1894 N°. 3.
Zaterdag 6 Januari.
81s,e jaargang.
D. STIGTER.
D. STIGTER.
De Kamerverkiezing.
GOESCHE
i
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vry dagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prys per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, 1,75.
Afzonderlijke nommers 5 centmet bijblad 10 cent.
Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiön voor dit blad
aangenomen bij de heeren Nijgh Van Ditmak. te Botterdam en verder
bjj alle Boökv6rkoopers en Brievengaaxders.
COURANT.
•De prijs dor gewone advertentiën is van 15 regels 50 cent, elke regel meer 10 ets.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs
slechts tweemaal betékend.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 110 regels a f 1,berekend.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 et.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel.
InseadiiDi^ va» adverteutsen voor 8 taraa den dag der uitgave.
Door het afsterven van onzen afgevaardigde, mr.
L. W. C. Keuchenius, zal het boofdkiesdistrict Goes
op Dinsdag 9 Januari a. s. eene nieuwe keuze voor
een lid der 2e Kamer hebben te doen.
De regeering heeft, door den dag der verkiezing
zoo kort te laten volgen op dien van het overlijden
van mr. Keuchenius, weinig tijd van voorbereiding
gelatendoch waar dit in andere tijden eene groote
moeielijkheid zou opleveren, daar wordt dit bezwaar
door de eigenaardige politieke omstandigheden tot
eene minimum teruggebracht. Deze erkentenis wen-
schen we voorop te stellen, al zijn we persoonlijk
van meening, dat ook die korte tijd van voorbe
reiding toch altijd ongunstig werkt op den loop
eener verkiezing. De wet had nog eene week uitstel
toegelaten.
Welke die eigenaardige politieke omstandigheden,
waarin we verkeeren, zijn, weten alle lezers, naar
wij meenen te mogen verwachten. Het hoofdmo
ment in de handelingen der Kamer in de komende
vergaderingen zal liggen in het voortgezet debat
over de kieswetontwerpen. Nadat in het vorige zit
tingjaar de algemeene beraadslagingen daarover reeds
zijn gehouden, zal vermoedelijk in do volgende maand
het debat beginnen over de artikelen en de talrijke
daarop voorgestelde amendementen. We hebben goede
hoop, dat de regeeringsvoorstellen nagenoeg onver
anderd zullen worden aangenomenmaar, ook al
ware dit niet het geval, de zittingstijd van het
thans te kiezen lid zal in geen geval van langen
duur zijn. En waar zich nu de quaestie van de
kiesrecht-uitbreiding ook bij de verkiezing van 9
Januari a. s. op den voorgrond dringt en ia alle
bladen, onverschillig van welke richting, die zaak
gedurende langen tijd is besproken, daar ia zeker
te dien opzichte eene langs voorbereiding niet drin
gend noodzakelijk.
Het was vooral deze overweging, die er de libe
rale partij in ons district toe deed besluiten ook
ditmaal met een eigen candidaat in het strijdperk
te treden. Zij meende, dat harerzijds met alle kracht
moest worden getracht een voorstander der kies-
rechtontwerpen in de Kamer te brengen, en zij
wilde die taak niet aan den politieken tegenstander
overlaten, hoezeer ook verwacht mocht worden, op
gromd van de houding der anti-revolutionaire partij
by andere tusschentijdsche verkiezingen, dat ook
van die zijde een volbloed voorstander dier ontwer
pen zou worden candidaat gesteld.
Dat de liberale partij goed gezien heeft, toen zij
besloot met een eigen candidaat op te treden, blijkt
nu van achteraf, nu de anti-revolutionairen met den
hear Lohman komen. Het is inderdaad met die can-
didatuur geen zuiver spel.
Men weet, dat de heer Lohman nu juist geen
warm voorstander is van kiesrechtuitbreiding in het
algemeen, en van de aanhangige ontworpen in het
bjjzonder. Het »sturen in democratische richting"
keurt hij af, omdat hij een tegenstander is van volks
macht. Juist over dat punt heeft het orgaan van
dhr. Lohman, de Prot. Noordbrabanter, eene vrij
scherpe polemiek gevoerd met het blad van den
grooten anti-revolutionairen leider. In dien penne-
strijd verklaarde de Prot. Noordbrabanter nog zeer
onlangs
Juist daarom kunnen wij niet van liarte
meegaan met het ontwerp-Takdat wel degelijk
volksmacht in de hand werkt; de Standaard
heeft zelve onlangs verklaard, dat eene Kamer,
uit Tak's kiesrecht geboren, wel niet gemak
kelijk tot beperking van hare eigen bevoegd
heid zal te bewegen zijn".
Alzoo, de heer Lohman zal niet van harte" ineö-
daartoe gebruikt. Zullen zij zich voor dit onedel spel
laten misbruiken?
De stembus van 9 Januari zal op die vraag het
antwoord brengen. Maar hoe dit ook luiden moge,
onder die omstandigheden is het een gelukkig ver
schijnsel, dat de liberale partij zich ook ditmaal
aangordt om in het strijdperk te treden met een
candidaat van onverdachte beginselen, die ongetwijfeld
zijne stem zal geven aan het kiesrecht ontwerp-Tak,
dat niet slechts door de vooruitstrevende liberalen,
maar ook door de democratische fractie der anti
revolutionairen, met dr. Kuyper aan het hoofd, mot
instemming is begroet en uit overtuiging wordt
voors
gaan met het ontwerp-Tak. Wil dit zeggen, dat hij
dus toch in het eind wel zal méégaan Deze vraag
Bchjjat ook in de kiesvereeniging »Voor Nederland
en Oraüje" te Goes ernstig te zijn overwogen.
Terecht begreep de meerderheid (daar, dat eene can-
didatuur-Lohmau in de gegeven omstandigheden
niet onvoorwaardelijk mocht worden gesteld, maar
dat wel degelijk vooraf eene besliste verklaring van
dezen candidaat omtrent zijne houding tegenover de
kieswet diende te worden gevraagd.
Dit antwoord zal nu ten slotte wel bevredigend
luiden of althans in zulk een vorm vervat zijn, dat
men er eene geruststellende verklaring in kan vin
den. Maar dit neemt niet weg, dat het vreemd blijft,
dat juist de candidatuur-Lohman ditmaal door dr.
Kuyper is aangegeven, die zoo onverholen voor eene
uitbreiding van het kiesrecht in democratischen zin
blyft pleiten.
Er is met die candidatuur-Lohman iets niet in
den haak. Uithoofde van zijne geopenbaarde meening
kan dhr. Lohman de candidaat der anti-revolutionai
ren niet zijnen toch moet hij lid der Kamer
worden. De kiezers in het district Goes worden
Zulk een candidaat hebben de liberalen gevonden
in den heer D. STIGTER, een man in en buiten
Goes genoegzaam bekend, zoodat wij niet veel te
zijner aanbeveling behoeven te zeggen.
De beer STIGTER is in alle opzichten iemand,
die zichzelf heeft gevormd, en die getoond heeft,
dat men juist geen hooggeborene" behoeft te zijn
om een flink, degelijk en ontwikkeld mensch te
worden. Zijn vlug verstand, zijn helder oordeel,
zijn groote studielust en zijne onverzettelijke wils
kracht hebben hem in staat gesteld langzaam maar
zeker op te klimmen langs de maatschappelijke ladder
en zich een schat van kennis te vergaderen, juist
eu vooral op dat gebied, waarop in de naaste toe
komst de volksvertegenwoordiging haar arbeidsveld
zal vindendat der soeiaal-oeconomische politiek.
Die studie was voor den heer STIGTER, die niet
in de gelegenheid was hooger onderwijs te genieten,
geene gemakkelijke, maar hij heeft alle moeieljjk-
heden glansrijk overwonnen. En toch is hij daarbij
of daardoor geen kamergeleerde, geen theoreticus,
geworden, maar hij is wel degelijk doorgedrongen
in de practijk der samenleving. Hij heeft zich gron
dig op de hoogte gesteld van de belangen en de
behoeften der verschillende klassen onzer maat
schappij, van de eischen, die gesteld moeten wor
den om eene duurzame verbetering te brengen
in den gedrukten toestand van handel en nijver
heid, van den landbouw bovenal, en zooals reeds
door een ander blad in het breede is betoogd, hij
is daarbij tot de gevestigde overtuiging gekomen,
dat voor een district als het onze, alleen heil te
verwachten is van eene verheffing van den landbou
wenden stand, waardoor ook voor handel en industrie
in deze streken eene blijvende verbetering kan worden
in bet leven geroepen.
Terecht is er daarbij op gewezen als een zeldzaam
verschijnsel, dat de candidatuur-STIGTER het eerst
is gesteld op het platteland. Men kende daar de
r denkbeelden van dezen candidaat over de middelen
tot verbetering van da landbouwtoestanden, denk-
I beelden, die thans ook door andere mannen van
I erkende bekwaamheid worden gehuldigd, en men
j begreep, dat aan zoo iemand de belangen van ons
j laaabouw-distriet met volle vertrouwen ter behar
tiging kunnen worden overgegeven.
Zal men nu in stad en land toonen die rr^ening
te deden Al zijn we niet verwend op dat punt,
I toch blijven we hopen, dat men zich thans zal aan
gorden om tegenover een man, die wel ons district
i lange jaren heeft vertegenwoordigd, maar het daarom
i toch niet kent, wat met den heer STIGTER wel
het geval is, den laatste de overwinning te bezorgen.
1 De heer STIGTER wil ongetwijfeld de verheffing
j van ons »volk", in de eerste plaats door het volk
I mondig te verklaren zijDe eigene belangen in de
volksvertegenwoordiging te bepleiten. Daarom ook
j is hij een groot en onvoorwaardelijk voorstander
i der kiesrecht-ontwerpen, die het volk het stemrecht
j zullen verleenen. Maar daarom ook stelde de liberale
party hem candidaat, omdat hy zelf »een man uit
het, volk" is, en reeds nu da groote belangen des
i volks met de hem eigene warmte en toewijding zal
kunnen bepleiten.
Daarom, kiezers uit bet hoofdkiesdistrict Goes
wekken wij u met alle kracht op, a. s. Dinsdag ter
stembus te gaan en uw biljet iu te vullen met den
naam van den heer
Zegt niethij komt er toch niet. Wanneer allen,
die hun belang begrijpen hem hunne stem geven,
komt hij er ivel. En zelfs al mocht hij de zege niet
wegdragen, dan nog zijn wij aan zijne welwillend
heid om zich beschikbaar te stellen, verplicht te
zorgen, dat hy althans met eere valt.
Daarom nogmaals: Komt trouw ter stembus en
zet op uw stembiljet den naam van den heer D.
STIGTER. Hij zij de man uwer keuze op grond
van zijne beginselen, die vooral op de practijk zijn
gericht, omdat ze vóór alles vragen naar de beharti
ging van de praetische belangen van oaze samenleving.
Moge deze overweging er toe leiden, dat op Dins
dag 9 Januari a. s. met volstrekte meerderheid van
stemmen tot lid der Kamer worde gekozen de heer
De slembus is geopend van 94 uren.
Wie zijn slembiljet verloren heeft kan ter secretarie
zijner gemeente een ander bekomen. Elk biljet moet
twee stempels bevatten een van de hoofdplaats van
het kiesdistrict (Goes) en één van de
waarin de kiezer zjjne stem uitbrengt.
Oneerlijk spel.
Schijnbaar hoogst onschuldig neemt de Zeeuw uit
een ander anti-revolutionair blad over, dat de libe
ralen in het hoofdkiesdistrict Goes »den radicalen
heer Stigter" hebben candidaat gesteld. Dit is wéér
een van die geniepige onwaarheden, die de Zeeuw
zich meer veroorlooft, en waarmede ze het bewijs
levert, hoe treurig ze denkt over de ontwikkeling
barer lezers, die ze blijkbaar alles denkt op de mouw
te kunnen spelden. Zoo sprak ze vroeger altijd van
het liberale dasblad >de Amsterdammerwanneer in
dat radicale blad iets tegen de liberalen stond. Nu
keert ze het, blaadje om en noemt den vooruit-
strevenden liberaal Stigter, een radicaal.
Ons dunkt, de redactie van de Zeeuw kon anders
uitnemend weten, dat de heer Stigter der liberale
partij trouw is gebleven. Zij vooral kon dit weten,
als ze zich maar even wil herinneren, hoe de heer
Stigter haren redacteur in 1891 te Wemeldinge na
de lezing van mr. Smeenge van antwoord diende,
toen deze zijne verbazing te kennen gaf, dat de heer
Stigter niet uit de liberale partij trad. Dat antwoord
was krachtig genoeg om het niet licht te vergeten.
Maar vooral de anti-revolutionairen moesten, juist
als de heer Stigter radicaal was, hem allerminst
bestrijden, zij, die altijd den radicalen candidaat
steunen tegenover den liberaal, zelfs nog onlangs in
het district Veendam, toen da radicaal Treub door
hen gesteund werd tegenover den liberalen mr. Smidt,
die als zoon vaa een der ministers zich zeker wel
niet tegen de kiesrecht-ontwerpen zal verzetten.
In ieder geval zij hier duidelijk verklaard, dat de
heer Stigter niet is radicaal, maar liberaal, en dat
elke toeleg om hem nu tijdens den verkiezingsstrijd
bij eene andere party in te lijven, niet anders is
danoneerlijk spel.
Beschermende rechten
Uit Frankrijk, dat thans dank zy den heer De
Méline en zijne partijgenooten, het land van de be
schermende rechten bij uitnemendheid is, meldt le
Siècle o. a. het volgende om te doen zien welke
rampzalige gevolgen de heffing dier rechten heeft
Vooreerst zijn de slechte gevolgen van den tegen-
woordigen toestand merkbaar in do portefeuille vau
de Fransche bank, in de ontvangsten der spoorwe
gen, in de tonnenmaat van het scheeps-transport,
in de dalende waaide van aandeelen ia ondernemin
gen van nijverheid, in het verminderen van de totaal
bedragen der spoorkassen, enz. Tot 1891 wezen uit
voer en invoer voortdurend grooter cijfers aan. In
dat jaar bedroeg de uitvoer 4730, de invoer 5938
millioen francs. Ia 1892 verminderde de uitvoer tot
4551, d© invoer tot 5135 millioen francs, dus te
zamen een totale vermindering met 981/2 millioen
francs. In 1893 is deze achteruitgang nog meer toe
genomen in de eerste elf maanden van het afge-
loopen jaar verminderde de invoer weder met 280 !/a
millioen en de uitvoer met 112,7 millioen francs.
Het verschil bedraagt, in vergelijking met de eerste
elf maanden van 1891 voor den uitvoer 298 en voor
den invoer 757 millioen francs. In twee jaren heeft
dus de Fransche baadel een verlies geleden van 1055
millioen francs. In vergelijking met 1892 gingen in
de eerste elf maanden van dit jaar 181 schepen
minder naar zee, en werden 85000 ton minder ver
scheept. Marseille verloor 1.164000 ton (11.74 pet.).
Rouaan 350.000 ton (27.57 pet.) en Havre 400.000
ton (11.19 pet) van het scheepvaartverkeer. Het
blad geeft verder een overzicht van de verliezen,
die de verschillende takken van nijverheid hebben
geleden: linnen perkal, katoen enz. 217,000 KG.;
gekleurde weefsels 231,000 KG.: passementeriën en
lint 132,000 KG. enz. en dat alleen gedurende
de eerste tien maanden van het jaar 1893."
Commentaar overbodig
GOES, 5 Januari 1894.
Zooals we gisteravond nog per bulletin in de
stad bekend maakten, heeft de gemeenteraad alhier
tot wethouder benoemd den heer W. F. K. L e n s-
h 0 e k.
We gelooven, dat onze Raad daarmede eene ge
lukkige keuze gedaan heeft, omdat we den heer
Lenshoek meenen te kennen als een ij verig en werk
zaam man, di3 met lust en toewijding zijne boste
krachten ook in het college van B. en W. aan de
belangen der gemeente zal wijden.
Wij achten het niet onwaarschijnlijk, dat bij deze
vacature van liberale zyde geen partystemming zou
hebben plaats gehad, indien men van antirev. zijde
in Sept. jl. eene andere houding hadde aangenomen.
Omtrent de Voedingstentoonstelling te Brussel
wordt het volgende gemeld:
»De Hollanders, wier spekslagerij zoo beroemd
is, dank zy hunne spreekwoordelijke zindelijkheid
en de kwaliteit van het vleesch, zijn waardiglijk
op onze tentoonstelling vertegenwoordigd. In hst
bijzonder wordt do aandacht gevestigd op het huil
zonder wederga C. Th. Van Buurec te Rotter
dam, die verschillende etablissementen in Nederland
heeft. Daar het was toegestaan de verschillende
voortbrengselen te keuren, lieten zich veler onzer
voornaamste dames niet onbetuigd met het proeven
van zijne Haagsche en getruffeerde leverworst, rook-
vleesch, rolpens, rookworst, tétes pressées" etc."
ISocrïoflkensherke. Herkozen tot lid van het
Burgerlijk Armbestuur de heer L. L. P e e 101* s.
StavcBtïsse. Ook d© liberale kiesvereeniging
te Stavenisse stelde met algemeene stemmen den
heer D. Stigter candidaat, zoodat deze thans de
candidaat is der centrale liberale kiesvereeniging in
ons hoofdkiesdistrict.
Bij kon. besluit is, met ingang van 1 Februari,
benoemd tot directeur van het rijkstelegraafkantoor
te Middelburg F. Versloot, thans directeur van
het rijkstelegraafkantoor en brievengaarder aan den
Hoek vaa Holland.
Onder het opschrift »De toekomstige
suikerwet" schrijft de hesr B(ruinsma) te Steen
bergen) in De Amsterdammer een artikel, waarin hij
in de eerste plaats den prijs, dien ome landbouwers
voor hunne suikerbieten ontvangen, vergelijkt met
dien welke in België gemaakt wordt. De vergelijking
valt in het voordpel der Belgische landbouwers uit.
Schr. laat eerst epuige statistische gegevens vooraf
gaan. In België waren in 1893 109 suikerfabrieken
in werking, in Nederland 30; in België werden
56,879 H.A. met bieten bezaaid, iu Nederland
27,356in België werd per H. A. een gewichts
opbrengst van 33,400 kilo's, in Nederland eene van
28,500 kilo's verkregen terwijl het gemiddeld sui
kergehalte in België 12,87, in Nederland 13,60 was.
België leverde 4298 kilo's suiker per H.A., Neder
land slechts 3876. De prijs in België wordt niet,
zooals in Nederland, by besluit der fabrikanten on
derling vastgesteld, maar is aan schommelingen on
derworpen, van verschillende omstandigheden afhan
kelijk. Lager dan hier te lande is de prijs echter in
België nimmer en nergens. Al stellen we dat de
prijs even hoog is, dan nog zonden de Belgische
landbouwers meer ontvangen door het grooter ge
wicht aan bieten par H.A. dat zij voortbrengen, en
dan nog zouden onze suikerfabrikanten meer profi-
teeren dan de Belgische, omdat de Nederlandsche
bieten meer suiker bevatten dan de Belgische. Dat
de Belgische suikerfabrikanten zooveel meer aan de
landbouwers kunnen betalen, wordt gewoonlijk toe
geschreven aan de meerdere protectie der suiker
industrie in België; ten onrechte echter volgens
den schryver. De suikerfabrikanten stellen zich in
België echter met kleinere winsten tevreden en kee-
ren geen 10 tot 20 pet. dividend uit, zooals in de
laatste jaren bij ons niet zelden geschiedde. Toch
schijnen de winsten voor de fabrieken groot genoeg
te zijn om te kunnen blijven bestaanhet aantal
fabrieken dat in 1891 107 bedroeg, was in 1893
tot 109 geklommen.
De oorzaak van den hoog9ren prijs, dien de Bel
gische landbouwers kunnen bedingen, is gelegen in
de onderlinge concurrentie, die het grooter aantal
fabrieken onderling moeten voeren om zich de op
brengst te verzekeren van de gronden voor den
bietenbouw het meest geschikt, en wier aantal toch
altijd binnen zekere grenzen beperkt is.
Bij ons te lande strekt de premie, die de suiker-
fabrikanten door de regeling vau den accijns genieten,
niet om den prijs der beetwortelen voor den verbouwer
te verhoogen alleen om hem ongeveer de innerlijke
waarde der grondstoffen te betalen.
De schrijver acht het niet gewenseht, dat bij eenö
volgende suikerwet in de tegenwoordige richting
worde voortgegaan. Het gevolg wordt eenvoudig,
niet dat de winsten van de suikorfabrikauten ver
minderen, maar dat de landbouwer minder voor zijne
bieten krijgt.
Indien er premiën moeten zijn, dan behooren ze
aan die maatschappelijke klassen ten goede te komen,
die er het meeste behoefte aan hebben. Da pogingen
tot oprichting van coöperatieve suikerfabrieken i'i
vele streken van ons land wijzen den weg, hoe dit
te bereiken. Onder de tegenwoordige omsUn ligbeien