1894 N°. 33,
Zaterdag IT Maart.
8isle jaargang.
Bij dit nommer behoort een bijvoegsel.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, j 1,75.
Afzonderlijke nominers 5 centmet bijblad 10 cent.
Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiën voor dit blad
aangenomen bg de heeren Nijgh Vin DiTKi.it t6 Rotterdam en verder
bg alle Boekverkoopers en Brievengaarders.
van advertentS^n vooar St e?«b op den «lag «Ier uitgave.
De prjjs dor gewone advertentiën is van 15 regels 50 cent, elke regel meer 10 ets.
By directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs
slechts twoemaal bekkend.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 110 regels a f 1,berekend.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel.
1» - "X
ES gj&3gg'i^¥3JiCat2Z'?'g'C "t
Altijd wat anders.
De Standaard acht bet parool »voor of tegen
Tak's kieswet", voor de Kamer-ontbinding, die door
velen gewensebt wordt, niet raadzaam. Niet alleen
toch dat bet al dadelijk de vraag doet stellenvoor
Tak I of Tak II", omdat de oorspronkelijke wets-
voordracht gewijzigd is, maar bet bedoelde parool
legt nog eene andere vraag op de lippenMet de
schrijfproef en met de aanvrage"
Die schrijfproef is op eens voor de anti-revolu
tionaire partij een schrikbeeld geworden, alhoewel
ze vroeger (do Minister Tak herinnerde eraan) die
proef zelf niet afkeurde en de Standaard onlangs
nog schreef, dat de Minister goed zou doen, indien
bij het ontwerp van wet tot regeling van dit ken-
teeken, by het kiesrecht-ontwerp voegde. Toen bad
dus de Standaard nog niet zoo'n overwegend bezwaar.
Trouwens, bij de beantwoording van die Kamerleden,
die zich tegen de schrijfproef hadden gekant, zeide
de Minister Tak o. a.
»Ik meen dat de voorgestelde wetsbepaling ook
vrijwel overeenkomt met bet denkbeeld, dat een
paar dagen geleden door den geachten afgevaar
digde uit Kampen (den beer Mackay) werd ont
wikkeld. Deze spreker zeide, dat naar zijne meening
van eiken kiezer gevorderd kan worden eene opgaaf
omtrent zjjn burgerlijken staat en verdere bijzon
derheden, welke bg de toekenning van bet kiesrecht
in aanmerking moeten komen. Deze opgaven zouden
door hen die reeds bet kiesiecht bezitten, ver
strekt kunnen worden op formulieren, die te
bunnen huize werden bezorgd en afgehaald, maar
zy die bet kiesrecht nog moeten bekomen, zonden
de opgaven moeten verschaffen op een door hen
in bet gemeentehuis te bekomen formulier. Nu
schijnt mg dit niet verre af te wjjken van bet
voorstel der Regeering, waardoor zij die bet kies
recht reeds bezitten, worden ontheven van de ver
plichting tot aanvraag, terwgl van den anderen
kant niet kan worden aangenomen, dat de nieu
we kiezers de noodig© opgaven zouden kunnen
verstrekken, indien zij niet de kunst van lezen
en schrjjven verstonden. En wanneer zy kunnen
lezen en schrijven, dan kan er, dunkt mg, geen
bezwaar bestaan om daarvan te doen blgkon. Ik
meen daarom, dat door do gewgzigde bepaling is
te gemoet gekomen aan de bezwaren, welke door
verschillende geachte sprekers tegen de scbrifte-
lyke aanvrage zyn in het midden gebracht, en
de eisch van lezen en schrijven door deze redactie
in de verschillende gevallen die zich voordoen
beter tot zijn recht kan worden gebracht."
De minister naderde dus werkelijk zooveel moge-
lyk tot wat de antirevolutionaire afgevaardigde van
Kampen wilde. Waarom kan de Standaard zich dan
nu daarby niet nederleggen Laat bet blad bedenken,
dat bet nog voor enkele dagen zulke krasse woorden
heeft gericht tegen do Kamerleden, die elk bun
eigen \Veg gingen zonder zich aan te sluiten en partij
verband te zoeken. Welnu, dat nu ook de Standaard
niet halsstarrig zyn »ikkery" doorvoere, maar zich
nederlegge bg wat anderen willen, 't Geldt hier nu
toch waarlijk geen antirevolutionair beginsel.
Waarom moet toch by ons te lande alles afstuiten
daarop, dat men altijd wat anders" wil, dan wordt
aangeboden
Zoo komt hetzelfde blad nu weder aandragen met
de wenschelykbeid om toch maar eerst de Grond
wet te herzien. Art. 80 is nu zoo elastiek gebleken,
dat het »aan allerlei conservatistiscbe belustheid op
machtbehoud gelegenheid biedt om zich achter het
conscientie-bezwaar van gebondenheid aan de Grond
wet te verschuilen" en daarom komt de vraag »of
voorafgaande ter zg zetting van dezen hinderpaal
niet raadzaam ware".
Het blad vreest nu bg eene tweede poging tot
behandeling der kiesrecht-ontwerpen onder vigueur
van dit elastische Grondwetsartikel ondernomen, een
even fatalen afloop. Men loopt dan wel ernstig ge
vaar, dat na zoo'n revisie het algemeen stemrecht"
er met vlag en wimpel doorgaat, maar »of niet nu
reeds de kans om aan het algemeen stemrecht te
ontkomen, voor goed, dank zg den euvelen over
moed onzer consei vatieven, verkeken is" blgft eene
vraag, die het blad niet ontkennend zou durven be
antwoorden.
Wij vragen in gemoede »waar toe nu al deze
overwegingen Verkeert de politiek ten opzichte
van het kiesrecht op dit oogenblik nu waarlyk in
een stadium om dergelyke twistvragen op te wer
pen, die tot niets anders dienen kunnen dan om
wat zich thans rond den minister Tak schaart, we
der in verdeeldheid te doen ondergaan
Moet nu eerst weêr in het eindelooze worden ge
debatteerd of het met of zonder Grondwetsherzie
ning zal geschieden, om daarna misschien dien lan
gen omweg te volgen, waartoe zulk eene herziening
noodzaakt; dan een nog veel langer discussie over
een nieuw artikel 80, om daarop dan weör een ge
heel nieuw kieswetontwerp te maken en dit weör
met eene treuzelige Tweede Kamer te behandelen
En zulk een denkbeeld komt dan nog wel van de
Standaarddie het zoo dikwerf heette te betreuren,
dat het 1895 zou worden eer de nieuwe kieswet in
werking treden zou. Het is haast onbegrijpelijk en
het wekt bijna bet vermoeden, dat het dit blad ook
al geen ernst meer is met de spoedige behandeling
en aanneming van Tak's kieswet.
Maar liever gelooven we, dat ook dr. Kuyper niet
ontkomt aan die algemeens zucht van onvoldaan
heid, die altgd neiging heeft te zoeken naar »wat
anders", dan hetgeen wordt voorgesteld.
aatst te
GOES, 16 Maart 1894.
Ue algemeene vergadering van de werkende
en kunstlievende leden der harmonie sEuphoni a",
gisteravond in het café Hartman" gehouden, werd
bezocht door drie leden van het bestuur, den direc
teur en dertig leden. Na lezing en goedkeuring der
notulen van de vorige vergadering, werd rekening
gedaan over het jaar 1893, waaruit bleek, dat was
ontvangen 585,50, uitgegeven f 697,411/2 en er
dus een nadeelig saldo was van 111,911/2. Na door
de hoeren H. G. Hartman en A. C. Boluit te zyn
nagezien en in orde bevonden werd zg door de ver
gadering goedgekeurd. De begrooting voor hetjaar
1894 werd vastgesteld in ontvang en uitgaaf op een
som van f 575 met een post voor onvoorziene uit
gaven van f 28,08 i/g. Naar aanleiding dezer begroo
ting ontspon zich eenige discussie over het aan
wenden van pogingen om door verhooging der con
tributie tot meerdere ontvangsten te geraken. Uit
vrees echter, dat bij verhoogde contributie, meerdere
leden zouden bedanken, verwachtte men daarvan
geen succes en werd dan ook geen voorstel gedaan.
Vervolgens werd door den waarnemenden voor
zitter, den heer P. A. De Ligny, voorgelezen een
schrijven van den heer Z. D. v. d. Bilt La Motthe,
waarin deze berichtte zyn ontslag te nemen ais
voorzitter en bestuurslid der vereeniging. De voor
zitter betuigde zijn diep leedwezen over dit genomen
besluit. Het valt hard, zeide hij, den man te moeten
missen, die sedert de oprichting der harmonie »Eupho-
nia", nu zes jaren geleden, het leeuwenaandeel heeft
toegebracht aan het ontstaan en den bloei der ver
eeniging. Waar zich moeilyke omstandigheden voor
deden, wist hij steeds alles ten beste te leiden. Het
bestuur heeft vele en velerlei pogingen aangewend
den heer La Motthe van zijn besluit terug te bren
gen, doch niets mocht baten. Er blijft thans niets
over dan zyn besluit te bejammeren, maar tevens
to eerbiedigen.
De heer H. G. Hartman stemde volkomen in met
deze woorden en wenschte nog een laatste poging te
ondernemen om hem voor de harmonie te behouden.
Hg stelde daarom voor, dat door het bestuur, namens
de algemeene vergadering, aan den heer La Motthe
nogmaals zal worden verzocht, op zyn genomen bs-
sluit terug te komen en in afwachting van den uit
slag van dit verzoek geen nieuw bestuurslid in zyn
plaats te benoemen, doch daarmede, zoo noodig, te
wachten tot de volgende algemeene vergadering en
het bestuur te machtigen tot dien tijd de zaken
gaande te houden.
Dit voorstel, in hoofdelijke stemming gebracht,
werd met algemeene stemmen onder luid applaus
aangenomen. Van dit besluit zal den hoer La Motthe
worden kennis gegeven. Mocht ook deze poging niet
slagen dan verklaarde de heer I. G. J. Kakebeeke,
thans secretaris, het voorzitterschap op zich te wil
len nemen, terwijl de heer P. A. De Ligny bereid
is alsdan als secr.-penningmeester te fungeeren.
In plaats van den heer H. Bliek, die eveneens
als bestuurslid heeft bedankt, werd met 22 van
de 34 stemmen gekozen de heer F. X. Mannhardt,
die deze benoeming heeft aangenomen.
Aan het slot der vergadering dankte de heer II. G.
Hartman het bestuur, den directeur en de werkende
leden voor de vele moeite, die ieder in zijn werk
kring betoont, om de harmonie te doen bloeien,
waardoor zg een schoone toekomst heeft. De heer
W. Temperman wenschte dit woord van dank ook
toe te voegen aan den heer J. Den Boer, die als
onder-directeur belast is met de opleiding van nieuwe
leerlingen en zich op loffelijke wgze van die taak
kwyt. De vergadering stemde ook daarmede gaarne in.
Na nog eenige maatregelen te hebben overwogen
omtrent te geven concerten, werd de vergadering
gesloten onder dankbetuiging aan de leden voor
hunne opkomst.
De benoemde boekhouder van het kadaster,
G. J. Manders, thans teekenaar bij de Domeiuen
ie 's-Hertogenbosch, wordt niGt 1 Mei
Goes.
WolfefftsdSfk* Als het overal zoo gesteld is,
als in deze gemeente, dan zou het amendement van
den afgevaardigde van Zaandam in plaats van uit
breiding, eene beperking van het kies-
r e 0 h t hebben veroorzaakt. Als mGn nl. de wonin
gen van de tegenwoordige kiezers beschouwt, komt
men tot do slotsom, dat ongeveer 1/5 een huis be
wonen, dat maar éen vertrek bevat. Een enkele zou
ook nog afvallen, die alleen door het betalen van
grondbelasting het kiesrecht uitoefent en daartegen
over zouden een paar kamerbewoners dit recht deel
achtig worden. Voorwaar geen wonder, dat Minister
Tak Van Poortvliet zich niet met dit amendement
kon vereenigen.
De keurings-cöinmissie voor de in dit jaar te
houden keuring van voor den krijgsdienst geschikte
paarden, is voor Zeeland samengesteld als volgt
majoor der art. P. Haitsma Muiier, te Roermond
majoor der cavalerie J. C. P. Thirion, te 's-Herto-
genbosch, en districts-veearts T. G. Van Ryssel, te
Dordrecht.
De opbrengst der Rijksmid delen
(hoofdsom en opcenten) over de maand Febr. 1894
bedroeg totaal f7,404,859 1/2, tegen f 8,037,385,841/2
in dezelfde maand vau 1893.
Do opbrengst over de eerste twee maanden van 1894
bedroeg f 14,362,087,85, tegen f 14,727,887,73 over
de eerste tweo maanden van 1893.
Het 2/12 der raming bedraagt f 19,264,852,00.
i Volgens het Vaderland moet gebleken zijn dat
er verschil van gevoelen bestaat inden
Ministerraad, welk verschil zich in een twee
ledig advies aan de Kroon moet hebben geopenbaard.
Het is niet zonder belang te weten, dat de grootst
mogelijke meerderheid staat aan de zijde van den
Minister van Binnenlandsche Zaken. Het rapport
der minderheid gaat van slechts éen lid uit.
De ziektetoestand vau den heer C 1 e r c x, lid
van de Tweede Kamer, heeft eene gunstige wending
genomen.
De Minister van marine brengt ter kennis van
belanghebbenden, dat in Mei bg de directie der ma
rine te Hellevoetsluis een vergeigkend examen zal
plaatshebben van jongelingen, die als machinist
leerling der 2e klasse wenschen te worden
aangenomen. Het getal der als zoodanig te plaatsen
jongelingen zal zich tot vijftien bepalen. De vader,
de moeder-voogdes of de voogd, die verlangt dat
hun of haar zoon of pupil tot voorschreven examen
worde toegelaten, behoort, vóór 15 April, aan het
departement van marine een verzoekschrift in te
dienen. (Zie verder do voorwaarden V3n aanmelding
in de Staatsct. van 16 dezer).
Gemengde Berichten.
Men schrijft aan de Haarl. Ct.
Toen door mr. Farncombe Sanders bij de behan
deling der kieswet het feit besproken werd, dat. in
de noordelijke provinciën verhuizingen niet op 1 Mei
en 1 November, maar op den 12 dier maand plaats
hebben, heeft menig Hollander zich daar misschien
over verwonderd. Do reden is, dat de Juliaausche
tijdrekening of oude stijl dio in Rusland nog
geldt zich in dit opzicht bij ons nog heeft ge
handhaafd. Ook pachten en kooppenningen worden
op dien datum betaald, en dienstboden aanvaarden
hare betrekking op Ouden Mei, zooals het in som
mige streken heet. Eigonlijk moest deze dag thans
13 Mei zyn, daar het verschil tusschen beid^ tyd-
rekeningen met iedere eeuw een dag grooter wordt,
doch sedert omstreeks 1700 de nieuwe styl algemeen
in Nederland in gebruik kwam, is de toenmaals gel
dende 12 Mei als verhuringstermyn niet meer ver
anderd.
In Limburg hebben verhuizingen niet den 12
plaats, maar den tweeden Dinsdag der maanden
April (niet Mei) en October.
De Nederlandsche kampioen Jaap Eden, moet
reeds weer uit het Noorden te Haarlem zijn geko
men. Men zegt nu weer dat hg in Holland blgft.
Uit een Arnhemsch advertentieblad
»Op den hoopt ingne lieve tante J. V. den
dag te herdenken, waarop zy vóór 12 i/g jaar werd
belast met de reiniging der privaten op het station
Arnhem en gedurende dien tyd, met veel gver die
werkzaamheden getrouw heeft waargenomen. Kaatje
Smit".
Vóór 25 jaren verliet zekere Kalmer Stoppel
man het ouderlijk huis te Oude-Pekela en de familie
bleef in het onzekere omtrent zyn verblyf. Nu arri
veerde daar dezor dagen een pseudo Keizerlijk Rus
sisch Hof jager" met gedresseerde boren. Een paar
kinderen hadden gehoord dat »de baas van 't spul"
had geroepen Karl Stoppelman on vertelden thuis
dat er ook e6n Karei Stoppelman bij den berenleider
was. Ondervraagd, ontkende hij, en verklaarde ge
boren te zijn te Mannheim. Den volgenden dag
vroeg de familie aan den baas om de beren eens te
mogen zien, wat terstond werd toegestaan, en de
knecht nam de honneurs waar. Eensklaps greep een
der broeders Karl bij den kraag-en zei: Zeg mij,
of ge mijn broeder zyt, of En overbluft en
bevreesd stamelde hg»Ich bin dein Bruder, lebt
mein Vater ncch
Men kan zich de gewaarwordingen voorstellen
van de familie, die hun doodgewaanden broeder en
zoon weder levend terug zagen
Het Bat. Hand. schrijft
»By gelegenheid van den aanstaanden Passer Ma-
lem zal voor liefhebbers van het wonderbaarlyke
weder iets te bezichtigen zijn, namelijk een twaalf
jarige inlandsche knaap, meer aap dan mensch, uit
de Preanger. Dat wezen is ongeveer twee Eng. voe
ten lang en vertoont, op het eerste gezicht gezien,
niets vreemds of iets afwijkends van het gewoon
menschelyk lichaam. Bg een naders beschouwing
komt men echter al spoedig tot een ander resultaat.
De schuwe, bijna grijnzende blik uit die meesttyds
halfgeopende listige cogen doen ieder denken aan
het dier, welks vorm van kop geheel de zijne is. De
ooren staan, als bg de meeste apensoorten, ver van
het hoofd, terwijl dat hoofd zelf, voor het lange
lichaam, waarop het staat, gehc-sl den aap vertoont.
Het voorhoofd is plat en smal; de jukbeenderen uit
stekend, de neus plat en de onderkaak zeer ver uit
gegroeid. Op den bolronden schedel bevindt zich een
cirkelvormige bos fijn, zeer kort afgesneden haar.
Dit is het eenige spoor van haar, dat overigens het
gansche lichaam vertoont.
Doch afgescheiden van dit onmiskenbaar teeken
van verwantschap met het dier, heeft overigens het
geheele lichaam veel overeenkomst met dat van een
aap. De armen zijn bovenmatig lang en dun en lee-
nen zich tot de vlugste bewegingen, ongeveer de
zelfde, die men bg de ruige boschbewoners, als zij
klimmen of klauteren, kan waarnemen. Daarentegen
zijn de handen en voeten volkomen menschelijk, met
uitzondering, dat de beenen van de dg af tot aan
den hiel byzonder lang zyn.
De gang van dit wezen is geheel als die der apen
schrikbarend snel, de armen slap voor de borst en
halfuitgestrekt, terwijl het lichaam een vreemde
schommelende beweging maakt. In toorn rolt zich
dat zonderling sehepsel als een bal over den grond,
byt zich in het lichaam en trekt zich de baron uit.
Meesttyds is hij echter kalm en zit in een gehurkte
houding, de lange armen om den hals geslagen.
Hg is vergezeld van zyn moedor, een gewone
Oediksche vrouw, die met echt moedorlyke teederheid
haar zonderling knaapje koestert en zich verstaan
baar maakt door teekens of wel een geluid voort
brengt, dat haar aapachtig zoontje schijnt te verstaan.
Alleen vruchten, wedor geheel overeeDkomBtig met
de apennatuur, neemt hg als voedsel toch zich;
geld kent hg niet, maar smgt het weg, als men het
hem geeft. Zeer schuw voor menschen, vliegt hg
onmiddellgk met dolle vaart op zyn moeder toe, als
er nieuwsgierigen komen om hem te zien, en als
men dan moeder en zoon gadeslaat in die herhaal
delijke omarmingen, die sprekend gelyken op de
liefkozingen door het jong van een orang-oetan, dan
staat men onwillekeurig verbaasd over die speling
der natuur, die op zoo zichtbare wyze hier het dier-
l.yke rnenschelyk maakte."
Te Frankfort a/M. heeft zich een vreemdeling
in een badkamer van een hotel met een dolk van
het leven beroofd. By het lijk vond men twee
briefjeséen daarvan was van den volgenden inhoud
Tracht myu herkomst niet uit te vorschenmgn
identiteit is niet vast te stellen. Begraaf mgn lijk
en gg hebt uw plicht gedaan. XX estVivat, floreat,
crescat mundusHet andere briefje behelsde deze
variatie op Lohengrin's woorden»Nie solist Du
danach fragen, noch Wissens Sorge tragen, woher
ich kam der Fahrt, noch wie mein Nam' und Art.
Bestatte meinen LeichnamNur das ist deine
Pflicht
Volgens berichten uit Kaapstad van den 21 sten
Februari heersehte in een gedeelte van Zuid-Afrika
1 reeds drie maanden eene groote droogte. In het
noordelyke gedeelte daarentegen hadden stortregens
1 groote overstroomingen veroorzaakt, met name in
I Christiana, Bechuanaland en het westelijk gedeelte
van Griqualand. In Bechuanaland werden verschei
dene mylen van den spoorweg weggeslagen. Te
Warreston zyn 45 huizen ingestort. Het verkeer met
Bechuanaland heeft langen tgd stilgestaan, en overal
staan telegraaflijuen onder water.