1894 N°. 46. Donderdag 19 April. 81stP jaargang. Hoofdelijken Omslag D. S T 1 G T K. De nitgave dezer Courant gescliiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond, uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, t 1,75. Afzonderlijke nominers 5 centmet bijblad 10 cent. Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiön voor dit blad aangenomen bjj de heeren Nijgh Van Ditmar. te Rotterdam en verder bij alle Boekverkoopers en Brievengaarders. De prjjs der gewone adverl6ntiën is van 15 regels 50 cent, elke regel meer 10 ets. Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huweljjks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 110 regels a f 1,berekend. Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel. Inxendintt van advertentie» vóór uren op den dof der uitgave. Het yoljaars kohier van den voor 1894, door den gemeenteraad in zijne vorgadering van 30 Maart jl. vastgesteld, is door Gedeputeerde Staten van Zeeland, hij hun besluit van 13 dezer no. 45, goedgekeurd en op heden aan den Ontvanger ter invordering oitgoreikt. Gemeld kohier zal gedurende vijf maanden ter secretarie voor een ieder ter inzage liggen, terwijl binnen 3 waanden na de uitreiking der aanslagbiljetten bezwaren tegen den aanslag, op ongezegeld papier, bij den gemeenteraad kunnen worden ingediend. Goes, den 18 April 1894, j Burgemeester en Wethouders van Goes, J. G d. W. HAM BR. De Secretaris, II A It T M A N. Optreden van den heer Stigter te Goes. Maandagavond hield de heer D. Stigter, de eandidaat der liberalen voor het lidmaatschap der Tweede Kamer, een politieke voordracht in >de Prins van OraDje" alhier. Do kolfbaan was geheel met belangstellenden van verschillende poli tieke richting gevuld. De heer J. M. ICakebeeke, voorzitter der liberale kiesvereeniging »Goes" alhier, door wie de heer Stigter was uitgenoodigd een lezing te houden, opende de bijeenkomst en bracht in her innering, hoe door de scheuring in de anti-revolu tionaire partij de heer S. alsnog eandidaat gesteld was en wel met het succes, dat hij in herstemming komt met dhr. Lohman, waarom dhr. Stigter dan ook thans hier was opgetreden om zijne denkbeelden over de gioote quaestie van den dag, de uitbreiding van het kiesrecht, uiteen te zetten. De heer Stigter, het woord bekomen hebbende, verklaarde dat het hem nu moeilijker was op te treden dan anders, aangezien zijn persoon bij de verkiezing is betrokken. Nochtans schroomde hij niet in het belang der zaak hier zijne meeningen te ontvouwen. Hij trachtte allereerst eene bepaling te geven van het woord Staat en herinnerde hoe 40 of 50 jaren geleden de bekende Staathuishoud kundige Fréderique Bastiat een prijs van 1 millioen francs wilde uitgeloofd zien voor hem, die de beste definitie kon geven van het begrip Staat". Jaren lang is daarnaar te vergeef* gezocht, tot dat men nu daarvoor algemeen heeft aangenomen, dat de »Staat" de dienaar der maatschappij moet zijn. Wordt nu in deze richting meer gedaan, dan komt onze schoone Grondwet meer in toepassing in over eenstemming met hare hooge waarde. Als men die Grondwet onderzoekt, vindt men o. m. daarin de voortreffelijke bepaling, dat door de wet de begrootingen van alle uitgaven des Rijks vast gesteld en de middelen tot dekking dier uitgaven aangewezen worden. De wetten nu, als hier bedoeld, worden voornamelijk gemaakt door de Tweede Kamer, zoodat deze beslist hoever de koorden der beurs losgemaakt moeten wo2*den om de middelen op te brengen. En aangezien nu de leden der Tweede Kamer gekozen worden door de kiezers, zijn het dezen, die op de optebrengen belastingen invloed kunnen uitoefenen en zijn de wetten eigenlijk de uitdrukking van den wenseh der kiezersbevolking. Spreker noemde dan ook de Grondwet, waarop alle andere wetten steunen, een heerlijk stuk. In den tegenwoordigen tijd gaan er stemmen op van buiten diegeneD, die lid zijn van het kiezers corps, om ook in dat corps te worden opgenomen. Een zeer rechtmatige wenschImmers het gaat niet aan, dat slechts een klein gedeelte der Nederl. be volking gebruik kan maken van een recht, dat over de plichten en de lasten van het geheele volk beslist. Dit heeft de Liberale Unie in 1891 ook begrepen en daarom heeft zij in haar bekend manifest als een der voorwaarden, bij de verkiezingen van dat jaar gesteld, aangedrongen op onverwijlde uitbreiding van het kiesrecht zoover eene eerlijke uitlegging der Grondwet toelaat. Eene meerderheid is ook op die voorwaarde gekozen en uit die meerderheid is eene regeering voortgekomen, die woord gehouden en een ontwerp van wet tot kiesreehtuitbreiding ingediend heeft. Bij de bespreking van dat ontwerp kwam spreker in de eerste plaats tot eene beschouwing over art. 80 der Grondwet en deed hij uitkomen, dat de daarin voorkomende woorden geschiktheid en maatschappe lijke welstand geen volstrekte maar zeer betrekke lijke begrippen zijn en daarom aanleiding hebben gegeven tot veel strijd. De regeering heeft gemeend als voorwaarden voor geschiktheid te moeten stellen geestesontwikkeling, zelfstandigheid, deugd, goede trouw, belangstelling in het algemeen belang en in het voortbestaan der orde, doch de meest zorgvuldige opvoeding geeft nog geen zekerheid voor het bezit dezer eigenschappen, terwijl men ook in de laagste standen deze deugden benevens scherpzinnigheid, gezond ver stand en gevoel voor causaal verband vindt. Waar, vraagt de regeering, moet nu do lijn gotrokkon wor den om de goeden van de kwaden te scheiden In be lasting, in de meerdere of mindere grootte der wonin gen? Geenszins. Geschiktheid vordert geestesontwikke ling, een zelfstandig karakter on een onafhankelijk ge moed en men tieft die aan in alle klassen der maat schappij. Waar dus hier de lijn te trekken Omtrent belangstelling in het algemeen belang doet men ook de ervaring op, dat die soms evengoed gemist als aan getroffen wordt bij de gefortuneerden zoowel als in de lagere klassen. Waar is dus ook hier de grens Als dus geen bepaalde omschrijving der grenzen mogelijk is, dan moeten ook allen tot de stembus worden toegelaten, behoudens zij, die volgens art. 80 wettelijk zijn uitgesloten. Wat heeft da wetgever bedoeld met maatschappe- lijken welstand Neemt die toe in verhouding tot bezit Ook deze vragen zijn niet juist te beant woorden. Daarom, zegt de heer S., ieder Neder- landsch staatsburger, die door noeste vlijt en werk zaamheid in zijn behoeften en in die van zijn gezin kan voorzien, bezit den gevraagden welstand en het gevoel voor maatschappelijke orde. Daarom nog maals, zegt de heer S., aangezien de grenzen van al- of niefc-geschiktheid en maatschappelijken wel stand niet aan te geven zijn, moet ieder tot de stembus worden toegelaten, van wien niet uit ge constateerde feiten het tegengestelde blijkt. Alzoo kwam de regeering tot de redactie van art. 8 van het ingediende wetsontwerp. Het kenteeken van geschiktheid is dus voorzien in eigen onderhoud en daarnaast de eisch, dat hij, die kiezer wenscht te zijn, daartoe een eigenhandig geschreven aanvrage in dient. Een aantal amendementen zijn ingediend op het kieswet-ontwerp en vele daarvan ingetrokken of ver worpen, tot eindelijk dat van De Metier aangenomen werd. En op welken grond Omdat de Grondwet zich, meenen sommigen, tegen een zóo ruime uit breiding verzet als de Regeering voorstelde. Spreker echter is van gevoelen, dat de Grondwet door de Regeering is in acht genomen. Zij zegt in hare memorie van antwoordDe Grondwet beperkt den gewonen wetgever niet in de keuze van de kenteelcenen. De wetgever is dus vrij. Allen het kiesrecht ver- leenen zou met de Grondwet in strijd zijn. De wet zelf klimt in verschillende gevallen van negatieve vermoedens tot positieve daadzaken op, waarvoor spreker een viertal voorbeelden aanhaalt aan de wet ontleend. Met het oog op de bezwaren van hen, die bepaalde positieve kenmerken meenen te moeten eischen terwijl zij slechts negatieve in de regeeringsvoorstellen meenden te kunnen vinden, wees hij hierop. Op deze gronden zeide spreker van meening te zjjn, dat het wetsontwerp-Tak bleef binnen de lijnen door de Grondwet getrokken en deze alzoo niet is geschonden. Ook een aantal pro fessoren aan Universiteiten getuigen allen in dien geest. Het doet spr. genoegendat er zich een neiging vertoont om het volk onder het kiezerscorps op te nemen. Het kiesrecht zal het nauwer verbinden aan den Staat en aan de Koningin (hij zelf schaart zich gaarne aan de zijde van de Oranje-partij), het zal dan spreken van onze wet, van onzen staat. Wij zullen dan hebben een conservatieve wetgeving, die werke lijk conserveert. Daarom hulde aan de regeering, die zulk een wet heeft ingediend tot verdere ontwikke ling en vooruitgang. Er zijn altijd twee partijen geweest, een linker- en een rechterzijde, die steeds tegenover elkander hebben gestaan en die meest hun grond van verschil vonden in godsdienstige overtuiging. In eene quaestie als de tegenwoordige komen geen kerkelijke begrippen in aanmerking en daarvan blijkt men overtuigd te geraken, want ook onder de anti-revolutionairen doet zich het verlangen naar uitbreiding van kiesrecht hooren en daartoe behoort moed, omdat er andere, en vooral voorname onder hen zijn, die in dezen niet gaarne den genialen aanvoerder zouden volgen. Spreker betuigt daarmede zijn ingenomenheid en breDgt ook zijn hulde aan die katholieke kiezers, die de voetstappen van hun geleerden voorganger en priester willen drukken. Gelukkig, zegt hij, is hier een onderwerp ter sprake, waarbij wij niet behoeven gescheiden te zijn. Ook aan de liberale kiesvereeniging en aan de Regeering werd een woord van hulde gebracht voor haar streven een uitgebreider kiesrecht tot stand te brengen. Vervolgens werd nog een lofrede gehouden op onze stad als te liggen op klassieken grond ten opzichte van liberale beginselen en te staan aan de spits der beschaving, getuige hare vele en goede inrichtingen van onderwijs, die alle met name werden genoemd en" die haar ontstaan te danken hebben aan een gedenkwaardig driemanschap, nl. aan mr. M. P. Blaaubeen, den man met een warm hart, die voor ieder een goed woord, een handdruk overhadaan den man van de daad: J. A. A. Fransen Van de Putte, die met kloeke hand aanvatte, wat hem als goed voorkwam, en aan mr. J. H. De Laat do Kantei^ den man van denkend verstand, van rijp beraad, van wikken en wegen. Dat waren volksmannen in den waren tin des woords. Ten slotte spoorde de heer S. de liberalen in Goes en omstreken aan zich bij de herstemming hen waardig te toonen en het spoor te volgen, dat daar heen zal leiden, waar we wezen willen. Laat het kiesrecht gegrond zijn op sociale rechtvaardigheid, die de leer van Torbecke beoogt. Na een korte pauze werd gelegenheid gegeven tot debat. Daarvan werd gebruik gemaakt door den heer J. K. Van der Veer van Middelburg. Deze wilde een critiek leveren op het wetsontwerp-Tak, een strijd uitlokken over de vraagWat verstaat men onder behoeften verzette zich tegen uitsluiting van bedoelden, omdat de armen arm zijn door de wan verhoudingen in de maatschappij en de ongelijke verdeeling van het kapitaalwenschte ook uitslui ting van ongeschikten in de hoogere klassen, die daar evengoed te vinden zijn als in de lagere en vroeg den heer S. of hij wilde medewerken aan her ziening der Grondwet om al dadelijk ook aan be deelden het kiesrecht te kunnen geven. Daar de heer Van der Veer gedurig buiten de orde trad door zaken te bespreken, die met het onderwerp door den heer S. behandeld, niets te maken hadden, riep de Voorzitter hem tot tweemaal toe tot de ordetoen dit niet hielp werd hem het woord ontnomen. Daarna werd het woord verleend aan den beer B. Quist, bestuurslid der kiesvereeniging j>Het volk achter de kiezers moet er indie den heer S. zijne meening vroeg over de lees- en schrijfproef. De heer S. beantwoordde op passende wijze den heer v. d. Veer en richtte daarna het woord tot den heer Qnist. Hij kon dezen een kort en afdoend antwoord geven door voorlezing te doen van het besluit in 1891 door de liberale kiesvereeniging alhier op zijn voorstel genomen, waaruit bleek, dat hij reeds toen een schrijfproef niet verlangde, terwijl uit de discussiën, op die vergadering gehouden, bleek dat hij zelfs daartegen overwegende bezwaren had. In genoemde vergadering waren o. a. tegenwoordig de lik. Lambrechtsen, Ramondt, Jonquière, Van der Mandere, J. M. Kakebeeke en anderen. Hij acht het ook thans nog voldoende, dat de kiesgerechtigden hun stembiljet eigenhandig invullenhet couloir stelsel duswant daaruit blijkt z. i. genoegzaam hun belangstelling in en geschiktheid voor het kiesrecht. De voorzitter dankte daarna den spreker voor zijn optreden en spoorde allen, die met diens denkbeelden meegaan, aan, bij de aanstaande herstemming hunne stem uit te brengen op den oandidaat der liberale partjj den heer De heer Stigter doelt hier op de vergadering den 7 April 1891 gehouden, waarin het manifest der Liberale Unie werd behandeld. Uit het verslag van die vergadering, voorkomende in de Goesche Ct. no. 42 van dat jaar, blijkt, dat de heer Stigter toen reeds bezwaar had tegen den eisch, dat de kiezer zich telkenjare zal moeten aanmelden om op de kiezerslijst te worden geplaatst. Bij de weinige be langstelling, die sommige kiezers in het verkiezings- werk toonen, zal een groote macht gegeven worden aan de partijleiders in iedere gemeente. Hij stelde daarom voor, de clausule over het kiesrecht zóo te wijzigen, dat het kiesrecht worde toegekend aan alle meerderjarige mannelijke Nederlanders (behalve aan de bedeelden en de overige in de Grondwet uitge zonderden), die door verplichte invulling van het stembiljet in het lokaal der stemming bewijs geven van belangstelling in de openbare zaak." (Nadat een der leden nog gewezen had op de weinige belangstelling, die o. a. valt waar te nemen bij sommige lodgers en op dien grond het denkbeeld van den heer Stigter ondersteunde, werd diens voor stel met algemeene stemmen aangenomen GOES, 18 April 1894. Ja de gisteravond gehouden vergadering der liberale kiesvereeniging »Goes" werd met algemeene stemmen besloten alsnog de candidatuur van den heer D. Stigter te steunen en daarvoor werk zaam te zijn. De Voorzitter, de heer J. M. Kake beeke, bracht als kiezer hulde aan de Goesche Cou rant voor de taktvolle wijze, waarop zij bij deze verkiezing was opgetreden en nog de gelegenheid had geopend om zich om oen liberalen eandidaat te vereenigen. Uit de omstandigheid, dat terstond door een zoo groot aantal kiezers aan haar voorstel ge volg was gegeven, bleek, dat zij een juist inzicht heeft gehad in het verlangen der liberalen. (Deze woorden werden met applaus begroet). Bjj afwezigheid van d°n redacteur der G. Ct. be tuigde een der vennooten namens de redactie dank voor de aan de Courant gebrachte hulde. Door een der leden werd gevraagd of reeds iets bekend was omtrent het plan van hen, die bij eerste stemming dhr. Huvers steunden. Uit de discussie bleek, dat bij de leiders der kiesvereeniging »Het volk achter de kiezers enz." een onjuist begrip bestond omtrent de meening van dhr. Stigter ten opzichte van de schrijfproef. De heer Stigter zou zich in zijn antwoord aan dhr. Quist in de meeting van Maan dagavond niet beslist hebben uitgelaten. De heer Stigter had echter heden positief aan het bestuur dier vereeniging bericht gezonden, dat hij het behoud der zoogenaamde schrijfproef niet wenscht(men zie omtrent zijne in dat opzicht onveranderde meening de noot onder het verslag aan de voorzijde van dit no.) Alle reden om den heer Stigter om die schrijfproef niet te steunen is dus die vereeniging uit de hand genomen, want de eigenhandige invulling van het stembiljet kan geen beletsel zijn, waar dit, zooals in het plan ligt, geschiedt door eene eenvoudige doorhaling van de op het stembiljet gedrukte namen van de candidaten die men niet begeert, eene han deling, die ook door de antirevolutionaire candidaten wordt voorgestaan. De Voorzitter zeide nog toe, dat, zoo het coodig mocht blijken hierover nadere inlichtingen aan de kiezers te verstrekken, die zouden gegeven worden. Nog werd door een der leden medegedeeld, dat men in Tolen het gerucht verspreidde, dat de heer Stigter katholiek zou zijn Hij wenschte, dat dit gerucht als onwaar zou worden tegengesproken. Ten slotte deelde d9 Voorzitter mede, dat mr. H. Smeenge te Tolen in het belang der caudidatuur- Stigter zou optreden, en beval hij eene trouwe op komst voor dezen eandidaat ten zeerste aan. Men deelt ons mede Gisteravond vergaderde de R. K. kiesvereeniging alhier, iu welke vergadering meded6eling werd ge daan dat de heer Bahlman per telegram bericht had gezonden, geene candidatuur tegenover dhr. Lohman aan te nemen en laatstgenoemde aanbeval bij de R. K. kiezers. Aangezien het bestuur toen eene aanbeveling van mr. Lohman had geplaatst, ontstond nu een heftig debat daarover en werd het bestuur beschuldigd in strijd gehandeld te hebben met het besluit in de vorige vergadering genomen. Eene stemmiug over deze laatste beschuldiging werd niet gehouden, doch het feit werd door het bestuur niet weersproken. Ten slotte werd nu met 13 stemmen besloten den heer Lohmam bij de her stemming aan te bevelen. Men meldt ons Gisteren vergaderden te Goes de besturen der ver schillende liberale kïesvereenigingen uit het district Hontenisse teneinde bespreking te houden over de aanstaande herstemming voor een lid van de 2e Kamer. Bij die vergadering was tegen woordig de voorzitter van het centraal bestuur der antirevolutionaire kiesvereenigingen, die aan de ver gadering mededeelde, dat door hem een schrijven was gericht aan den heer Van Deinse teneinde zich te ver klaren omtrent de bekende vragen. Het antwoord, door hem van den heer Van Deinse hierop ontvan gen, was van dien aard, dat hij namens de antirevolu tionaire partij do vrijheid had de vergadering mede te deelen dat die partij, in het geheele district, de candidatuur van den lieer Van Deinse zal steunen. Hij verzekerde dat hunnerzijds niets onbeproefd zal gelaten worden, om de verkiezing van den heer Van Deinse te doen slagen. Dientengevolge zullen voor beide partijen sprekers optreden in onderschei dene gemeenten en wel als volgtvoor de liberalen a. s. Donderdag te Kapelle, mr. E. Fokker, lid der Eerste KamerVrijdag te Ierseke, de lieer Do Kanier; Zaterdag te Driewegen, dhr. Doorenbos uit MiddelburgZaterdag te Kruiningen, dhr. H. Snijder uit Middelburg; Zaterdag te Baarland, mr. E. Fokker; Maandag te Krabbendijke, dhr. H. Snijder. Voor de antirevolutionairen zal Vrijdag door ds. Litooij van Middelburg te Kapelle een lezing gehouden wordeD, terwijl de heer Huvers vermoedelijk deze week nog te Krabbendijke zal optreden. Gisteren had door de harmónie »E u p h o n i a" een concert plaats onder directie van don heer J. Kooiman, in de sociëteit V. O. V. alhier. Daar de weersgesteldheid niet toeliet het concert in de muziektent te geven, hadden de executanten plaats genomen op het tooneel der schouwburgzaal. Ofschoon een besloten ruimte niet bevorderlijk is aan het welslagen van fanfaren-muziek, maakten toch alle nummers een goeden indruk, daar de spelers de kracht hunner tonen wisten te regelen naar de plaats, waar zij werden ten gehoore gebracht. De Rondo Espagnol" en de »Fanfcaisie sur La Fille du Régiment" verdienen, als de best gQshagde, zekec

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1894 | | pagina 1