1894 N°. 75.
Donderdag 28 Juni.
81slc jaargang.
FEUILLETON.
Het raadsel van Hildburghausen.
De uitgave dezer Courant, geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, 1,75.
Afzonderlijke nommers 5 cent; met bijblad 10 cent.
Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiön voor dit blad
aangenomen bjj de heeren Nijgh Van Ditmar te Botterdam en verder
bjj alle Boekverkoopors en Brievengaarders.
Inasesk&gja^: van advertentien vóoir 9 ure» op den dag der uitgave»
Be prijs der gewone advertentiën is van 1-5 regels 50 cent, eiken regel meer 10 ets.
Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prgs
slechts tweomaal berekend.
Geboorte-, huweljjks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 110 regels a f 1,berekend.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 et.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel.
GOES, 27 Juni 1894.
Naar de antirevolutionaire Nederlander van
goed ingelichte zijde verneemt, is het bericht, dat
in eene vergadering van aandeelhouders van
De Zeeuw bepaald is, dat voortaan in dat blad de
politiek van De Standaard zal worden voorgestaan,
onjuist.
(Waar ons het bericht echter van meer dan eene I
in dit opzicht zeer vertrouwbare zijde is medege- j
deeld, meenen wij vooralsnog aan de waarheid er
van niet te mogen twijfelen. Bed. G. Ct.)
Geslaagd als klerk bij de staatsspoorwegen dhr.
P. Wingender, wien Middelburg als standplaats
is aangewezen.
De vergadering der vereeniging van
Burgemeesters en Secretarissen in
Zuid- en Noord-Beveland is uitgesteld tot Vrijdag
6 Juli a. s.
De commissie tot regeling van de uitvoering
der kinder- canta te »Michiel Adriaansz. de
Ruyter" hield Dinsdag bare eindvergadering tot
vaststelling der rekening en verantwoording van den
penningmeester, waarvan het batig saldo ad f183,80
zal worden overgebracht in de kas van den Christe-
lijken Volksbond (Werkverschaffing).
Aan het verslag der werkzaamheden van het
Rijkslandbouwproefstation te (Breda)
Goes, over het jaar 1893 door den directeur dr.
A. J. Swaving, outleenen wij het volgende
Doordrongen van het nut daarin gelegen, dat óók
de kleine landbouwer op de hoogte wordt gesteld,
zoowel van den werkkring als van de werkzaamheden
van het proefstation, riep de directeur geldelijken
steun in bij de drie groote Land bouwmaatschappijen
in de provincies Zeeland, Noord-Brabant en Limburg.
De Maatschappij tot bevordering van Landbouw
en Veeteelt in Zeeland o. a. verleende f 20 voor
300 exemplaren ter kostelooze verspreiding onder
hare leden.
Met een woord van warmen dank voor den wel-
willenden steun en voor de belangstelling door de
Zeeuwsche en de Noordbrabandsche Landbouwmaat-
schappijen in deze ten opzichte van bet Bgksland-
bouwproefstation betoond, blijft hij de uitbreiding
van den werkkring der inrichting aan hare krachtige
medewerking aanbevelen.
Tot den kring van het Rijkslandbouwproefstation
Goes behooren de provinciën Zeeland met de Zuid-
Hollandsehe eilanden Goeree en Overflakkee, Noord-
Brabant en Limburg.
I Het afgeloopen jaar bracht voor het Zuidelijk
ressort eene ingrijpende verandering met zich mede,
nl. de overbrenging van het sedert October 1889
te Breda gevestigde Rijkslandbouwproefstation naar
Zeeland (Goes), in verband met de voorgenomen
stichting van een tweede Zuidelijk proefstation in
Limburg (Maastricht).
Dat de overbrenging van het station naar het
centrum der beetwortelcultuur, in eene provincie,
waarin bet landbouwbedrijf bij uitnemendheid wordt
beoefend, in eene stad met naaste omgeving, welke
bij den landbouw in hooge mate is geïnteiesseerd,
Naar het Duitsch van A. E. Brachvogel.
25) Vervolg.
Aan het hoofd vau het leger, dat hij uit Fran
kenland over het Thüringerwoud zou geleiden, reed
Pierre Francois Charles Augereau, hertog van Cas-
tiglione en maarschalk van Frankrijk, op den straat
weg van Coburg naar Hildburghausen. Zijn trouwe
vriend en wapenbroeder, Claude Barthelmy, generaal j
en commandant van de eerste in fan terie-di visie, bad
zich zoo juist op zijn verzoek bij hem gevoegd. Zij
reden eene poos zwijgend naast elkander alsof ze I
besluiteloos waren wie het gesprek zou beginnen, i
>Was het niet in het jaar 9 in Spanje, dat wij
elkander het laatst gezien hebben, Claude vroeg j
Augereau eindelgk.
»Na de overgave van Gerona, maarschalk. Ik
volgde daarna met mijn regiment den keizer naar
Parijs. Toen ik het volgend jaar terugkeerde
»Vondt ge mij niet meer! Ja, ik was in ongenade
gevallen, mijn vriend, zooals dat licht gebeuren kan
met iemand, die zoo dicht bij Zijne Majesteit staat
als ik. Och, onze eer is dikwijlB tevens onze straf!
Later won ik intusschen zijn vertrouwen in Duitsch-
land in dubbele mate terug. Hoe denkt gij over
onze vooruitzichten?"
van zeer gunstigen invloed op de uitbreiding van
den werkkring van het proefstation zal blijken te
zijn, behoeft voorzeker geen betoog.
Het proefnstatio heeft dan ook reeds op de nieuwe
standplaats veel belangstelling in engeren en in
wijderen kring mogen ondervinden, waartoe de krach
tige steun der Maatschappij tot bevordering van j
landbouw en veeteelt in Zeeland, en de gewaardeerde i
medewerking van den Rijkslandbouwleeraar der pro- j
vincie, veel blijven bijdragen.
De ruime inrichting te Goes beantwoordt over j
het algemeen zeer goed aan het beoogde doel en is j
ook in dit opzicht de overplaatsing van het station
eene verbetering te noemen.
Ten gevolge van de langdurige onderbreking der
werkzaamheden heeft het aantal der in 1893 ver
richte onderzoekingen niet een zoodanig eindcijfer
kunnen bereiken als onder gewone omstandigheden
wel het geval had kunnen zijn.
Onderzocht werden in het geheel 1155 monsters
met 2029 afzonderlijke bepalingen, waarvan 441
monsters alleen uit Zeeland.
Het blijft sedert de oprichting van bet proefsta
tion een eigenaardig, doch geenszins een verblijdend
verschijnsel, dat door e9ne landbouwende provincie
als Limburg, zoo uiterst weinig van het proefstation
wordt gebruik gemaakt, terwijl daartegen de onder
zoekingen uit Zeeland en Noord-Brabant blijven toe
nemen, hetgeen voorzeker voor een aanzienlijk deel
mag worden toegeschreven aan de krachtige mede
werking, welke èn door de Rijkslandbouwleeraren
èn door de Landbonw-Maatschappijen in die beide
provincies, aan het proefstation wordt verleend.
Omtrent het gerechterlijk boteronderzoek, dat aan
den directeur persoonlijk is opgedragen, valt op te
merken dat van de ingekomen en onderzochte monsters
slechts 38 bleken vervalscht te zijnhiervan waren
29 veroordeelingen hot gevolg.
Omtrent de werkzaamheden van administratie ven
aard, welke tot de taak van den directeur behooren,
zij hier bericht, dat ia het afgeloopen jaar het ge
heel der behandelde stukken 3407 bedroeg, terwijl
een aantal adviezen van verschillenden aard, den
landbouw betreffende, zoowel mondeling als schrif
telijk werden gegeven.
Omtrent de samenstelling en de hoedanigheid der
onderzochte monsters, valt op te merken dat in
eenige gevallen ook nu weder de moeilijkheden ble
ken, welke ontstaan uit Belgische leveranties op
Belgische analyses. De Nederlaudsche analyse toch
geeft een lager cijfer aan dan de Belgische.
Van watersoorten werd een 4-tal gratis onder
zocht met het oog op de bruikbaarheid voor eene
eventueel in Zeeland op te richten beetwortelsui
kerfabriek op coöperatieven grondslag van de beet
wortelen, welke iu de afgeloopen campagne werden
onderzocht, zijn een aantal afkomstig van de Rijks
proefvelden iu Zeeland, waarop o. in. ook erwten
geteeld zijn met het doel de oorzaak van het niet-
koken daarvan te trachten op te sporen.
Pulp, mangel, lucernehooi en ingekuild groenvoer
werden ondei zocht op voeder waarde, aangezien eenige
dezer voedermiddelen moesten dienen voor eene proef
neming met vetmesten van ossen in den Wilhelmina-
polder bij Goes; de bedoeling dezer proefneming
was de werking van pulp en van mangelwortelen
»Ik heb tegenover mijn chef niets te denken,
hertogik heb slechts te handelen. Bovendien lieten
mij de Spanjaarden en Engelschen tot nog toe weiuig
tijd om over den loop der gebeurtenissen na te denken".
»Met andere woorden, Claude, de maarschalk en
hertog is voor u een beletsel tegen den ouden wapen
broeder Augereau openhartig te zijn. Kom gerust
voor uwe meening uit, Claude, laten titel en waar
digheid naar den duivel loopen en spreek oprecht
zooals in vrosger tijden".
tAIs in vroeger tijdenIk heb sedert dien
heel wat oprechtheid moeten afleeren. Maar, zooals
ge wiltIk heb zeker allerminst reden tegenover u
achterhoudend te zijn. Mijne meening is, dat ons
nog slechts één groote slag gegund zal zijn. Mislukt
die dan is alles verloren".
»Erg genoeg, dat één enkele worp alles moet be
slissen. Dit geval alleen is reeds eene halve nederlaag".
Vreest ge in ernst daarvoor
»U, mijn vrienddurf ik wel bekennen, dat ik
haar niet alleen vrees, maar dat ik haar als een
niet te ontwijken noodlot verwachtIk zou mij zeer
verbazen, als het anders gebeurde".
»Om twee redenen bevreemdt het mij dit uit uwen
mond te hooren. Ik ben juist van meening, dat, aan
gezien ons nog slechts deze ééae beslissende slag
blijft, wij hem des te zekerder zullen winnen. Als
de nood het hoogst was, was Frankrijk altijd het held
haftigst. Kan daaromtrent twijfel rijzen bij denzelfden
Augereau, die de driekleur over de brug van Arcole
droeg, die de passen van Milliano bestormde en op
den 18den Fructidor de macht van den eersten consul
bij gelijke voederrantsoenen (berekend op grond der
analyse) onderling te vergelijken.
Door den directeur werden een aantal bijeenkomsten,
aan landbouwbelangen gewijd, biigewoond en vraag
punten behandeld, bieronder is te vermelden
De gecombineerde vergadering van landbouwers
en beetwortelsuikerfabrikanton op 20 Januari te
Breda gehouden.
Omtrent deze zij bemerkt, dat hier meer dan
ooit bleek, hoe sterk zich de fabrikantenbond ge
voelt tegenover de landbouwersvoor bet contrac
teeren op gehalte in de campagne 1894 werd door
de fabrikanten 14 pet. suiker in de biet als basis
aangenomen, boven 14 pet. zou worden bijbetaald,
beneden 14 pet zou op den prgs worden gekort
geen wonder dat deze eisch door de aanwezige land
bouwers onaannemelijk werd verklaard, met ééne
enkele uitzondering n. 1. door den afgevaardigde uit
de afdeeling Zevenbergscho Hoek, in welke streek
het beetwortelgewas een buiteugewoon hoog suiker
gehalte bezit.
Het spreekt van zelf, dat zich in bet afgeloopen
jaar geene gelegenheid heeft kunnen voordoen tot
het uitvoeren van eigen onderzoekingen van weten-
schappelijken aard, terwijl het aantal onderzochte
monsters over het algemeen eene belangrijke ver
mindering heeft ondergaan.
Een en ander staat, zooals reeds te voren werd
opgemerkt, in onmiddellijk verband met de onvoor
ziene vertraging en de overplaatsing van bet station
en in de werkzaamheden, verbonden aan de nieuw-
inricliting van het proefstation te Goes.
Middelburg. Naar aanleiding van het bij de
Provinciale Staten ingekomen adres van den
gemeenteraad van Ierseke om subsidie en renteloos
voorschot tot bekeiing van weg, is door Ged. Staten
aan de Prov. Staten het volgende schrijven verzon
den: »Bij Uw besluit van 7 November no. 6c wer
den Ged. Staten diligent verklaard ten aanzien van
het adres van den gemeenteraad van Ierseke, ora
uit de provinciale fondsen een subsidie en een rente
loos voorschot te verleenen, beide ten bedrage van
een derde der kosten, voor de bestrating met keien
van den weg van het dorp Ierseke naar het station
Kruiningen-Ierseke, voor zoover die weg op het
grondgebied van Ierseke ligt.
Nadat wij don hoofdingenieur van den provincia
len waterstaat hadden geraadpleegd omtrent de door
Burg. en Weth. ingezonden stukken, hebben wij bij
brief van 23 Februari jl. den Minister van Water
staat, Handel en Nijverheid voorgesteld eene rijks
bijdrage van twee derden der kosten te bevorderen.
Wij verzochten den Minister ons met zijne beslis
sing in kennis fce stellen, teneinde U in verband
daarmede een voorstel te kunnen doen. Daar wij
tot dusver van den Minister geen antwoord ont
vingen, hebben wij de eer U voor te stellen, ons
andermaal diligent te willen verklaren.
Verder is nog aan de Prov. Staten door Ged.
Staten verzonden het volgend schrijven met voorstel
van het Ged. college
Bij adres geeft het Hoofdbestuur der Maatschappij
tot bevordering van Landbouw en Veeteelt in Zee
land" den wensch te kennen, om den sedert 1876
op de Provinciale begrooting voorkomenden post
grondvestte op de puinhoopen van het Directoire
Wie zal er dan nog opgewekt ten strijde trekken
»Versta mij niet verkeerd, Claude. Wie van ons
zal weifelen op den dag van den veldslag als hij de
keizerlijke adelaars ziet schitteren en wanneer hij
den man in de oogen blikt met wiens leven ons
gansche bestaan is saaingeweven NiemandWij
allen zullen onzen plicht doen tot ouzen Iaatsten
ademtochtMaar geheel iets anders zijn de onder
vindingen, welke een legeraanvoerder, die geleerd
beeft de omstandigheden in aanmerking te nemen,
niet mag nalaten te raadplegen. Gij hebt niet zooals
ik te Berlijn de onbegrijpelijke machteloosheid van
den vijand, noch zijne laffe onderworpenheid naden
slag van Jena gezien, en het dan toch moeten beleven,
dat de Duitscbers overal te wapen snelden op den
roep van den Hohenzoller in dit vooijaarIk ken
mijne landgenooten te goed om mij licht in hen te
vergissen De invloed van den roem, het geloof in
hunne on ver win baarheid, geeft hun uitsluitend de
geestkracht, die hen de zege doet behalenDat
geloof heeft de Keizer rijkelijk voedsel gegeven, hij
heeft hen daarmede zelfs verwend. Zij leerden, even
als hij, het overwinnen beschouwen als de eenvou
digste zaak van de wereld, den oorlog als een ver
maak. Maar twee nederlagen waren voldoende om
hen tot lafaards te maken
>Tot lafaards
»Niet physiekde Franschman strijdt tot het
laatste om eerst stervende zich overwonnen te geven.
Maar geestelijk zal hij dan reeds lang een lafaard
zijn en in zijn hart het geloof aui zijn geluk, het
voor Uitgaven tot aanmoediging van voorlezingen
over den landbouw door wandelleeraars" gedeeltelijk
mogen aanwenden ter ondersteuning van minvermo
genden, ten einde hen in staat te stellen onderwijs
in den landbouw, zuivelbereiding, hoefbeslag en andere
met den landbouw verwante vakken te bekomen.
Onder overlegging van de hierover met het Hoofd
bestuur gevoerde briefwisseling meenen wij, dat er
termen bestaan, om het verzoek van het Hoofdbe
stuur bij wijze van proef voor een jaar in te willigen.
Wij hebben mitsdien de eer u voor te stellen, om
de omschrijving van den onder Hoofdstuk VIII, art.
12, der Ontwerp-Begrooting voorkomenden post
van f 300 te lezenUitgaven tot aanmoediging
van voorlezingen over den landbouw door wandel
leeraars en tot ondersteuning voor minvermogenden
tot het genieten van onderwijs in den landbouw en
aanverwante vakken", en om aan de toelage de
voorwaarde te verbinden, dat het Hoofdbestuur na
het einde des jaars aan ons College verslag doe van
de wijze waarop de gelden zijn besteed.
De cursussen op de verschillende inrichtingen
van onderwijs spoeden ten einde, en menig ouder
of voogd heeft plan gemaakt, om zijne kinderen of
pupillen op eene inrichting te doen, waar aan een
veel uitgebreider programma van onderwijs kan
worden deelgenomen. Men vestigt daartoe ook onze
aandacht op Middelburg, dat onder verschillende
gelegenheden van onderwijs, die met eero genoemd
mogen worden, ook het Instituut »Van Lin-
schoten" bezit.
Sedert het bestaan van dit instituut zijn vel9
jongelieden aldaar toegerust met de noodige weten
schap, om zich eene eervolle plaats in de maat
schappij te verwerven.
Van de 34 leerlingen, die van 1890—94 examen
deden, slaagden 3 literarisch-mathematiseb, 1 adspi-
rant-admiDistrateur K. N. Marine, 6 machinist-leêr-j
ling K. N. Marine, 2 rijks-veeartsenijschool te Utrecht,'
2 surnumerair bij de staatsspoorwegen, 3 2e en 3e i
kl. rijks-normaalschool, 4 2e en 3e kl. rijks boogere I
burgerschool, 1 2e kl. handelsschool te Amsterdam, J
1 industrieschool te Rotterdam, 4 gymnasium lel
klasse, 1 klerk bij de posterijen en telegraphie, 6
voor verschillende andere examens.
Allen werden niet alleen geplaatst, maar ook met
zeer goede rangcijfers.
Bij Kon. besluit zijn benoemdtof. voorzitter
van het bestuur der waterkeering van den ealami-
tensen Vlietepolder, W. J. Vader, van 's-Gravori-
polder; tot dijkgraaf van den polder Adriaan, P.
H. Van Lis; in het bestuur van den Nieuwe of j
Jonge j^lder van Dreischor tot dijkgraaf K. A.
Van Langeraad en tot plaatsvervangend dijk
graaf J. M. K 1 o in p e J z.tot plaatsvervangend
dijkgraaf van den polder Kleine Mol°n P. A. S t a 1-
laert; tot gezworen vau het waterschap Poort-|:(
vliet, J. E. Van der S1 ikke; tot gezworen van;
den polder Oud-Noord-Beveland, M. De Regt Jz.j|
Naar men meldt, zijn thans bij den officier van
justitie te Arnhem, in zake de opeisohing van
een brief door bare Tr
tonrechter te Wageningen,
de heeren Van Dedem
iu Uö upciouiiiug V 11 u
r baron Van Dedem, kan-
'eningen, rapporten ingediend door
edem en A. H. Van Lonkhuijzen,
vertrouwen op zijn leider en zijne goede zaak ver
loren hebben I In de ijsvelden van Rusland, Claude!
moest zijn hartstochtelijk vuur verminderen, elke v
nederlaag dooft er een deel van uit en de
werktuigelijke soldaat blijft over, die stiijdt tot lig
neörzijgt. Met zulke mannen wint men geen slag
meerMet zulke soldaten koopt men de wereld
heerschappij niet meer terug, die ieder onzer tot
een heerscher vormde. Gij kent het Duitsche
karakter niet, zooals ik het ken. Men kan dat volk
overwinnen, tot slaven maken, het jaren lang onder
de gzeren roede houden, maar het verdeemoedigen,
het machteloos maken nooitDe Duitscher
heeft ééne deugd, die wij missen, hij kan het onge
luk met mannenmoed dragen Hij wordt door de
smart sterker, op den dag der wrake is hjj onver-
winnelijk, maar op den dag der zegepraal is hij
nooit zinneloos van vreugde. Hij heeft niet, zooals'
wij, behoefte aan roem om te kunnen leven, maar
voor zijne onafhankelijkheid weet hij beter te sterven
dan wij. Als de Keizer nog in een dozijn veld
slagen zijn geluk kon beproeven, zou ik niet zoo
bevreesd zijn. Eén schitterende overwinning zou
ons over al de geleden nederlagen heen helpen.
Maar met één slag alles te moeten winnen of ver
liezen Mijn oude vriend, deze ééne veldslag
tegen deze uit de verdrukking opgestane Duitscbers
zullen wij verliezen en ik reken mij gelukkig
dat ik dit niet meer zal beleven!"
Maarschalk 1" riep Barthelmy verschrikt. »Hoe
kunt ge dat met zulk eene beslistheid zeggen. Gij
wilt toch niet
r