1892 N". 36.
79ste jaargang.
Donderdag 24 Maart.
GOESCHE
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten G-oes, j 1,75.
Afzonderlijke nommers 5 cent; met bijblad 10 cent.
Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en AdvertentiÖn. voor dit blad
aangenomen bij de lieeren Nijgh Van Ditmar te Rotterdam en verder
bij alle Boekverkoopers en Brievengaarders.
Inzending; van advertentiën voor 3 uren
COURANT.
De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 cent, elke regel meer 10
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs
slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 18 regels a 1,berekend.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel,
op den dag der uitgave.
N ieu we-tijd-varia
Mr. A. A. H. Besier maakt, naar aanleiding der
beschouwingen van den hoogleeraar d'Aulnis De
Bourouill, de opmerking, dat de redeneeringen, ge
bouwd op den waren en astronomischen tijd, onjuist
zijn, omdat men er ook thans niet mede rekent,
maar met den middelbaren tijd. De mensch, zegt hij,
heeft den tpd van de zon, »die de machtigst© is en
naar welke de planten- en dierenwereld zich regelt",
reeds lang overwonnen.
Terecht zegt de heer Besier, dat de wetgever bij
de regeling der opening en sluiting van de stem-
bureau's voor de verkiezingen meer aan het ontbijt
en het middagmaal heeft gedacht dan aan de zon
en evenzoo bij de bepaling van den arbeidstijd in
fabrieken geen bepaald tijdstip heeft beoogd, maai
den duur van den arbeid.
Nu is de Tijd zelf in de war er wordt dan ook
zooveel over de aanstaande verandering geschreven
en gesproken, dat dit niet te verwonderen is.
»Ik, als katholiek correspondent, zegt een inzender
van de Tijd, wil ook een duit in 't zakje gooien
en hij gooit hem er vlak naast. Immers, hij beweert
dat op 1 Mei alle missen 20 minuten vroeger zul
len beginnen, terwijl zij juist 20 minuten later zul
len aanvangen. In plaats alzoo dat, gelijk hij vreest,
op 1 Mei vele katholieken voor de mis te laat zou
den komen, zullen zij, met de nieuwe trjdregeling
geen rekening houdende, .20 minuten te vroeg in
de kerk komen. Hierbij is met den schrijver aange
nomen, dat de Kerk de nieuwe tijdsbepaling over
neemt doet zjj dit niet, dan komen de kerkgangers
noch te laat noch te vroeg.
Sommige geleerden schijnen zich ongerust te ma
ken over een ziekte, die binnenkort, waarschijnlijk
epidemisch zal worden. Blijkbaar heeft men de rechte
diagnose nog niet gevonden en vruchteloos zoekt
men haar naam in de thans bestaande woordenboe
ken. Intusschen kunnen wij mededeelen, dat zij niet
gordelroos heet, maargordeltijd. Arnh. Ct.)
Ter waarschuwing. In een der bladen kwam
dezer dagen eene advertentie voor van den volgenden
inhoud
»The International Employment Agency R 44.58
River St. Chicago III U. S. A. verschaft posities en
betrekkingen van allerlei soort, in de Vereenigde
Staten, voor Dames en Heeren. Goede betrekkingen
tegen hooge salarissen voor Zaakkundigen, Handels
lieden en Werklieden."
Alhoewel aan den inhoud dezer advertentie zeer
weinig geloof slaande, wenschte een ingezetene van
Eindhoven toch gaarne te weten wat hiervan was
en wendde hij zich te dien einde tot den Neder-
landschen consul te Chicago. Dezer dagen ontving
hij van dezen een schrijven, waarin o. a. het volgende
werd medegedeeld
»Naar mijn inzien is die advertentie van »The
International Employment Agency" niets anders dan
eene poging om lichtgeloovige lui wat geld uit den
zak te kloppen.
»De toestand in Chicago is thans van dien aard,
dat duizenden menschen (men berekent ongeveer
30000) zonder werk zijn. Yan alle kanten van Ame
rika en ook uit Europa zijn duizenden hierheen ge
stroomd met het idéé dat er volop werk was en
helaas, zijn daarin bitter teleurgesteld.
»Geen dag gaat er voorbij, dat er niet een of
meer Hollanders op mijn kantoor komen met het
verzoek hen aan werk te helpen. De toestand van
sommigen is alles behalve benijdenswaardig,, en ik
zou niemand aanraden naar Chicago te komen met
het doel om hier eene betrekking te vinden."
GOES, 23 Maart 1892.
Nadat men op 11 Februari jl. met gunstig
gevolg de fundeering van het buitensluishoofd der
nieuwe schutsluis aan het Sas van Goes had
drooggezet en het geheel voor het optrekken der
muurwerken had in gereedheid gebracht, heeft de
voortzetting der werkzaamheden geruimen tijd moe
ten wachten op gunstiger weersgesteldheid dan de
eerste helft der maand Maart medebracht.
In de voorgaande week heeft men de werkzaam
heden kunnen hervatten en de hardsteenen slag
dorpels van het buitensluishoofd gelogd en gesteld,
waarna het metselwerk kon worden aangevat, het
welk thans met kracht wordt voortgezet.
De kuip der fundeering van het binnensluishoofd
wordt op gelijke wijze van een tweeden wand met
aanvulling van vette baggerspecie voorzien, als bij
het buitensluishoofd met goed gevolg werd toegepast.
De droogzetting dezer ftmdeering kan nu in de
volgende week worden tegemoet gezien.
Nu het contingent voor de Nat. Militie,
lick tin 1892, voor onze gemeente op slechts 17 is
bepaald en enkele reclamanten op gebreken voor
den dienst geschikt zijn verklaard, zal naar bereke
ning no. 34 of 36 het laatste dienstplichtig nummp"
zpn. Intusschen is men voor December daarvau niet
zeker, aangezien nog tot dien tijd afkeuring kan
plaatshebben van tbans voor den dienst aangewezenen,
die tijdens den dienst ongeschikt worden bevonden,
tengevolge waarvan nog hoogere nummers kunnen
worden opgeroepen, wat meermalen gebeurt.
De installatie der nieuw benoemde officieren
bij de dd. schutterij alhier is bepaald op Maandag
4 April des namiddags half vijf uren. Na afloop
daarvan zal eene gewone wapenoefening worden
gehouden.
Ten einde de liberale partij op Zuid-Beveland
in staat te stellen meer kracht te ontwikkelen, is
te Ëllewoudsdijk eene liberale kiesver-
eeniging opgericht. Zij draagt den naam van
Vooruitgang" en telt reeds ruim 20 leden. Tot
bestuursleden werden gekozen de beeren C. J. Eind
hout, F. C. P. Rijnberg, A. J. Vroegop en F. C.
Van Strien. (V. R. Ct.)
Tot lid van den gemeenteraad van Middelburg
is gekozen de heer L. K. Van der Harst J.Jz.,
met 602 van de 946 geldige stemmen.
De Zutfensche Courant ontvangt van haren
welbekenden Haagschen coiTespondent het volgende
schrijven over de belastingvoorstellen
Zelden heeft een afdeelingsonderzoek zooveel tijd
gevorderd als dat over de belastingvoor
stellen van den Minister Pierson, maar, naar ik
verneem, is bet gisteren toch eindelijk afgeloopen.
Als men vraagt hoe het onderzoek is uitgevallen,
krijgt men vrij algemeen ten antwoord: Niet on
gunstig ontvangen, zelfs niet door de leden dei-
rechterzijde, maar tegen de onderdeelen heeft men
tal van bezwaren. Nu, daarvoor kan dan de schrif
telijke gedachtenwisseling dienen om die bezwaren
zooveel mogelijk uit den weg te ruimen. En van
geen liberaal is het toch zeker te verwachten, dat
hij om bezwaren van ondergeschikten aard de plannen
der regeering in duigen zou willen laten vallen.
Volmaakte wetten zijn zeker ook van deze regeering
niet te wachten, maar is eenmaal de grondslag ge
legd, dan kan daarop later worden voortgebouwd.
De meest algemeens grief is wel deze, dat de Minister
nog slechts een deel van zijn plan vau belasting
hervorming in uitgewerkte wetten bij de Tweede
Kamer heeft aanhangig gemaakt en de andere ontwer
pen nog slechts heeft aangekondigd, zonder in bij
zonderheden aan te geven, welke de inhoud zal zijn.
Maar in ernst kan van den Minister niet verwacht
worden, dat hij nu reeds met alles gereed zou zijn.
Wat niet wegneemt, dat enkele van de toegevoegde
ontwerpen zoo nauw met de ingediende samenhangen,
dat zij zeker binnen korten tijd zullen worden inge
diend. Waar de Minister voorstelt, een bedrag van
tien millioen nieuwe of verhoogde belastingen te gaan
hetfen, daar spreekt het eigenlijk van zelf, dat tege
lijkertijd voor datzelfde bedrag belastingen behooren
te worden afgeschaft. De vermindering van de zout-
belasting en de vermindering van de grondbelasting
op dit oogenblik nog niet ingediend behooren dus
wel degelijk tot die categorie van belastingvooistellen,
die ook uit een fiscaal oogpunt met elkaar éen ge
heel vormen. Maar met de herziening van het personeel
en met de bedrijfsbelasting is dat geheel anders. Zon
der eene nieuwe bedrijfsbelasting zou natuurlijk nog
slechts half werk zijn verricht, omdat dan wel de
inkomsten uit vermogen, maar nog niet de inkomsten
uit arbeid voorzoover ze niet vallen onder de
patentbelasting afzonderlijk belast zouden zijn,
maar is dat nu een onoverkomelijk bezwaar Worden
de inkomsten uit arbeid niet het meest getroffen door
het personeel Was het niet voornamelijk te doen
om opheifing van het privilege van het roerend goed V
Zal eenig Minister, als de vermogenbelasting tot stand
is gekomen, de omwerking van de patentbelasting
kunnen laten liggen Kan half werk niet voortreffelijk
werk zijn, indien het tevens den weg aanwijst, die
moet worden vervolgd Is vooral op belastinggebied
het betere niet maar al te dikwijls de vijand van het
goede V Het toont misschien weinig politiek doorzicht,
maar als ik mee moest stemmen, zou ik vóór de
eindstemming mij eerst afvragenWordt er een
stap in de g jede richting gedaan door den zeepuccijns
af te schaffen, den zoutaccijns te verminderen, de mu
tatierechten tot een klein percentage terug te brengen,
de hoofdsom der grondbelasting lager te stellen, de
rijkstollen te doen verdwijnen en in plaats van dat
alles eene vermogensbelasting in te voeren en den
jeneveraccijns iets te verhoogen en van het
antwoord op die vraag zou ik mijne stem laten
afhangen. En als men nu zegtover dat alles
kunnen we niet oordeelen, voor dat we de bedrijfs
belasting vóór ons hebben, dan ligt dat natuurlijk
aan mijne geringe politieke ontwikkeling, dat ik
dat niet begrijp. Maar dit is toch zeker, dat de
politiek van alles of niets ons reeds veel kwaad
heeft berokkend. Moest daarop ook dit werk weder
afstuiten, de liberale partij zou toonen. nog niets
te hebben geleerd.
Een der Haagsche correspondenten van de
Amsterd. meldt, dat het ontwe r p-bed r ij f s -
belasting eenige dagen geleden bij den Raad
van State is ingekomen.
De Zwolsche Courant vestigt er de aandacht
op, dat bij v e r a n d e r i n g van den t ij d de
almanakken verkeerde opgaven zullen behelzen,
waarom het beste wordt geacht den gordeltijd eerst
bij den aanvang van het nieuwe jaar in het maat
schappelijk leven in te voeren.
Ook verneemt het blad van goeder band", dat
de Regeering overhelt tot tei-ugkeer op haar eerste
besluit om de algemeens invoering in ons laud te
bevorderen.
Prof. A. A. W. Hubrecht beeft bewijzen van
instemming met zijn denkbeeld omtrent den zöne-
t ij d uit de meest verschillende deelen des lands van
talrijke zijden ontvangen.
Daar voor gemeenschappelijk optreden de tijd te
kort is, geeft hij in overweging, dat ieder voor zich
in eigen kring propaganda make voor het opstellen
en onderteekenen van gezegelde adressen aan den
Minister van binnenlandsche zaken. Voor zoodanig
adres kan het hier volgende misschien als concept
dienen
Aan Zijne Excellentie den Minister van
Binnenlandsche Zaken
geven met verschuldigden eerbied te kennen de
ondergeteekenden,
dat zij, indachtig aan de belangrijke gevolgen die
zuilen voortvloeien uit de invoering van den zoo-
genaamden zóne- of gordeltijd op een groot gedeelte
van het Europeesche spoorwegnet tegen den eersten
Mei aanstaande,
lo. zich overtuigd houden dat in het algemeen
belang het samenvallen van den spoorwegtijd en den
burgerljjken tijd zeer wenschelijk is
2o. levendig hopen dat het alsnog mogelijk zal
blijken de nieuwe tijdregeling voor Nederland te
doen samenvallen met die welke in de Midden-Euro-
peesche zóne geldt, en wel op gronden, eenerzijds
van hygiëniscken, andererzijds van economischen aard,
zooals die dezor dagen in verschillende organen der
dagbladpers ontwikkeld zijn.
Redenen waarom zij uwer Excellentie eerbiediglijk
in overweging geven het alsnog daarheen te willen
leiden, dat geene verandering in de burgerlijke tijd
regeling ingevoerd worde, dan zoodanige die Neder
land in aansluiting brengt met den zöae-tgd voor
Midden-Europa.
't Welk doende, enz.
Datum). (Handteekenmgen).
Willen wij meent de lieer Hubrecht aan
het gevaar ontkomen, dat met lo. Mei de Green-
wich-tijd definitief voor Nederland geldig verklaard
worde, en willen wij Nederland in de vele voordeelen
laten deelen, die van eene aansluiting bij den tijd
van Midden-Europa het gevolg zouden zijn, zoo is
het wenschelijk dat de regeering ten spoedigste de
overtuiging erlange, dat eene gvoote meerderheid in
het land te dezer zake eene besliste meening is toe
gedaan. Eene meening die met godsdienstige of poli
tieke overwegingen niets heeft uit te staan, en die
daarom des te vrijmoediger en algemeener zal kunnen
worden uitgesproken.
Blijkens telegram van den gouverneur-generaal
van Nederl.-Indië van 22 dezer wordt de gouver-
uements-koffieoogst op Java voor dit jaar
thans geraamd op 495,430 pikols.
Aan de Zuiderzee-vereeniging heeft
H. K. H. de Groothertogin van Saksen een opmer
kelijk antwoord gezonden, waarvan ons een en ander
is medegedeeld.
Zij spreekt hare waardeering uit van het streven
der Vereeniging en verklaart hare warme belang
stelling in het zeer gewichtige, ernstige, nationale
vraagstuk, dat in zijne gevolgen zoo belangrijk kan
worden voor de ontwikkeling van Nederland.
Prinses Sophie vertrouwt, dat nu de zaak zoo
veelzijdig is onderzocht geworden en met de ver
schillende belangen rekening gehouden is, eerlang
tot den aanvang van het groote werk zal kunnen
worden overgegaan, waardoor zij een harer liefste
wenschen zoude in vervulling zien komen. (Hbl)
C a p r i v i en de Duitsche Keizer hebben zich
met elkander verstaan. Caprivi blijft rijkskanselier,
maar zal de betrekking van Pruisisch minister
president nederleggen. De aanvraag van den minister
Zedlitz om ontslag is door den Keizer aangenomen.
Het is nog onzeker, wie tot Pruisisch minister
president zal worden benoemd.
Provinciale Staten van Zeeland.
Vergadering van Maandag 21 Maart 1892.
Tegenwoordig de Commissaris der Koningin, Voor
zitter, 36 leden en de Griffier.
Afwezig de heeren Brevet, Risseeuw, Hammacher,
Van Lijnden, Pompe Van Meerder voort en Van
Deinse.
De notulen der vorige vergadering worden gelezen
en goedgekeurd.
Aan de orde wordt gesteld het algemeen verslag
der afdeelingen betreffende het voorstel van Ged.
Staten om vooralsnog geen krankzinnigengesticht
voor rekening der provincie te bouwen, en om met
de besturen der gestichten te Loosduinen, Dordrecht
en Coudewater overeenkomsten te sluiten tot ver
pleging van krankzinnigen aldaar.
Ingekomen is een schrijven van de Inspecteurs
over de gestichten, dat gedrukt en rondgedeeld
is, en waarin op de oprichting van een eigen ge
slicht voor 250 krankzinnigen wordt aangedrongen.
De heer Van Waesberghe Janssens beveelt de voor
stellen van Ged. Staten aan. Reeds vroeger is dooi
den Geneeskundigen-raad op de oprichting van een
eigen gesticht aangedrongen. In 1886 is echter door
de Inspecteurs beslist dat het niet wenscheljjk was,
Protestanten door Kath. broeders te doen verplegen
die stelling wordt niet algemeen gedeeld, zooals blijkt
in Coudewater, waar meer dan de helft der verpleeg
den Protestant is. Maar gaat men met die stelling
der Inspecteurs mee, dan is het evenzeer wensche
lijk Katholieken door Katholieke broeders en zusters
te doen verplegen. De mogelijkheid diartoe wordt
door het tegenwoordig voorstel geopenddaarom
juicht spreker het toe. In het verslag is echter een
zinsnede, die spr. zou doen vermoeden, dat Ged.
Staten het gesticht zullen moeten aanwijzenspr.
meent evenwel, op grond van artt. 13 en 16 der
krankzinnigenwet, dat de aanwijzing van het gesticht
aan de bloedverwanten moet verbljjven.
De heer Hennequin sluit zich aan bij den lof aan
het voorstel gebracht. Waar echter voor de gods
dienstige verpleging gezorgd wordt, twjjfelt spr. of
dit voor alle gezindheden gedaan wordtmet name
of de Israëlieten ook keuze hebben, zoodat ze naar
de eischen van hun godsdienst kunnen worden
verpleegd.
De heer Snijders is niet ingenomen met het voor
stel, omdat het niet voldoende toegelicht is. Eene
vergelijking tusschen de kosten van oprichting van
een eigen gesticht en die der verpleging in andere,
ontbreekt. Spr. wenscht voor te stellen, het eerst8
punt van het besluit aan te houden tot de zomer
vergadering en inmiddels Ged. Staten te machtigen
tot het sluiten der overeenkomsten met Dordrecht,
Loosduinen en Coudewater.
Dit voorstel wordt ondersteund.
De heer Heijse bestrijdt dit voorstel. In uitstel
tot de zomervergadering bestaat bezwaar. Wordt nu
geen contract gesloten, dan zullen na de zomerzit-
ting de besturen geen lust meer hebben en in No
vember zullen we met onze verpleegden Delft moeten
ontruimen, zonder te weten waarheen. Want als wij
in den zomer besluiten tot de oprichting van een
gesticht, zullen de besturen niet voor een of twee
jaar willen contracteeren om onze verpleegden op te
nemen, waarvoor ze andere verpleegden moeten weg
zenden De heer Snijders schijnt te meenen dat de
berekening van Ged. Staten van ƒ1000 a ƒ1400
per bed te hoog is; spi. toont echter aan, dat de be
rekening van Ged. Staten klopt met die van de Inspec
teurs. Bovendien kan de vergadering altijd later nog
beslissenmaar tbans moeten we geholpen worden
laten we dan de nu te sluiten contracten beschou
wen als te zijn gesloten voor een proeftijd. Spreker
vraagt verder of het noodig is, eene specifieke be
rekening te maken van de jaarlijksche kosten van.
een provinciaal gestichtde overige kunnen alleen
bestaan door jaarlijksche bijdragen of contributiën.
Een eigen gesticht zou dan ook ongetwijfeld meer
geld kosten dan het nu gedane voorstel. Spr. wijst
verder nog op de groote moeilijkheid van 't vinden
van goede verplegersdeze vindt men 't meest on
der hen, die zich uit een godsdienstig oogpunt aan
de verpleging wijden't is een voordeel van het
voorstel van Ged. Staten dat het de gelegenheid
opent, de keuze in verhand daarmede te doen.
De heer Snijders verdedigt zich tegen het zijde-
lingsch verwijt van den heer Heijse, dat bij minder
hart voor het lot der krankzinnigen zou hebben,
en zet nader zijn standpunt uiteen.
De heer Den Boer toont met cijfers, ontleend aan
de aanbesteding van gestichten te Loosduinen, aan,
dat het door den heer Heijse aangegeven cijfer van
1400 per bed alleszins juist is. Spr. vereenigt
zich verder met de meening der heeren Hennequin
en Janssens, dat verpleging naar de godsdienstige
opvoeding noodzakelijk is, en haalt als bewijs aan,
dat herstellend^ krankzinnigen soms moesten ver-