikbaar was,
die uitgereikt werd aan L'amitié unie" te Rozen-
daal, welke sociëteit door 17 schutters vertegen
woordigd was. De feestelijkheid werd door goed
weer begustigd en liep tot aller genoegen in de
beste orde af.
Een der hoofden van scholen te Ginneken
kreeg op zijne vraag, waarom Dina v. F. niet school
was, ten antwoordMeester, ze moest kijken of
het varken jongde en dan moest ze vader roepen
Het schoolhoofd wist niet precies onder welke rubriek
dit schoolverzuim gebracht moet worden.
Omtrent den dader van den moord te Schagen
is volgens de H. Ct. nog niets bekend, maar te
Alkmaar is iemand onder politiegeleide binnenge
bracht, tegen wien men zware verdenking meent te
hebben. Lieden uit Schagen, die hem gezien hebben,
beweren veel overeenkomst ontdekt te hebben tusschen
hem en een gewezen knecht van de verslagene. Deze
zou eenigen tijd geleden uit de gevangenis, waarin
hij wegens diefstal zat, gekomen zijn.
Als iets eigenaardigs omtrent de wed. Bute wordt
gemeld, dat zij veel belang stelde in politieke zaken.
Bij lezingen van dien aard was zij dikwijls tegenwoor
dig en meestal de eenige vrouwelijke aanwezige. Ook
de tegenwoordige minister van justitie, mr. W. Van
der Kaay, zal bij eene van zijne lezingen te Schagen
wel een oude vrouw opgemerkt hebben, die vlak
voor den spreker, met gebogen rug, aandachtig zat of
stond te luisteren met de hand aan het oor, opdat
haar geen woord van het gesprokene zou ontgaan.
De opmerking als zou de moord tot eigenaardige
erfenisver wikkelingen aanleiding kunnen geven, is
niet juist. Art. 878 van het B. W. luidt namelijk:
Indien verscheiden personen, van welke de een
tot des anderens erfenis geroepen is, door een en
hetzelfde ongeval, of op denzelfden dag, omkomen,
zonder dat men weten kunne wie het eerst overleden
zij, worden zij vermoed op hetzelfde oogenblik ge
storven te zijn, en er heeft geen overgang van erfenis
van den eenen ten behoeve van den anderen plaats."
De burgerij van Schagen en omliggende ge
meenten stelt 750 beschikbaar voor de ontdekking
van den moordenaar der twee vrouwen.
De secretaris der Belgische legatie te 's-Gra-
venhage, baron de Wijkersloot, is in de vorige week
het slachtoffer geweest van een lage aanranding.
Tegen middernacht naar zijne woning op de Plaats
terugkeerende, zat op de stoep onder de marquise
voor de deur van het gebouw een kerel, schijnbaar
in duttende houding. Toen de baron dezen verzocht
op zijde te gaan, daar hij niet in huis kon, richtte
de kerel zich plotseling op en bracht den baron
onverhoeds een slag tegen 't hoofd toe, waardoor
hij 't bewustzijn verloor. Tot ziebzelven teruggekeerd,
was de kerel verdwenen en miste de heer Wijcker-
sloot later zijn portefeuille met aanzienlijke gelds
waarde.
De dader is nog niet bekend. D
Naar aanleiding van een vonnis van den kan
tonrechter to Haarlem, waarbij iemand voor het
rooken in den schouwburg werd veroordeeld tot 50
cent boete, is het, zegt de R'ami. Ctmisschien
niet onaardig eens te vermelden, hoe men met zoo iets
in Duitschland korte wetten maakt, althans in Leip
zig, waar een ooggetuige in 1886 het volgende bij
woonde
In de koffiekamer van het >Alte Stadttheater"
zat een heer in de pauze aan de middentafel en
stak een cigaret op. Toen hij even gerookt had,
komt de wachthebbende agent binnen, groet den
rooker en vraagt heel gemoedelijk, zooals de meeste
Saksers zijn: Darf ich freundlichst um 15 Mark
bitten?" terwijl hij het verbaasde en vragende ge
zicht van den aangesprokene alleen beantwoordt met
op de cigaret te wijzen en op de verbodsbepalingen,
in het lokaal aangeplakt. De ander, ziende dat er
niets aan te doen was, trekt zijn beurs en betaalt,
zeggende»Nein solch eine theuere Cigarette liabe
ich in meinem Leben noch nicht geraucht."
De agent schrijft daarop in een daarvoor bestemd
boekje, met doordrukpapier, een quitantie, scbeurt
die uit en geeft die ten bewijze van ontvangst over.
Sommige omstanders beklaagden den rooker, ter
wijl anderen zeiden »Ja, de man had het kunnen i
weten't staat met groote letters aangeplakt."
Die methode, om voor dergelijke overtredingen
dadelijk bij vrijwillige betaling van de hoogste of
vaste boete de zaak af te doen, heeft onze zegsman
ook op straat meermalen zien toepassen, en ze heeft,
voor een vlugge behandeling van zaken zeer veel
goeds in zichwil men liever een vonnis afwach
ten, zoo staat het vrij, niet direct te betalendoch
in zeer veel gevallen maakten de delinquenten zich
maar liefst door dadelijk toegeven van de zaak af,
daar er dan ook geen verdere kosten op kwamen.
Ook bij jachtdelicten ging men, zoo vertelde een
jurist, wel op dezelfde wijze te werkdoch wanneer
de jager, wat meestal het geval was, de vrij hooge
boete niet ineens kon betalen, werd het geweer door
den jachtopziener tot onderpand meegenomen, waar
om deze ook wel »der Pffinder" werd genoemd.
Dank zg een paar moedige vrouwen is Woens
dag te 's-Hertogenbosch een verschrikkelijke ramp
voorkomen.
Omstreeks acht uur in den avond ontdekte men
dat van onder de ramen van het bovenhuis van een
pand aan den Vuchterdijk rook kwamtegelijkertijd
hoorden de buren eenige kinderen schreien. Onmid
dellijk begaf zich een dezer naar boven, doch moest
wegens den hevigen rook terugkeeren. Toch kwam
hij een oogenblikje later terug, gevolgd door twee
vrouwen en drie mannen, allen buren. Met bewon
derenswaardige heldhaftigheid vlogen de vrouwen,
op gevaar af te stikken, naar de slaapkamer, waar
vier kinderen te bed lagen. In een oogwenk waren
de kleinen met behulp der mannen naar de beneden
verdieping gebracht. Met emmers water bluschten
de mannen, in een dikken rook gehuld, het vuur,
dat zich aan het beddegoed had medegedeeld. Een
dezer flinke mannen wondde zijne handhet raam
niet kunnende openschuiven, sloeg hij een ruit stuk,
om de rookmassa gelegenheid te geven te ontsnappen.
De vader der kinderen, zekere S., was op een
pleizierreis naar Amsterdamde moeder was, na de
kleinen, waarvan het oudste 8 jaar is, te bed gelegd
te hebben, uitgegaan. Waarschijnlijk is door de kin
deren met lucifers gespoeld. S. was niet tegen brand
schade verzekerd. N.-BrDbL)
Te Lacul-Sarat, een badplaats nabij Braila
aan den Donau, is een verschrikkelijke misdaad ont
dekt. Een meid, die met hare mevrouw, de weduwe
van den advocaat Dimitriade, aldaar vertoefde, had
reeds eenige dagen het nichtje, dat door de vrouw
grootgebracht werd, niet gezien, maar zou hierop
geen acht hebben geslagen, indien zij niet op zekeren
dag in de kamer harer meesteres geschrei had ge
hoord, dat uit een daar staanden gesloten koffer
scheen te komen. Op een vraag harer dienstbode
antwoordde de weduwe met merkbare verlegenheid,
dat zich in den koffer een wassen pop met speelwerk
bevond. De meid kreeg argwaan en deelde hare
opmerkingen aan de politie mede. De koffer werd
opeDgebroken en men vond daarin in allertreurigsten
toestand het achtjarig nichtje, dat sedert zes dagen
geen ander voedsel had gekregen dan een stuk brood,
dat haar gegeven was, toen zij in den koffer ge
sloten werd.
De geneesheeren twijfelen of het kind in het leven
zal blijven. De weduwe Dimitriade had gehoopt in
het bezit te komen vao het vermogen van het meisje,
wier naaste bloedverwante zij was.
Een Berlgnsch reiziger overkwam te Witten
berg een eigenaardig avontuur. Daar hij onbekend
in die stad was, had hij een geleider genomen, die
tegelijk de monsters droeg. De reiziger trad een
winkel binnen en de geleider wachtte geduldig op
een teeken om met de monsters binnen te komen.
Dit was echter niet noodig, want de reiziger ver
liet den winkel weer, en de dienstman volgde hem
op de hielen. Vele winkels werden nog bezocht,
maar zaken werden nergens gedaan. Daar den een
d9n ander evenwel als zijn schaduw volgde, kwam
het weldra tot een opheldering, en tot grooten schrik
van den dienstman bleek, dat hij niet den reiziger,
maar een dominee gevolgd was, dien bij voor den
eerste had aangezien. Nu werd de verwarring echter
nog grooter. De dienstman zocht den reiziger in
de straten der stad en in het hotel, terwijl de
laatste de politie reeds had kennis gegeven van den
vermeenden diefstal zijner monsters, die onderwijl
echter in het hotel waren afgegeven. Op de markt
troffen beide partijen elkander eindelijk, en helderde
zich het gebeurde onder algemeene vroolijkheid op.
verleenen van onderstand van gemeentewege, waarbij
hoegenaamd geen rekening wordt gehouden 1met de
voorschriften der armenwet. Bovendien vinden Ged.
Staten de zaak bedenkelijk uit een paedagogisch
oogpunt. Bij weigering van hulp toch zal de ver
antwoordelijkheid daarvan neerkomen op het hoofd
der school, en dan zullen onaangenaamheden en
conflicten tusschen het hoofd en de ouders niet uit
blijven.
Afgescheiden van dit alles zijn Gedep. Staten van
oordeel, dat toepassing van den maatregel bij de
ouders zal verzwakken het besef, dat zij in de eerste
plaats verplicht zijn hunne kinderen op te voeden
en te onderhouden en dat staatszorg alleen ingeval
van onvermijdelijkheid te pas kan komen.
Kerkelijke Zaken en Onderwijs.
Aangenomen het beroep bij de Gereformeerde
gemeente te Aksel door den heer A. Doorn, cand.
te 's-Gravenhage.
Bedankt voor het beroep bij de Ned. Herv.
gemeente te Ovezand en Driewegen door ds. J. Ph. P.
v. d. Plassche te 's-Heer Abtskerke.
Onder talrijke blijken van belangstelling heeft
de heer G. H. Rengs, pastoor te Middelburg, den
dag herdacht waarop hij vóór 25 jaar tot priester
werd gewijd.
Op verzoek van den geachten jubilaris hebben
zijn parochianen hem geen stoffelijke blijken van
belangstelling aangeboden, maar is door hen een
belangrijke som gelds bijeengebracht, die de heer
Rengs voor een nuttig doel wenscht te besteden.
Itrufningen. Door den Raad dezer gemeente
werd aan den heer K. Wiersraa eervol ontslag ver
leend als onderwijzer te Hansweerd, met ingang van
15 October a. s., zulks tengevolge zijner benoeming
te Krabbendijke.
Voor de vacature aan de school op het dorp,
waarvoor eene oproeping is gedaan op eene jaar
wedde van f 550, is geen enkele sollicitant opge
komen.
Bij het examen voor de hoofdakte te Breda
is geslaagd de heer W". J. Van Nieuwenhugzen, van
Klundert.
Rechtszaken.
Naar wij vernemen zal er geen vervolging
worden ingesteld tegen dhr. J. B. te Goes, wiens
geweer onlangs, terwijl hij met wijlen M. te Vlis-
singen op jacht was, plotseling afging met het be
kende droevige gevolg. (M. Ct.)
Boekaankondiging.
Het Tijdschrift ter beoefening van het Admini
stratief Recht, hoofdredacteur H. J. G. Hartman,
elfde jaargang, achtste aflevering, uitgave van F.
Kleeuwens Zoon te Goes, bevatDe financiëele
regeling van het gemeentelijk lager onderwijs.
Nederlanderschap volgens de vroegeie en de tegen
woordige wet, door J. G. P. Timans. De ver
plichte vergadering op den eersten Dinsdag van
September, door J. M. Slegt. Beantwoording der
door de Redactie gestelde vragenHuwelijksakte.
Akte van aangifte van een vondeling. Akte van
erkenning van een natuurlijk kind. Notulen eener
raadsvergadering. Besluit tot aangaan eener geld-
leening. Vragen ter beantwoording.
Gemengde Berichten,
Bij gelegenheid van het 45jarig bestaan der
Koninklijke Handboog-sociëteit »Jacoba Van Beie
ren" alhier werd Woensdag een concours gehouden
in het doel schieten. Door 80 schutters, vertegen
woordigende 11 gezelschappen, werd aan den wed
strijd deelgenomen.
De peleton-medalje werd behaald door Vrienden
kring Eendracht" te Heerle-Wouw. De meeste rozen
werden behaald door dhr. Th. Van Duuren, van
3>Claudius Civilis" te Tilburgde meeste punten
door dhr. A. Van Overvelfc, van ^Vriendenkring
Eendracht" te Heerle-Wouw de meesje vieren door
dhr. J. van Stiphout, van Claudius Civilis" te Til
burg de meeste drieën door dhr. A. Smit, van
Vriendenkring Eendracht" te Heerle-Wouwde
meeste tweën door dhr. M. Veraart, van ^L'amitié
unie" te Rozendaal. De meeste êénen door dhr. J.
den ambtgenoot alles mede, wat het belangstellende
publiek van Hildburghausen had opgemerkt en er
varen, van de flauwte van Hulda Kannle op het
vastenavondbal tot het oogenblik, waarop de her
togelijke rechtbank zich genoodzaakt zag de nalaten
schap van Sophie Botta in handen van den geheim-
graaf te laten.
»Dat is inderdaad zeer geheimzinnig en hoogst
belangwekkend riep dr. Weiland opgewonden. »Ik
zal mgne dankbaarheid, die ik u vóór uwe inlich
tingen verschuldigd ben, toonen door u nauwkeurig
alles mede te deelen, wat ik omtrent dezen merk-
waardigen man kan te weten komen. Mij dunkt,
dat alleen eene afschuwelijke misdaad of een smaad-
vol verleden de aanleiding kan zijn tot eene levens
wijze, die men in onzen tijd nauwelijks mogelijk
zou achten 1"
>Van die meening is hier iedereen 1"
»Ge kunt er derhalve op vertrouwen, dat ik de
toovenaar zal zijn, die dezen geheimgraaf zal ont
hullen. Naar menschelgke berekening staat het niet
best met hem. Maar ik zou al een heel treurig
geneesheer moeten zjjn, wanneer ik de tong van
een ten doode opgeschrevene niet zou kunnen los
maken, vóór hij voor altijd moet zwijgen. Binnen
kort hoop ik dat we meer zullen weten."
De lijfarts Weiland was juist de man om zijn
voornemen door te zetten en zeer handig de taak
van dokter en biechtvader te vereenigen zonder dat
de patiënt daarin erg kreeg. Hij was een echt
6alondokt9r, een man van de wereld en een aange
naam prater, en hij had een plan van aanval gevormd,
dat, geheel anders dan het optreden van de vroegere
tegenstanders van den graaf, al den schijn had van
openhartigheid, waarheidsliefde en argeloosheid, zonder
in werkelijkheid een oogenblik de voorzichtigheid
en den eerbied voor zijn patiënt uit het oog te ver
liezen. Zijn optreden, de wijze waarop hij zich voor
deed, de energie, waarmede hij de ziekte bestreed,
behaagden den ouden, wantrouwenden heer uitste
kend. Dr. Weiland vond den toestand van den
geheimgraaf inderdaad ernstig genoeg. De jicht, die
hem in de laatste jaren meermalen had bezocht, maar
telkens weder had verlaten, had hem nu, misschien
geholpen door de pas doorstane gemoedsaandoeningen,
zeer hevig aangegrepen, zoodat hij zich nauwelijks
kon bewegen. Toch zag Weiland al spoedig, dat het
met hem nog volstrekt niet ten einde liep en dat
deze grijsaard eene levenskracht en eene geestkracht
tevens bezat, die de hoop van zijne tegenstanders
zeer zou teleurstellen. Oogenschgnlgk had de graaf
zijn eigen toestand alleen zoo erg somber beschreven,
omdat hij veel pijn leed en daardoor had hg Weiland
tot voorbarige veronderstellingen verleid.
Sedert Sophie's dood en Rosine's vertrek had de
graaf Szlenka's oudsten zoon Ignaz met diens vrouw
Sepperl en hunne beide kinderen Frans en Lot-je als
bedienden in huis genomen. De oude Szlenka en
J Emerenz waren te oud geworden om nog als vroeger
hunne diensten te Eishausen te kunnen verrichten
en daarom was hun het toezicht opgedragen op den
Bergtuin en de beide andere bezittingen in Walrabs.
Christoffel bezorgde de brieven.
De eerste tijd verliep natuurlijk onder Weiland's
pogingen om de hevigheid der ziekte te temperen.
Hij schreef een geheele andere voeding voor en het
gebruik vau veel water, tot dusver een ongewone
drank voor den graaf. Dat hij zjjne meening over
de ziekte aan den patiënt blootlegde, die zelf zoo half
en half een dokter was, maakte deze niet alleen volg
zaam maar ook zeer ijverig om zijne geneeswijze te
ondersteunen. Dientengevolge trad er zoo spoedig
beterschap in, dat Weiland zijn ander plan kon gaan
ten uitvoer leggen.
»Gij hebt veel te goed geleefd, beste graaf," sprak
hij op zekeren dag. Ik zie dat aan de reeks van fijne,
zware wgnen, die gij mij tot nu toe hebt voorgezet.
Ook uwe keuken moet u geheel ander voedsel gaan
verschaffen als ge genezen zijt, anders komt het
pootje weder en dan zal het nog meer opspelen".
»Ge hebt volkomen gelijk, dokterMaar als men
zoo eenzaam leeft als een monnik, blijft geestelijk
genot het eenige genoegen. Daaraan heb ik nu in
den onschuldigen vorm van letterkunde en geestrijke
dranken wat te veel hulde bewezenHaha, ik ge
loof, dat de monniken allen veel van drinken houden J
Men beweerde in mijn tjjd altijd, dat zij helden
waren in den wijn en in de liefdel"
»Ja, maar gij waart toch in de liefde zeker geen
held?"
»Dat zou ik zoo niet durven beweren, dokter!
Dan zou ik geen ridder van het ancien régime"
moeten geweest zijn, een soort van menschen, dat
Uit particuliere brieven
lo. Uit Zwitserland.
Sedert ons vertrek naar Interlaken, 14 dagen
geleden, hebben wij bijna eiken dag regen of nevel
gehad, zoodat van tochten naar boven niets is ge
komen. Als het morgen niet beter is, zullen we
Interlaken verlaten, zonder de sneeuwbergen gezien
te hebben."
2o. Uit Schotland.
We hebben hier slagregen, mist, motregen, nevels,
vochtigen grond, natte heide, laaghangende wolken,
die het uitzicht beletten, storm, wind en on weder.
Yoor het overige is het hier zeer aangenaam."
3o. Uit Duitschland.
>De zomer is hier in de buurt van Stutgart zoo
treurig, als ik, die hier nu lang woon, zelden be
leefd heb, steeds regen regen regen."
In Spanje daarentegen is het in den laatsten tijd
ontzettend heet. De thermometer wees den 9 Aug.
op het observatorium der universiteit te Sevilla 57
graden Celsius, 134,6 Fahr. in de zon en 431/2,
110 Fahr. graden in de schaduw. De berichtgever
voegt er bij dat hij gevoel had of hij vuur inademde.
De Brusselsche politie heeft een goede vangst
gedaan. Sedert geruimen tijd werden in verschillende
Belgische provinciën, vooral in de nabijheid der
Fransche en Nederlandsche grenzen, inbraken ge
pleegd in villa's ten plattelande, zonder dat men
de dieven kon opsporen. Dit is nu gelukt. De in
braken werden gepleegd door eene goed georgani
seerde bende, welke haar hoofdzetel had te Brussel
in de »Rue de la Samaritaine." Nadat het spoor
was gevonden, brachten een paar politie-officieren,
vergezeld door 50 agenten, onverwachts een bezoek
aan deze wijk en namen daar 47 personen in hech
tenis. Allen bevonden zich in een huis in de »Rue
de la Samaritaine", waai de leiders hun bijeenkom
sten hielden.
Toen de agenten het huis binnendrongen, poog
den de dieven zich te verzotten, maar de agenten
wisten hen met hun revolvers in bedwang te hou
den. Eenigen legden terstond eene volledige beken
tenis af. Daaruit bleek, dat eene vrouw, Gertrude
Uylen broek geheeten zij is ook gevat de ge
heele dievenonderneming leidde. Zij was het, die de
plannen ontwierp en aan elk der leden zijn rol
aanwees.
Het doodvonnis is gistermorgen circa vijf uren
aan Caserio voltrokken. Op het oogenblik dat men
hem op de plank legde, riep hijMoed, kameraden
Leve de anarchie Toen hij dit geroepen had stelde
hij zich geducht te weer. Voor het oVerige heeft
zich geen incident bij de executie voorgedaan.
De raadkamer van de rechtbank te Antwerpen
heeft een bevel uitgevaardigd tot gevangenhouding
van mevrouw Joniaux, die beschuldigd wordt van
onderscheidene leden harer familie vergiftigd te heb
ben. Zij heeft, naar men zegt, aan den verantwoorde
lijken deskundige het volgende medegedeeld. Bij den
dood van haar eersten echtgenoot, Frédéric Eaber,
stond de tegenwoordige mevrouw Joniaux voor groote
moeilijkbeden, ten gevolge van den verwarden toe
stand van den nagelaten boedel. Zjj had de erfenis,
die haar niet eens in staat 6telde de hypotheek
schulden af te lossen, kunnen weigeren, maar had,
om haar eigen goeden naam en dien harer dochter
te redden, alle verplichtingen op zich genomen. De
moeder van den overledene, mevrouw Faber, kwam
slechts te hulp met een lijfrente van fr. 75 per
maand aan haar kleindochter. Toen Joniaux de
weduwe Faber trouwde, kende hij haar benarde om
standigheden en offerde zjjn eigen fortuin op om
haar schulden te betalen. Bijgestaan door zijn moeder,
heeft hij verplichtingen voor meer dan fr. 50,000 op
zich genomen en bovendien gezorgd voor het onder
houd en de opvoeding zijner stiefdochter. De gelde
lijke moeielijkheden zijn sedert jaren opgelost, de
teruggave is geschied, de rente is geregeld betaald
en de enkele duizenden franken, die nog verschul
digd zijn, waren op het oogenblik nog niet opeisch-
baar. Zonder de bovenvermelde rente en zonder
drukkende familiezorgen zou mevrouw Joniaux nooit
persoonlijk leeningen hebben behoeven aan te gaan.
Laatste en telegraphische berichten.
Den 15 dezer was het dertig jaren geleden, dat
de directeur van het telegraafkantoor alhier, de heer
W. F. A. De Rijk, zijne loopbaan bij de telegrafie
begon. Moge deze humane ambtenaar nog vele jaren
in zgne betrekking werkzaam zijn.
reeds lang uitgestorven is. Ik was in de liefde wel
degelijk een held" hij sprak meer opgewonden
»maar op eenigszins andere wijze dan u dat opvat."
j>0, ik koester in het geheel geene opvatting; ik
hoorde er alleen van spreken
»En wat hoorde u dan
»Zeer overdreven praatjes in de stad, waarin eene
zekere Sophie Botta een hoofdrol speelt. Nu ge
zooveel beter zijt kan ik wel met u over die
dwaze geruchten spreken en u tevens waarschuwen
tegen een bemoeiziek clubje, dat ge vermoedelijk
wel kennen zult. Daar ze u bij uw leven niet kun
nen naderen, azen ze nu op uw dood om achter
zekere dingen te komen, die vermoedelijk voor hen
geene andere waarde hebben dan hunne nieuwsgierig
heid te bevredigen. Ik denk, beste graaf! dat dr.
Weiland en uwe eigen zorg dit plan van die men
schen voor het eerstvolgende dozijn jaren zal ver
ijdelen."
>Acht jaren zgn ook genoeg, dokter Als ik maar
zoolang mag blijven leven tot mjjn erfgenaam meer
derjarig is, dan ben ik tevreden."
Bedoelt ge uw zoon
>Nu, ge inoogfc hem zoo wel noemen, hoewel ik
hem juister betitelde als »mijn erfgenaam." Ik be
doel in elk geval hem, die alleen gerechtigd is van
mij alles te weten en alles* te bezitten, wat waard is
bezeten te worden.
C Wordt vervolgdJ