Wllhelmtuftdorp. Zaterdagmorgen is eene
vrouw, hier woonachtig, naar het veld gegaan en
tegen den middag teruggekeerd, lijdende aan ehole-
rine. Gistermiddag 3 uur is ze overleden.
Hans weer d. Het oude telegraafkantoor wordt
met het oog op de epidemie thans gebruikt als
waschlokaal om het ondergoed van uit Antwerpen
komende schippers te wasschen en desinfecteeren.
Aan twee vrouwen is dit onder toezicht der politie
opgedragen.
Hansweerd. In den nacht van 23 op 24 dezer
zjjn bij eenige ingezetenen alhier eenige tuin vruchten,
zooals bloemkool, witte kool en komkommers, ont
vreemd en zijn eenige bloemperken beschadigd. Het
is der politie gelukt den dader te ontdekkenhet
is zekere C. v. d. B. alhier. Diezelfde persoon heeft
zich ook nog schuldig gemaakt aan het ontvreemden
van een emmer mosselen.
Heinkenszand. Ongeveer twintig jaren geleden
werd alhier opgericht eene vereeniging, onder den
naam van Werkmansvereenigin g"met het doel
door eene wekelijksche kleine contributie de gelegen
heid te openen goede en goedkoope steenkolen aan
te schaffen. Het ledental breidde zich in de eerste
jaren belangrijk uit, docb langzamerhand begon de
belangstelling te verminderen, zoodat het getal van
60 70 tot 40 leden daalde, waarvan velen nalatig
zijn in de betaling der contributie. Zaterdagavond
nu werd deze vereeniging in eene vergadering die
behalve door de bestuursleden door slechts drie leden
werd bezocht door het bestuur ontbonden verklaard.
Middelburg. Hier ter stede doen zich vele ge
vallen van kramp in den buik, gepaard gaande met
diarrhee, voorhet ergste is dat wel bij de mili
tairen, waarvan heden een 150tal manschappen met
deze ziekte in het hospitaal en in de hulpkazerne
alwaar enkele zalen tot reserve-hospitaal zjjn inge
richt verpleegd werden. De kolonel van den ge
neeskundigen dienst uit Dordrecht is hier reeds
aangekomen tot het instellen van een onderzoek.
Hij heeft het drinken van ongekookt water ten
strengste verboden, zoodat nu den manschappen uit
het cantine-fonds thee verstrekt wordt. Morgen of
overmorgen zal ook de generaal-majoor van den
geneeskundigen dienst alhier aankomen tot het nauw
keurig onderzoeken van de oorzaak van dit ver
schijnsel.
Uit Vlijmen wordt medegedeeld dat eene kat,
door een landbouwer aldaar aan den heer W. te
's- Hertogenbosch afgestaan en in gezelschap van hare
twee jongen in goed gesloten mand en per spoor
daarheen vervoerd, Donderdag in gezelschap van
haar kroost weer bij haar vorigen meester te Vlijmen
in het hooi lag.
R., de vermoedelijke inbreker bij den heer Van
Vlissingen, Leidsche vaart te Haarlem, is Vrijdag
uit het huis van bewaring ontvlucht door overklim-
miug van een muur, uitkomende in een poort in de
Gierstraat. Zijne ontvluchting werd echter dadelijk
ontdekt en het is spoedig gelukt hem in een kelder
aan te houden.
Voor een paar dagen vond een koopman te
Harmeien achter zjjne woning een keurig met mai*-
merpapier beplakt kistje. Voorzichtigheid was bij
hem sterker dan nieuwsgierigheid, eu hij bezorgde
de doos bjj de justitie, die er ook respect voor had
en haar, vóór ze open te maken, 24 uur in het
water liet liggen. Bij opening bleek werkelijk, dat
men goed gedaan had met zoo voorzichtig te wezen.
In het kistje bevond zich een tweede, gevuld met
buskruit, terwijl er zich een middenstuk in bevond,
dat op verschillende plaatsen luciferskoppen bevatte,
zóó geplaatst, dat een mede daarin aangebrachte
wrijver ze bjj het langs schuiven moest doen ont
branden. Dat langs schuiven werd bevorderd door
een trekker van ijzerdraad even buiten het buitenste
kistje uitstekende. Ware dus hieraan getrokken, dan
was eene gevaarlijke ontploffing daarvan bet gevolg
geweest. De zaak heeft in het dorp heel wat bewe
ging en schrik gegeven.
Aan de sociaal-democratische en vakvereni
gingen, die te 's-Gravenhage op 18 Sept. a. s. een
optocht wenschen te houden, ten voordeele van alge
meen kies- en stemrecht, is dit door den burge
meester dier gemeente geweigerd.
Eenige dagen geleden werd in de bladen met
lof gewag gemaakt van de moedige daad van den
conducteur Nanning, op de stoomtram Den Haag—
Scheveningen van de Hollandsche IJzeren Spoorweg
maatschappij. Aan genoemden conducteur, die met
gevaar voor eigen leven van een in gang zjjnde tram
sprong, om een persoon die ter hoogte van de Duin
straat te Scheveningen op de rails was gevallen, kort
voor de machine van de rails te trekken en hem
daardoor van een wissen dood redde, werd vanwege
de Hollandsche Spoorweg-maatschappij eene gra
tificatie uitgereikt, als blijk van waardeering voor zijn
moedig gedrag.
Te Nunspeet is een 3jarig knaapje door het
eten der bes eener nachtschade, welke het in de nabij
heid der ouderljjke woning vond, plotseling ongesteld
geworden en na een hevig lijden bezweken.
De pastoor der oud-katholieken, de heer C.
Deelder, deelt in de lY. Rolt. Ct. mede, dat het be
richt als zoude in de parochie van den Driehoek te
Utrecht de gewoonte bestaan om behoeftige paren,
welke zich in het huwelijk begeven, een toelage te
geven van f 60, onjuist is. De pastoor verklaart,
dat zoodanig gebruik in die gemeente niet bestaan
heeft, niet bestaat en waarschijnlijk niet bestaan zal,
en dat het, elders voorgekomen, voor goed is af
geschaft.
Een knaapje van ongeveer 5 jaar te Ginneken,
bjj Breda, had al spelende een houten stoof over
het hoofd getrokken. Een groentevrouw zag het
ongeval en riep de moeder. Het mocht deze, noch
de toegesnelde buurvrouwen gelukken het kind van
het benauwde hoofddeksel te ontlasten, zoodat een
timmerman te hulp moest worden geroepen, die door
widlel van zagen het knaapje bevrijdde.
Onlangs had te Haarlem het volgende voorval
plaats
Een schutter, F. genaamd, had wegens kleine ver
grijpen, verschillende boeten gekregen, die eindelijk
tot ongeveer twaalf gulden waren opgeloopen. De
sergeant-majoor, die meende, dat 't nu mooi was,
sprak hem er eens over aan en dreigde hem, zoo
hij, binnen enkele dagen zijn schuld niet vereffend
had, met de »bak." I
»Maar majoor," zei F., »zou daar nu niets aan
te doen zijn Ik ben altijd een oppassend man ge
weest, en 't zou me heel hard vallen, om zoo'n
kleinigheid in de nor te moeten, maar ik ben waar
lijk niet in staat, zulk een som direct te betalen."
De onderofficier beloofde er eens met den kapitein
over te zullen spreken. Deze riep den schutter bij
zich en stelde hem voor, dat hij bij gedeelten zijn
schuld zou afdoen, wat met graagte werd aangeno
men. »Als je iets te missen hebt, al is het ook nog
zoo weinig, dan kan je het, op elk uur van den
dag, bij mij bezorgen," zei hij o. a. tot F.
Den volgenden avond omstreeks een uur wordt
het geval met dronkemanswijsheid in de kroeg be
sproken.
Drommelsroept F. uit, »als wij nu den ka
pitein eens wat gingen brengen?"
Dit voorstel wordt met bijval ontvangen en het
tiental mannen trekt naar de woning van den officier.
Deze, niet wetende wat dit nachtelijk rumoer be
duidt, roept, reeds geheel in nachtgewaad, uit het
raam
»Allo, mannen, wat is er aan de hand V"
Kapitein," roept F., »ik ben schutter die en die
en kom u vast twee dubbeltjes brengen."
Een vloek is het allesbehalve vriendelijke ant
woord en meteen wordt het raam dichtgeworpen.
Tot nog toe heeft F. niets meer van die nachte
lijke geschiedenis gehoord.
Het huis in de Lange Noordstraat, te Middel
burg, eertijds bewoond door Jacob Cats, is verkocht
voor 3575.
Men meldt uit Rotterdam aan het V. D. -?
Ockeloen, die als vermoedelijke dader van den
moord, op den politie-agenfc Yan den Berg gepleegd,
gearresteerd was, heeft, na lang ontkend te hebben,
ten slotte aan den rechter-commissaris bekend den
moord gepleegd te hebben.
Gevraagd waarom hij eerst halsstarrig ontkend
had, moet hij geantwoord hebben, dat hij aan »de
ploerten uit de Meermansstraat" (de politie van het
in die straat gevestigde bureau) niets had willen
zeggen.
Ockeloen, een ongeveer 23jarig jonkman, was een
der ijverigste colporteurs van Recht voor Allen en
andere geschriften der sociaal-democraten. In die
betrekking kwam hij herhaaldelijk in aanraking met
de politie, die echter veelal alleen moest optreden
om hem te beschermen tegen het straatpubliek, dat
steeds geneigd was om Ockeloen (die mismaakt is)
in de maling te nemen, als hg zich met zijne socia
listische geschriften op de publieke straat vertoonde.
Bij alle socialistische standjes alhier kon men Ocke
loen steeds vinden, en hij was een trouw bezoeker
van de vergaderingen.
Welke beweegreden hij voor de misdaad heeft
opgegeven, is nog niet bekend.
In de Ned. Herv. Kerk te Scheveningen is
door ds. Laminerink het huwelijk van twee doof
stommen voltrokken.
Op het strand bij Grevelingen is een fleschje
aangespoeld met het volgend briefje
»Dit flissisge heb ik in het water op de trugrijs
van fransch van sisko geger zit 50 gulden in
mijn kist, die heb ik achter gelaten en ben zoo
over boord gesprongen.
»Ze waren van plan om mij te vermoren.
»WiG het vindt zal wel begrijpen waarom. Want
mijn naam is. (get.) Jozef van Peinklok.
Op de keerzijde leest men
Moeder Vaarwel, u hebt mij over 2 jaar voor
het laatje gezien. God zegene mij ouderlijke huis.
Vaarwel voor Eeuwig Vaarwelvoor u Moeder ben
ongelukkig.
»Oud 17 jaar. Overboord gesprongen in het jaar
1870."
Vlekken van vruchtensappen en rooden inkt
verwijdert men uit de wasch door warm chloorwater.
Uit gekleurde katoenen en wollen stoffen door warm
zeepwater of ammoniak.
Hetzelfde geldt bij zijdemen ga hierbij echt9i*
voorzichtiger te werk.
Te Zesgehuchten (N.-B.) zijn Woensdag na
middag vier flinke boerderijen binnen een half uur
een prooi der vlammen geworden, met de daaraan
grenzende schuren, welke met een rijken oogst ge-1
vuld waren. Alles was tegen brandschade verzekerd,
twee echter zeer laag. De oorzaak is onbekend.
Op gronden, gelegen onder de havezathe He-
rinckhave (onder Tubbergen) vertoont zich de gamma
rups in hoogst bedenkelijke mate. Geheele akkers
knollen en spurrie worden afgevreten en zijn met
een ontelbare menigte dezer diertjes bezet.
In vele streken van ons land heeft men de
ondervinding opgedaan, dat weiderij of liever mel
kerij, bij den vrij hoogen prijs van het weiland, in
't minst geen loonend bedrijf is. Ook in 't Westland
is dit het geval. Waar J 100 en meer per morgen
als huur voor het weiland moet worden betaald,
kan de melkerij geen voordeel aanbrengen. Toen vroe
ger de tuinderij voordeeliger ging, waren er velen,
die als bijzaakje de melkerij opvattenmen gaf
zich de moeite niet, eens na te rekenen, of dit wel
voordeel gaf, maar beeldde zich in dat dit best kon
rendeeren't hinderde dan ook weinig zoolang de
tuinbouw goede voordeelen gaf. Doch de achteruit
gang van den tuinbouw heeft de menschen aan
't rekenen gebracht en als onmiddellijk gevolg daar
van, ziet men, dat langzamerhand velen doodeen
voudig de melkerij als bijzaakje aan kant doen,
omdat zij na een nauwkeurig onderzoek hebben
gemerkt, dat dit bedrijf, bij den hoogen huurprijs
van het land, een schadepost was.
Cholera-berichten. De Reichs-A nzeiger bevat
mededeelingen van het Gesundheits-Amt over de
cholera-gevallen tot den 26sten dezer. Te Hamburg
1028, waaronder 358 met doodelijken afloopte Al-
tona van den 23sten tot den 26sten 64 aangetasten,
waarvan er 22 stierven. Bovendien werden aange
tast te Pinneberg 2, te Wandsbeck 4, waarvan éen
stierf, te Altenwerder éen. Den 27slen overleed te
Wittenberg een reiziger, die op reis ziek geworden was.
Het schijnt dat te Hamburg de gezondheidspolitie
hoogst gebrekkig is ingelichtde sanitaire inrich
tingen. blijken geheel onvoldoende. Zoo heeft deze
stad met een half millioen inwoners slechts 11 zie
kenwagens gedurende 5 a 6 uren blijven de zieken
en dooden liggen, alvorens zij kunnen gehaald wor
den. De meeste gevallen komen voor in de arme
stadsgedeelten bij de haven.
Er komen dan ook voortdurend verschrikkelijke
berichten uit Hamburg. Men vond lijken op straat,
in booten, in openbare loodsen. De lieden waren
geheel alleen gestorven, plotseling door de ziekte en
den dood overvallen, en zij moesten nu zoo spoedig
mogelijk begraven worden, zonder dat er ook maar
met zekerheid kon worden uitgemaakt wie zij eigen
lijk waren. Welvarende gezinnen ontvluchtten de
stadde zaken hebben geen voortgang. De epidemie
neemt toe in weerwil van het koele weder.
Al de scholen zijn gesloten. De Beurs werd Zater
dag uiterst weinig bezocht. Talrijke familiën ver
laten de stad. De uitoefening van zaken heeft onder
dat alles te lijden.
Te Altona is gebrek aan water. Het telephonisch
beursverkeer tusschen Hamburg en Berlijn is ge
staakt de bevolking blijft kalm.
Uit Havre wordt gemeld, dat zich sinds 30 Juli
365 gevallen voordeden, waarvan 104 met doode
lijken afloop.
Ouder het garnizoen te Skernewitz in Polen woedt
sinds eenige dagen de cholera. Te vergeefs trachtte
men de zaak geheim te houdenhet is uitgemaakt,
dat dagelijks gemiddeld 15 soldaten sterven.
Uit Rusland hoort men niets van de cholera,
althans direct. Indirect wordt gemeldgemiddeld
dagelijks 7000 gevallen, 3500 sterfgevallen.
Uit Petersburg wordt gemeld, dat professor Alexan
der Obermüller, lijfarts van den Ozaar, eergisteren
plotseling onder verschijnselen welke aan cholera
doen denken is overleden. De gestorvene was een
zeer bekend geleerde. Hij is slecbts 55 jaar oud
geworden.
Ook in Denemarken en Portugal zijn de Duitsche
Noord- en Oostzeehavens door cholera besmet ver
klaard. In Oostenrijk worden voorzorgmaatregelen
genomen. Het verkeer met doorgaande rijtuigen
tusschen Hamburg en Weenen is gestaakt. Daaren
tegen heeft men, ondanks de verzoekschriften van
de autoriteiten in Beneden Oostenrijk, geen aanlei
ding gevonden de internationale graan- en zaadmarkt,
welke heden en Dinsdag gehouden zal worden, te
verbieden.
De berichten over de cholera hadden te Chicago
een daling in de prijzen van graan en andere levens
middelen tengevolgete New-York sloot de markt
weifelend, daar men meende dat de uitvoer uit Ame
rika onder de ziekte zou lijden.
In Grefiath (Kreis Kempen) heeft het won
derlijke geval plaats gehad, dat men een leege dood
kist onder den grond heeft gestopt; men had ver
geten het lijk er in te brengen. Toen de familie uit
de kerk weer was thuis gekomen, vonden de ouders
het lijk van hun kind nog op het doodsbed liggen.
Ingezonden Stukken.
Aan den heer II. G. Hartman Jz. te Goes.
Ik begin u waarlijk te benijden. Waarom Omdat
ge een omnis homo zijfc. Ge schrijft novellen, ge
schrijft over administratief recht, over rustende
schutterijen, over geschiedenis en de plichten van
den geschiedschrijver, en dit alles met weergalooze
zuiverheid en volstrekte juistheid in vorm en wezen.
En toch durf ik de verregaande stoutmoedigheid
bezitten om te meenen, dat gij geen flauw begrip
hebt van het bestaan van tweeërlei juistheideen
volstrekte en een betrekkelijke. Ik wil u hierin even
tot leermeester dienen. Gij, die zoo gaarne jacht
maakt op onjuistheden bij andereu, gij hadt in mijn
opstellen reeds verscheidene malen dergelijke onver
geeflijke zonden kunnen ontdekken. Zoo heb ik ge
zegd, dat Jacob Valcke in 1582 benoemd werd tot
lid van Gedeputeerde Staten van Zeeland. Waarom
hebt ge mij niet gezegd, dat ik hier een schandelijke
onwaarheid gesproken heb Want wie hoorde er ooit
van, dat er in genoemd jaar Gedeputeerde Staten
waren Gecommitteerde Raden, ja, die waren or
maar die andere luifi doneNu, waarde heer,
deze onjuistheid is een betrekkelijkezulke heb ik
reeds vele begaan en zulke denk ik nog vele te zul
len geven. Waar gij dan ook zegt, dat een geschied
schrijver juist moet zijn in zijn mededeelingen, dient
gij rekening te houden met zijn doel. Mijn doel is,
het publiek bekend te maken met toestanden en
personen van meer dan gewoon belangpersonen van
den twaalfden rang kunnen niemand interesseeren
en rijen van jaartallen evenmin. Op ander gebied is
u nog onlangs onbevoegdheid verweten op dat van de
philosophie der historie, waartoe het oordeel over
den geschiedschrijver behoort, erkent niemand u als
autoriteit. In de volgende regelen ga ik aantoonen,
dat ge op het terrein der geschiedkundige feiten
evenzeer onbetrouwbaar zijt. Een enkele opmerking
nog vooraf. Bjj mijn nasporingen verlaat ik mij niet
op boekenwat zij zeggen, vergelijk ik, voorzoover
mogelijk, met officiëele bescheiden, manuscripten of
handschriften genaamd. Alleen dan, wanneer ik een
schrijver dikwijls gebruikt heb, doch hem nooit op
onnauwkeurigheden heb betrapt, geef ik mij wel
eens geheel aan hem over. Dit deed ik ten opzichte
van Valcke met Dresselhuis en niet geheel ten on
rechte, gelijk blijken zal. Gij wijst mij op Piccardt,
die Dresselhuis naschreef en, waar hij eigen werk
gaf, lang niet altijd waarheid zei, wat gij niet schijnt
te weten.
Dresselhuis zegt, dat Valcke bij gelegenheid der
Middelburgsche verwikkelingen, d. i. in 1578, tot -w
pensionaris benoemd werd. Neen, zegt gij, niet in
1578, maar in 1574 werd hij benoemd. Ik beweer,
volgens het door mij geraadpleegde handschrift, dat
V. wel in '78 benoemd werd. 't Is waar, dat hij ook
in '74 benoemd was; maar dat bewijst niets. Ik
vraag, of een stad voortdurend een pensionaris bezat.
Antwoordneenalthans in den beginne niet. Toen
werd een zoodanig titularis alleen benoemd, als de
stad naar buiten in rechten moest optreden. Zoo kon
dus V. meer dan eens benoemd worden. Dat hij in
'78 als secretaris door Huijssen vervangen werd, is
niet zoo; hetzelfde handschrift vermeldt, dat hij
tegelijk met Huijssen secretaris was in dat jaar. Gij
zegt, dat het voor de hand ligt, dat V. in laatstge
noemd jaar voor beide betrekkingen (pens, en secret.)
bedankte, waarschijnlijk omdat hij mede-gecommit
teerde voor (moet zijn naar) de Unie was geworden.
Dat ligt volstrekt niet voor de hander waren
immers dikwijls twee, ja, niet zelden drie secretaris
sen tegelijk.
In uw eerste stukje staat, dat Valcke de betrek
king van secr. ook in 1575 en 1576 bleef vervullen.
Hieruit maakte ik op, dat hij, naar uw meeningna
'76 die betrekking vaarwel gezegd zal hebben, maar
die van pensionaris, waarvan ge niet spreekt, langer,
alweder naar uw meening. Om die reden zeide ik
Valcke had toen waarschijnlijk aan het eene ambt
(pension.) genoeg"daarmee wilde ik zeggennaar
uw meening had hij toen aan dat eene ambt genoeg.
Als ik achter mijn zinnetje een uitroepings- of een
vraagteeken geplaatst had, zoudt ge de ironie vati
dat waarschijnlijk begrepen hebben. Uw laatste
schrijven maakt het klaar als de dag, dat gij Valcke's
ontslag als secretaris vóór of in 1578 steltmaar
nu pas voegt ge er bij (en hierdoor wordt uw
meening duidelijker), dat hij ook als pensionaris in
'78 zijn ontslag zal genomen hebben. Hadt gij dit
de eerste maal gezegd, dan was mijn laatste zin,
dien ge een onjuistheid noemt, in de pen gebleven.
Ik herhaal dus, het was uw meening die ik daar
neerschreef, en niet de mijne. Dat het de mijne niet
kon zijn, blijkt, als gij weet, dat in mijn hs. ver
meld staan als pensionarissen en secretarissen in
1578Hugo Adr. Huijssen (benoemd 2 April) en
Jacob Valckede twee dus naast elkaar. Ik kon dus
onmogelijk als mijn meening zeggen, dat V. het
ambt van secr. vaaïwel zei en alleen aan dat van
pensionaris genoeg had.
Dat V. in en na '78 secretaris bleef, is, behalve
uit mijn hs., te bewijzen uit het Resolutieboek van
Goes, u misschien bekend. Daar kunt ge op folio 19
vinden, dat op 2 April 1578 besloten weid om
Huijssen aan te nemen als pens. en secr. op zulke
gage, als met hem geaccordeerd kon worden, welk
accoord gesloten werd voor 200 gld., terwijl Jacob
Valcke's gage vermeerderd werd tot 300 gld. Genoot
hij die gage als gecommitteerde ter Unie Gij zult
zoo dwaas niet zijn, dit te beweren. Op 13 Juli 1580
werd door de stadsregeering aan den burgemeester
Van der Straeten, aan mr. Jakob Valcke en aan
Hugo Adr. Huijssen autborisatie gegeven om te ver
lijden en te onderteekenen zoodanige obligatie, als
den kooplieden en burgers ter cause van zekere
negotiatie verleend was. (Resolutieboek folio 52 verso.)
"Was dit een werk, dat men een gecommitteerde ter
Unie opdroeg Of aan een gezant naar vreemde
hoven Of aan een pensionaris Geen van alle
't was de taak van den secretaris. Wees juist, heer
Hartman In uw eerste stukje hebt gij gezegd, dat
Jacob Valcke de betrekking van secretaris reeds van
1557 tot 1563 had bekleed. OnwaarIn die jaren
was Jan Cornelisse Valcke, de vader van Jacob,
secretaris. Wees juist, hr. Hartman In uw laatste
schrijven lees ik, dat Hendrik Jobse tot 1580 de be
trekking van secretaris schijnt vervuld te hebben en
toen door Silvester Van Campen vervangen werd
mijn bs. noemt Jobse slechts secretaris tot 1577,
terwijl Huijssen in '78 zijn plaats innam. Wees juist,
hr. HartmanOf Silvester Van Campen in '80
secretaris werd, is mij niet met zekerheid ge
bleken wel was hij het in '81 (Resol. C. folio '56).
In uw laatste artikeltje staat, dat Jobse pensi
onaris bfeef tot 27 April 1583 en dat hij toen ook
in dat ambt door Silv. van Campen werd opgevolgd.
OnwaarMijn hs. zegt, dat Silv. van Campen tot
pensionaris benoemd werd op 27 April 1587. (Resol.
C. folio 77 verso). Wees juist, hr. Hartman Op denzelf
den dag werden tot secietarissen benoemd Jacob
Potegors en iElbrecht Joacbimi, terwijl ook Van
Campen secretaris bleef, want op 27 September '87
reisde hij als secret, naar Den Haag om daar het
octrooi van de Maartsche jaarmarkt te lichten, door
den prins aan de stad verleend. Een voorbeeld dus
van drie secretarissen tegelijk.
Ik heb u lang met goden van minderen rang en
met al te veel cijfers moeten bezighouden dit moest
ik doen, om het publiek te waarschuwen, dat het
in u op het veld der historie geen leidsman had te zien.
En nu, heer jager naar anderer fouten, indien ge
in het vervolg DOg meer aanmerkingen van dit allooi
op mijn opstellen te maken hebt, wees verzekerd,
dat ik u dan niet te woord zal staan. Met betrek
king tot het al of niet juiste mijner mededeelingen
verwijs ik naar wat ik in het begin van dit schrij
ven zeide aangaande volstrekte en betrekkelijke
juistheid. Gij kuut u daarop niet beroepen en hebt
alzoo beide in het aangezicht geslagen.
BAVO.
340e Staatsloterij, 4e kl.
Trekking Tan Maandag 29 Aug. Ie lijst.
Getrokken prijzen
200011642.
1500: 2236.
1000 4376 13071.
400: 1948 4708.
200: 3614 7959 9569.
10010170 11954 12125 17627 17856 19451.
65: 181 190 218 222 250 282
1736 1776 1833 1841 3844 3884
3940 13547 13555 18478 18485.