scheidene jaren bleef bet verschil duidelijk zichtbaar,
terwijl eerstgenoemde ook veel vroeger vrucht be
gonnen te dragen.
In de omstreken van Montpellier verwonderde
zich een landbouwkundige, Ghaptal, over de buiten
gewone vruchtbaarheid van een akker, die aan een
fabrikant van wollen dekens toebehoorde. De eige
naar liet er ieder jaar bijna niet anders op brengen
dan het uitvaagsel van zijn werkplaatsen en de op
brengst aan koren en andere producten was wer
kelijk verbazingwekkend.
Éen ander landbouwkundige, dr. Petermann, beeft
vergelijkende proeven genomen met ruwe wol, ver
teerde wol en Chili-salpeter op kleigrond en ver
kreeg als uitkomst dat voor granen en beetwortels
de hoogste opbrengsten werden verkregen bij 't ge
bruik van salpeter, daarna van opgeloste of verteerde
wol en eindelijk van ruwe wol, waarbij echter dient
te worden opgemerkt, dat het suikergehalte bq de
laatstgenoemde bemesting het aanzienlijkst bleek te
zijn. Opgeloste wol is een zwart poeder, dat verkre
gen wordt door wol en zwavelzuur of oververhitten
stoom te brengen.
De lompen bevatten geregeld 12 a 16 pCt. stik
stof, afval van wol fabrieken 5 6 pOt. Voor eene
bemesting per H.A. is van de lompen een hoeveel
heid van 1500 K.G. voldoende. Hare werking duurt
5 a 6 jaar. (Tel.)
Kriifiifngen. Voor de heden alhier vanwege de
afdeeling Kruiningen der Zeeuwsche landbouwmaat-
schappij gehouden stierenkeuring waren aangevoerd
zei stieren.
Met den lsten prijs voor eenjarige werd bekroond
de stier van Johs. Nieuwenhuijse alhier, en met den
2den die van J. Gr. Van Nieuwenhuijzen te Schore.
Een eervolle vermelding werd toegekend aan de stie
ren van Ph. Cok, P. Kole en M. Vermue alhier.
De beide bekroonde stieren werden opgegeven
om in het stamboek te worden ingeschreven.
Gemengde Berichten.
Omtrent de vrouw te Escharen, die haa>- man
mot phosphorus vergiftigde, wordt medegedeeld
Hoe die vrouw is, leeren de volgende staaltjes
van slim óverleg. Van tijd tot tijd zond zij hare
kinderen naar naburige gemeenten om aldaar, onder
valsche voorgevens, tegen crediet goederen te be
machtigen. De toeleg gelukte ma ar al te vaak en
menige winkelier werd de dupe van het sluwe wijf.
Om alle sporen te doen verdwijnen, werden de kin
deren bij hunne tehuiskomst door het afsnijden van
het hoofdhaar, het schroeien der wenkbrauwen, soms
ook met vitriool in het gezicht te branden, onken
baar gemaakt. De politie noch de bedrogenen her
kenden dan bij onderzoek de kinderen en moesten
geregeld onverrichter zake huiswaarts keeren.
Uit Exloërmond (een der Drentsche veenkolo
niën) schrijft men
Twee maréehaussées, niet gekleed in uniform,
treden een tapperij zonder vergunning binnen. Een
veiver, aan den gevel bezig met zijn werkzaamheden,
roept het zoontje van den kastelein en zegt tegen
hem: »Ga dadelijk naar uw vader en zeg tegen hem,
dat hij die beide personen geen sterkedrank moet
verkoopen, daar het maréehaussées zijn". Dat gelukte
bijtijds.
De kastelein komt in de gelagkamer en zegt
Morgen heeren".
Goeden morgen. Mogen we een bitter van u
hebben
Asjeblieft heeren
De kastelein toeft nog al even, doch eindelijk komt
hij terug met een tweekans kruik met bitterjenever,
zet die midden op tafel en zegtAsjeblieft heeren,
hier is de bestelde bitter".
We hebben slechts een glaasje besteld", heggen
de heeren.
>'t Kan wel mogelijk zijn, dat u dat bedoeld hebt,
doch ge weet het nog beter dan ik, dat ik zonder
vergunning geen glas jenever verkoopen mag. Hadt
u zulks niet geweten, dan liet ik u vrij, doch nu
behoort deze kruik met inhoud onder betaling aan
u en huiten mijn woning kunt gij het vrij opdrinken,
doch hier niet. Zijt ge onwillig tot betaling, dan zal
ik den officier er mede in kennis stellen".
De officier van justitie te Middelburg waar
schuwt tegen zekeren oplichter, wiens signalement
is opgegeven als volgtvrij lang en mager van pos
tuur, met langen rossigen knevel, fatsoenlijk gekleed,
middelbaren leeftijd, spreekt Hollaudsch en Franseh,
bedient zieh op zijne tochten van eene vélocipède.
Hij geeft op te heeten Matfchieu Theunissen, wo
nende te 's-Gravenhage, agent te zijn van de alge-
meene spaarmaatschappij, gevestigd te Amsterdam,
Keizersgracht no. 104, directeur Verhaken. Bij onder
zoek is gebleken dat die maatschappij te Amsterdam
niet bestaat en de naam Verhaken aldaar ook niet
bekend is.
Hij zoekt agentschappen voor die maatschappij te
werven, spiegelt een salaris van 45 per maand
voor en bovendien 5 van de winst en biedt tegelijk
stukken aan, uitgegeven door Kaminski, Banquier,
40, Rue de la Bourse, Bruxelles, houdende een »con-
trat de Livraison", waarbij deze zich verbindt obli
gation van stedelijke leeniDgen in België te leveren
tegen maandelijkscke betaling van 2,50, met voor
uitbetaling van f 2,50, die men natuurlijk kwijt is.
In de logementen, waar hij den nacht doorbrengt,
geeft hij voor door een val van zijne vélocipède zijn
goed te hebben verloren.
Iemand, die met Ossche toestanden op de hoogte
meent te zijn, meldt aan het N.-Brab. Dagblad het
volgende
De justitie uit 's-Hertogenbosch, wie een woord
van lot' toekomt voor den buiten ge wonen ijver dien
zij aan den dag legt bij het onderzoek in zake den
laffen sluipmoord op den wachtmeester G. Hoekman,
was heden (Zaterdag) opniéuw in Osszij vond vol
doende termen aanwezig om to doen arresteeren
zekeren A. v. Been berucht lid van een beruchte
familie. Ofschoon mij eenigo gegevens werden ver
strekt die alleszins vertrouwen verdienen, meen ik
beter te doen teneinde het justitieel onderzoek
niet vooruit te loopen te zwijgen over de om
standigheden, die der justitie aanleiding gaven v. B.
als vermoedelijken dader, minstens medeplichtige te
beschouwen.
Het kan echter geen kwaad eens op enkele punten
te wijzen. V. B. sesiorus was, nog zoolang niet ge
leden, een arme drommel. Thans is hij een welge
steld man, die een tiental koeien en twee paarden
op stal heeft en bovendien er, zoo men in Oss wil,
warmpjes in zit. Het zou kunnen zijn alles is
mogelijk, zegt men dat het kuipersvak dat door
papa en eenige zoons beoefend, benevens het kroegje,
dat door de achtbare familie gehouden wordt, de lieden
in betrekkelijk korten tijd in zoo'n goeden doen ge
bracht hadden; >men" gelooft echter dien vooruit
gang aan wat meer te moeten toeschrijven.
Zeker is het, dat het bewuste huishoudentje in
alles behalve goeden reuk staat. Ook wijlen de brave
wachtmeester was van dit oordeel, zooals hij nog
kort voor zijn noodlottig einde voor de Bossche
rechtbank verklaarde.
Om enkele staaljes op te sommen betrekkelijk de
vredelievende gevoelens der heeren v. B.
Het is nog niet lang geleden dat wachtmeester
Hoekman, naar aanleiding van een gepleegden dief
stal, een onderzoek ten huize van v. B. kwam in
stellen.
De ontvangst moet allerhartelijkst geweest zijn
twee geladen geweren en een paar kuipersmessen
wachtten den wachtmeester met de zijnen af. Deze
gelastte onmiddellijk: bajonet op de karabijn en de
patroon er in. Aan dit vastberaden, onverschrokken
optreden had hij te danken dat erger voorkomen werd.
Zooals boven is gezegd zijn de mannelijke leden
der familie kuiper van beroep.
Zij werken èn voor de firma J. èn voor de firma
v. d. B.
Als men den grooten naijver kent die de firma v. d.
B. bezielt jegens de concurreerende firma J. komt
het zonderling voor, dat v. d. B. toestaat dat werk
volk in zijn dienst tevens werkt voor de firma J.
Toch durft", naar men wil, v. d. B. aan *dit"
werkvolk geen eischen stellen. Ook komt het menig
maal voor, dat, al mankeert er nog al wat aan het
kuipwerk, geen opzichter het durft af wijzen, om
dat hij voor de v. B.'s eenvoudig bang is.
Wat het kroegje betreft, dit wordt door velen
nolens volens" bezocht. Over 't algemeen blijft
men graag goeden vriend van v. B. en consorten.
Door een en ander is het misschien verklaarbaar
dat tot nu toe een zoo geheimzinnige sluier de
misdaad bleef omhullen.
Men mag het al verbloemen of tegenspreken, toch
is het waar, dat menig inwoner van Oss over zijn
lot beangstigd is.
Een enkel voorbeeldje. Een der opzichters eener
fabriek te Oss, die bij zijn patroons zeer goed staat
aangeschreven en een flink weekgeld verdient, stelt
pogingen in het werk om elders een betrekkingske
te kunnen bekomen, dat hem de helft minder op
brengt.
De man heeft zijn léven te lief, dan dat hij
langer in Oss durft blijven.
In den kerktoren te Vollenhoven bevinden
zich een massa kerkduivenonlangs bleek, dat de
balken van het kerkportaalbegonnen door te zak
ken tengevolge van de groote massa duivenmest,
die zich daarop bevond. Men heeft de vorige week
dien mest verwijderd;- er kwam niet minder dan
tachtig hectoliter te voorschijn, die voor een gulden
de hectoliter werd verkocht.
Een man wedde Zondag in eene kroeg Óp den
Zeedjjk te Amsterdam, dat hij, toen de klok twaalf
uur sloeg, bjj eiken klokslag een glas jenever zou
opdrinken. Bij den elfden slag, toen hij 't elfde glas
naar binnen sloeg, zakte de man ineen en moest
bewusteloos naar 't gasthuis gereden worden.
Maandagnamiddag ontstónd te Baarn duor een
onbekende oorzaak een hevige brand in een groote
villa. Aangewakkerd door een feilen Oostewind,
grepen de; vlammen zoo snel om zich heen, dat in
een iiur tijds de geheele villa in een puinhoop was
veranderd. Aan blusschen viel niet te denken, te
minder, omdat er geen Water in de nabijheid was. De
eigenaar had juist de villa ontruimd en de nieuwe
bewoner had. reeds eenige meubelen gezonden. Een
werkman viel van schrik van den vrij hoogen toren
en bezeerde zich ernstig aan den pols.
Gelukkig werd het nabijgelegen Baarnsche Bosch
voor de vlammen bewaard. Huis en inboedel waren
verzekerd.
Terwijl Dinsdagmiddag jl. de werkman D. B.,
onder Laag-Keppel, bij den Ouden IJsel bezig was
eenig landwerk te verrichten, werd zpne opmerk
zaamheid plotseling naar het water getrokken, waar
een vreeselijke schrik onder de eenden heerschte,
terwjjl ze nog kort te voren vroolijk in het heldere
water speelden. Eene der eenden scheen het ge
ducht te kwaad te hebben en trachtte zich al klap
wiekend en schreeuwend op te heffen, waarin zij
klaarblijkelijk verhinderd werd. B. spoedde zich naar
de plaats des onheils, en zag dat een der pooten
van den vogel vastgeklemd zat in den grooten bek
van een kolossalen snoek, 't Gelukte hem den roover
te bemachtigen en na veel moeite de eend te ver
lossen. De snoek woog 12 pond.
Een groote brand heeft te Manilla 4000 huizen
in de asch gelegd5 inwoners kwamen daarbij om
't leven en 28 personen kregen zware verwondingen.
Ook uit Londen werd van een grooten brand mel
ding gemaakt, die uitbrak in de drukkerij der firma
Zudd aldaar en een schade van 100000 pond sterling
aanrichtte. Het gebouw der drukkerij en tien aan
grenzende panden werden een prooi der vlammen.
Haffkine, assistent van Pasteur, die zich thans
in Indië bevindt om proeven te Jnemen met zijn
nieuwe inentingsmethode tegen de cholera, schrijft
aan een Russisch blad, dat hij de cholera nu meester
is. Hij heeft met het beste gevolg een honderdtal
I personen ingeënt en belooft zijn methode wereld
kundig te maken bij zijn terugkomst uit Indië.
Gedurende zes maanden werd de bevolking van
Mount City, in Missouri, telkens pijnlijk verrast
door brutale diefstallen met inbraak, op groote schaal
en blijkbaar door een bende gepleegd, die men te
vergeefs zocht. Deze week werd weder een magazijn
geplunderd door vier gemaskerde personen. De eigen
aar betrapte en achtervolgde hendrie ontkwamen,
maar de vierde werd door hem doodgeschoten en
nu bleek dat al de daders behoorden tot de aan
zienlijkste familiën der stad en jongelui waren, die
door hun schijnbaar gedrag en hun positie in hoog
aanzien stonden.
Een jonge dame te Chicago heeft eene wedden
schap aangegaan, dat zij eene reis zal maken naar
San-Erancisco en van daar over St. Louis naar New-
York en vervolgens van New-York naar Chicago
terug, zonder dat zij met haar voeten den grond
zal aanraken. De geheele reis moet worden afgelegd
in spoorweg-waggons en rijtuigen. Zoodra de dame
den voet op den grond zet, heeft zij de weddenschap,
en tevens eene aanzienlijke som geld, verloren.
Het stoomschip HeTcla, van Kopenhage naar
New-York, was reeds 29 dagen op reis zonder dat
men er iets van vernomen had. Men vreesde, dat
het schip verongelukt was, doch een Reuter tel egram
meldt, dat de Helcla, gesleept door een Amerikaansch
schip, Zaterdag Longisland is gepasseerd. Aan boord
bevinden zich het geheele bouwmaterieel, benevens
alle schilderijen van de Deensche afdeeling voor de
tentoonstelling te Chicago, alsmede 16 handwerks
lieden om den bouw van gemelde afdeeling te leiden,
en 700 passagiers.
Docter De Bossi, te Havre, vierde dezer dagen
zijn lOOsten verjaardag. Ter eere van dit feit boden
de geneesheeren der stad hun oudsten collega een
feestmaal aan. De heer Bossi hield een toespraak,
waarin hij de hoop uitsprak, dat hij nog eenige
jaren onder zijne vrienden zou kunnen vertoeven,
daar zijn vader 108 jaren was geworden.
In het Hotel de Rome te Berlijn ontving de
bekende baryton Padilla een dame, die uit Breslau was
gekomen om zijn oordeel in te winnen over haar zang
en hare geschiktheid voor de Opera. Toen dat oordeel
ongunstig uitviel, trok de dame een mes en trachtte
zij daarmede haar polsen af te snijden. Met moeite
slaagde Padilla er in dit te verhinderen en de dame
tot bedaren te brengen. En daar zij geen geld ge
noeg had, betaalde hij bovendien haar hotelrekening
en retourbillet, maar Padilla heeft gezworen nooit
weer oprecht te wezen.
-In Hongarije, Servië en Bulgarije heeft Zater
dag eene aardbeving gewoed. Ernstige schade werd
vooral aangericht in Servië, waar vele huizen in
steden en dorpen instortten, zoodat menigeen der
bewoners er het leven verloor. Volgens de berichten
uit Belgrado wordt de stoffelijke schade op meer
dan 1,000,000 frs. geschat.
Te Sofia was de schok niet zeer hevig en de schade
onbeduidend. De richting van de schok was van het
Westen naar het Oosten.
In den nacht van Zaterdag op Zondag steeg
de luchtreiziger Auguste Toulet te Brussel op met
den ballon ^National", ten einde eene nachtelijke
luchtreis te ondernemen. De heer Toulet werd ver
gezeld door de heeren Liban en Brouez.
Zondagochtend om zes uur bevond de ballon zich
te Lagarenne aan het strand. De reizigers wierpen
het anker uit, maar dit wilde niet blijven zitten in
het zand, zoodat de ballon in zee werd gedreven.
Een schipper uit Etaple bemerkte de reizigers, die
in groot gevaar verkeerden. Het gelukte hem met
groote moeite de luchtschippers uit hun benarden
toestand te redden. De heer Toulet en de heer Liban,
een handelsreiziger uit Brussel, kwamen er elk met
een beenbreuk af, terwijl de heer Brouez, een juwe
lier uit Schaerbeek, behoudens de kneuzingen, welke
allen ontvingen, zijn linker voet brak.
In de jongste zitting der Franscbe Académie
de médecine heeft dr. Ducor gewezen op het bewonen
van lokalen, waarin teringlijders zijn verpleegd, zonder
dat die lokalen grondig zijn ontsmet.
Hij deelde mede dat drie personen, eene moeder
met bare beide kinderen, die geen heriditaire praedis-
positie hadden voor tering, aan die ziekte zijn be
zweken tengevolge van infectie der localiteit door
teringlijders. De Koch'sche bacil werd op het behangsel
aangetroffen.
Dr. Ducor beweert dat de uitwerpselen van tering-
Ipders in dergelijke lokalen in uitgedroogden toe
stand twee jaar lang gevaar voor besmetting opleve
ren, en aanleiding kunnen geven tot het ontstaan
van tuberculose bij gezonden. Hij acht daarom ont
smetting dezer uitwerpselen en het zeer rein houden
der lokalen, waar teringlijders vertoeven, voor hoogst
noodzakelijk, om de gezondheid der medebewoners
of nabewoners te beschermen.
Terwijl koning Ferdinand Zondagmiddag een
wandelrit maakte op de Almeda te Lissabon, na
derde een net gekleed persoon het rijtuig en loste
een schot op den koning, evenwel zonder hem te
treffen. De man werd onmiddellijk in hechtenis ge
nomen. Hij bleek krankzinnig te zijn.
Een hoogen ouderdom bereikte te Pavilly,
nabij Rijssel, zekere vrouw Dubosc, die aldaar deze
week in den ouderdom van 111 jaar overleed. Het
mensch liet ongeveer 300 harer nakomelingen, treu
rende over haar verscheiden achter.
De 70-jarige notaris Calderone, sedert jaren
maire van Marines bij Palermo, werd als zoodanig
niet herkozen. Uit wanhoop wierp hij zich uit het
raam zijner woning. Men vond hem dood met het
zegel der gemeente in de hand.
Voor een der rechtbanken te Londen is aan
't licht gekomen, dat aldaar meisjes en vrouwen
geëxploiteerd worden door mantelfabrikanten, om
mantels, die voor 5 guinjes (f60) in den winkel
verkocht worden, te maken voor de som vanéén
stuiver. Men zou dit niet willen gelooven, wanneer
het niet was erkend door Henry Myers, winkelier
in de Australian Avenue, die door een zijner werk
sters Mary Ann Ellis voor den rechter was gedaagd
om de uitbetaling te vorderen van 1.4 sh., 10 d.
voor het vervaardigen van 127 mantels. Daarvan
waren er 46 gemaakt voor 1 stuiver het stuk en
de overige voor 3 en 4 stuivers. Niet alleen liet
deze Myers voor dit hongerloon werken, maar hij
betaalde dat loon bovendien nog niet eens uit. De
uitspraak van den rechter, dat Mijers werd veroor
deeld aan mej. Ellis het haar verschuldigde uit te
betalen, benevens, de kosten, werd met luid applaus
door het talrijk publiek ontvangen.
Een correspondent van een Duitsch blad geeft
eenige inlichtingen over het klimaat te Chicago.
Voor de bezoekers van de tentoonstelling is dit
van belang. In Mei is het alwisselend heet en regen
achtig, een slechte tijd voor vreemdelingen, aange
zien de malaria dan grooten vat op hen heeft.
Juli en Augustus zijn zeer heet. September begint
de mooie tijd en in October schijnt het te Chicago
heerlijk weer te zijn,
Dezelfde briefschrijver betwijfelt of de tentoon
stelling den len Mei klaar zal zijn, ofschoon een
5000 arbeiders met groote kracht en voortvarend
heid werken.
Elk land, dat op de tentoonstelling vertegenwoor
digd is, zal zijnen bijzonderen nationalen dag hebben.
Voor Nederland is de 31e Augustus, de verjaardag
van koningin Wilhelmina, bestemd.
In de Sphinx, geredigeerd door den heer Riko,
kwam onlangs de bewering voor dat de onaange
name, onbeduidende Engelsche deun »Tarara-boum-
deay" een mystieke straatdeun is van de huilende
Derwisjen. Deze bewering is ontleend aan de Pro
gressive Thinker en wordt daarin medegedeeld door
zekeren Luston.
Deze beschrijft eene samenkomst van die Derwisjen
welke hij bijgewoond heeft en verhaalt dan hoe zij
op rijke Oostersche tapijten zijn gezeten in eene zaal
met relequieën enz.
Het gezang begint op een woord van den chef,
Derwis of priester. De geel, bruin of nog donkerder
gekleurde Derwisjen, in wier hoofden zonder uit
zondering wilde oogen schitteren, staan op. Langzaam
beginnen zij met hunne hoofden te zwaaien, zg zin
gen onverstaanbare Turksche woorden, waarin mede
klinkers de overhand hebben. Trapsgewijze werken
ze aldus door, totdat allengs het geheele lichaam in
beweging komt. De bewegingen geschieden alle uni
sono de geheele rij zwaait, buigt, rijst op als éen
man. Bij het»Ta, ra, ra," buigen zij het hoofd
bijna tot aan den grond en richten zich daarna we
der snel op. Met een krachtig uitstooten van het
woord »boom", draaien zij het hoofd rechts en bui
gen daarbij hun lichaam zoover mogelijk overdeze
beweging duurt niet langer dan het»de ay".
Nu begint het weder»Ta, ra, ra," met de be
schrevene vooroverbuiging. Bij het sboom" wordt
nu hoofd en links gebogen. Voor en achterwaarts
op en neder zwaaien zij zoo snel mogelijk.
Allengs werpen zij de bovenkleederen uit en wan
neer de godsdienstoefening geëindigd is, is het geen
zeldzaam verschijnsel, dat zij met uitzondering van
een gordel, geheel onbedekt zijn.
Na de omschreven bewegingen volgen andere,
totdat de Derwisjen achtereenvolgens als het ware
tijdelyk de zinnen verliezen door overspanning. De
priester ziet dat alles zeer kalm aan en treedt de
uitgeput voor hem nedervallende mannen tweemalen
op het lichaam.
Vervolgens komen kinderen binnen, werpen zich
voor den chef neder, die de geheele lij afloopt
waarbjj hij nauwkeurig op de voor hem liggenden
treedt. Hij keert op dezelfde wijze naar zijn plaats
terug, blaast over de vergadering en daarmee is
de godsdienstoefening over.
Met betrekking tot de kogelvrije uniform, ont
hult E. Potzl in het Neue Wiener Tageblatt eenige
toekomstbeelden uit den tijd, dat deze nieuwe vin
ding algemeen zal zijn ingevoerd. Ziehier eenige
proeven daarvan.
Van het oorlogstooneel. Sedert meer dan een week
woedt het gevecht tusschen onze dappere 3 leger
korpsen en een overmachtigen vjjand in de vlakte
van Nevering voort, zonder dat het aan eene partij
is gelukt ook slechts een voetbreed terrein te winnen.
Het vuur begint dagelijks al in de vroege morgen
uren en eindigt eerst bij het vallen der duisternis.
Behalve eenige toevallige hoofdwonden hebben zich
tot op dit oogenblik nog geen ernstige verwondingen
voorgedaan. De kogels stuiten allen af op het kogel
vrije plastron en laten slechts huilen op het lichaam
achter, waarom dan ook elk man voorzien is ge
worden van een fleschje arnica, om de getroffen
deelen mee in te wrijven. Nu beweren de officieren
van gezondheid, dat zij tengevolge van de massa's
lood, die rondom liggen, bij eenige zwakkere indi
viduen sporen van loodvergiftiging hebben waar
genomen. De eerste dagen kwamen talrijke verwon
dingen voor aan de ongepantserde deelen. Op bevel
van den generaal echter bonden de tirailleurs van
de voorste linie de plastrons van de achterwaarts
gebrachte gekwetsten om armen en beenen, en voor
zooveel het ging, ook om het hoofd, zoodat zij bijna
totaal onkwetsbaar werden. De voorste linie vormde
nu als 't ware een muur tegen de salvo's van den
vijand, welke laatste echter spoedig de lucht ervan
kreeg en eveneens handelde.
Op den eersten avond na dezen dag zond de
vijand een parlementair met de witte vlag en liet
verzoeken om een wapenstilstand van twee uren.
♦Waarvoor?" vroeg onze commandant barsch. »Wij
moeten onze pantserjassen uitkloppen, ze zitten vol
lood. Doet gij evenzoo." »Goed", zei de opperbevel
hebber; en een kwartier later was het weer een
leven, dat de bewoners der omliggende dorpen dach
ten, dat er nu ook in den donker gevochten werd.
Inderdaad was het echter slechts het uitkloppen van
de pantserjassen, uit welke gemiddeld 2 a 3 kilo
lood op den grond vielen."