v 1892 N#. 70.
Donderdag 16 Juni.
79sle jaargang.
FEUILLETON.
Een Vorstenzoon.
GOESC
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, j 1,75.
Afzonderlijke nommers 5 centmet bijblad 10 cent.
Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiën voor dit blad
aangenomen bij de heeren Nijgh Van Ditmar te Botterdam en verder
bij alle Boekverkoopers en Brievengaarders.
Inzending van advertentiën voor 8 uren op den dag der uitgave.
COURANT.
De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 cent, elke regel meer 10 ets.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs
slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 18 regels a 1,berekend.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel.
GOES, 15 Juni 1892.
Bij de gisteren te Amsterdam door de directie
der marine aldaar gehouden aanbesteding van goe
deren en materialen was voor zwemvesten de
minste inschrijver de firma Wed. J. C. Mas see
en Zoon alhier tot een bedrag van ƒ4029,75.
Op de tentoonstelling te Sommerset-East (Kaap-
Kolonie) is een eerste p r ij s toegekend voor een
Noord-Holl. stier, indertijd door dhr. E. Van den
Bosch alhier uitgezonden, en voor eene karnma-
chine, door de firma Wed. J. C. M a s s e e Zn.
geleverd.
Staatsblad no. 117 bevat een Kon. besluit van
den 23sten Mei jl., tot vaststelling van een bijzonder
reglement van politie voor het kanaal door Zuid-
Beveland.
De Haagsche kroniekschrijver van de N. Gron.
Ct. schrijft
»Het is zelfs den best ingelichten anti-revolutio
nairen niet duideljjk, hoe het in de Staten van Gel
derland op de verkiezing van jhr. mr. A. F. De
Savornin Lohman tot lid der Eerste Kamer
kon uitloopen. Men was er bijna zeker van, dat
baron Brantsen Van de Zijpe, een man van het
echte Geldersch conservatief antiievolutionair type,
tot opvolger van den heer Van Lynden van Hemmen
zou worden gekozen en dat daarna de heer Lohman
baron Brantsen in de Tweede Kamer zou vervangen.
Hoe 't nu op eens zoo ging, is, ik herhaal het, een
raadselvooreerst omdat de Staten-meerderheid in
Gelderland nu juist niet zoo ultro-Lohmans-gezind
isten tweede omdat de oud-minister met een zetel
in den senaat toch niet tevreden kan zijn en dus
zoo spoedig er een gaatje is, naar den overkant
kruipt om niet bij zijn oud-collega's Mackay, Ha-
velaar en Keuchenius achter te staanen in dat
geval kunnen de Staten weer samen komen om te
kiezen. Ik houd het voor 't naaste dat 't zoo is
gegaan in den raad der païtijgoden zal men hebben
ingezien, dat de heer Lohman geen absolute zeker
heid had van de plaats van baron Brantsen te zul
len veroveren, als deze in de Eerste Kamer overging
dan was men dus weer een zetel in de Tweede Kamer
kwijt en de heer Lohman was toch niet onder dak
Men nam dus het zekere voor het onzekere en gaf
den oud-minister alvast een prix de consolation. En
zoo werd den anti-revolutionairen Staten-leden van
Gelderland eenvoudig aangezegd, dat zij niet Brantsen
maar Lohman hadden te kiezen. Huns ondanks, tegen
wil en dank bij velen, deden zij het, bij wijze van
overgangsmaatregel'
Het Fad., dat den Minister van financiën hulde
brengt voor de wijze waarop hij het voorloopig
verslag op zijne belastingwetten heeft be-
10)
Uit het Duitsch.
De brief was afgezonden, maar niettegenstaande
alle goede voornemens gelukte het den jongen man
niet zijn ongeduld te bedwingen. Het was nauwe
lijks drie uur toen hij, na een haastigen maaltijd in
eene restauratie, reeds de lindenlaan insloeg. Op dat
uur van den dag was het daar tameljjk leêgslechts
enkele ruiters en amazones reden hem voorbij, keken
hem verbaasd aan of maakten elkander op hem op
merkzaam. Maar dat deerde hem thans niet meer
welgemoed liep hij voort, zijn leven was weder helder
en licht geworden.
In gedachten verzonken had hij niet bemerkt, dat
hem in snellen draf eene equipage naderde, die stad
waarts reed. Maar eensklaps viel er eene roos voor
zijne voeten neder en opziende ving lijj een blik
van Gabriëlle op, wel kort, maar zoo gelukkig en
stralend, dat George grooten lust had met een vreugde
kreet de paarden bij den teugel te grijpen. Hij be
dacht zich echter gelukkig, groette beleefd en zag,
dat zijn groet welwillend door mevrouw von Ullow,
die naast hare dochter zat, werd beantwoord.
Gabriëlle lief, hoe kunt ge u zei ven zoo vergeten
zeide de moeder, toen zij George voorbij gereden waren.
Wanneer een onzer bekenden dit gezien had
En Walldorf zelf, wat moet die wel denken?"
Gabriëlle bloosde. Zij had George's brief ontvangen
en een gevoel van geluk, dat ook de vermaning harer
moeder niet kon temperen, had haar tot de over
moedige daad gebracht. Walldorf is niet zoo thuis
in de vormen" gaf ze glimlachend ten antwoord.
»Als ik hem voorpraat, dat het bloemenwerpen in
September evenzoo gepast is als in Mei bij het
Corsorijden, gelooft hij het."
antwoord en een gewijzigde ontwerp-vermogensbe-
lasting ter tafel heeft gebracht, spreekt de hoop
uit, dat de Kamer het onderwerp wete aan te vat
ten in denzelfden geest van zelfbewuste kracht, van
bescheidenheid en van tegemoetkomingdan kan
er goed werk geleverd worden. »Dat het ontwerp
niet nog verbeterd kan worden, zouden wij niet
gaarne beweren", schrijft het Vad. »Nog is ons de
progressie, schoon veel systematischer, niet voldoen
de, nog achten wij de straf op onjuiste aangifte te
gering. om van kleinere dingen niet te spreken.
Maar hoe dat zij, bij de openbare behandeling kan
het gemeen overleg zeer wel tot gewenschte wijzi
gingen leiden. Thans is het tijdde zaak is voor
behandeling rijp."
O, aan excepties zal het niet ontbreken. Zoo
werd reeds in de pers gezegd, dat het werk naar
de af deelingen terug moet. De Kamer zal wijzer
zijn, Het ware de beste weg om de ontwerpen te
vermoorden.
We moeten wachten op de bedrijfsbelasting: zoo
zal een tweede exceptie luiden. Zoo ooit een excep
tie van te a/oren is teniet gedaan, dan is het wel
met deze in de Memorie van Antwoord geschied.
Dat de aanneming van dit ontwerp in geen enkel
opzicht praejudicieert op de inrichting der bedrijfs
belasting, kan wel niet meer betwijfeld worden, ter
wijl met duidelijke voorbeelden is aangetoond, hoe
beide belastingen kunnen samenwerken, om te komen
tot een belasting op alle inkomsten. Hoe dit zij,
men moet toch ten slotte over elk ontwerp afzon
derlijk oordeeles en stemmen, en het baat niets,
alles aaneen te schakelen. De goede politiek is, te
behandelen wat gereed is ter behandeling, en bij
het nieuwe werk, dat volgen kan, te rekenen met
hetgeen is afgedaan.
En eindelijk de groote exceptie kiesrecht voorop.
Zal die in ernst weder worden vernomen De
Kamer zou onverantwoordelijk handelen, wanneer
zij daaraan gehoor verleende. Er zou eenvoudig uit
volgen, dat het zetten van den eersten beslisten
stap op 't gebied van belasting-hervormiDg tot een
onbekende toekomst werd verdaagd. Dat de regee
ring volstrekt niet van zins is de behandeling der
kiesquestie te verschuiven, is voldoende aaagetoond,
maar zij is terecht van oordeel geweest, dat in
middels van anderen hervormenden arbeid niet be
hoefde te worden afgezien. De kieswet zal komen,
betrekkelijk spoedig komen, maar in elk geval, zij
is er nog niet, en een kostbare tijd zou verloren
gaan, als men, in afwachting van de behandeling
daarvan het ter behandeling gereed liggende onaf
gedaan liet. Die even onpartijdige als bescheiden
bestrijders der liberale partij, die zichzelf steeds het
monopolie van eerlijkheid en moraliteit toekennen,
mogen veilig voortgaan met haar de groote woorden,
die hun steeds ten dienste staan, voor te werpen,
dat zij haar eer wegwerpt en geen grein vertrouwen
Maar mevrouw von Ullow had geen lust om te
gekscheren. »Leer toch eindelijk eens ernstige dingen
ernstig te behandelen" klaagde ze. »Niet Walldorf is
hier de hoofdzaak, maar het ongepaste van uwe daad.
Uw eigen gevoel moest u zeggen, dat gij tegenover
een vreemden jongen man zoo niet handelen moogt."
>Mama, ben ik dan anders tegen hem dan te
Montreux
»Kind, gij weet wel, dat men in eene badplaats
niet zoo op zijn doen en laten behoeft te passen. In
Montreux was het wat andersin zulk eene negerij
behoeft men het zoo nauw niet te nemen".
»Zoo nauw niet te nemen riep Gabriëlle, ander
maal blozend, maar thans van ergernis. »Maina, wat
bedoelt u daarmede? Wat hebt u tegen Walldorf
Mevrouw von Ullow haalde de schouders op. »Ik
heb niets tegen hem" antwoordde ze ongeduldig.
»Ik wensch alleen maar, dat de vertrouwelijke om
gang van toen hier niet wordt voortgezetdat zou
in het oog loopen. Bovendien heeft uw vader niet
veel met mjjnheer von Walldorf op. Ge weet, papa
is niet heel gemakkelijk op het punt van afkomst
en familie een natuurlijke zoon van den her
tog
Zij hield op. Gabriëlle keek in hare gedachten
verdiept voor zich uit. Dat het huis haars vaders
ten gevolge van zijne afkomst voor Walldorf zou
gesloten blijven, baarde haar thans geen zorg meer
maar wat hare moeder van den tegenzin haars vaders
gezegd had, scheen haar bedenkelijker. Hoe konden
twee menschen geen sympathie voor elkafir gevoelen,
die zij beiden zoo innig liefhad twee menschen, die,
naar zij vertrouwde, in goedheid, grootmoedigheid,
plichtsbetrachting en eergevoel elkander zoo nabij
kwamen? Wanneer ze ook maar niet in vastheid
van wil op elkander geleken. Zij hoopte, dat haar
vader zou toegeven, wanneer hij zag, dat het geluk
van zijne dochter er bij op het spel stond. Deed hij
dit niet, dan zou er een zware strijd te wachten
zijn, want Gabriëlle was overtuigd, dat Walldorf
meer waardig is, de liberale partij zal wéldoen zich
daaraan in 't allerminst niet te storen, maar te doen,
wat haar hand vindt om te doen. Dan zal zij zich
verdienstelijk maken voor land en volk.
Gisteren hield de Vereeniging van
oud-leerlingen der Rijks-Landbouw-
school" te Wageningen haar zesde algemeene
vergadering welke door een vijf-en-dertigtal leden
werd bezocht.
Uit het jaarverslag door den secretaris uitgebracht
bleek dat de vereeniging ook dit jaar wederom in
bloei was toegenomen en meer en meer belangstelling
en sympathie ondervinden mocht.
De bond bestaat thans uit een eerelid (de heer
L. Broekema directeur der R. L. S.) en 150 gewone
leden.
Het orgaan van den bond het Maandbl. der Ver.
van oud-leerl. der Rijks Landbouwschoolgewijd aan
de belangen van den landbouw, mag zich in eene
toenemende waardeering verheugen en heeft ook
buiten de vereeniging vele abonnenten als lezers.
Het bestuur, dat tevens met de redactie van het
maandblad is belast, ontziet dan ook moeite noch
kosten om wat inhoud en illustratie betreft het
orgaan meer en meer te verbeteren, dank zij tevens
den toenemenden lust tot het schrijven van artikels
welke bij de leden ontwaakt. Het houdt zich over
tuigd dat juist het orgaan den bond moet vormen
tusschen de leden onderling, welke over een groot
deel der wereld verspreid zijn en buiten den bond
van zijn bloei en vooruitgang getuige moet afleggen.
De vergadering, overtuigd dat het nog meer in
het belang der leden werkzaam moet zijn, verleende
aan het bestuur een crediet van ƒ150, met het doel
dat bedrag naar zijn beste weten aan te wenden uit
sluitend in het belang der leden.
In de plaats van den heer H. F. Bultman Jr.,
welke volgens rooster aan de beurt van aftreding
was, werd tot ondervoorz. benoemd de heer dr.
J. W. C. Goedhart.
De contributie voor de gewone leden werd voor
het volgende vereenigingsjaar vastgesteld op f 5.
De rekening en verantwoording van den den pen
ningmeester den heer Hocke te Ellemeet, sluitende
in ontvangst en uitgaven met ƒ1451,71 en 964,43,
werd goedgekeurd en het batig saldo ad 487,28
op de nieuwe rekening overgeboekt.
De president de heer I. G. J. K a k e b e e k e te
Goes, tevens secretaris der Mij. tot bevordering van
Landb. en Veet. in Zeeland, spoorde de leden tot
krachtige medewerking aan van de vereeniging, welke
ongetwijfeld een schoone toekomst tegemoet gaat.
Over onze b o t er in het Buitenland
schrijft het Maandblad van dr. Van Hamel Roos
Zoowel te Parijs als te Londen zijn in den laatsten
tijd herhaaldelijk gevallen voorgekomen, dat ontwijfel-
onder geene voorwaarde zich zou terugtrekken en
ook harerzijds kon van een verloochenen harer liefde
geen sprake zijn. In de jaren van twijfel en een
zaamheid had zij haar hart niet voor Walldorf ge
sloten, hoe zou zij er dan nu den wil en de kracht
toe vinden?
Het ratelen der wielen op de straatsieenen gaf
aan hare gedachten eene andere wending. »Mama,
zult u het rijtuig van daag niet te vroeg om mij
zenden", zeide ze»ik moet hard werken, wanneer
ik met mijn schilderijtje op papa's jaardag wil
klaar komen."
Mevrouw von Ullow zuchtte. Indien ik geweten
had, dat het schilderen zoo geheel over uw tijd zou
beschikken, zou ik nooit mijne toestemming gegeven
hebben" antwoordde ze. »Ik vind het heerlijk als
jonge meisjes talenten bezitten en die trachten te
ontwikkelen, maar daarvan een bepaalde arbeid te
maken is niet comme il faut. Ik verlang volstrekt
niet, dat mijne dochter een kunstenares wordt."
»Nu, daarvoor behoeft u niet bang te zijngaf
het meisje lachend ten antwoord. Het rijtuig hield
stil, Gabriëlle steeg uit en wuifde op den drempel
hunner stadswoning staande, hare wegrijdende moeder
toe, wier blik met trotsche vreugde op hare dochter
rustte.
»Wat is ze toch mooi, wanneer ze er zoo gelukkig
en onbezorgd uitziet als dezen middag" zeide mevrouw
von Ullow tot zichzelf.
Weinig dacht ze op dat oogenblik, dat zij dit
schoone jeugdige gelaat nooit meer zoo gelukkig en
onbezorgd zou weörzien.
Toen Gabriëlle den drempel overschreed kwam
uit de portierskamer een klein oudachtig vrouwtje
met een witte muts op vlug aangeloopen.
Goeden dag, goeden dag, Gabriëlletje-lief, freule
wil ik zeggenriep ze reeds uit de verte. Alles
staat voor het schilderen gereed ja en wat
ik nog zeggen wilde Als mijne oude oogen mij niet
heelemaal beginnen te foppen is van morgen vroeg
baar echte Hollandsche en speciaal Friesche boter
als vervalscht afgekeurd werd, daar zij niet voldeed
aan de eischen, welke in de verschillende landen
aan natuurboter gesteld worden. Niet dan nadat
op overtuigende wijze aangetoond was geworden,
dat zuivere Hollandsche natuurboter de gevonden
samenstelling kon bezitten, werd de vervolging ge
staakt, doch het is duidelijk, dat voor onzen handel
zeer groot ongerief ontstaat uit de beoordeeling der
artikelen naar een anderen maatstaf dan die, welke
voor het artikel zooals het in het land van productie
voorkomt, geldend is. Een prikkel te meer voor de
samenstelling van een Code voor levensmiddelen,
waarin dus inet de gemiddelde samenstelling der
artikelen in de verschillende landen, zooals die door
locale invloeden gewijzigd is, rekening gehouden
wordt
Het is den Redacteur van dit blad aangenaam te
kunnen mededeelen, dat hij reeds zeer veel belang
stelling bij het vervaardigen van een Code voor
Nederland ondervindt. Hij houdt zich evenwel ten
zeerste voor verdere mededeelingen betreffende de
samenstelling van speciaal Hollandsche producten
aanbevolen."
De opbrengst der Rijksmiddelen over
de maand Mei 1892 bedroeg 9,728,229,27 tegen
8,729,258,82 i/3 in Mei van liet vorige jaar.
De opbrengst over de vijf eerste maanden van 1892
bedroeg 44.548,533,30, tegen 43,791,330,901/3
over de vijf eerste maanden van 1891.
Jhr. mr. V. De Stuers, te 's-Hage, wien de
candidatuur voor het lidmaatschap der Tweede Ka
mer voor het kiesdistrict Maastricht was aangeboden,
heeft daarvoor bedankt. Thans wordt de heer C.
Schreinemacher, zoon van wijlen dr. S., door
een aantal kiezers candidaat gesteld.
Omtrent den uitslag der verkiezingen
voor Kamer en Senaat in België meldt
der Brusselsehe correspondent der N. R. Ct
De vorige Kamer telde 138 leden; nl. 94 cleri-
calen en 44 liberalen de Senaat telde 69 leden, name
lijk 49 clericalen en 20 liberalen. Door de toene
ming der bevolking zal de nieuwe Kamer uit 152
leden en de Senaat voortaan uit 76 leden bestaan.
Het was nu der liberalen streven den clericalen ten
minste zóó afbreuk te doen, dat de clericale meer
derheid in de twee Kamers niet meer twee derde
der stemmen bleef bedragen. Immers, zóó groot
moet deze meerderheid zijn, opdat de clericalen de
grondwetsherziening geheel naar hunne wenschen
kunnen uitvoerenen het was er den liberalen al
lereerst om te doen, dat althans te verhinderen.
In dit hun streven nu blijken de liberalen thans
reeds geslaagd te zijn. Zij beschikken over 52 stem
men in de Kamer en over 28 stemmen in den
Senaat. Bovendien komen 10 hunner candidaten
zoo waar de jonge mijnheer von Walldorf voorbij
mijn venster gekomen."
ïüwe oogen zullen wel gelijk gehad hebben" ant
woordde Gabriëlle blozende. Maar waarom hebt ge
hem niet aangeroepen? In Montreux waait gij bei
den .zulke groote vrienden?"
De oude schudde lachend het hoofd. »Dat zou ik
wat graag gedaan hebben" zeide zij, »maar mijnheer
von Walldorf vloog zoo hard voorbij, dat ik niet
anders kon denken of hij was op weg naar de freule".
»Dan heeft mijne verstandige Doortje zich dezen
keer toch eens vergist" viel Gabriëlle haar in de
rede; »maar ik moet aan het werklater vertel ik
u eens wat van uw lieveling. Pas nu op, dat papa
mij niet komt verrassen".
Met deze woorden liep ze door, de trap op en
evenals daar straks de moedei keek nu de oude meid
haar vol liefde na. »In de hoofdzaak zal oude Door
zich wel niet vergist hebben" zeide deze, naar haar
kamertje terugkeerende. »Een mooier paar, dat
beter bij elkaar past dan onze kleine Gabriëlle en
mijnheer von Walldorf, heb ik van mijn leven nog
niet gezien".
Gabriëlle zette zich vlijtig aan den arbeid. Zij
maakte voor haar vaders jaardag eene kleine copie
in pastel van een levensgroot portret harer moeder.
Het kabinetje, waarin zich het origineel bevond,
grensde aan het studeervertrek van den kamerheer,
waarvan het slechts door gordijnen gescheiden was.
Een tweeden uitgang had het niet. Maar als oude
Door in den tuin in de handen klapte, wist Ga
briëlle, dat haar vader in aantocht was en kon zij
nog vlug door de voorkamer ontsnappen vóór haar
vader de trap opkwam. Op deze wijze was haar ge
heim tot nutoe goed bewaard gebleven en haar werk
naderde zijn voltooiing. Maar dezen middag wilde
het niet best vlotten telkens betrapte Gabriëlle er
zich op, dat ze droomend voor zich zat uit te staren.
Eensklaps sprong ze verschrikt op. Hoe was het
mogelijk, dat ze het signaal der dienstbode niet ge-