uitgaan alstrammen, verteringen in uitspanning
plaatsen enz. kunnen veroorloven.
»Naar het schijnt, is de verklaring o. a. voor een
gedeelte hierin te zoeken, dat de eetlust belangrijk
genoeg vermindert, om besparing van eenige betee-
kenis op te leveren. Bij eene van de groote brood
fabrieken hier te lande gaat met. groote warmte oogen-
blikkelijk vermindering van inkomsten gepaard, die
bij daling van temperatuur dadelijk weder eindigt.
In zeven achtereenvolgende warme dagen in dezen
zomer beliep de vermindering in de bedoelde fabriek
(500, een bedrag, hetwelk, zoo het naar evenredig
heid van het debiet bij alle bakkers, slagers enz.
voorkomt, de uitgaande bevolking zeer zeker tot
verschillende verteringen buitenshuis in staat stelt."
Kerkelijke Zaken en Onderwijs.
Beroepen te Ooltgensplaat ds. L. F. A. Wes
terbeek Van Eerten Bz., te Serooskerke.
Bedankt voor bet beroep naar Breda door ds.
W. A. Yan Griethuysen te Goes; voor Katten-
dijke door dhr. P. H. Visser, cand. te Geervliet.
Men schrijft aan het Utr. Dagblad
Het blijkt meer en meer, dat niet alle leden der
christelijk gereformeerde kerk het met de nieuwe
kerkformatie »de vereenigde gereformeerde kerken"
eens zijn. Uit verschillende plaatsen in ons land ver
nemen wij, dat men zich aaneensluit om de chris
telijke gereformeerde kerk van 1834 te handhaven,
en '20 Juli a. s. zal te Utrecht in het Militairen
Tehuis eene samenkomst worden gehouden van ben,
die niet met de vereenigde gereformeerde kerken
medegaan, maar christelijk gereformeerd willen blijven.
Uit verschillende oorden des lands betuigde men
daarmede instemming, naar wij vernamen.
Aan de openbare lagere school A te Wemel-
dinge (hoofd dhr. Sauer) is benoemd tot onderwij
zer, met hoofdacte, dhr. D. J. Van der GraaiF, te
Scherpenisse.
Boekaankondiging.
Het Tijdschrift ter beoefening van het Admini
stratief Rechthoofdredacteur H. G. Hartman Jz.,
secretaris der gemeente Goes, negende jaargang, ze
vende aflevering, uitgave van F. Kleeuwens Zoon
te Goes, bevatDe drankwet, door H. G. Hartman
Jz., III. Wapens, door F. Niemantsverdriet.
Locaal-spoorwegen en de voorschriften daaromtrent,
door D. C. J. Van Doorninck. Beantwoording
der door de Redactie gestelde vragen. Onze lees
tafel. Het examen voor candidaat-secretaris in
1892. Een bond van administratieve vereenigin-
gen. Vragen ter beantwoording.
Landbouw en Veeteelt.
Borsele. Zoo langzamerhand begint men hier
aan de voorbereidende werkzaamheden van den oogst.
De karwei ligt gesneden. De wind was verleden
week niet zonder schade voor de opbrengst van dit
gewas. Eene belangrijke hoeveelheid is uitgewaaid.
Het zaadsnijden is in vollen gang. Over het alge
meen zal deze vrucht een middelmatig beschot op
leveren. Gemiddeld schat men de opbrengst op 20
hectoliter per hectare.
Met het plukken of trekken van vlas heeft men
ook een aanvang gemaakt. De Belgische handelaars,
die hier eene tamelijke hoeveelheid kochten, zijn ge
regeld vroeger in de weer dan de Hollanders.
Over de vlasteelt valt gelukkig ook niet te klagen.
Gemengde Berichten.
Borsele. Zondagavond werd alhier, krachtens
verlof van den burgemeester, voor de familie van
den overledene, het Zaterdag te voren ter aarde be
stelde aangespoelde lijk opgegraven en overgebracht
naar een in de Schelde liggende stoomboot, die hier
met twee broeders van den verongelukte en een aantal
andere Belgische ingezetenen was overgekomen om
het stoffelijk overschot naar Antwerpen te vervoeren.
Het bleek te zijn het lijk van Petrus Van Rompaey,
oud 21 jaar, geboren en gewoond hebbende te Ant
werpen.
Ifoedekenskerke. Zaterdag had hier weer
voor het eerst sedert ongeveer 40 jaren eene ling- I
rijderij plaats. Eene commissie, aan wier hoofd stond
de heer A. Spruitenburg, had een aardig sommetje
bijeen gegaard, waaraan de Ambachtsheer voor een
aanzienlijk deel had bijgedragen, zoodat elf aardige
prijzen aan even zoovele mededingers, die naar
volgorde hunner verdiensten konden uitkiezen, wer
den uitgereikt. Het geheel leverde een teekenachtig
gezicht opaan de eene zijde van den sluisput had
de wedstrijd plaats, aan de andere zijde bevond zich
bijna de geheele bevolking der gemeente onder het
lommer der lindebooraen, terwijl een orgeldraaier
zorgde voor de noodige muziek. Een der ruiters ge
raakte met zijn paard te water, maar geen van bei
den werd verhinderd den strijd (onmiddellijk voort te
zetten.
Wolfertsdijk. Ter gelegenheid van de Hein-
kenszandsche kermis werd Zaterdag hier door 12
jongelingen op den Noorddijk eene ringrijderij ge
houden om een dubbel aantal prijzen, waarvan de
helft door notabele ingezetenen was geschonken.
Voorts werd een concours uitgeschreven door de
handboogschutterij »Doel naar hooger" alhier. Aan
dien wedstrijd werd door 47 schutters, 15 schutters
gilden vertegenwoordigende, deelgenomen. De uitslag
was als volgt: Om den lsten en 2den prijs voorde
meeste kleppen moest gekampt worden tusschen J.
Koopman van »Soranns" te Heinkenszand en A.
Markusse en A. Tazelaar van »de Kroonprins" van
Kats, welke respectievelijk door de twee eerstge-
noemden behaald werden. De beide zij vogels werden
afgeschoten door W. Westdorp van Willem Teil"
te Ovezande en P. Boonman van »Soranus" te Hein
kenszand, terwijl van de kallen door A. Goense van
^Vooruitgang zij ons streven" van Kwadendamme,
W. De Bakker van »Ons Genoegen" te Oudelande,
M. Boonman van »Doel naar hooger" te Wolferts
dijk en F. Koopman van »Soranus" te Heinkenszand,
door ieder één getroffen werd.
Toen het in de maand Juni des nachts som
tijds vroor stak de landbouwer W., te Dinxperlo,
aan de einden van zijn boekweitveld een vuur aan,
zoodat den volgenden morgen, terwijl in den heelen
omtrek alles bevroren was, W's. veld niet van de
vorst geleden had. Veel personen kwamen naar den
uitslag zien en zullen het ook verder toepassen,
daar de onkosten slechts gering zijn.
Woensdagavond is tusschen Zalk en Kampen
een onbekend passagier van de nachtboot gevallen
onmiddellijk werd achteruitgestoomd, maar men
mocht er niet in slagen hem terug te vinden.
In het nabij Roermond gelegen Wegberg, even
over de Pruisische grenzen, is men thans bezig met
het planten van zaden eener uit Japan ingevoerde
komkommersoort, die in de hoogte groeit, niet on
gelijk aan staakboonen. De plant wordt door stokken
gesteund en bereikt een hoogte van drie meter.
De vruchten zijn langwerpig en bereiken een lengte
van 30 centimeteriedere plant brengt 80 tot 100
zulke vruchten voort.
Het groote voordeel ligt voorts daarin dat de
planten lang niet zooveel lijden van regen of natte
zomers, als de andere soort. find. Mercuur.)
Maandagnacht waren de gebroeders B. en H.
ten Vergert, te Enschedé, bezig met het ledigen van
beerputtenmet dit werk aan den gang, wilde H.
ten V. met een stalen vork een deksel van een put
verwijderen, doch raakte bij ongeluk met de vork
zijn broeder in de rechterhand, waardoor een lichte
wond ontstond. Dr. A. Kosters te Enschedé werd
hierover geraadpleegd en achtte het Donderdagmiddag
noodig een vinger van de rechterhand te amputeeren,
doch dit scheen reeds te laat te zijn, want Woensdag
nacht is de ongelukkige onder hevige pijnen bezweken.
Hoe groot de invloed van koude op het melk-
gevon van koeien is, bleek duidelijk aan de zuivel
fabriek in 't Meer bij Heerenveen. Tijdens de jongste
koude dagen werd 1000 liter melk minder aan de
fabriek (per dag) ontvangen dan in de warme dagen,
toen per dag 16,000__liter aan de fabaiek werd aan
gevoerd.
hij toch zijne welverdiende straf niet zou ontgaan.
Zelfs wanneer de oude Gröditz, met het oog op
dat ongelukkige duel, aan zijne vorderingen niet al
te veel kracht bij zette, waren er toch nog wissels
genoeg in omloop, die Ullow niet gemakkelijk zou
kunnen dekken. Daarom was het zoo goed als zeker
dat hij opnieuw gevangen genomen zou worden, en
wanneer, zooals te verwachten was, ook zijne overige
sckuldeischers, die tot nutoe den gansteling des
herfcogs ontzien hadden, op betaling aan drongen,
dan zou die hoogopgevijzelde rijkdom van den ka
merheer als sneeuw voor de zon verdwijnende
man, die tot nutoe zich en de zijnen ver boven alle
anderen verheven had geacht, zou nu moeten leeren
zich te vernederen en den groet van menig recht
schapen man, dien hij vroeger nauwelijks had aan
gezien, als eene onverdiende eer te beschouwen.
Deze voorspellingen werden natuurlijk het zorg
vuldigst uitgewerkt door hen, die zich tot nogtoe
het diepst voor den rijkdom en den invloed van den
kamerheer gebukt hadden. Met toorn en twijfel ver
namen zij dientengevolge den volgenden morgen het
bericht van zijne ontvluchtingwanneer er nog ge
rechtigheid in de wereld was, kon dat niet mogelijk
zijn Toch scheen ook dat gerucht waarheid te be
vatten, want zoowel aan de stadswoning als op de
villa ontvingen Ullow's schuldeischers ten antwoord,
dat de kamerheer daar niet was. Ook mevrouw von
Ullow was niet aanwezig of was met haar man ver
trokken vertrokken, terwijl hun eenige zoon op
zijn sterfbed lag. Een kreet van verontwaardiging
doorliep alle rangen en standen.
Reeds den vorigen avond was het Domburg ter
oore gekomen, dat Ullow's schuldeischers zonder ver
wijl hunne maatregelen zouden nemen en hij had er
bij de graven Kirchberg en Hoheneck op aangedron
gen, dat zij zich met de regeling der zaken van den j
kamerheer zouden belastenmaar zij hadden beiden
beslist geweigerd iets voor den ongelukkige te doen.
De verbittering tegen hem was zoo mogelijk onder
zijne standgenooten nog grooter dan in de andere
kringen der maatschappij. De eerste farailhin des
lands waren met hem verwant en gevoelden zich
door zijne schuld geschandvlekt. Zoo eenparig als zij
van oordeel geweest waren, dat de hertog den adel
de schande moest besparen een hunner voor het ge
recht te doen verschijnen, even eenparig waren ze
na Ullow's vlucht besloten hem niet meer tot de
hunnen te rekenen. Zij gevoelden zich van iedere
verplichting jegens hem ontheven.
Met dit bericht kwam Domburg nog 's avonds
laat in bet huis der Ullows, om Walldorf tot voor
zichtigheid aan te sporen in zijn briefwisseling met
de vluchtelingen. Hij achtte zoowel het telegram
aan dr. Leonhardt als den brief, die de veranderde
gezindheid van den hertog berichtte, eene onvoor
zichtigheid. In geen geval mocht van eenige ver
andering in Hellrauth's toestand per telegram aan
de ouders kennis worden gegevenhet was beter,
dat zij in smartelijken twijfel bleven verkeeren, dan
dat hunne schuilplaats werd ontdekt.
Walldorf beloofde den raad van zijn ouden vriend
ter harte te zullen nemendaarop keerde hij naar
Gabriëlle terug om met haar den treurigen plicht
van het waken te deelen. Wat Domburg hem mede
gedeeld had van de algemeene ergernis over Ullow's
daden, vervulde hem, vooral ter wille van Gabrielle,
met bezorgdheid. Hoe pijnlijk het ook was haar zich
angstig luisterend over haar broeder te zien heen
buigen, nog veel smartelijker was voor hem de ge
dachte aan de verbittering, de kleingeestigheid en
de vernederingen, waaraan zij ongetwijfeld zou zijn
blootgesteld, indien zij den val van baars vaders
glorie in bijzonderheden mede moest doorleven.
(Wordt vervolgd.)
De Prov. Gron. Öt. bevat eene beschrijving
van een watertournooidat gisteren te Paters-
wolde zou wordeu gehouden. Op de plecht van een
sloep, die daartoe van stuur- tot bakboord voorzien
is van een plat dek en waar op stuurboordszijde eene
houten schutting gemaakt is vanpl. m. 1 M. hoogte,
staat in zwemkostuum een kampioen, gewapend
met een houten lans, van onderen dik, rond uit
loopend, ter lengte van ongeveer 2 M. Deze stok
of lans is bij het dikke eind omwonden met koehaar
of zeegras, dat weer overtrokken is met leer.
Zoo toegerust en staande op liet plecht wordt de
strijder voortgeroeid in de richting der tegenoverge
stelde zijde, vanwaar een dito gewapende krijger hem
tegemoet geroeid wordt. Zijn de partijen dicht bij
elkaar, dan laten de roeiers de riemen loopenop
het oogenblik dat de strijders tegenover elkaar staan
moet de een den ander met zijn wapen uit den zadel
trachten te lichten, in dit geval overboord stooten.
Op sommige plaatsen in Frankrijk en Italic, waar
steeds duizenden dit waterfeest bijwonen, zijn naar
keuze enkele strijders voorzien van borstplaten of
harnassen en maskers.
Dat de strijders moeten kunnen zwemmen, ligt
voor de hand. Toch zal de noodige voorzichtigheid
in acht genomen worden. Daarvoor zal in de nabij
heid van het krijt een boot met 1 of 2 duikers bij
de hand zijn. Dit voor het eerst in Nederland te
Paterswolde te houden watertournooi wordt afge
wisseld door snelzwemmen op borst en rug, duiken
en een tobbe-roeiwedstrijd.
Te Middelburg is een valsch gouden tientje
in betaling gegeven.
De oude mr. Jacob Van Lennep kon verbazend
vlug werken. Iemand, die een jaar of dertig geleden
met hem in aanraking kwam, deelt daarvan het vol
gende staaltje mede
Onze rederijkerskamer zou haar 25jarig bestaan
vieren, en bij die gelegenheid werd een prijsvraag
uitgeschrevendriehonderd gulden voor het beste
tooneelstuk. Als leden van de jury fungeerden, be
halve J. J. L. Ten Kate en W. J. Hofdijk, ook onze
Van Lennep.
Acht werken kwamen in, lijvige stukken, slecht
geschreven meest, en ruim twee dagen had ik, die
secretaris der feestcommissie was, werk om erdoor
te komen. Zelf bracht ik ze toen bij Van Lennep,
het oudste jury-lid.
Uiterst hupsch en vriendelijk was de ontvangst
in Van Lennep's studeerkamer. We praatten lang
en veel, en bij het afscheid vroeg ik bescheiden
wanneer het hem ongeveer schikken zou, dat ik de
stukken terughaalde.
»Kom morgenmiddag, als ge hier voorbijgaat, maar
even aanwas bet antwoord.
Nu, ik verwachtte niets anders dan een vergeefsche
reis, maar toen ik mij den volgenden dag aanmeldde,
bleek mij waarlijk dat hij met alles al gereed was.
Vier vellen folio-papier legde hij voor mij neer, aan
alle kanten volgeschreven, zestieu pagina's critiek
dus over de acht stukken, die ik hem een dag te
voren gebracht had. »Ik heb er maar wat baast mee
gemaakt", zeide hij, »waut ik moet vanavond naar
Den Haag in de Loge spreken, en daarvoor nog het
een en ander nazien."
Ik was een en al verbazing, en onwillekeurig
ontsnapte mij een: »Hoe is het mogelijk!" Maar
thuis gekomen, steeg mijn verbazing tot bewondering,
toen ik de critiek las, die duidelijk toonde dat alles
goed was gelezen en uitstekend overdacht. Het was
een leerrijke, onderhoudende, ja soms vermakelijke
lectuur, nu en dan afgewisseld door kleine versjes,
waarvan ik mij er, helaasnog maar éen herinner,
't Was in de critiek over een stuk, met het motto:
Wij zullen zienwelke, alles behalve malsch, aldus
eindigde
Ga en keer weder naar uw kamer,
En oefen u een jaar of tien
En zijt gij dan wellicht bekwamer,
Kom dan eens weer Wij zullen zien!
Jammer, dat al het werk voor niets was geweest,
want de prijs van drie honderd kon niet worden toe
gewezen.
Te Bargen-op-Zoom hadden in de laatste da
gen herhaaldelijk betoogingen tegen de heilsoldaten
plaats, die tot ongeregeldheden aanleiding gaven.
Zoo ook Donderdagavond, toen de menschenmenigte
veel aanzienljjker was en er meer met steenen en
straatvuil gegooid werd. Op verlangen der politie
zpn toen de bijeenkomsten van het Leger des Heils
tot a. s. Maandag (heden) gestaakt geworden. Ook
heeft de garnizoens-commandant gelast, dat voortaan
onderofficieren en minderen, buiten dienst zijnde,
zich met niet meer dan vijf personen samen op straat
mogen vertoonen, teneinde zoodoende botsingen te
voorkomen tusschen burgers en militairen, die ern
stig te vreezen stonden, aangezien vele der laatste
zich tot begeleiders en daardoor ook tot bescher
mers van de heilsoldaten hadden opgeworpen.
Tengevolge van deze bepalingen had er Vrijdag
avond geen rustverstoring plaats.
Twee boerenjongens uit Prinsenhage zouden
het er dezer dagen eens van nemen. De een stak
zich in de plunje van zijn confrater een milicien
met groot verlof de ander ging als gewoon bur
german er op uit.
Onderweg werd menig heilig huisje aangedaan,
zoodat zij zich al laveerende te Breda vertoonden.
Daar in de Ginnekenstraat "gekomen, had onze
soldaat in spe heel wat praatjes, tot dat een adju
dant-onderofficier zich over beiden ontfermde en
den burger liet flankeeren door een politie-agent,
den dilettant-soldaat door een veldirtillerist en een
infanfcei'ist. Den laatste werd in de provoost aan
de hoofdwacht vrij logies bezorgd, de burger-mili-
cien-grootverlofganger werd naar den amigo ge
transporteerd.
Beiden zullen zich zeker den 8 Juli 1892 nog
lang herinneren, want den grootverlofganger kan
het wel 3 maanden dienen kosten, en onze milicien
in spe zal zich allicht moeten verantwoorden voor
het zich vertoonen in uniform, waartoe hij niet ge
rechtigd was.
Eenige dagen geleden overleed te Breda de
metselaarsknecht M. Men vermoedde, dat de man
niet den natuurlijken dood gestorven was.
Naar het Centr. verneemt moet bij de gerechte
lijke schouwing van het lijk gebleken zijn, dat de
dood een gevolg is geweest van een slag op het
hoofd; zoo men wil zouden er beentjes en stukjes
steen in de hersenen zijn gedrongen. De slag moet
zijn toegebracht door den zoon van den overledene,
die dan ook als vermoedelijke dader door de mare
chaussee gearresteerd en naar de strafgevangenis
overgebracht is.
De familie van bedoelden M. verkeert wel in
droevige omstandighedende vader dood, de zoon
in de gevangenis, tegelijk de gehuwde dochter van
den broeder van M. dood en haar vader zoo ziek,
dat de dood kan verwacht worden.
Een officier der Engelsche cavalerie heeft een
wapen uitgedacht, dat een bijzondere rol op 't oor-
logsterrein mettertijd kan vervullen.
Dit wapen zal gebruikt worden door de cavalerie
en bestaat in een repetitiegeweer, geplaatst onder de
borst van 't paard. Het geweer werkt op automa
tische wij/.e, zoodat de ruiter geheel vrij is in zijn
bewegingen om sabel of lans te hanteeren.
Het is de vraag of dat wapen, in practijk gebracht,
niet nadeeliger zal werken voor de escadrons zelf
dan voor den vijand.
Van Rachel woidt verteld, dat zij zeer mild
was met cadeaux, maar dat ze later altijd berouw
had van baar mildheid en haar best deed betgeen
ze gegeven had weer terug te krijgen. Dit was al
gemeen bekend. Op zekeren dag gaf zij Dumas een
ringDumas nam dien met een buiging aan, maar
stak die toen onmiddellijk aan Rachel's vinger zeg
gend »Laat ik u op mijn beurt den ring geven,
dan behoeft u er niet om te vragen". Rachel lachte
een van haar betooverende lachjes en zeide niet neen.
In het proces van Buschoff voor de jury te
Kleef is een merkwaardig incident voorgekomen.
Buschoff was te Xanten niet alleen slachter, maar
hij had ook eene werkplaats van grafzerken. Er is
dan ook in de stukken van het proces spraak van
de mogelijkheid, dat de vermoorde knaap Hegeman
Buschoffs toorn zou hebben opgewekt door het be
schadigen van een paar afgewerkte zerken.
Nu moest als getuige voorkomen de steenhouwers
knecht Wesendrup, die vroeger bij Buschoff in dienst
was, maar kort voor de misdaad door hem ontslagen
wegens onbehoorlijk gedrag. Wesendrup echter is
niet onder eede gehoord, omdat het bleek, dat het
O. M. tegen hem eene instructie opent als verdacht
van de moordenaar van den knaap Hegemann te zijn.
Te Chistiaansand woedde Vrijdagnamiddag tot
Zaterdagmorgen vroeg een vreeselijke brand, tenge
volge waarvan bijna de helft der stad vernield werd.
Verscheidene honderd huizen zijn tot den grond toe
afgebrandonder deze postkantoor, het gebouw der
spaarbank, houtmagazijnen enz. Van de vesting
werken en de inrichtingen voor materiaal zijn slechts
de muren overgebleven. Tal van personen zijn zonder
dak. Het zijn meestal Noorweegsche assurantie-maat
schappijen, die bij deze ramp betrokken zijn.
Aan boord der stoomboot Mont Blanc, dienst
doende op het meer van Genève, is een ketel ge
sprongen, met het gevolg dat het deksel daarvan
het salon der eerste klasse vernielde en verder over
de boot heensloeg, waarbij 22 personen het leven
verloren en 30 ernstig gekwetst worden. De meesten
waren vreemde reizigers. De in de salons dringende
stoom verbrandde op vreeselijke wijze de ongeluk-
kigen, die hartroerend om hulp kreten.
Tot de slachtoffers behoort mevrouw Brunent,
van Amsterdam.
Uit Parijs wordt aan de Times geseindDe
cholera woedt thans in 24 voorsteden van Parijs;
er sterven gemiddeld tweehonderd personen per dag.
Sommige aangetasten overleden binnen 2 uren tijds.
De overheid ontkent, dat het Aziatische cholera is,
doch door geneesheeren is de komma-bacil ontdekt,
wel is waar van kleinere lengte dan de Indische
komma-bacil, maar gelijkvormig met dien welken
men in Cochin-China waarneemt, zoodat de aard
van deze cholera onbetwistbaar Aziatisch is.
De Khan van Bokhara, de bestuurder van het
onder Russische beschermheerschappij staande Trans-
kaspische gebied, voelde zich onlangs gedrongen om
toch ook eens aan zijn hof een weldadigheidsbazar
te organiseeren in den trant van die, welke te Sint
Petersburg ten behoeve der slachtoffers van den
hongersnood waren ingericht.
Er deed zich echter eene moeilijkheid voor: hoe
kon men de dames van den harem, die er toch vol
strekt aan deel moesten nemen, de rol van ver
koopsters doen vervullen, terwijl toch de godsdienstige
gebruiken verboden, dat zij aan de profane blikken
van mannen zonden zijn blootgesteld.
De Khan is een slim man en ca rijp overleg vond
hij de volgende eenvoudige oplossing. Hij liet in
een der groote zalen van zijn paleis een aantal
kraampjes oprichten, die hij op eigen kosten met
bloemen, prachtig geweven stoffen, sieraden enz.
liet vullen. In elk van deze kraampjes, ten getale
van 250, plaatste hij een zijner vrouwen en wan
delde toen fier daartusschen door en deed vele in-
koopen, die hij met groote sommen betaalde. Hij
kon nu een zeer aanzienlijk bedrag naar Sint Peters -
burg overmaken.
Volgens den Scientific American is het plan voor
benuttiging van de Niagara goedgekeurd, en zijn de
werkzaamheden reeds aangevangen. De inrichting zal
100.000 paardenkrachten sterk zijn en slechts 3 pet
der beschikbare krachten gebruiken, welke op 3 mil-
lioen paardenkracht zijn berekend.
Thans wordt eene tunnel gemaakt van 6.38 M.
hoogte en 5.78 breedte, met eene helling van onge
veer 0.5 pet. op de 2 kilometer lengte. Dit is een
af/oerkanaal dat in de Niagara moet uitkomen op
een punt beneden den waterval.
Er zullen twee centrale stations komen, door een
hoofdkanaal gevoed, terwijl zijkanalen het water naar