1894 N". 52.
Donderdag 3 Mei,
81su' jaargang.
M e
Slachterij
Bedrijfs- en andere inkomsten.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrjjdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, j 1,75.
Afzonderlijke nommers 5 centmet bijblad 10 cent.
Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiën voor dit blad
aangenomen bij de heeren Nijgh Van Dit mar te Rotterdam en verder
bjj alle Boekverkoopers en Brievengaaidera.
De prjjs der gewone adverter.tiën is van 15 regels 50 cent, elke regel meer 10 ets.
Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing der zelfde advertentie wordt de pijjs
slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huweljjka- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 110 regels a f 1,berekend.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 et.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel.
Insendinf van advertenties» vóór 8 uren op den da# der uitgave.
Vergunning is verleend aan M. GOEREE te 's - II e e r
Arendskerke tot liet oprichten eener
in het perceel wijk C no. 246, gelegen in de Langevorststraat
te Goes.
Goes, 2 Mei 181)4.
Burgemeester eu. Wethouders van Goes,
J. G. d. W. HAMER.
De Secretaris,
II A R T M A N.
Ingevolge den wensch van den Minister van Financiën wordt
de aandacht vau het publiek gevestigd op de voltcende bepalingen
der wet van 2 October 1893 (St bl. no. 149) tot helling eener
belasting op
De bestuurder of beheerend vonnoot van eene hier te lande
gevestigde vennootschap, onderlinge verzekeringmaatschappij,
coöperatieve vereenigiug, of van eene vereeniging of stichting
die een bedrijf of een beroep uitoefent, of de boekhouder e uier
hier te lande gevestigde reeder ij, is gehouden van zijn optreden
kennis te geven aan het bestuur der gemeente, waar hij woont.
Bovenvermelde personen mogen niet tot het doen van uit-
deelingen of uitkeeriugen, waarvoor belasting verschuldigd is,
overgaan, alvorens daarvan aaugifte gedaau eu de over vroegere
uitdeeliugen of uitkeeriugen verschuldigde belasting betaald te
hebben. De bedoelde uitdeeliugen of uitkecringen mogen bij
liquidatie niet geschieden, alvorens de daarvoor verschuldigde
belasting is voldaan
Zij zijn gebonden binnen veertien dagen na de vaststelling
van balans of rekening een zoodanig uittreksel als nordig is
tot toelichting der winst, uitkeeriugen of uitdeeling le doen
toekomen aan den voorzitter der commissie, die den aanslag
moet regelen.
De overtreding dezer bjpaliugen wordt gestraft met geld
boeten van ten hoogste 23 en f 400.
Handelsreizigers, kramers en alle verdere personen, die hun
bedrijf of beroep rondtrekkende uitoefenen, zijn verplicht zich
ter plaatse binneu het rijk, waar zij zich na het begin van
het belastingjaar het eerst bevindeu, bij het gemeentebestuur
schriftelijk aan te melden, waarvan zij een bewijs ontvangen,
dat zij op eene geldboete van hoogstens f 25 moeten vertoouen
aan de bevoegde ambtenaren.
Nog worden de ingezetenen van het rijk herinnerd aan de
bevoegdheid om zich bij de aanstaande beschrijving dn uitrei
king van een beachrijvingsbiljet B te verzekeren door voor of op
15 Mei a. s. het verzoek daartoe te richten tot den outvanger
der directe belastingen over hunne woonplaats
Goes, den 2 Mei 1894.
Burgemeester en Wethouders van Goes,
J G. d. W. HAMER
De Secretaris,
HARTMAN.
Kuyper-Lokman.
Dr. Kuyper komt in een ingezonden stuk op tegen
de beschuldiging van mr. Lohman, in zijne jongste
brochure, dat hij dezen, eigenmachtig en zonder
eenig recht, van de officiëele candidatenlijsfc van het
centraal comité der anti-revolutionaire kiesvereni
gingen had weggelaten. Dr. K. zegt, »dat er geen
officiëele lijst is verschenen, maar dat mr. L. ver
moedelijk eene geheel particuliere lijst van de
Standaard voor eene officiëele lijst van het centraal-
comité heeft aangezien."
Dat klinkt nu wel heel aardig, maar de lijst van
de Standaard zal toch wel algemeen voor officiëel zijn
aangezien. Bovendien blijkt uit de weêrlegging
van du. Kuyper allerminst waarom hij tegen 10
April voor Goes dhr. Huvers aanbeval en tegen de
herstemmingen voor alle districten een candidaat
aanprees behalve al weder voor Goes. Waarom liet
dr. K. nu juist den naam van dhr. Lohman weg
Op die vraag is door hem nog altijd geen antwoord
gegeven.
Verder protesteert dr. Kuyper tegen de poging,
z. i. door mr. Lohman in bovenbevoelde brochure
gewaagd om de deputatenvergadering te discredi-
teeren, als feitelijk niets anders dan een echo van
dr. Kuyper. Een dergelijke beschuldiging is vroeger
noch door den heer Lohman, noch door wien ook
ooit ingebracht, en toch is nooit de deputatenver
gadering op andere wijze gehouden dan ditmaal.
Tweeërlei oordeel
We hebben onze lezers maar niet veimoeid met
uittreksels uit verschillende bladen, waar deze hunne
meening uitten over den uitslag der verkiezingen
en de gevolgen daarvan. Al naar gelang van het
beginsel, dat ze voorstonden ten opzichte van het
kiesrechtvraagstukwaren die uitingen meestal
eene juichkreet over het heden of eene hoopvolle
ontboezeming voor de toekomst. Slechts een enkel
blad, aan hetwelk de loop der zaken tegenviel, ver
valt nog in een toon, die afkeuring verdient en aan
ophitserjj doet denken. Dat blad maakt nu blijk
baar het belang van het land, dat bevorderd zal
worden, wanneer de liberale partij in de Kamer tot
overeenstemming komt, ondergeschikt aan den dienst
van een persoon.
Uiterst kalm en bezadigd echter zijn de beschou
wingen van de Liberaaleen tegenstander, en van
de Nederlandereen voorstander van de kieswet-Tak.
Daarom vinde de meening dezer beide bladen bier
in het kort eene plaats.
De Liberaal kenschetst don uitslag als hoog spel,
dat de Minister verloren heeft, en schrijft
Onder dat alles zijn onze gewaarwordingen ge-
mengd»Een juichkreet als nooit", zeker daartoe
zijn wij gerechtigd. Maar zullen wij dien kreet aan
heffen Niet onbepaald. Wel verheugen wij er ons
in met groote vreugde dat de uitslag is, zooals wij
boven beschreven, omdat wij weten dat hierdoor
een wetsontwerp als het vorige, dat wij, als paar
onze stellige overtuiging met 's lands belang strijdig,
bestreden hebben, van de baan is. Maar wij kunneD
ook thans, te midden onzer blijdschap over de vic
torie van Woensdag, niet nalaten met weemoed te
bedenken hoe gaarne wij die overwinning ons en
j onzen tegenstanders en het gansche land bespaard
I hadden. Want ook dit is onze vaste convictie dat
het beter geweest ware, wanneer minister Tak, be
ginselvastheid niet verwarrende met onverzettelijk
heid, meegaander zich betoond had, wanneer hg
wij zeggen niethet amendement-de Meijier aanne
melijk verklaard had (volmaakt was dat amendement
j zeker nietmaar wanneer hij op den immers
met groote meerderheid aangenomen grondslag van
art. 3 met die meerderheid gezocht had, had willen
zoeken naar een ook in de oogen dier meerderheid
juiste uitwerking van het beginsel, naar eene om
schrijving vau de reeds gevonden formule. Wij
betreuren het, omdat wij niet gewild hebben Tak's
nederlaag, maar een toonbaar art. 4omdat wij niet
gewenscht hebben de ontbinding (ook al stelt zij
ons nu in het gelijk), maar een kieswet, waarvan
de grondwettigheid niet betwistbaar is.
Intusschen heeft dit niet zoo mogen zijn. De in
trekking en de ontbinding zijn over ons gebracht,
zijn over ons heengegaan zonder ons te deren. Zij
zijn gedane zaken. Natuurlijk, nu ontbonden werd,
was onze rehabilitatie door de kiezers ons aangenaam,
in de eerste plaats omdat zij voor eene deugdelijke
regeling op zeer breeden grondslag de mogelijkheid
schept."
De Nederlander erkent, dat het een ij del pogen
zou zijn, te willen verbloemen, dat deze slag ver
loren is. »Ons vertrouwen in de toekomst is echter
volstrekt niet geschokt »zegt het blad". Met vol
komen recht kan deze regeering zeggen, wat Glad
stone in 1867 bij de behandeling van zijne kiesrecht
hervorming verklaarde: »Gij kunt deze hervorming
doen mislukken, maar anderen zullen opstaan om
te doen wat wij niet vermogen". Dit ministerie zal
moeten verdwijnen, maar welk ministerie ook moge
optreden, het zal tot onmacht zijn gedoemd, zoo
lang het kiesrechtvraagstuk niet tot eene bevredi
gende oplossing is gebracht. De democratische stroo
ming is niet te keeren. Aan de conservatieven is
het gelukt de politieke ontwikkeling voor eenigen
tijd te verstoren, maar vast is onze overtuiging, dat
weldra het recht zal zegevieren en een kiesrecht tot
stand zal komen, niet minder uitgebreid dan door
den minister Tak was voorgesteld".
Cynisch als altijd is bet oordeel van mr. Haffmans
j in zijn lijforgaan, bet Venloosck Weekblad. Hij schrijft:
1 De nekslag is gegeven. Het ontwerp Tak is dood,
mors dood. Nederland kan weer vrij ademen. Goddank
Nooit, zoo lang de wereld staat, werden er zoo
groote verwachtingen zoo jammerlijk teleurgesteld
als die van het driemanschap Tak, Kuyper en Schaep-
man bij deze verkiezingen. Als de Argonauten waren
de heeren vol fiducie uitgetrokken om het gulden
vlies te halen en zietzij keeren terug met de kous
op het hoofd. Eén ding is zeker. De heeren zullen
het niet meer probeeren. Daarvoor hebben zij eene
te geduchte les gekregen, 't Was tijd ook. Hun
overmoed werd al te groot".
GOES, 2 Mei 1894.
Gisteren overleed alhier, in den ouderdom van
75 jaren, de heer B. Van Asperen Vervenne,
sedert 19 April 1876 onafgebroken lid van den ge
meenteraad. Hoewel reeds geruimen tijd zijn gezond
heidstoestand te wenschen overliet, was dhr. Vervenne
juist in de laatste weken weder zoo ver hersteld, dat hij
ook de jongste raadsvergadering kon bijwonen. Zijn
overlijden was dan ook nog plotseling en onverwacht,
en ongetwijfeld zal, behalve door zijne familie, zijn
heengaan ook zeer betreurd worden door de velen,
die den goedmoedigen grijsaard hoogachtten om zijne
welwillendheid.
Bij de gisteren alhier gehouden loting van
paarden voor het leger werden alle opge-
roepene afgekeurd. Op Noord-Beveland werd van
de 104 slechts éen paard eventueel voor den dienst
aangewezen.
In de gisteravond gehouden vergadering van
het Comité tot wering van schoolverzuim is o. a.
het volgende jaarverslag uitgebracht:
1 Bij het aanbieden van hst bierachter volgend
statistisch verslag over het jaar 1893, mogen wij met
groote voldoening er op wijzen dat ons comité nu
25 jareu bestaan en gedurende dat tijdvak met suc
ces een kwaad bestreden heeft, dat vóór dien tijd
oorzaak was, dat de groote kosten aan het lager
onderwijs besteed niet die vruchten droegen, welke
er redelijkerwijze van mochten verwacht worden,
omdat een groot gedeelte van de kinderen uit de
lagere volksklasse te veel schooltijden verzuimde om
zelfs de meest elementaire ontwikkeling zich eigen
te maken.
in ons vorig verslag gaven wij een over
zicht van den invloed ten goede, dien ons comité
in dezen mocht uitoefenen. Geregeld schoolbezoek
is bij het tegenwoordig jonge geslacht gewoonte,
schoolverzuim uitzondering geworden. Wij zullen niet
in hei haling van cijfers treden waar deze reeds ten
vorigen jare gegeven werden.
Alleen zij het ons vergund in di^ verslag met
ingenomenheid melding te maken van de algemeene
sympathie, door de burgerij en de kinderen aan den
dag gelegd, toen li6t Comité, bij het gewone jaar-
lijksche schoolfeest op 27 Juli, tevens zijn 25jarig
bestaan herdacht.
Toen het Comité dien dag op de verzamelplaats
was aangekomen werd het door de ruim 500 kin
deren, die aan het jaarfeest deelnamen, met een door
den heer Breetvelt, hoofd van school A, expresselijk
vervaardigd lied ontvangen.
In dat lied verienigde zich de daukbare erken
ning van de kinderen voor wat bet Comité ten hun
nen nutte had gewrocht, met de beste wenschen
voor het voortbestaan er van. Het werd begeleid
door dó harmonie »Euphonia" en ondervond groote
toejuiching van het talrijk aanwezige publiek.
Onze voorzitter betuigde namens het Comité dank
voor deze ontvangst en nam deze gelegenheid te
baat om er op te wijzen hoe er langzamerhand een
vertrouwelijke band tusschen de schooljeugd en het
Comité was ontstaan, die gunstige resultaten ople
verde. Maar vooral wees hg er op, hoe thans ook
een woord van hartelijken dank paste aan hoofden
en onderwijzers der verschillende openbare scholen
voor den krachtigen steun, gedurende een kwart
eeuw aan de zaak van het Comité bewezen.
Het was zeker geen wonder, dat het toen volgend
schoolfeest de tocht naar Vlissingen met nog
meer dan gewone opgewektheid werd gevierd en dat
ook daar in verschillende toespraken de bijzondere
gebeurtenis werd herdacht.
Onafzienbaar was de menigte, die des avonds de
terugkomst van deu trein afwachtte en den stoet
volgde toen deze zich weder naar de Groote Markt
begaf, alwaar het lied van den morgen door de kin
deren met geestdrift herhaald werd en waarmede
de feestdag was afgeloopen, die nog langen tijd bij
de leden van ons comité in aangename herinnering
zal blijven.
Ook het comité leed in het tijdsverloop van een
kwart eeuw vele gevoelige verliezen onder zijne leden.
Nu eens was het de dood dan weder het vertrek
van eenig lid, dat de gelederen dunde. Zoo verloor
het comité in 1893 door vertrek o. a. het lid D.
Bildernisse, die van den aanvang af een zeer ver
dienstelijk lid van het comité was. Maar zoo dikwijls
de gelederen dunden, zoo dikwijls stonden anderen
gereed de opengevallen plaatsen aan to vullen en
ongetwijfeld zal de in het vorige jaar ondervonden
sympathie er toe bijdragen om het comité in stand
te doen big ven zoolang het met zooveel vrucht werk
zaam kan zijn.
Het Comité tot wering van Schoolverzuim
te Goes,
Z. D. v. d. BILT LA MOTTHE, Voorzitter.
J. FRANSEN v. d. PUTTE, Secretaris.
Aan de bij dit verslag gevoegde statistische op
gaven ontleenen wij de volgende cijfers:
De vier scholen samenvattende waren ingeschre
ven 816 leerlingen, waarvan 553 met 0 verzuim of
68 pet.160 met 1 tot 10 verzuimen of 20 pet.,
en 103 met boven 10 verzuimen of 12 pet.
Van deze 816 leerlingen hebben 538 de vier scho
len van 1 Januari tot 31 December bezocht en kun
nen bij eene door het Comité eventueel vast te
stellen bekroning in aanmerking komen. Volgens
den aangenomen maatstaf zal over 1893 het getal
486 bedragen, of 90 pet., verdeeld als volgt:
School A 85 leerlingen of 84 pet.school B 224
leerlingen of 98 pet.; school C 124 leerlingen of
90 pet., en school D 53 leerlingen of 73 pet.
Gemiddeld werden de scholen bezocht door 652
leerlingen per maand, waarvan 583 met 0 verzuim,
48 met 1 tot 10 verzuim en 21 boven 10 verzuim.
Op de lijst van hoogstaangeslage
nen in 's Rijks directe belastingen in de provincie
Zeeland (vastgesteld bij besluit van Gedeputeerde
Staten dier provincie van 20 April 1894, no. 97),
bevattende 132 namen, k^men o. a. voor: mr. Jan
Cornelia Reinier Van der Bilt te Heinkenszand, Jan
Blok Jz. te Krabbendijke, Jacobus Borsius te Mid
delburg, Gualterus Jacob Van den Bosch te Katten-
dijke, jhr. mr. Willem Maurits De Brauw te Mid
delburg, Jacob Bruinzeel te Rilland-Bath, Marinus
Burger te Kloetinge, Philip Robert Claus te Kloe-
tinge, Abraham Catbarinus Danckaerts te Kortgene,
mr. Jan Geerard Van Deinse te Hulst, Pieter Dek
ker Jz. te Wemeldinge, Jan Janse Van Eijkeren Sr. te
's-Heerenhoek, Jean Arnold Be vier De Fouw te Goes,
mr. Jan Gerard De Witt Hamer te Goes, Johannes
Eliza Mulock Houwer te Goes, Adriaan Marinus
Peman Kakebeeke te Kloetinge, Gerardus Hendrikus
Kakebeeke te Goes, Jacob Marinus Kakebeeke te
Goes, Jan Kakebeeke te Krabbendijke, Lodewijk
Gerhardus Kakebeeke te Middelburg, mr. Petrus
Lenshoek van Kerkwijk te Goes, Willem Frederik
Karei Lenshoek te Goes, Lucas Lucasse te 's-Heer
Arendskerke, Leendert Abraham Paardekooper Over
man te 's-Gravenpolder, Johannes Marinus Pilaar
te Goes, Hendrik Karei Persant Snoep te Kapelle,
Hendrik Joseph Stieger te Goes, Nicolaas Tazelaar
te Kolijnsplaat, Willem Johan Vader van's-Graven
polder te Wissekerke, Jacobus Vereeke te Kruinin-
gen, jhr. Samuel Marie Van Reigersberg Versluijs
te Kloetinge, Adriaan Witkam te Goes. Het laagste
gezamenlijke bedrag van aanslagen, dat tot de plaat
sing op de lijst heeft geleid, is f453,9S.
's-Heer Arendskerke. Jl. Maandag kwamen
alhier eenige landbouwers samen met het doel om
te spreken over het oprichten eener boter-
fabriek, zoo mogelijk in de nabijheid vau het
station van den staatsspoorweg.
Er waren een 20tal belanghebbenden ter vergade
ring en er werd besloten een fabriek op te richten.
18 deelnemers traden toe met een getal van 150
koeien. Eene commissie van 5 leden werd benoemd
om statuten te ontwerpen, die op eene in de vol
gende week te houden vergadering zullen worden
behandeld.
De voordracht voor een bestuurslid van
het waterschap voor de uitwatering door de sluis
aan den Oosterlandpolder, vacature G. J.
Van den Bosch, bestaat uit de h.h.C. Van Darame,
J. Smallegange, beiden te Wolfertsdgk on J. M.
Kakebeeke te Goes.
Kolijiisplant. Maandag 11. hield liet Nuts-
departement »N o o r d - B e v e 1 a n d" alhier
zijne gewoone voorjaarsvergadering. Na het nazien
en de goedkeuring der rekening over 1893/94 en
de behandeling der begrooting voor het volgende
dienstjaar, in ontvang en uitgaaf groot f 215,991/.2,
werden eenige punten van den beschrijvingsbrief
besproken. Tot afgevaardigde naar de algemeene
vergadering werd gekozen de heer C. N. v, d. Hejjde,
tot plaatsvervanger de heer J. Vermeulen. Als be
stuursleden werden met op één na algemeene stem
men herkozen de heeren F. J. W. Wagtho en
C. N. v. d. Heijde.
Het departement telt thans 20 gewone, 3 eere
leden en 6 begunstigers.
Maandag had te Vlissingen de algemeene ver
gadering plaats van aandeelhouders der K o n i n k-
lijke Maatschap p ij D e Scheld e", scheeps
bouw- en werktuigenfabriek.
Uit het door den directeur uitgebrachte verslag
blijkt, dat over 1893 eene winst is verkregen van
f 86,473.55, waarvan werd voorgesteld op verschil
lende posten af te schrijven f 55,704.80, zoodat ter
verdeeling aan de aandeelhouders overblijft 5 pet,
over bet aandeel en-kapitaal van f 600,000, zijnde
f 30,000 en f 768 75 voor patentbelasting. Aan ar
beidsloon werd circa f 400,000 uitbetaald. De Maat
schappij heeft thans ruim 900 werklieden aan het werk.
Machtiging werd verleend tot het aangaan eener
leening, groot f 1,000,000, rentende 4 '/2 pet., af
losbaar binnen 40 jaar met een minimum van f25,000
per jaar, en met bestemming daarmede af te lossen
de bestaande 5 pet obligatielening, per resto groot
f 461,000 en ter voorziening in bedrijfskapitaal ter
uitvoering van de groote werken in behandeling.
De Standaard bevat onder het opschrift Er
gerlijk" het volgende entrefilet
»De heer De Savornin Lohman uit Groningen
heeft in eene daar ter stede gehouden vergadering
verteld, dat de Voorzitter van het Centraal-Comité
op eene bijeenkomst van dat Comité tot hem zou
gezegd hebben»Gij denkt dat in de Deputaten
vergadering juist zulke knappe koppen zitten als in
de Liberale Unie", maar dat is niet zoo; onze
kleine luydjens moeten we bezighouden met een
voordracht, en dan moeten ze maar goedkeuren wat
wij ze voorstellen."
De voorzitter van het Centraal-Comité verzoekt
ons naar aanleiding biervan op te merken vooreerst
dat dö besr Lobman het recht niet had, mede-