werpen, volstrekt niet. Er bestond echter van libe rale zijde blijkbaar een parti pris. Aan het werk hadden de liberale Unie en het Handelsblad geroepen, en aan het gegeven parool moest worden gehoor zaamd." Ons dunkt, dat er na de stemming van j.l. Dins dag minstens evenveel reden is om te verklaren, dat aan de rechterzijde het parool luidt: »Niet aan het werk 1" een parool, dat zeker meer schade doet aan 's lands belang, dan dat der liberalen. Terecht merkt het Vaderland dan ook op »Het heet in de anti-liberale pers, dat de behan deling der belastingontwerpen wordt doorgedreven". Men denkt niet meer aan de zitting van Dinsdag 20 Aug. 1889, toen de onderwijswet, als gold het een eenvondig en spoedeischend ontwerp, twee da gen na uitbrenging van het eindverslag aan de orde werd gesteld. Van liberale zijde werd toen gevraagd een paar weken uitstel tot den aanvang van het nieuwe zittingsjaar, of althans een paar dagen uitstel om gelegenheid te hebben de zeer lijvige stukken te doorlezen. Thans is er tijd vte over geweest en wordt ge vraagd uitstel totja totdat het mogelijk zal zijn de ontwerpen dood te drukken. Aan welke zijde was toen en nu het doordrijven?" Een betoog, dat elke verdere bestrijding der be lasting-ontwerpen uitsluit, levert de Tijd in 't boven aangehaalde artikel verder, waar het blad schrijft »Met volkomen eerbiediging van de goede trouw, die wij ook bij veel liberalen gaarne veronderstellen, staat bij ons de overtuiging onwrikbaar, dat wij, na hetgeen de laatste dagen ons geleerd hebben, hier te doen hebben met een zuiver partijbelang. De liberale partij wenscht herziening van het kiesrecht, dit wil zeggenuitbreiding op groote schaal van het kiezerskorps. Ook de lagere klassen der bevolking wil zij binnenkort ter stembus roepen. Welnu, dan dient reeds nu gezorgd, dat die klas sen in de liberalen haar natuurlijke vrienden en beschermers zien Is er ooit een korter maar sprekender bewijs ge leverd, dat de belastingontwerpen den druk zullen verplaatsen van de lagere naar de hoogere klassen "Wij zijn de Tijd zeer dankbaar voor hare opmer king, waarin de erkentenis ligt, dat minister Pierson er naar gestreefd heeft de minder met aardsche goe deren bedeelden te ontlasten. GOES, 24 Juni 1892. Woensdagavond trad ds. J. J. I m p e t a van Alfen a. d. Rijn in de Prins van Oranje alhier op om te spreken over het leger des heils. Eene zeer talrijke schare was opgekomen om de rede van ds. Imperta aan te hooren. die zeide te willen spre ken over: Eenige licht- en schaduwzijden van het leger des heils. Van beiden behandelde spr. een drietal. Onder de lichtzijden rekende hij le. dat het leger zich bij voorkeur wendt tot de geestelijk verwaarloosde massa, waarmede het een protest levert tegen de nalatigheid der kerk; 2e. dat het daarbij niet vergeet en voorbij ziet het groote voordeel van de bewerking van afzon derlijke personen 3e. dat het in menig opzicht een invloed ten goe de uitoefent, die niet is te versmaden. Als schaduwzijden wees spr. er op dat le. De leer van het heilsleger is vermengd en be smet met menige ergerlijke dwaling, immers het loochent de genoegzaamheid der Heilige Schrifthet verkondigt, dat God ook nu nog door het hart tot het hart spreekt door Zijn geest en dat hij nu nog profeten verwekt. Voorts levert het heilsleger eene kettersche beschouwing over de verzoening door Christus en leert bet de meest sckeeve begrippen omtrent bekeering en heiligmaking. 2e. De methode, die het leger aanwendt om de wereld te veroveren geeft blijk van groote opper vlakkigheid. 3e De manier, waarop het leger een zondaar be keert getuigt voor en leidt tot bet jammerlijkst zelfbedrog. Daarna beantwoordde spr. de vraag welke houding men tegenover het heilsleger heeft aan te nemen, in dien zin, dat wij het rustig moeten laten begaan en geene demonstration er tegen moeten houden maar daarom mogen we ons toch niet aan trage lijdelijk heid overgeven in geen geval mogen we de samen komsten bezoeken*, en eindelijk moeten we uitgaan om zelf zielen te vangen en te winnen voor het Koningrijk Gods. Het leger trekt zich, vooral in Engeland, hoe langer hoe meer terug op maatschappe lijk gebied, om niet alleen den geestelijken eu mo- reelen, maar ook den socialen toestand te verbeteren. In dat opzicht hebben wij allen een voorbeeld te nemen aan het heilsleger. De samenkomst werd geopend en gesloten met gebed, terwijl bij afwisseling eenige psalmverzen werden gezongen. Er was gisteren bij de behandeling der be lastingontwerpen in de Tweede Ka mer nog niet veel lust tot debat. Slechts twee sprekers waren ingeschreven, nl. de heeren Bool en A. Van Dedem. De laatste besprak vooral de ont werpen voor zooveel de landbouwbelangen daarbij betrokken zijn en kwam ook nu weder met bet praatje, klakkeloos en zonder bewijs van antirevo lutionaire zijde in de wereld gebracht, dat de nieuwe ontwerpen den druk voor de landbouwers zouden ver- hoogen. De Minister van financiën kwam reeds gisteren aan het woord en hoewel daarop toen nog niet be rekend, wederlegde hij in eene keurige improvisatie de bewering van den heer Van Dedem op afdoende wijze. De schrijver der Kameroverzichten in de N. R. Ct. vat het debat over dit punt in de vol gende bewoordingen samen »Van den kant van den heer A. Van Dedem waren heden andere bezwaren vernomen. De arme land bouwers zouden als men hem hoorde het gelag moeten betalen. Had de Minister eene belasting op het roerend vermogen voorgesteld, van ganscher harte ware de heer Van Dedem meegegaan. Maar in plaats daarvan eene progressieve vermogensbe lasting voor te stellen, waarbij ook de grondeigen dom betrokken werd, daartoe zou hij nooit mede werken. De Minister mocht daartegenover wijzen op de voordeelen, die aan de landbouwers ten goede zouden komen door afschaffing der mutatierechten, vermindering van den zoutaccijns en verlaging der grondbelastingdie voordeelen achtte de heer Van Dedem luttel tegenover de zwaardere belasting, die door de nieuwe vermogensbelasting zou worden op gelegd, en die den ondergang van vele met schulden belaste landbouwers zou verhaasten. Sombere voorspelling inderdaad Gelukkig zorgde de Minister van Financiën, dat de Kamerleden, die soms onder den indruk daarvan mochten geraakt zijn, niet lang daaronder bleven verkeeren. Het was niet de geringste verdienste van zijne redevoering, dat met cijfers eens duidelijk werd aangetoond, wat er is van die benadeeling der landbouwers, die men van anii-revolutionaire zijde, zoowel in als buiten de Kamer, zoo luide laat klinken. Zeer terecht maakte de Minister allereerst eene scheiding tusschen landbouwers, die alleen pachters en landbouwers, die zeiven eigenaar van den grond zijn. De pachters nu zullen, met het oog op het minimum, waarbij de vermogensbelasting begint en op het lage cijfer der belasting voor de lagere ver mogens, zoo goed als niet gedrukt worden, terwijl een deel van hen daarenboven door de vermindering van den zoutaccijns veel meer zullen ontlast wor den, dan de heer Van Dedem in tegenspraak met de enquête der Landbouwcommissie van welke hij deel uitmaakte trachtte voor te rekenen. Maar de boeren-eigenaars dan, zooals er ongeveer 96,000 in ons land zijn Gelukkig stonden den minister cijfers ten dienste, waaruit kon nagegaan worden, hoe het grondbezit over deze 96,000 ver deeld was, en uit die cijfers kon de minister met volle recht de conclusie trekken, dat 73 van hen in de vermogensbelasting niets zouden te betalen heb ben, en daarentegen wel zouden gebaat worden door de verlaging van den zoutaccijns, van de grondbe lasting en van de mutatierechten, waarin ook het overige l/s eene belangrijke compensatie tegenover de nieuwe belastingen zou vinden. Cijferen bleek de minister trouwens beter te kun nen dan de heer Van Dedemwaar deze door een voorbeeld had willen aantoonen, welk nadeel een boer-eigenaar zou lijden, daar rekende de minister hem voor, dat de man met 's ministers belasting voorstellen nog zou winnen, in plaats van verliezen. Inderdaad bleef na de becijferingen van den minis ter van het fameuse agrarische argument tegen die voorstellen niet veel meer over." Het besluit der Tweede Kamer om de belas ting-ontwerpen in behandeling te nemen, noemt de Standaard «misbruik van overmacht". »Is dit zoo," zegt de Arnh. Ct»dan is elk be sluit, dat niet met algemeene stemmen genomen werd, als misbruik van overmacht te bestempelen. »Zoo geldt dwang voor recht", zegt het blad, blijkbaar aannemende dat het recht aan de zijde is van hen, die door allerlei middelen willen voorko men, dat nu eindelijk eens een begin zal worden gemaakt met de toepassing van het beginsel, dat ieder naar vermogen in de belastingen zal bijdragen. Van anti-liberale zijde is nooit eene poging daar toe aangewend, evenmin als voor de uitbreiding van het kiesrecht, die de Standaard c. s. nu aan de be lastingwetten wil doen voorafgaan, zelfs thans nog, nu de behandeling van die wetten reeds zoover ge vorderd is. Zij zouden niets liever zien, dan dat het liberale Kabinet even weinig tot stand bracht als zijn voorganger. Die toeleg wordt bedekt door allerlei sehijnargu- menten, die de liberale meerderheid der Tweede Kamer verstandig genoeg is geweest niet te doen gelden." Aan de rijks-universiteit te Leiden is door den heer M. Pleune Jr. afgelegd het candidaats- examen geneeskunde. Middelburg. Zondag a. s. zal aan het per manent muziekfestival, hetwelk hier gedurende Juni, Juli en Augustus in het Schuttershof wordt gege ven, o. a. worden deelgenomen door de harmonie E u p h o n i a" uit Goes. Bij de wederbijeenkomst der Tweede Kamer was ingekomen bericht van den heer K e r d ij k dat hij verhinderd is de aanstaande vergaderingen bij te wonen, overeenkomstig het stellig advies van zijn geneesheer, om redenen van gezondheid. Haar men aan De Tijd mededeelt, is thans voor het lidmaatschap van d© Tweede Kamer in het district Maastricht (verkiezing op 28 Juni a. s.), ook candidaat gesteld de heer M. D e R a sbur gemeester van Pannerden. In de zitting der 2e Kamer werd gisteren ver slag uitgebracht over het adres van G. De Jonge, te A b e e 1 ehoudende klachten over mishandeling van zijn zoon, ingelijfd als milicien, in het hospi taal te VJissingen. De meerderheid der Commissie voor de verzoekschriften stelt voor den minister van oorlog dank te zeggen voor de gegeven inlichtingen, en de minderheid geeft den minister in overweging de regeling der bevoegdheid van den geneeskundigen dienst in de hospitalen te herzien. Over deze con clusie zal later worden beslist. De Heraut is zeer verheugd over de aanslui ting van de doleerenden bp de afge scheidenen. Zij noemt dit een werk des Heeren. Volgens de opvatting van de schrijvers der Heraut is alles een werk des Heerendit dus ookmaar ware het niet eenvoudiger geweest, wanneer de doleerenden begonnen waren met datgene, waarmede zij nu zijn geëndigd, en zich hadden aangesloten bij de afgescheidenen, by wie zij nu blijken volkomen te passen? Het vermoeden echter ligt voor de band, dat de doleerenden door eene nieuwe kerkelijke beweging in het leven te roepen een ander doel hadden, en nu dit is mislukt, zich maar onder dak brengen bij de afgescheidenen. De zeepbel is uiteengespat, maar de eer is gered. {Arnh. Ct.) De Minister van Binnenlandsche Zaken heeft aan de Commissarissen der Koningin verzocht bij de gemeentebesturen er op aan te dringen, dat, bij het vervoer van krankzinnigen naar genees kundige gestichten steeds de noocüge zorg voor die ongelukkigen worde in acht genomen. Krankzinnigen onder geleide van politiebeambten in uniform en vervoer van lijderessen, althans over een grooten afstand, zonder vrouwelijke hulp wordt door den Minister afkeuringswaardig geoor deeld, evenals het gebruik van dwangmiddelen, ter wijl het Z.E. noodig voorkomt, bij krankzinnigen van hoogen leeftijd of in ziekelijken toestand verkeerende na raadpleging van een geneeskundige, bijzondere voorzorgsmaatregelen in acht te nemen, opdat de reis geen nadeelig gevolg voor den lijder kunne hebben. De wenschelijkheid om hare plannen en denk beelden in zeer ruimen kring bekend te maken en daardoor de natie in de gelegenheid te stellen er zich een oordeel over te vormen, heeffc de Zuiderzee- vereeniging geleid tot het besluit om eene volks uitgave het licht te doen zien, die voor zeer ge ringen prijs voor ieder verkrijgbaar wordt gesteld. Een technisch overzicht van het vraagstuk van prof. J. M. Telders, daartoe welwillend beschikbaar gesteld de (economische beschouwingen van het bestuur en eene groote kaart van Nederland, waarop de afslui ting met de verschillende bedijkingen en polders in kleuren zijn gedrukt, zal voor 30 cent verkrijgbaar worden gesteld bij de uitgevers der Zuiderzee-ver- eeniging, de firma E. J. Brill, te Leiden. Landbouw Woensdag hield de Maatschappij tot bevorde ring van landbouw en veeteelt in Zeeland hare jaarlijksche algemeene vergadering te Kruiningen, onder prsesidium van mr. P. C. J. Hennequin, lid van de 2e Kamer der Staten-Generaal, die in de den vorigen avond gehouden vergadering van het hoofdbestuur tot voorzitter was gekozen, als opvol ger van wijlen mr. J. Moolenburgb. De heer Hennequin opende de vergadering met een gepast woord van hulde aan de nagedachtenis van den overleden voorzitter, wiens krachtigen steun aan de belangen der Maatschappij hij op treffende wijze in herinnering bracht. Ook herdacht hij den vroegeren onder-voorzitter mr. L. A. Bybau, die naar Delft was vertrokken en wien hij in zijne nieuwe betrekking alles goeds toewenschte. Yoor zichzelf riep hij de medewerking der leden in onder belofte zijnerzijds alles te zullen doen om de voet stappen van zijn voorganger te drukken. Vervolgens bracht de voorzitter het jaarverslag uit, waarbij hij constateerde, dat de financiëele toe stand der Maatschappij gunstig was, hoewel do uit gaven stegen en de inkomsten door het stationair blijven van het ledental niet toenamen. Hij wekte dan ook allen op te trachten nieuwe leden te werven. Omtrent de proefvelden zal eerst grondig kunnen worden gerapporteerd wanneer eenheid van inzicht en in de wijze van aanleg zal zijn verkregen, doch populair zijn de proefvelden nog niet. De pogingen om voor Zeeland een landbouwleeraar te krijgen zijn nog door geen resultaat bekroond, omdat de regeering te dien opzichte nog geen besluit nam. Gunstiger uitslag werd medegedeeld omtrent de poging ter verkrijging van verlaging der kosten van onderzoek van suikerbieten van de proefstations. Van de paardenfokkerij in Zeeland zijn reeds goede vruchten te constateeren, vooral ook door de invoe ring van vreemde hengsten. Hierbij werd waardeerend gewag gemaakt van de lezingen door dhr. Luciëer gehouden. Eindelijk werd nog herinnerd aan wat geschied was op het gebied van verbetering van het hoefbeslag en op dat van zuivelbereiding. Nadat de vergadering luide hare instemming met het gesprokene had betoond, de notulen der vorige vergadering waren gelezen en goedgekeurd, mede gedeeld was, dat de Commissaris der Koningin en enkele leden van Gedep. Staten voornemens waren de tentoonstelling met een bezoek te vereeren en de commissie tot het nazien der rekening verslag had uitgebracht, tengevolge waarvan de ontvangsten werden vastgesteld op 5951,18 1/2de uitgaven op f 4294,601/2 en derhalve het goed slot op f 1656,58, werd mededeeling gedaan van de keuringscommissiën voor de tentoongestelde dieren en voorwerpen. Deze commissiën bestonden uitvoor de paarden de heeren P. De Muijnck te St. Kruis en G. Born te Arne- muiden, aan wie werd toegevoegd de veearts A. H. Geluk te Noordwellevoor het rundvee de heeren J. Weesemael te Hengstdijk en D. Sneep te Ossen- drecht, aan wie werd toegevoegd de veearts J. Bou- wens te Akselvoor de werktuigen de heeren J. Woutersen te 's-Gravenpolder, G. De Jager en C. Koert, beiden te Wolfertsdijkvoor boter en kaas de heeren H. C. Baarens, J. Lindhout en J. Krijger, allen te Kruiningen. De volgende vergadering zal öf te Zieriksee ófte Tolen worden gehoudendaaromtrent zal echter later worden beslist. Daarna kwamen de beide vraagpunten aan de orde. Het eerste, ingeleid door den heer C. Der Weduwen te Kruiningen, luidde »Ligt het niet op den weg der Zeeuwsche Land- bouwmaatschappij, om, op dezelfde wijze als dit ter bevordering en ter aanmoediging van de verbetering der paardenfokkerij in Zeeland geschiedt, de verbete ring van het rundvee in deze provincie te bevorderen Door een misverstand kon het verslag be treffende de algemeene vergadering niet meer in ons nommer van Woensdagavond worden opgenomen. (R&».) De inleider beantwoordde deze vraag bevestigend. Op prijs stellende wat gedaan wordt in bet belang van de paardenfokkerij, meent hij, dat de veefokkerij het in belangrijkheid van de eerste wint. Weliswaar is zij op hoogeren trap van ontwikkeling, maar daarom toch kan zij den gewensckten steun niet ontberen. Spr. hoopte daarom, dat ook voor de vee fokkerij eene subsidie van rijkswege en van de pro vincie zal kunnen worden verkregen. De heer E. v. d. Bosch betuigde zijne ingenomen heid met het gesprokene en constateerde, dat in de gewenschte richting reeds wordt gewerkt. Hij drong aan op financiëelen steun vanwege de Maatschappij aan de Zeeuwsche afdeeling van het Ned. Rundvee stamboek. Over de wenschelijkheid van stierenkeu ringen kon spr. nog geen oordeel vellen. De heeren Mulock Houwer en Collot d'Escury wezen op het groote nut van dergelijke keuringen, zooals er onlangs éene te Zieriksee en reeds meer malen in Oostelijk Zeeuwsch-Vlaanderen waren ge houden, bij welke laatste aanhoudpremiën werden uitgeloofd wat goede resultaten opleverde. Het tweede vraagpunt, ingeleid door den heer H. J. O. Dominicus te Kruiningen, luidde Is het niet gewenscht, dat de Maatschappij door zedelijken of geldelijken steun zooveel mogelijk be vorderlijk zij aan het uitbreiden der coöperatie op landbouwgebied De inleider zeide niet in beschouwingen te willen treden over het nut van coöperatie, maar besprak verschillende punten waarbij coöperatie gewenscht isaankoop van meststoffen, van zaaizaden en van veevoeder, zuivelbereiding, verzekering en credietwe- zen. Hij wees daarbij op de leiddraad voor de op richting van volksbanken door eene commissie van wege het Nut opgesteld en herinnerde aan wat te dien opzichte bereids in Tolen en Aardenburg is gedaan. Spr. vatte zijne wenschen samen in eene motie waarbij de vergadering het hoofdbestuur in overweging geeft, eene commissie te benoemen van drie of meer leden, met opdracht een leiddraad vast te stellen voor het oprichten van landbouwvereeni- gingen, statuten, wenken en raadgevingen, welke leiddraad in ruime mate zal worden verspreid. De voorzitter wees ook nog op de coöperatieve vereenigingen in westelijk Zeeuwsch-Vlaander en en opperde het denkbeeld aan de leden de resultaten der in Zeeland bestaande coöperatieve vereenigingen mede te deelen waartoe werd besloten. Nadat nog was besloten, dat de Maatschappij adhaesie zou verleenen aan een adres door een groot aantal landbouwers uit Zeeuwsch-Vlaanderen aan de regeering opgezonden met verzoek pogingen te willen aanwenden tot opheffing van de sluiting der Belgische grenzen voor den invoer van Nederlandsch vee, werd de vergadering gesloten. Op de tentoonstelling werden gisteren de volgende prijzen toegekend: Landbouwpaarden. Hengsten, minstens 3 jaar oud le prjjs f 30 met premie van f 50 aan Pride of Burn- bank, bekoorende aan de vereeniging Clydesdale" te Zieriksee; 2e prijs f20: aan Sultan van Jules Caron en Emsens te Raevles bij Turnhout. Hengsten, geboren in 1890 le prijs f 15Stanley van Jules Caron en Emsens te Raevles2e prijs f 10 aan Maris van C. C. Wabeke te Krabbendijke. Merriën minstens 4 jaar oud: le prijs f20 met premie van f25: aan bruine merrie 5 jaar, Belg. ras, van J. M. Kakebeeke te Goes2e prijs f 15 aan bruine merrie, 7 j. oud, inl. ras van C. C. Welleman te Krabbendijke3e prijs f 7,50aan zwarte merrie, oud 9 j., inl. ras, van J. Kakebeeke te Krabbendijke; driejarige mer riën le prijs f 15 vos, Belg. ras, van A. M. Peman Kakebeeke te Kloetinge2e prijs f 10 zweetvos, inl. ras, van I. Verhulst te Kruiningen. Tweejarige mer riën le prijs f 10 vosbles, inl. ras, van C. Zuidweg 2e prijs f5 vosbont, inl. ras, van M. Vermue te Ierseke. Ruinen, minstens 4 jaar oudle prijs f 10 vos, 4 j., inl. ras, van E. Van Ilootegem te Krui ningen2e prijs f5: bruine, oud 5 j., inl. ras, van H. Wondergem te Schore. Paarden, geb. in 1891, onverschillig van welk geslachtle prijs f 10 bruine merrie, inl. ras, van J. M. Kakebeeke te Goes2e prijs f 5vosbles-merrie, inl. ras, van J. Van Acker te Hansweerd. Spannen werkpaarden, minstens 4 j. oud, onverschillig van welk geslachtle prijs f 20 vosmerrie en bruine ruin, heide inl. ras, van E. Van Hootegem te Kruiningen2e prijs f 10zwarte merrie, 6 j., en zwarte ruin, 4 j., beiden inl. ras, van M. Van Liere te Kruiningen. Rundvee: Springstieren, minstens 2 j. oud, van inl. ras. le prijs f25, waaraan later kan toegevoegd worden worden een premie van f 15 stier, oud 2 j., N.-Holl. ras, van L. J. Roggeband te Groede; 2e prijs 115: zwartbonte, oud 2lL j., van J. J. Mol te Waarde. Stieren van inlandsch ras, beneden 2 j. le prijs f 10 zwartbonte, oud 16 m., N.-Holl. ras, van M. Kostense te Kruiningen2e prijs f 5 lichtbonte, oud l1/^ j., van J. J. Mol te Waarde. Melkkoeien, onverschillig van welk ras. le prijs f 20zwarte, N.-Holl. ras, van J. Kakebeeke te Krabbendijke2e prijs f 10 zwartbonte, inl. ras, van C. Dek te Kruiningen 3e prijs f 5 zwartbonte, oud 7 j., van M. Kostense te Kruiningen. Kalf- en melkvaarzen le prijs f 15 zwartbonte, N.-Holl. ras, van J. Kakebeeke te Krabbendijke2e prijs f 10 zwartbonte, oud 3 j., van J. J. Mol te Waarde; 3e prijs zwartbonte, N.-Holl. ras, van J. Kakebeeke te Krabbendijke. Tweetands vaarzen le prijs f 15 zwartbonte, oud 2j., le prijs a zwartbonte, oud 2 j., 2e prijs f10, zwartbonte, oud 2 j., allen van C. Der Weduwen te Kruiningen3e prijslicht bonte, oud 2 j., van J. J. Mol te Waardegetuig schrift witte vaars, oud 2 j., Holl. ras, van J. G. Van Nieuwenhuijzen te Schore. Melktandsvaarzen le prijs f 10 zwartbonte, van C. Der Weduwen te Kruiningen; 2e prijs: witkop, en 3e prijs: zwart bonte, beiden van E. Van Hootegem te Kruiningen. 3 stuks melkkoeien, onverschillig van welk ras, van éen eigenaarle prijs f 15 zwartbonte melkkoeien, N.-Holl. ras, van J. Kakebeeke te Krabbendijke; 2e prijszwartbonte melkkoeien9, 7 en 6 j. oud, van C. Der Weduwen te Kruiningen. Varkens. Zeugenle prijs f 5 zeug met biggen

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1892 | | pagina 2