1892 N°. 103.
Donderdag 1 September.
79sle jaargang.
UIT DE OUDE DOOS.
De uitgave dezer Courant gescliiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, 1,75.
Afzonderlijke nommers 5 cent; met bijblad 10 cent.
Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiën voor dit blad
an genomen bij de heeren Nijgii Van Ditmar te Rotterdam en verder
bij alle Boekverkoopers en Brievengaarders.
De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 cent, elke regel meer 10 ets.
By directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs
slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 18 regels a 1,berekend.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel.
Inzending; van advertentiën voor 3 uren op den dag der uitgave*
GOES, 31 Augustus 1892.
De St.-Ct. bevat heden o. a. de volgende be
noemingen
Tot ridder in de orde van den Nederl. Leeuw
jhr. nar. A. Van Reigersberg Versluys,
president van de arr.-rechtbank te Middelburg; de
luit.-kolonfcl der art. C. L. Van Pesch, hoofd
der constructie-werkplaatsenL. C. baron v. d.
P e 11 zinspecteur der posterpen, en M. B. G.
Hoogerwaard, hoofd-ingenieur van den prov.
waterstaat in Zeeland.
Tot ridder in de orde van Oranje-Nassauds. G. P.
W ij n m a 1 e n predikant bij de Ned. Herv. gem.
te IJzendijke.
Voorts werd de eere-medaille der orde van Oranje-
Nassau verleend in zilver aan C. J. Van S1 u y s
opzichter 2e klasse van 's rijks waterstaat.
De heer S. R. E1 z i n g aphotograaf alhier,
heeft, daartoe uitgenoodigd, jl. Vrijdag eenige groe
pen vervaardigd van de vorstelijke familie Von Wied
met gevolg, thans te Domburg vertoevende.
De tweede generatie der rupsenplaag
vertoont zich ook hier reeds. Hoewel nog klein is
de rups op de kool in de tuinen reeds zichtbaar
en zoo erg, dat een tuinman, bezig zijnde het insect
te vernietigen, een tachtigtal op één plant telde.
De kool staat zwak, en wanneer niet spoedig tot
verdelging overgegaan wordt, zal de opbrengst dier
wintergroente tot het minimum dalen.
De kapitein der mariniers C. H. Pilaar,
uit Oost-Indïë in Nederland teruggekeerd, is ter
beschikking gesteld van den commandant van het
korps.
Bij Koninklijk besluit is aan den majoor F. G.
Sprenger, kommandant der dienstdoende schut
terij te Middelburg, de personeele rang verleend van
luitenant-kolonel.
De le luit. der mariniers J. C. Schraver
keert wegens langdurig verblijf in de tropen uit
Oost-Indië naar Nederland terug.
Bij Kon. besluit is, als blijk van goedkeuring
en tevredenheid, de bronzen medaille en een loffelijk
getuigschrift toegekend aan J. C. D a a n e sloep
roeier te Vlissingen, wegens het met levensgevaar
redden van twee knapen uit de Marinehaven aldaar
op 28 Februari 1892.
Bij Kon. besluit is benoemd tot griffier bij het
kantongerecht te Hulst mr. A. Tak, thans kanton-
rechter-plaatsvervanger, advocaat en procureur te
Schiedam.
De St.-Crt. van 27 Aug. bevatte epff statis
tiek der drankwet over het tijdvak van 1
Jan.31 Dec. 1891. Daaruit blijkt dat in Zeeland
1237 inrichtingen zijn met vergunning en 30,747
opbrengst per jaar.
Middelburg betaalt aan vergunningsr. 3714.
Maandag kwam in de te Maastricht gehouden
vergadering van de Nederlandsche Juristen vereeni-
ging de jachtwet ter sprake. De Vereeniging
had reeds vroeger vraagpunten gesteld, die tot
leiddraad bij de diseüssiën zouden dienen.
Door twee leden, jhr. mr. Rups van Beerenbroek,
oud-minister van Justitie en mr. C. Sickesz, oud
lid der Eerste Kamer, was over het onderwerp
prmadvies uitgebracht.
Deze beide prmadviseurs waren van geheel tegen
overgesteld gevoelen. De eerste toch verdedigt de
tegenwoordige jachtwet, de laatste bestrijdt haar.
Na de discussie, waaraan deelnamen de heeien
prof. Drucker, mr. Koninck Liefting, mr. J. A. Levy,
mr. E. Fokker, prof. Molster, mr. Snijder van Wis-
senkerke, mr. Tjaden Busman, mr. P. A. Tichelaar,
mr. Eyssel, lid van den Hoogen Raad, en de beide
preeadviseurs, werd tot stemming overgegaan over
de vraagpunten.
I. Moet behoudens voorschriften in het belang
van de openbare veiligheid en van het behoud van
nuttig gedierte aan een der in vraagpunt 4 aan
geduide personen geoorloofd zijn om op zijnen grond
ten allen tijde en door alle middelen wild en scha
delijk gedierte te bemachtigen of te doen bemach
tigen
Deze vraag werd toestemmend beantwoord met
35 tegen 13 stemmen.
Daardoor vervielen de vraagpunten II en III.
IV. Moet de in vraag 1 bedoelde persoon zijn
de gebruiker van den grond als zoodanig?
Deze vraag werd ontkennend beantwoord met
32 tegen 15 stemmen.
Daarentegen werd met 28 tegen 15 stemmen be
slist, dat de in casu bedoelde persoon moet zijn:
de gebruiker, voorzoover hij dengeen, aan wien hij
zijn gebruiksrecht ontleent, die bevoegdheid niet heeft
Hiermet1 was punt c van vraag IV vervallen.
V. Moet de afschaffing der heerlijke j ach trechter»,
met schadeloosstelling der rechthebbenden, van staats
wege worden bevorderd
Deze vraag werd zonder hoofdelijke stemming toe
stemmend beantwoord.
VI. Moet dengeen, wien door het wild schade
wordt toegebracht, de bevoegdheid worden verleend
die schade te verhalen naar regelen door de wet te
stellen
Over deze vraag weid niet gestemd.
VII. Moet het bemachtigen van wild op eens
anders grond zonder toestemming van dezen straf
baar zijn
Zonder hoofdelijke stemming toestemmend beant
woord.
Het Hdbl. ontving van een deskundige eenige
beknopte, zakelijke opmerkingen, die, met het
oog op de cholera, wel verdienen gehoord te
worden. De deskundige zegt o. a.
»Ik ben overtuigd, dat de ziekte in die gemeen
ten waar »goed drinkwater" is, geen groote uitbrei
ding zal krijgen. Drinkwater uit de duinen, uit de
heide, regenwater is vertrouwbaarmaar water uit
vaarten, rivieren, sloten, poelen enzmoet, zoodra
zich choleragevallen voordoen, niet worden gebruikt
dan na gekookt" te zijn.
»Ik zeg gebruikt", omdat ook het wasschen van
groenten en vruchten, het reinigen van woningen
en van vaatwerk met zulk water behoort te worden
vermeden.
Bij het baden" in de rivier zorge men geen
water in den mond te krijgen.
»Melk" kan met zulk gevaarlijk water zjjn ver
dund en moet daarom altijd »gekookt" worden.
»Men gebruike ook geen ongekookte groenten,
salade of ongeschilde vruchten, omdat zij veront
reinigd kunnen zijn.
Vooral »op reis" reinige men steeds terderge de
handen alvorens te eten, omdat de mogelijkheid be
staat dat men met onreinheden in aanraking is ge
komen.
Spijzen en dranken moeten goed worden gedekt,
om ze buiten het bereik van vliegen te bewaren.
»Men zij matig in zijne levenswijze, zonder die te
veranderen tenzij die reeds tegen de matigheid
strijdt en vermpde alles wat een aandoening dei-
ingewanden kan veroorzaken. Daarom moet men zich
ook goed »kleeden".
»Bij elke aandoening der ingewanden, waarvan
men zich geen rekenschap kan geven, moet zoo
de cholera zich in de gemeente voordoet terstond"
hulp van een geneeskundige worden ingeroepen, om
te worden bestreden met de middelen, welke de
wetenschap als doodend voor de cholerakiemen heeft
leeren kennen".
Thans vernemen wij, dat H. M. de Koningin-
Regentes toestemming gegeven heeft voor de voorge
stelde uniformverandering bij het leger,
behoudens een aantal door H. M. aangegeven wijzi
gingen en verbeteringen.
Voor zooverre de onbereden wapens betreft, zal
de schako worden behouden, terwijl er ook geen
epauletten zullen worden ingevoerd, zooals aanvan
kelijk het plan was. De officieren zullen op de kraag
der overjas rangdistinctieven krijgen.
De Déli Ct. schrijft:
»Onze lezers hebben waarschijnlijk onder de ad
vertenties het adieu van den heer en mevrouw Kruyt
opgemerkt. De heer K. vertrekt naar Europa, om
aldaar voor dominee te studeeren. Zijn werkkring
als zendeling onder de Battaks ter Oost
kust van Sumatra verschafte hem te weinig voldoe
ning, dan dat hij er langer naam en tijd aan wilde
verleenen. Zijn heengaan is dan ook geen volledig
breken met de zending, maar slechts een uiting van
de eerlijke overtuiging, dat het christenen der Bat
taks mits ook berustend op een door hen be
grepen christelijke moraal voorloopig een bope-
looze zaak is".
O.-Indië. Geplaatst aan de openbare 2e lagere
school te Padang (Sumatra's Westkust), als le hulp
onderwijzer, de herbenoemde onderwijzer 2e kl. A.
Van Limborgh.
Kerkelijke Zaken en Onderwijs.
Ds. C. Van Koetsveld C.Ez., beroepen predikant
bij de Ned. Herv. gem. alhier, zal op Zondag 9
October a. s. zijne intrede doen, na bevestigd te
zijn door zijn vader, den 83jarigen hofprediker, ds.
C. E. Van Koetsveld te 's-Gravenhage.
Aangenomen het beroep naar de Ger. gem.
te Goes door dhr. S. Maakenscheijn, te Rotterdam.
{De Z.)
Bedankt voor het beroep hij de Herv. gem. te
Zijderveld en te Nichtevecht (toez.) door ds. F. Ch.
Geerling, te Domburg.
Naar Koudekerke is toezegging van beroep
verleend aan ds. Draaisma, te Klundert.
bij de Geref. kerk te Maasland ds.
J. H. M. G. Wolff, te Serooskerke (Walcheren).
Door stemgerechtigde lidmaten der Ned. Herv.
gemeente te Oudelande (sedert jaren zonder predi
kant) is besloten, behoudens goedkeuring der hoogere
kerkelijke autoriteiten, te eindigen met beroepen en
een godsdienstonderwijzer aan te stellen. {N. R. Ct.)
Door het bestuur der R. K. bijzondere lagere
school alhier is eervol ontslag verleend aan 't hoofd
mej. A. M. Loomans en in hare plaats benoemd mej.
A. H. Hessels.
Tot onderwijzer aan school B te Middelburg
is benoemd de heer (3. Van Schagen, te Vlissingen.
Opbrengst collecte voor de scholen met den
bijbel te 's-Heer Hendrikskinderen met Wissekerke
10,77 V,.
Rechtszaken.
De officier van justitie hij de arrondissements
rechtbank te Rotterdam heeft hooger beroep inge
steld van het op den 19en dezer door de arrondisse-
ments-rechtbank gewezen vonnis, waarbij de heer
J. C. Nijgh is vrijgesproken van het hem bij dag
vaarding ten laste gelegde.
Een oude Goesclie kermis.
Vaak wordt, vooral in stukken, die van de regee
ring uitgaan, de kermis jaarmarkt genoemd. Ver
dient zij dit nog eenigermate, veel meer was dat in
vroegere eeuwen het geval. Nu heeft men bij de
viering van dit jaarfeest in de eerste plaats vermaak
en genot op het oog; het drijven van handel is geen
hoofdzaak meer, dan alleen voor de kramers. Vroeger
was het juist andersom. Pretmaken werd ook toen
wel volstrekt niet vergeten, maar de groote meerder
heid der bezoekers kwamen om allerlei voordeelige
inkoopen te doen. Want er was op de jaarmarkt
veel meer verscheidenheid van goederen, uit alle
oorden hier samengebracht, dan op een gewone markt.
En niet tevergeefs kwamen de kooplieden van heinde
en verrewant meestal was de schaar der koop
lustigen breed genoeg.
De jaarmarkt te Goes was in 1417 ingesteld door
Vrouwe Jacoba van Beieren en bepaald op den acht
sten dag voor onzer Lieven Vrouwen dag assumptio
(dat is Maria Hemelvaart, 15 Augustus), acht dagen
lang na onzer Vrouwen dag. Haar opvolger, Filips
van Bourgondië, had de kermis echter in 1441 eenige
dagen verschoven naar het einde van Augustus.
Evenals tegenwoordig was de Groote Markt de
plaats, waar men de meeste drukte vond. Daar zag
men vooreerst tenten of kramen met allerlei laken.
De eerste en beste plaats was gegeven aan de kra
men der Goesche lakenkoopersdaarop volgden die
uit Middelburg, Veere, het platteland van Walcheren,
Zieriksee en Tolen. De Tolenaars waren er niet altijd
geweesthun plaats werd vóór dien tijd ingenomen
door de Reimerswalers, maar misschien was de
weldige nay ver tusschen Goes en Reimerswale de
oorzaak, dat laatstgenoemden niet meer verschenen.
Op de Toolsche kramen volgden de Hollandsche en
na hen kwamen de Brabantscbe. Deze provincie was
gewoonlijk vertegenwoordigd door twee steden Ant
werpen en Bergen-op-Zoom. In de evene jaren stond
Antwerpen vóór Bergen, in de onevene andersom.
De lakenkoopers uit andere streken sloten de rij,
Aan de andere zijde van het plein vond men weer
andere producten der nijverheid te koop gesteld.
Daar zag men kostbaar porselein- en aardewerk,
zoogenaamd plateel werkkunstig ijzerwerk, door
bekwame handen gesmeed; de voortbrengselen van
schoen- en gareelmakers; grove en fijne beenbe-
kleedselen uit des kousenwevers werkplaats, van de
goedkoopste wollen tot de kostbaarste zijden kousen.
Weer op een ander plekje geurden u de specerijen
uit het Morgenland tegen, lang niet goedkoop van
prijswant toen de Oost-Indische Compagnie zich
nog niet van de specerij-eilanden had meester ge
maakt en wij de voortbrengselen van daar uit Por
tugal moesten betrekken, kon lang niet iedereen
zich de weelde veroorloven, zijn spijzen metdeeene
of andere specerij te kruiden. Doch ook minder
dure, de zinnen prikkelende zaken kon men hier op
doen, nl. gedroogde en gezouten visch, spek, vet,
kortom alles, wat vettewariers gewoonlijk te koop
hebben.
Doch niet alleen de Groote Markt bezat keur van
waren. Op de Beestenmarkt stonden de kooplieden
in oude kleeren en in bedden; koren en zaad vond
men in de Langevorst en op de havenaan het
westeinde der haven kon men huiden koopen kui
pen, tonnen, vaten bevonden zich aan de oostzijde
der kerkboter, kaas en eieren bij het schuttershof
en op het kerkhof; kisten, kasten, secretaires »vóór
den rentmeester van Kioetinge"aardewerk, grof
namelijk, achter het Paradijs en den Engel, twee
herbergenhoutwerk achter den Eik en den Wilde
man beelden en brieven in de kerk. Men ziet, dat
men zich van vrij wat zaken hier kon voorzien en
dat vele plaatsen der stad een levendig tooneel te
aanschouwen zullen hebben gegeven.
't Spreekt wel van zelf, dat niet alleen de Goesenaars
van de zeldzame gelegenheid profiteerden, om dingen
te koopen, die zij op andere tijden van het jaar niet
konden machtig worden, dan met verbazende kosten
uit den vreemde. Neen, de dorpen van Zuidbeveland
en de plaatsen in de naaste provinciën leverden ook
hun deel in het aantal der bezoekers. En het ge
halte van dezen liep almede zeer uiteende edel
man en de stadsregent schaamden zich een wandeling
over de jaarmarkt evenmin als de soldaat, de burger
en de boeren niemand van hen verzuimde te koo
pen, wat hem beviel.
Maar, zooals ik zeide, de geheele kerinisdrjikte
bestond niet uit het drijven van handel alleen. In
de herbergen zag men een menigte volks, allen hun
dorstige kelen besproeiende met de eene of andere
wijnsoortop de straten werd gezongen en geblazen
op fluiten en trompetten, het laatste wel het meest
door kinderen.
De rederijkerskamer »de Nardusbloem" vertoont
een »spel van zinne", waarmee een optocht gepaard
gaat, in het klein niet ongelijk aan wat kort gele
den op groote schaal te Antwerpen geschiedde. Mijn
ruimte laat niet toe dezen optocht in bijzonderhe
den te beschrijven en daarom zal ik alleen het voor
naamste ervan vermelden. Voorop gaat de vaandel
drager op hem volgt een geblinddoekte met een staf
in de hand hij stelt de voorzichtigheid voor. Daarna
komt een jongeling met vleugels aan hoofd en voe
ten, die een staf in de hand houdt, waaromheen zich
een slang kronkelthij is de verpersoonlijking van
den handel en van de dieven. Vervolgens weder
een jongeling met druiventakken en klimopbladeren
om de slapenrond zijn staf slingeren zich weder
wijngaardranken hij is de god van den wijn. Achter
hem gaan, hand aan hand, een jongeling en eene
maagd, die een krans dragen van rozen, waartusschen
doornen zichtbaar zijnzij stellen het huwelijk voor.
Op hen volgt de dood met zijn zeisdaarna een
wagen met symbolen der eeuwige straffen na- dit
leven. Eindelijk verschillende personen, die de schoone
kunsten voorstellen.
Doch niet alleen de Nardusbloem, ook het schut
tersgilde »de Kol veniers" houdt een optocht. De
schutters hebben naar den vogel geschoten, en hij,
die koning is geworden, wordt nu in triomf door
de stad gevoerd. Het eerst gaat de hoofdman
daarna komen de dekensvervolgens de muziek
van het gilde en eindelijk de gewone leden van het
gilde, in wier midden zich de koning bevindt. Aller
kleedij is van kostbare stofde blauwe sjerpen zijn
rijk met goudborduursel versierdde halskragen
zijn fijn bewerkteen prachtige vederbos wappert
op ieders hoed. Aan de zijde hangt een degen, over
den schouder het schuttersroer. Na den optocht
vieren de Kolveniers feest in hun vergaderlokaal,
waar het, zooals wij vroeger zagen, lustig toegaat.
De kermis zal dus ook ia vroegere tijden wel
een door oud en jong begeerde vermakelijkheid zijn
BAVO.
Gemengde Berichten.
Hansweerd. Gisternamiddag had de metselaars
baas du B. het ongeluk met het afbreken van een
muur eenige steenen in het gelaat te krijgen, waar
door hij ernstige wonden bekwam. De heer Kolff
van Oosterwijk, arts te Kruiningen, was spoedig
ter plaatse om geneeskundige hulp te verleenen.
lUfddellmrg1. De ziektegevallen onder de mili
tairen hebben gelukkig geen kwaadaardig karakter
gehad, hoewel in het begin sommigen hevige pijnen
hebben doorstaan. Maandag zijn nog enkele nieuwe
gevallen voorgekomen. Als een bewijs hoe zwak
de daaraan geleden hebbende manschappen zijn ge
worden, kan dienen dat toen zij Maandagmiddag
onder geleide van een korporaal een uur op het
Molenwater hebben gewandeld, zij zeer vermoeid
waren en inoeielijk in staat zouden geweest zijn nog
langer te loopen.
De predikant B. uit Haarlem, met zijn gezin
te Zandvoort gelogeerd, was Zaterdagmiddag met
zijne beide zoontjes aan het baden. De jongste waagde
zich te ver in zee, zoodat hij in gevaar verkeerde.
De heer B. snelde spoedig te hulp, maar hij kon
zijn kind niet redden, en liep zelfs groot gevaar
van te verdrinken. Een paar badknechts en visschera.