1892 N°. 152. erdag 24 December. 79ste jaargang. Bij (iil nominer behoort een bijvoegsel SECRETARIE Do uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- on Vrijdagavond, uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binnen ais buiten Goes, j 1,75. Afzonderlijke noinmers 5 centmet. bijblad 10 cent. Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiön voor dit blad aangenomen bij de lieeren Nijgh k Van Ditmar te Rotterdam en vorder bij allo Boekverkoopers en Brievengaarders. liaKf^ndin^ van adveirtentiëw vóór 3 eircss ojs De prijs der gewone advertentiën is van 5 regels 50 cent, elke regel meer 10 ets. Bjj directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 18 regels a 1,berekend. Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel, der uitgave. Wegens het Kerstfeest zal a. s. Maandag geen nommer van dit blad ver schijnen. Op MAANDAG den 26 December a. s. 3al de der gemeento alleen genpend zijn des voormiddags v?n elf tot twaalf uren, voor aangi.tcn in zake den Burgelijken Stand. Goes, den 17 December 1892 Burgemeester en Wethouders van Goes, J. G. d. W HAMER. De Secretaris, HARTMAN. Brieven uit de Ganzestad. XLV. Aan den WelEdelGeb. lieer mr. P. J. Troelstra te Leeuwarden. Hooggeachte Heer! Aangezien onbekend onbemind maakt, zult ge het mij wel niet ten kwade duideD, dat ik meer uit nieuwsgierigheid dan uit waarachtige belangstelling jl. Maandagavond mij schaarde onder hen, die 2ick tot luisteren zetten naar wat gij ons zoudt willen doen hooren. Iemand van mijne jaren, vooral wan neer hijzelf hoeft moeten arbeiden om zich een kal- men ouden dag te verzekeren, wordt van nature een weinig conservatief, zoo al niet op politiek ter rein, dan toch zeker ten opzichte van het mijn en dijn. En wanneer men dan af en toe leest wat in socialistische bijeenkomsten wordt gesproken, wat in socialistische bladen wordt geschreven, dan is die opruiende taal, dan is dat gepredikt verzet tegen de wet en de openbare machten zoo uitnemend geschikt' om het mijn in gevaar te brengen, dat ik uitteraard niet veel sympathie gevoel voor het streven der socialisten zooals zich dat tot Maandagavond aan mij had geopenbaard. Maar nadat ik uwe rede heb gehoord is mij een nieuw licht opgegaan, wel niet nog eene ster, die ik al dadelijk zal volgen gelijk de wijzen uit het Oosten, met de zekerheid, dat zij mij zal geleiden naar de vervulling eener belofte, maar toch een zachter licht dan dat waarmede zoo dikwerf in so cialistische vergaderingen wordt gedreigd en dat alleen door de brandfakkel kan ontstoken worden. Hoe dit komt Zie, op gevaar af van in hetzelfde euvel te vervallen als uw tweede opponent hier ter stede, wiens naam ik niet noemen zal, moet ik ter wille van de waarheid verklaren, dat uwe rede, niet slechts door haren vorm en haren inhoud, maar ook door de bezadigdheid, waarmede zij werd voor gedragen, zoo gunstig afstak bij alles wat wij hier op socialistisch gebied tot dusverre hadden te hooren gekregen, dat deze aantrekkelijke eigenschap alleen reeds oorzaak was niet slechts om het oor tijdelijk te boeien maar ook en vooral om den geest een stof te verwerken te geven, waardoor hij verrijkt werd met goede en edele denkbeelden, het mogen dan utopieën zijn of niet. Dit alleen reeds maakte haar belangwekkend, maar tocher was nog een oorzaak daartoe. Voor wien uwe rede naar de 1 doeling bestemd was: voor den werkman of den kapitalist, weet ik niet, maar naar den inhoud was zij het ongetwijfeld meer voor den laatste dan voor den eerste. Het was een ernstig, krachtig, waardig pleidooi voor de gelijkheid van rechten van bezit, maar, door het volslagen gemis aan opruiende taal, en de groote schaarschte van verdachtmaking ten op zichte van de bezittende klasse, tevens een tot na denken stemmend woord tot deze om het g( recht der niet bezittenden op hun deel der alge- meene productie te erkennen. Ik hoop met deze ernstig gemeende betuiging voldoenden tol der dankbaarheid te hebben betaald om vrij en ongehinderd een paar opmerkingen te mogen maken of althans een paar vragen te mogen stellen omtrent enkele punten, waarop mijn conser vatief beginsel in botsing kwam met uw sociaal democratisch pleidooi, en dan verzoek ik u daarbij niet te denken aan wat mr. Farncombe Sanders bij de algemeene beraadslagingen over de Staatsbegroo- iing zeide: »Als men iemand iets zeggen wil dat minder aangenaam klinkt, steekt men hem eerst wat in de hoogte om hem aangenaam te stemmen en dan komt de »»maar"". Al komt nu ook bij mij de »maar", ik heb u niet hooger willen stellen dan de plaats, waarop gij in verband met uwe innige overtuiging in dezen recht hebt te staan. Mijne eerste vraag dan is dezeHoe stellen u en andere weldenkenden uwer partijgenooten zich voor den toekomststaat in het leven te roepen, m. a. w., aannemende, dat werkelijk het oogenblik daar is en de maatschappij rijp om den nieuwen staat van zaken in te voeren, hoe wil men dit dan bewerkstelligen Zie, ik begrijp wel, dat de ge- wenschte verandering niet op eenmaal zal intreden ik gevoel wel de waarde van uw argument tegen den heer V. d. Leeuw, dat eene geleidelijke oplossing van het door u behandelde vraagstuk zal plaats- grijpen, maar toch, waar sprake is van verandering van eigenaar, daar gaat men toch den éénen dag j als bezitter ter ruste om den volgenden als niet- i bezitter te ontwaken. De feitelijke overgang uit de handen van particulieren in die van den Staat moet op een bepaald oogenblik plaatsgrijpen, nadat vooraf de voorwaarden zijn vastgesteld. Welke zullen die voorwaarden zijn Zal ieder zijn industriëele have eu goed vrijwillig of gedwongen op het altaar van den Staat hebben te offeren om zich te zien tevreden gesteld met zijn evenredig deel in het arbeidsloon? Én zoo ja, is dit wel geheel en al billyk tegenover hen, die, vaak door noeste vlijt, zich een bescheiden som hebben opgespaard voor den ouden dag Ik vermoed wel, dat ge mij tegemoet zult voeren, dat in uw heilstaat alle oude dagen onbekommerd zullen zijn, tengevolge van staatspensioenen aan alle arbeiders; ik weet ook, dat het lot der evenredig kleine schare van kapitalisten u niet ter harte gaat in vergelijking met uw deernis voor het inderdaad rampzalig lot van de vele werkeloozenmaar zie, het lot der eersten boezemt mij en velen met mij toch juist genoeg belangstelling in om bescheiden de vraag te stellen wat hun deel zal zijn, alvorens mij geheel gewonnen te geven voor uwe beginselen. Eene andere, nog veel belangrijker, vraag wensch ik u te stellen. Het is, geloof ik, een vaststaand feit, dat de bloei der nijverheid en hare groote pro ductie voor een niet gering deel te wijten is aan de concurrentie, 't Is waar, deze concurrentie heeft als alle zaken ook hare schaduwzijde, omdat zij aan leiding geeft tot waardevermindering, zelfs tot ver- valsching, zeer ten nadeele van het consumeerend publiekmaar ze heeft toch deze groote waarde, dat ze een krachtige prikkel is om de industrie tot ontwikkeling te brengen en die ontwikkeling tot steeds hoogeren trap te doen klimmen. En nu wil het mij toeschenen ik hoop, dat ik eene dwaas heid ga zeggen dat na de invoering van uw systeem, waarbij alle landbouw en industrie in handen van den Staat komen, de concurrentie geheel zal ophouden te bestaan. Staatssuiker en staatskatoen, staatstarwe en staatsbruineboonen, staatspapier niet dat, rentende 3 1/2 pet., maar rein eu blank als sneeuw en staatsschoenen zullen vredig naast elkander liggen in de staatsdepöts, maar ze zullen allen het merk vertoonen van éénzelfde soort te zijn, allen gefabriceerd door staatsarbeiders, die geen of weinig belang hebben bij de deugdelijkheid van het product, omdat hun loon niet evenredig zal zijn aan die deugdelijkheid, dat is aan de waarde. Het minst zal zich wellicht dit bezwaar doen gelden bij den landbouw. Maar toch ook deze geeft mij aanleiding tot eene opmerking. Stel, dat alle land aan de gemeenschap behoort, hetzij dan Staat of gemeente, zal dan ieder daarvan voor een be paalden tijd een deel in pacht of althans in bewer king krijgen, ter voorziening in eigen onderhoud, zoo ongeveer als ik meen dat het geval is in som mige deelen van Java met de zoogenaamde gronden »in communaal bezit?" Of zal »van hooger hand" het geheele land in exploitatie worden genomen en wordt dan door de autoriteiten uitgemaakt wat daarop zal worden verbouwd Is het eerste het geval, loopt men dan niet groot gevaar, dat de grond zal worden uitgemergeld om daaruit in den kortst mogelijken tijd de grootst mogelijke opbrengst te halen Met de beantwoording dezer vragen zou in hoofd zaak mijne nieuwsgierigheid bevredigd zijn. Toch rest er nog ééne, wel van ondergeschikt belang, maar waarop toch uw eventuëel antwoord mij grootelijks belang inboezemt, omdat het een terrein geldt waarop wij beiden, gij in meerdere, ik in be scheidener mate, ons bewegen, nl. dat der journalis tiek. In het met kwistige hand jl. Maandagavond verspreide exemplaar van de Sneeher-courant las ik, dat de verzending van dat nommer eenigszins was vertraagd door een defect aan de machine. Bij het drukken van uw blad wordt derhalve ik heb er trouwens niet aan getwijfeld toch ook gebruik maakt van zoo'n zwarten slaaf, die in den huidigen Staat den werkman tot werkeloosheid doomt. Maar deze opmerking slechts terloops. Ik wilde u vragen, of in den sociaal-democratischen staat, waarin alles den Staat zal toebehooren, ook alle couranten tot Staats-, dag- of weekbladen zullen worden verheven, en zoo ja, of het publiek dan niet gevaar loopt te vool lectuur in ééne richting to krijgen. Met andere woorden of alle couranten dan niet een sterk spre kende familiegelijkenis zullen verkrijgen, zoo onge veer als bv. bet Dagblad van Gouda en het Dagblad voor t Goesche landdie, behoudens eenige weinige plaatselijke berichten, op elkander gelijken als twee droppelen bacterievrij water Ge zult mij tegemoet- voeren, dat wij allen dan vanzelf ééne richting zullen uitgaan, maar toch we kunnen niet allen naast elkander wandelen en zoo zal de één wat vóór komen, de ander wat achterblijven, en ieder onzer zal dan toch nog gaarne staatslectuur hebben in zijn geest. Ik durf mij niet vleien mijne vragen in dit of in uw blad beantwoord te krijgen. Mocht ge tot het laatste kunnen en willen besluiten, dan houd ik mij voor de toezending aan het adres van dit blad aanbevolenhet komt dan vanzelf in mijne handen. Maar hoe dit zij, ik hoop van harte, dat ik met mijn geschrijf er iets toe heb mogen bijdragen om u te doen besluiten binnen niet te lang tijdsverloop hier andermaal op te treden om ons nader te schetsen hoe uw heilstaat in het leven zal kunnen worden geroepen en hoe daarin alles zal kunnen gaan en werken ten bate van het algemeen. Ik gevoel veel voor uwe theorie al geeft ze den nekslag aan het zalig weldoen, omdat niemand meer behoeft welge daan te worden en misschien toch ieder er welge daan zal uitziendoe ons nog een blik slaan in de practijh en misschien word ik dan ganschelijk en geheel een der uwen. Wellicht plaatsen mijne nazaten dan boven mijn gebeente eenmaal een staats-grafzerk, waarop gebeiteld staat Hier ligt een sociaal democraat. Zijn naam was Adspirant De Nederlandsche kolonisten in Colorado. Gelijk men weet vertrokken kort geleden ook uit Oués en omstreken eenige gezinnen naar Colorado (Amerika) teneinde daar te gaan boeren op land, dat door eene Nederlandsche maatschappij zou ge kocht worden of gekocht was van eene Amerikaaasche maatschappij. Tenauwernood zijn bedoelde kolonisten ter plaatse aangekomen, of er wordt naar Londen geseind, dat zij de dupe zijn van misleiding en dat de Amerikaansche maatschappij in quaestie hoege naamd geen titels op de te koopen gronden bezit De heer Dekker, directeur der Nederlandsche maat schappij, bericht hierover in de N. R. Ct. het volgende »In verband met, volgens de Nieuwe Rotter dammer van Woensdag, in Londen ontvangen tele grammen uit Colorado, als zouden 800 Neder landsche kolonisten de dupe zijn geworden van de misleiding van een speculant aldaar, bericht de directie der Nederlandsch-Amerikaansche Land en Emigratie-maatscbappy te Utrecht voor- 1 00 pig, dat zij tot Maandag 19 dezer èn van hare kolonisten èn van hare directie in Colorado de meest opwekkende tijdingen ontving, maar sedert toen telegrammen, waaruit bleek, dat er moeilijkheden schijnen gerezen in Amerika over de overdracht der gronden, welke zij had aangekocht van The Empire Land- and Canal- Company in Colorado. Dat, onder anderen, »de kolonisten 30,000 dollar zouden gestort hebben voor te koopen landerijen", is ten minste vol komen onjuist; integendeelonze Maat schappij verleende duizenden guldens voorschotten aan vele barer kolonisten, en ontving van niemand geld voor zulk een aankoop. Men zij dus voorzichtig in het vellen van een oordeel. En flit te meer, wijl de directie hier, ofschoon zij sedert Maandag telegrafisch correspon dentie voert, ook met het comité der kolonisten, tot haar diep leedwezen heden Woensdagavond 8 uur moet schrijven, noch de aanleiding noch den omvang van het verschil te kennen, dat vooralsnog de overdracht van het land schijnt in den weg te staan. En toch vroeg zij 0. a. letterlijk »Sein dadelijk oorzaak geschil Henry (president van de Emp. Land- cj* Canal Compy.) en boeren". Ziedaar de ons bekende volle waarheid." In verband met het bovenstaande brengen wij in herinnering het uittreksel uit de Statuten der Nederl. maatschappij, dat door ons in ons no. van 13 S9pt. jl. werd geplaatst en dat luidt als volgt »De Staatscourant van jl. Donderdag bevat de goedgekeurde statuten van de naaml. vennootschap Nederl.-Amerikaansche land- en emigratiemaatschappij te Utrecht, waarvan het doel onlangs in verschil lende bladen is uiteengezet. Uit de statuten blijkt, dat het maatschappelijk kapitaal bedraagt ƒ500000 waarin deelgenomen wordt door dhr. M. Noordtzij te Kampen en 7 andere personen te zamen voor 6500, terwijl de heer Albertus Zoutman te Alamosa (Co lorado) aan de vennootschap inbrengt de rechten, welke hij heeft verkregen, tot aankoop van ongeveer vijftien (luizend acres land met daaraan verbonden recht op water, gelegen in de Conejos County Co lorado. Voor dezen inbreng wordt de heer Zoutman met ƒ375000 aandeelhouder in het maatschappelijk kapitaal en wordt hij tevens geacht voor ƒ150000 deelgenomen te hebben in eene obligatieleening van ƒ500000, welke zal gesloten worden, deels tot ver dere betaling en kosten der aan te koopen en inge brachte roerende en onroerende goederen, deels tot verder werkkapitaal. Het door den heer Zoutman ingebrachte recht tot aankoop der 15000 acres wordt dus beschouwd als een waarde van 525000 te vertegenwoordigen". Een der onlangs uit onze gemeente naar Colorado vertrokkenen besprak die Statuten met ons en wij wezen hem er op, dat wel wat weinig, slechts 6500,in geld op het aandeelenkapitaal van ƒ500000,was genomen en dat de inbreng door den heer Zoutman van een recht tot aankoop van gronden, daargelaten dat de enkele inbreng van dat recht met ƒ525000,zeker niet slecht betaald zou zijn, nog niet in zich sloot de bepaalde levering dier gronden door de betrokken Empire Land- and Canal-Company". Immers dat, aangenomen dat alles in dezen boven bedenking te goeder trouw was, allicht over de sommen, die voor den werkelijken aankoop der gronden noodig zouden zijn en over de over dracht of levering daarvan bezwaren konden rijzen. Begrijpen wij de telegrammen, waarvan hierboven sprake is, wèl, dan is het laatste werkelijk het ge val en al hebben de van hier vertrokkenen, volgens het schrijven van dhr. Dekker, geen geld gestort voor den aankoop der gronden, zij zullen toch hunne reiskosten wel betaald hebben en het zou al erg genoeg voor de meesten hunner zijn wanneer zij, zich hier uit min of meer goede betrekkingen los gerukt hebbende met het doel om in Colorado land bouwer te kunnen worden, zich in dat doel bedrogen zagen en daardoor in moeielijke omstandigheden waren geraakt. Wij vereenigen ons daarom met het gevoelen der Midd. Ct., dat opheldering in dezen dringend noodig is en dat de lieeren der Nederlandsche maatschappij zich aan de verantwoordelijkheid daarvoor niet kun nen onttrekken. Bevestigt zich wat in telegrammen naar Londen wordt gemeld, dat nl. de zoogenaamde landmaatschappij hoegenaamd geen eigendomsbewij zen bezit, dan zijn onze vertrokken inderdaad zeer te beklagen. Uit het Oldambt. Jl. Zondagavond, zoo schrijft men aan de N. G. C. dd. 20 Dec., werd te Beerta van achter heggen, parallel met den openbaren weg aldaar gelegen, met revolvers geschoten op de voorbijtrekkende patrouille huzaren zonder nadeelig gevolg voor manschappen of paarden. De kommandeerende officier loste eene enkele maal een vuurwapen, doch gedoogde zulks aan zijn onderhoorigen niet, om de vrouwen en kin deren, op den weg aanwezig, voor mogelijk onheil te bewaren. Zou die proef met het geduld van de handhavers der openbare orde straffeloos kunnen worden herhaald Onze berichtgever betwijfelt het. De militaire bevelhebber en zijn adjudant vertrok ken kort na hunne aankomst te Winschoten met een achttal maréchaussées te voet in twee rijtuigen naar Oterdum, gem. Delfzijl, waar de apostelen des volks zoo liepen de geruchten bezig waren hun slag te slaan waarschijnlijk was daar de openbare macht tijdig genoeg aanwezig om uitvoering van hetgeen was beraamd te voorkomen. Te Westerlee en Hei- ligerlee hebben de ruiten gerinkeld bij landbouwers en particulieren, terwijl hedenavond Domela Nieu- wenhuis te Finsterwold wordt verwacht. Schoolleerlingen verhaalden hedenmorgen te Win schoten, dat hunne te Blij ham wonende ouders allen landbouwers dreigbrieven hadden ontvangen éen van tweeënöf het getal arbeiders zoowel als het dagloon verdubbelen binnen een klein getal da gen, of de boerderij in brand. Uit Beerta schrijft menZondagavond sprak de socialist Schaeper van Groningen hier in de zaal van den heer Stikker. Voor de behuizing bevond zich zeer veel volk, dat door de huzaren uit elkaar werd gejaagd. Samenscholingen zijn thans ook hier verboden. Uit Finsterwold wordt van gisteren gemeld Eenige arbeiders riepen gistermorgen voor de kamer van den burgemeester alhier: »Hop, hop, hop, hang den burgemeester op." Door de politie is proces verbaal opgemaakt. Uit Nieuwolda schrijft men«aan genoemd blad Vernam men Zondagochtend dat een partij stroo bij de boerderij in huur bij de wed. Hamstra in brand stond, eergisterocktend bij die van P. ten Have, hedenochtend is het stroo, gekocht voor de fabriek van Halback, verbrand, en dat alles in een korten omtrek te Nieuwolda. Waar zal dat heen? Een dertigtal huzaren zijn reeds aangekomen en gisteren is de stiat van beleg afgekondigd.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1892 | | pagina 1