Donderdag 19 Juli.
81ste jaargang.
1894 N°. 84.
FEUILLETON.
Het raadsel van Hildburghausen.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Go9S, j 1,75.
Afzonderlijke nommers 5 centmet bijblad 10 cent.
Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiön voor dit blad
aangenomen bjj de beeren Nijgh Van Ditmxr te Rotterdam en verder
by alle Boekverkoopers en Brievengaarders,
Incendin^ van advertenfiêa vóór 2 uren op den dag: der uitg&ve.
De prijs der gewone advert6ntiën is van 1-5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 ets.
Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prjjs
slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huweljjks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 110 regels a f 1,berekend.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel.
voortzetten »aan de andere zijde van den Oceaan,
in Amerika, waar een roep om recht nooit onbe
antwoord blijft."
Over ongeveer drie maanden zal hij terug komen
om Van 't Lindenbout »de onechtheid van al die
mooie getuigenissen uit Amerika voor de voeten te
slingeren."
Bij de uitloting van Amsterdamscbe
loten 3 pet. a 100 van 1874 zijn getrokken
de volgende 153 serieën
12
2224 4529
6782
9520
11516
13211
16263
197
2237
4530
7072
9722
11648
13519
16285
199
2583
4587
7319
9747
11753
13598
16307
216
2735
4727
7362
9781
11836
13679
16883
226
3018 4740
7442
9822
11846
13725
16928
295
3376
4924
7862
9832
11886
13999
17336
358
3490
5128
8058
9891
11936
14101
17417
418
3732
5212
8120
9969
12179
14267
17430
546
3821
5242
8198
10106
12406
14699
17742
621
3893
5431
8388
10339
12475
14904
17983
807
3947
5523
8680
10650
12479
15009
18994
899
3952 5776 8703
10656
12685
15117
19018
1118
3985
5809
8854
10658
12837
15337
19100
1185
4056
5856
9087
10908
12840
15450
19131
1224
4323
6126
9105
11046
12957
15581
19146
1341
4338
6347
9148
11079
12995
15987
19535
1588
4360
6371
9155
11170
13082
16044
19637
1928
4408
6574
9384
11409
13144
16080
20321
1966
4471
6779
9411
11134
13146
16247
20512
2099
S.
16928
No.
5
f 50000
S.
19535
No.
6
150
3>
16080
7
1000
12
1
150
5242
6
500
15450
10
150
13082
4
500
16263
9
150
T>
2224
9
200
12179
7
150
9087
7
200
19100
T>
9
150
1.3519
3
200
4408
2
150
4530
3
200
3821
1
150
12685
10
200
5431
6
150
16285
7
200
12475
10
150
226
8
200
19131
6
150
1588
s>
8
200
216
10
150
11936 10 200 I
Alle overige nummers met 100 ieder.
Een oplossing van bet vraagstuk»Hoe kan
er in don doktersnood ten platten
lande worden voorzien?" heeft bet Venl.
Weelcbl. ontvangen. De oplossing komt hierop neer,
dat in die plaatsen vau ons land, waar gebrek aan
geneeskundige hulp is, waar men uren ver van ge
neeskundige hulp verwijderd is, de gemeenten wor
den gegroepeerd, m. a. w. medische kringen gevormd
van 3 a 4000 zielen, met aanwijzing der standplaats
van den geneesheer. De toelage, hem toe te kennen,
worde gedragen voor 1/3 door bet rijk, 1/3 door de
provincie en 1/3 door de gemeenten, waaruit iedere
kring bestaat.
Verder zou bet, om meer geneeskundig personeel
te bekomen, aanbeveling verdienen dat de provincie
tevens bij wjjze van tydelijken maatregel, tegemoet
koming toestond aan jongelui, die aanleg hebben en
roeping gevoelen voor de betrekking van arts, doch
wier gebrek aan middelen om hunne opleiding te
bekostigen een hinderpaal is om er toe te komen.
Aan die tegemoetkoming zou dan de voorwaarde
dienen verbonden te worden, dat de jonge man, na
bekomen diploma, zicb voor de medische kringen
der provincie beschikbaar stelde."
Naar aanleiding van den jongsten wegwedstrijd
Rotterdam—Utrecht schrijft men uit laatstgenoemde
stad aan de Telegraaf
Waar moet bet been met onze sportlievende
jongemannen, nu de races boe langer zoo
meer tijd en lichaamskracht, speciaal van den wiel
rijder vragen De ernstige waarschuwing van de
Maatschappij ter bevordering der Geneeskunde",
die de ernstige gevaren, verbonden aan die ziekelijke
zucht naar wedstrijden, in het licht heeft gesteld,
mogen nog wel eens worden herhaald, en dit te meer
naar aanleiding van den afgeloopen wedstrijdRot
terdamUtrecht en terug, gehouden op Zondag
15 Juli.
De afstand van 113.6 K.M. is afgelegd in 5 u.
21 min., en daarmede is misschien het record van
een vorig jaar wederom verbeterd, doch vraagt men
zich ernstig af: welk maatschappelijk voordeel is
daarmede behaald, dan kan dit niet anders dan nega
tief luidenminder gunstige gezondheidstoestand,
gevolg van overmatige vermoeienis, die zich steeds
hetzij vroeg of laat op het individu wreekt.
Een ieder, die getuige geweest is van de aankomst
der rijders aan het keerpunt te Utrecht, heeft deze
conclusie kunnen trekken. Het meerendeel was aan
knie of arm verwond, sommigen aan beide, van onder
tot boven met slijk bespat, vermoeid, snakkende naar
een verfrisschende teug. E9ne haastige afwassching
met een spons, een stuk citroen in den mond, en
onmiddellijk den tocht naar het punt van uitgang
voortgezet. Twee der rijders waren zoo verstandig
den terugtocht per spoor te maken, en wie weet
ho9 velen dit voorbeeld hadden willen volgen, indien
zij niet waren weerhouden door de eer dezen
wedstrijd in zijn geheel te hebben medegemaakt, en
de mogelijkheid een der vele medailles (dat verderfe
lijke lokaas) te verwerven.
Ligt het niet op den weg van het hoofdbestuur
van den A. N. W. B. hierin verandering te brengen,
en te decreteeren »tot hiertoe en niet verder, terug
gekeerd tot ons oud standpunt van weleerHet
wielrijden is eene gezonde en aangename ontspan
ning". Hoe vele jonge mannen ondervinden van die
overdreven oefeningen de meest treurige gevolgen,
in hoe vele huisgezinnen is de fiets niet reeds een
bron van leed geweest, hetzij door eene geknakte
gezondheid, hetzij door den tijd, dien het trainen kostte,
en die voor andere meer practische doeleinden be
steed had moeten worden.
Waar moet het heenwaarmede moet het eindi
gen indien de sport, in het algemeen, telken jare
hooger eischen aan de beoefenaars stelt
Daarom met den meesten aandrang een beroep
gedaan op bet gezond verstand van de besturen van
sportlievende vereenigingen. De sport zij en blijve
eene gezonde ontspanning, gedachtig aan het»mens
sana in corpore sano."
In verband hiermede is niet van belang ontbloot
het volgende bericht
»In den Haag zijn bij de overgangsexamens aan
de twee hoogere burgerscholen voor jongens ver
scheiden leerlingen niet bevorderd. Men schrijft dit
voor een deel toe, zegt het Haagsche Dagbladaan
de overdreven sportmanie onzer dagen.
Bij K. B. van 2 April jl. no. 35 is bepaald dat o. a. zal
worden opgeroepen, om van 20 Augustus tot 21 September
a. s. in den wapenhandel te worden geoefend
Cornells Van Hese»
milicien-verlofganger der lichting 1891 en behoorende tot het
3e llegimeut Infanterie te Middelburg.
Hij wordt opgeroepen om des namiddags voor 4 uren tegen
woordig te zijn bij zijn korps, werwaarts hij zich rechtstreeks
moet begeven. Hij, die niet op den bestemden tijd onder de
wapenen komt of niet voortdurend aan de oefening deelneemt,
of wel achterlijk blijft in hel aauleeren van den wapenhandel,
wordt zooveel langer onder de wapenen gehouden als de com
mandant noodig acht.
Goes, 18 Juli 1894.
De Burgemeester van Goes,
J. G. d. W. HAMER.
GOES, 18 Juli 1894.
Gisteravond werd door de werklieden
ver eeniging »Eigen hulp" alhier de ge
wone driemaandelijksche vergadering gehouden. Uit
het verslag, op die vergadering uitgebracht, bleek
o. a., dat gedurende het tweede kwartaal van dit
jaar was ontvangen f 180,50; de uitgaven bedroegen
f74,50. Aan vijf leden was gedurende dat tijdsvei*-
loop uitkeering wegens ziekte verstrekt tot een
gezamenlijk bedrag van f 67. Het kas-saldo bedroeg
op 30 Juni f 1001,68. Voor de reservekas was ont
vangen f32,51, makende met het in kas zijnde eene
som van f 105,621/2
Ongetwijfeld mag dus gezegd worden, dat deze
vereeniging zich in een gunstigeu toestand mag ver
heugen. Zij telt thans 136 leden.
Aan het officiërie verslag van de jongste zitting
der Prov. Staten van Zeeland ontleenen we het vol
gende voorstel van Gedep. Staten tot a f w ij z i n g
van het verzoek van J. A. Geill omtrent de
verlichting van rij- en voertuigen op
de openbare wegen.
Het voorstel luidt
»Het adres van J. A. Geill, geneesheer te Nisse,
dat bg uw besluit van 22 November 1893 no. 5
tot nader onderzoek in onze handen werd gesteld,
strekt om eene bepaling in het leven te roepen dat
rij- en voertuigen van zonsonder- tot zonsopgang
voorzien moeten zyn van helder brandend licht.
Zooals u bekend is, werd reeds bij de behandeling
van het ontwerp-reglement op de wegen en voet
paden, in uwe vergadering van 4 November 1880,
door een der leden de wenschelgkheid van zoodanige
bepaling betoogd. Hg stelde toen voor, om aan art.
103 van het reglement eene nieuwe paragraaf toe
te voegen, luidende
»De geleiders van rij- of voertuigen en van honden
karren zgn bij het gebruik daarvan verplicht om
van óen uur na zonsondergang tot Ó9n uur vóór
zonsopgang hunne rij- of voertuigen en hondenkarren
te voorzien van minstens éene zichtbaar goed licht
gevende lantaarn."
Dat voorstel werd toen door u met 30 tegen 5
stemmen verworpen, nadat het namens ons college
bestreden was als onpractisch en onuitvoerbaar.
In uwe vergadering van 19 November 1886 werd
een dergelijk voorstel gedaan. Een der leden wenschte
toen aan art. 99 eene derde toe te voegen, luidende
»De geleiders van rijtuigen zijn verplicht te zorgen
dat hunne rijtuigen bjj duisternis op zichtbare wijze
voorzien zijn van een of meer brandende lantaarns."
Naar het Duitsch van A. E. Brachvogel.
36) Vervólg.
Gelukkig werd het kasteel Eishausen ditmaal van
inkwartiering verschoond en in het dorp werd slechts
ééne compagnie gelegerd, welker commandant, kapi
tein Krusow, zich in de pastorie vestigde. Hg was
een ruwe klant en eigenlgk een Oost-Pruis vau
geboorte, maar die zich liefst voor een Rus liet
doorgaan, waarom hij dan ook zgn naam Kruse had
veranderd in Krusow. Het kasteel trok al spoedig
zijne aandacht en weldra had hg de meid zoover
uitgehoord, dat hij wist wie daar woonde en hoe
een geheimzinnige sluier het leven drir vreemde
lingen bedekte. Bij het hooren van den naam van
graaf de Vavel was hg dubbel opmerkzaam geworden
en 's namiddags toen hg met den predikant Wunster
en diens vrouw in de woonkamer zat, begon hg
aldus
»Ik heb van betrouwbare zijde vernomen, dat
daarginds op het kasteel zeer in het geheim een
graaf woont, een Franschman, de Vavel geheeten
Ik geloof, dat ik dien man ken
Marie verbleekte en keek Wunster verschrikt aan.
»Daar ik dien mynheer, die volgens uw beweren op
Ook dat voorstel werd door u, met 22 tegen 9
stemmen, verworpen.
Wij zijn ook thans nog van meening dat het ge
bod te bezwarend zou zijn voor het verkeer.
Laat men geen uitzondering daarop toe, dan zal
men den landbouwer betrekkelijk groote kosten ver
oorzaken, daar zijne voertuigen thans niet ingericht
zgn voor het dragen van lichten. Worden landbou
wersvoertuigen van het gebod vrijgesteld, dan zou
het beoogde doel niet bereikt worden, daar de groote
meerderheid der voertuigen op de wegen uit derge-
lyke wagens bestaat.
Bovendien zijn de gemeentebesturen in de gele
genheid de zaak plaatselyk te regelen en staat het
een ieder vrij door verlichting van zgn rij- of voer
tuig zich het veilig rgden by donker weder te ver
zekeren.
Op deze gronden komt de door den adressant ge-
wenschte bepaling ons niet noodzakelyk voor, en
hebben wij daarom de eer u voor te stellen het
verzoek af te wgzen."
Aan het onderzoek in de afdeelingen hebben deel
genomen 40 leden, waaronder 6 leden van Gedepu
teerde staten. Ia twee afdeelingen vereenigden alle
leden zich met het voorstel van Gedeputeerde staten,
terwijl in eene afdeeling één lid het verzoek van
den adressant ingewilligd wilde zien.
Daar niemand het woord of stemming verlangde
werd het voorstel van Gedeputeerde staten zonder
beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen.
Aangezien de percentsgewgze belooning van
het kantoor der directe belastingen
en accijnzen te Heinkenszand c. a. over
1893 f 1947,68 1/2 heeft bedragen, wordt dit kantoor
dus gerangschikt iu de 7e klasse.
Van 1872 tot 1892 werd door het rijk in de
kosten der calamiteuse polders of wa
terschappen van Zeeland bijgedragen f4,086,001
en door de provincie f 2,043,000.
Krabbendijke. Tengevolge van het overigden
van den heer L. J. Overbeeke had Maandag 11. eene
verkiezing plaats voor een lid van den gemeenteraad.
Van de 141 kiezers brachten 103 hunne stem uit.
Gekozen is de heer C. P. Vogelaar met 65 stem
men. Op den heer C. G. Kolff zgn 30 stemmen
uitgebracht.
'g-lleer Abtskerke. Bij de verkiezing van
twee leden van den gemeenteraad (wegens periodieke
aftreding) zijn herkozen de heeren J. De Visser
met 25 en A. V a 11 d e r M e u 1 e n met 24 van
de 28 uitgebrachte stemmen.
Vlissfngen. Naar wij vernemen zal op den
Noordzee-boulevard een tent groot 18 M*. worden
gebouwd, waarin HH. MM. de Koninginnen
de plechtige her-onthulling van het standbeeld van
M. A. de Ruyter zullen bezichtigen. Op de reede
zullen verschillende oorlogsschepen komen tot het
lossen van saluutschoten, terwijl het muziekkorps der
Kon. Ned. Marine uit Den Helder de plechtigheid
zal opluisteren.
De Telegraaf ontvangt van den heer G. Van
D e t h een schryven, waaruit blijkt, dat hij den
strijd tegen Neerbosch hier opgeeft om dien te gaan
het kasteel zou moeten wonen, nooit gezien of ge
sproken heb", antwoordde deze, spijt het mij u
omtrent hem niet nader te kunnen inlichten. Maar
hoe zou u, die rechtstreeks uit Rusland komt, een
man kunnen kennen, die hier woont
»Hoe? Dat is mijne zaak. Maar dit wil ik u
wel zeggen, deze graaf de Vavel is in het geheel
geen graaf, maar een eenvoudig Fransch chevalier,
die Louis Vavel de Versay heet en in 1805 met
een geheime zending naar Mitau kwam, waar ik met
mijn compagnie lag."
Bg Wunster's klimmenden angst voegden zich thans
ook nieuwsgierigheid en de wensch den Rus door
vriendelykheid voor zich in te nemen. »U maakt
mij werkelijk nieuwsgierig, kapitein U weet inder
daad meer over den vreemden man, dan iemand in
deze streken. Doe mij het genoegen een flesch ouden
Tokayer, een geschenk van onzen hertog, met mij te
drinken. Die man was dus vroeger te Mitau
Wat had hij daar te maken?"
Krusow lachte sluw. »Ah, mgn vogeltje, wat be
gint ge op eens lief te fluiten. Nu, ik wil met
plezier uw ouden Hongaarschen wijn proeven en u
met mgn verhaal betalen. Ge zult dan zelf kunnen
oordeelen of ik dien man op het kasteel ken en of
ik niet volkomen gerechtigd ben deze gelegenheid
te benutten om hem eens goed aan de ooren te
trekken. Ons regiment ligt sedert menschenheu-
genis te Mitau, eene mooie stad met veel handel
aan de Drixe en het Jacobskanaal, en die met de
zee en alle landen in verbinding staat. Het was
een broeinest der Bourbons vau het jaar '98 af, tot
Gzaar Paul ze deed oprukken."
»Die verjaagde dynastie woonde dus in Mitau
Waarom verjoeg de Czaar ze
Omdat bij Napoleon's vriend geworden was. Maar
hg maakte het eindelgk zoo bont, dat de Bojaren
hem op zekeren dag de keel dicht knepen. Zgn zoon
Alexander was een geheel ander persoon, die wist
wat voor ons land goed was en die Napoleon haatte
zooals wij allen. Hij had nauwelijks den troon be
stegen, of hg noodigde de Bourbons uit Engeland
naar Mitau terug te komen. Ze kwamen allen en
betrokken het Keizerlgk slot bij de stad. Ten tijde
van Czaar Paul hadden ze zeer stil geleefd, maar de
vriendschap van Alexander en de algemeen© woede
tegen Napoleon wekte nieuwe hoop bij hen. Ze
werden gezellig en onze officieren waren zeer bij
hen gezien. Ik kende den hertog van Angoulóme
zeer goed en zgn vader, dien wij nu te Pargs wel
tot koning zullen kronen, ook. Ik heb goede oogen
en ik zag wel hoe het tusschen hen stond, ik zag
misschien meer dan zy wel gaarne wilden, dat be
merkt werd. Er bestond nainelyk eene gespannen
verhouding tusschen de broeders, de graven van
Artois en van Provence, over Angouléme, die met
zijne vrouw, de dochter van den onthoofden Lode-
wyk XVI, niet bijzonder gelukkig leefde. Zij was
ook eene sombere, nurksche persoonlijkheid, die er
juist uitzag, of ze geen goed geweten had of altyd
aan de guillotine dacht, die in hare familie zulk
eene groote opruiming heeft gehouden."
»Hoe oud was de prinses toen?"
»Dat weet ik niet, maar ze zag er uit alsof ze
diep in de dertig was, ouder dan haar gemaal."
»Men zegt, dat de dochter van den ongelukkigen
Lodewijk in 1778 geboren is; ze kon dus toen
hoogstens 27 jaar zgn."
Krusow's oogen begonnen te schitteren en er kwam
een grijnslach om zijne lippen. Juist!" Toen proefde
hg eens van den Tokayer en smakte behagelgk met
de tong. Nu, het ongeluk kan iemand licht wat ver
ouderen de arme vrouw had heel wat doorgemaakt."
»Maar hoe kwam uw zoogenaamde bekende
te Mitau
»Dat was eene wonderlijke geschiedenis. Hij kwam
in den winter van 1804, maakte zich aan de Bour
bons bekend, onderhandelde heimelijk met den graaf
van Provence, het hoofd der familie, en stond op
byzonder goeden voet met den hertog van Beiry.
Men kon duidelyk bemerken, dat al de leden van de
familie Bourbon hem zeer minzaam, ja zelfs met
zekere schuwheid behandelden. Ik heb den chevalier
Vavel de Versay dikwijls genoeg op het slot gezien".
»Weet ge zeker, dat kg zich zoo noemde?"
»Zoo zeker als ik Krusow heet. Zooals ik zeide,
er was in die verbannen koningsfamilie iets niet in
orde. En nu schynt deze kerel die zaak, waarover
het gehaspel liep, voortdurend op het tapyt te bren
gen. Men mompelde van heftige woordenwisselingen
in de familie en deze zonderde zich meer en meer
van ons officierscorps af. Niemand van ons mocht
daarom dien Vavel lijden. Hij was rijk en leefle op