1892 N°. 1. Zaterdag 2 Januari. 79sle jaargang. GOESGHE De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond, uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, j 1,75. Afzonderlijke nommers 5 centmet bijblad 10 cent. Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiën voor dit blad aangenomen bij de heeren Nijgh Van Ditmar te Rotterdam en verder bij alle Boekverkoopers en Brievengaarders. Inzending van ndvertentiën voor 8 uren op den dag der uitgave. COURANT. De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 cent, elke regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie word de prijs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 18 regels a 1,berekend. Dienstaanbiedingen, niet meer dan regels beslaande en contant betaald, 20 ct. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel. 1 S 1. H. Konden we in het eerste gedeelte van dit jaar overzicht een opgewekter toon aanslaan dan verleden jaar bij de beschouwing van den huidigen politieken toestand van ons vaderland, ten opzichte van den algemeenen maatschappelijken toestand kunnen we dit, helaasniet doen. Op dat gebied toch valt nog weinig verbetering waar te nemen en handel, nijverheid en landbouw verkeeren nog voortdurend in benarde omstandig heden. Wel valt te dien opzichte eenige verbetering te constateeren en mag met name erkend worden, dat na den barren winter van 1890 op 1891 de landbouw niet die schade heeft geleden, die verwacht en gevreesd werd, maar toch, van eene blijvende verbetering, van een voortdurenden vooruitgang valt niet te gewagen. Trouwens, ook te dien opzichte kan de regeering veel doen tot herleving van deze bron van bestaan, voor Nederland van zooveel belang. En al geeft het geharrewar in de Tweede Kamer over de quaestie of de landbouwaangelegenheden bij het Departement van Waterstaat dan wel bij dat van Bin- nenlandsche Zaken moeten worden behandeld, voor- loopig geen al te hoogen dunk van den ernst, waar mede een groot deel der volksvertegenwoordiging de landbouwbelangen wenscht te behartigen, toch is het bemoedigend in hooge mate, dat de tegenwoordige minister van waterstaat, handel en nijverheid bij het jongste begrootingsdebat het bewijs leverde door drongen te zijn van de waarheid, dat de landbouw als een der hoofdbronnen van bestaan van ons Neder- landsche volk recht heeft vertegenwoordigd te zijn en dat de minister daarbij verklaarde »dat de regee ring ten zeerste bereid is tot de instelling van een landbouwraad mede te werken11. Wanneer dan die landbouwraad, samengesteld uit der zake kundige mannen, weet wat hij wil en der regeering met deugdelijke adviezen ter zijde staat wanneer die adviezen zich ook op financiëel gebied mogen uitstrekken en in dat geval bij den minister van financiën een willig oor vinden, dan kan inder daad voor den landbouw een beter tijdperk aanbre ken en met zijne toenemende welvaart ook die van onze streken weder opbloeien. We stonden een oogenblik in het bijzonder stil bij de hoofdbron van bestaan van ons platteland, omdat daarmede de welvaart van ons stadje ten nauwste samenhangt en dit te meer sedert de in dustrie schier geheel heeft opgehouden hier te bloeien. Op dat gebied toch heerscht er hier volslagen malaise en bij luttele jaren geleden vergeleken is nog grootere achteruitgang waar te nemen. In eene kleine plaats als de onze doet ieder gemis van dien aard zich gevoelen en ondervindt de geheele bevolking daarvan in meerdere of mindere mate den druk. Hot mag daarom verwondering baren, dat weder een jaar verstreek zonder dat van eenige ernstige poging vernomen werd om op eenigerlei wijze aan dat gemis tegemoet te komen. Zijn er dan geene mannen van ondernemingsgeest meer in ons midden, die eemg middel durven beproeven om de nijverheid alhier opnieuw te doen bloeien We hopen van harte, dat het jaar, dat we thans zijn ingetreden, op die vraag bevestigend zal antwoorden, doordien mannen van kapitaal en kloeken ondernemingsgeest eene ernstige poging daartoe wagen en nieuwe welvaart het deel van ons stadje worde. Dan zal ook de scheepvaart weder opleven, die door het verdwijnen van de meelfabriek zulk een gevoeligen slag ontving en dat juist, nu zulke be langrijke sommen gelds ten koste worden gelegd aan de sluizen van onze haven. Ook met die werken aan het Sas was men in het afgeloopen jaar verre van gelukkig. De eene onvoor ziene omstandigheid voor en de andere na was oor zaak, dat het werk herhaaldelijk moest worden ge staakt of slechts langzaam kon worden voortgezet en we gelooven, dat zelfs deskundigen moeielijk bij benadering zullen kunnen voorspellen, wanneer die werken tot een goed einde zullen zijn gebracht. Door dit alles laat de toekomst zich voor onze naaste omgeving verre van rooskleurig aanzien en daarom is het meer dan noodig, dat het bestuur mzer gemeente is en blijft in handen van personen, die door hunne practische ervaring en door hunne nauwgezetheid als aangewezen zijn de belangen onzer gemeente te behartigen. Voor zoover we hierbij het oog hebben op het uitvoerend college van ons stadsbestuur mogen we ons gelukkig prijzen, dat daarin geene verandering kwam, ook niet door de periodieke zomerverkiezing, en we uiten van ganscher harte den wensch, dat ook 1892 ons die goede leiding doe behouden. En voor wat den gemeenteraad aanbelangd achten, we vooralsnog de daarin gebrachte wijzigingen verbetering. We zeggen dit zonder iets te willen af dingen op de personen zeiven, die met het vertrouwen der kiezers werden vereerd, noch ook uit eenig partij- oogmerk, maar alleen, omdat we meenen dat krach tiger figuren, mannen van meer veelzijdige ontwik keling en met meer practische ervaring, mannen van krachtiger initiatief in de gegeven omstandigheden het college van B. en W. dienden ter zijde te staan in dit verre van gemakkelijk tijdperk. We zullen de lijdensgeschiedenis der jongste gemeenteraads-ver- kiezingen niet opnieuw onzen lezers voor den geest roepen. Genoeg zij het te constateeren, dat door wederzijdsch wantrouwen bij een deel der katholieken en liberalen deze beide partijen het onderspit dolven en twee personen tot het stadsbestuur werden ge roepen, waarvan éen zijne taak zoo wel begreep, dat hij begon met drie maanden zich aan de door hem aanvaarde werkzaamheden te onttrekken, omdat zijn persoonlijk belang in botsing kwam met het onmid dellijk aanvaarden der betrekking. We gelooven niet, dat de geschiedenis vele voorbeelden bevat waaruit blijkt, dat het juist zulke mannen zijn, die in be narde omstandigheden den weg ter verbetering wijzen. Doch daarom behoeven we nog niet te wanhopen. Gelukkig bevat onze gemeenteraad bij alle partijen nog degelijke en ernstige mannen, aan wie met ver trouwen de gang der zaken mag worden toevertrouwd en overgelaten. Mogen zij ook in 1892 de kracht en den lust blijven behouden om ten bate van onze belangen werkzaam te zijn. We eindigen met dezen wensch ons overzicht van de gebeurtenissen in ons vaderland, na onzen dank gebracht te hebben aan zoovelen, die ons ook in het afgeloopen jaar hun gewaardeerden steun bleven betoonen of medewerkten om ons blad in bloei te doen toenemen en na onzen geabonneerden en lezers een goed en gelukkig jaar toegewenscht te hebben. Over het buitenland kunnen onze beschouwingen kort zijn. Immers, al geschiedde er in ieder land van Europa afzonderlijk veel wat niet onbelangrijk mag genoemd worden, van grooten invloed op de wereldgeschiedenis waren die feiten toch niet. De vrede werd ook in 1891 niet verstoord en door de nauwe aaneensluiting tusschen Duitschland, Oostenrijk en Italië eenerzijds en Frankrijk en Rus land anderzijds, staan twee machten tegenover elkaar, die tamelijk wel tegen elkander opwegen en daarom elkander in bedwang houden, het zekerste middel, al is het ook het duurste, om den vrede te doen voortduren. Trouwens, schier iedere staat heeft voorloopig genoeg te doen tot bevordering van orde en rust en herleving van handel en industrie binnen zijne eigene grenzen en ook deze werken des vredes zijn een hechte waarborg tegen een oorlog in de naaste toekomst. De sociale vraagstukken leggen in elk land beslag op al de werkkracht van regeering en volksvertegenwoordiging, omdat overal wanverhou dingen moeten worden weggenomen en aan recht matige grieven moet worden tegemoetgekomen. Moge men in 1892 ook in den vreemde op dat gebied eene belangrijke schrede voorwaarts doen, dan zal de volkswelvaart ook elders ongetwijfeld toenemen en zal de geest van ware humaniteit, die geen grenzen kent, zich allerwege meer en zuiver der openbaren. In het afgeloopen jaar had Nederland o. a. het verlies te betreuren van de navolgende landgenooten, die aanzienlijke ambten hebben bekleed of in de be oefening van wetenschap of kunst zich verdienstelijk hebben gemaakt G. L. Baud, oud-minister van koloniën, mr. H. H. Van Cappelle, Joh. J. H. Verhuist, mr. II. C. Ver niers Van der Loeff, mr. P. H. Saaymans Vader, oud-lid der Tweede Kamer, mr. C. M. J. Willeumier, oud-hoogleeraar te Amsterdam, E. J. H. W. baron d'Olne, lid van de Tweede Kamer, dr. K. A. Rom- bach, oud-lid der Tweede Kamer, J. H. Bybau, oud lid van Gedeputeerde Staten van Zeeland, dr. J. J. Kreenen, inspecteur van het lager onderwijs, W. P. Wolters, letterkundige, M. D. graaf v. Limburg Stirum, gep. luit.-generaal, oud-minister van oorlog, dr. G. D. L. Huet, oud-hoogleeraar in de genees kunde, J. Bosboom, M. H. Insinger, lid van de Eerste Kamer, mr. H. J. Dyckmeester, lid der Tweede Kamer, mr. M. A. Van den Acker, raadsheer in den Hoogen Raad, jhr. mr. J. F. Schuurbeque Boeije, oud-lid der Tweede Kamer, Joh. Th. Stracké, beeld houwer, dr. A. Kuenen, hoogleeraar bij de theolo gische faculteit te Leiden, C. Donker, lid der Eerste Kamer. In het buitenland zijn o. a. overleden Baron Haussmann, gewezen prefect van het dep. der Seine, Prins Boude wijn, vermoedelijk troonop volger van België, Meissonnier, Charles Bradlaugh, Emile Blauwaert, zanger, dr. L. Windthorst, Prins Jerome Napoleon, Victor Van Hove, Belgisch schilder en beeldhouwer, Moltke, Prins Alexander van Saksen- Weimar, Jules Grévy, gewezen President der Fransche republiekGrootvorstin Alexandra van Rusland Boulanger, Karei I Frederik Alexander, koning van Wurtemberg, C. S. Parnell, hoofd der Iersche party in Engeland, Pedro II, gewezen Keizer van Brazilië. GOES, 1 Januari 1892. Bij het examen middelbaar onderwijs boek houden K XII is o. a. geslaagd mej. J. C. D e Graaf, uit Goes. Ierseke. De opbrengst der nieuwjaars collecte bedraagt, met inbegrip van wat brood, spek en steenkolen, ruim 330. »De Nederlandsche Staten-Gene- r a a 1", zegt de Arnh. Ct., »gaan in sommige dingen lijnrecht tegen de natuur iner gaat bijna geen jaar voorbij, waarin zij tot hunne langste dagen maken de donkere, uiterst korte, die de Kerstmis voorafgaan. Wij herinneren ons echter geen jaar, waarin zij in dit opzicht zoo ver zijn gegaan als in 1891. Den 18den December, toen de zon, volgens den almanak, 's ochtends te 8 uur 3 minuten op en 's namiddags te 3 uur 51 minuten onderging, en de natuurlijke dag dus, wèl geteld, zeven uren en achtenveertig minuten lang was, drie dagen vóór den allerkortsten dag van het jaar, begon de Tweede Kamer der Staten-Generaal haren arbeid des voormiddags te elf uur, om eerst des nachts half twee uiteen te gaan. Daar van dezen tijd voor de gewone en voor de middagmaalpauzen drie uren afgaan, zoo werkten de leden dien dag dus 11J/2 uur, vierdehalf uur meer dan de sociaal-democraten geoorloofd vinden, ruim vier uur meer dan de natuur". In het jongste nommer van het staatkundig en staathuishoudkundig weekblad Nederland wijst de heer Sprenger van Eyk op het streven der admini stratie om successierechten te heffen van de uitkeeringen der levensverzeke ringen en begrafenisfondsen bij het overlijden der verzekerden. Reeds in-1850, toen men bezig was eene nieuwe wet op het recht van successie te maken, werd zij door de Tweede Kamer verdacht belust te zijn op het heffen van recht van die uitkeeringen. De Regee ring protesteerde tegen deze verdenking, maar de Kamer vond het toch geraden in de wet een waar borg op te nemen, dat dit niet zou geschieden. Die waarborg werd in de wet opgenomen en vijf-en- twintig jaar lang onthield zich de administratie van eene poging. Nu echter de levensverzekeringen toenemen en het successierecht tot de rechte lijn is uitgebreid, vordert de administratie successierecht van de uitkeeringen aan de erfgenamen gedaan door maatschappijen van levensverzekering, ingevolge contracten door erflaters Ging de nieuwe leer van de administratie op, dan zou de belasting in het bijzonder drukken op tal van kleine boedels en zou menige kleine nalaten schap, door het mederekeuen van de uitkeering uit een begrafenisfonds, juist even boven het cijfer der vrijstelling komen en dus extra zwaar gedrukt worden. Als de administratie ontdekt dat en terecht naar het oordeel van den heer Sprenger Van Eijk geen aangifte van die uitkeeringen door de erfge namen is gedaan, dan doet zij dezen een proces aan. Reeds tweemaal heeft zij zoodanig proces verloren, en zij heeft het beter gevonden de zaak niet voor den Hoogen Raad te brengen en maar rustig voort te gaan met hare vordering. De heer Sprenger Van Eijk vraagt»Zal er nu nog langer worden voortgegaan met het bemoei lijken der erfgenamen van hen, die zulk een nuttig werk deden als het sluiten eener levensverzekering en met de groote ongelijkheid in de behandeling van hen, die in gelijk geval verkeeren De Minister van Justitie heeft aan de colleges van regenten over de strafgevangenissen en de hui zen van bewaring, tevens hulpstrafgevangenissen, eene circulaire gericht, waarin wordt medegedeeld, dat de inspecteurs voor het staatstoezicht op krankzin nigen het noodzakelijk achten, in de gelegenheid te zijn door psychiatrische observatiënin de gevangenissen bekend te worden met den toestand van gevangenen, die uit een krankzinnigengesticht met een verklaring van met-krankzinnigheid of van te zijn hersteld naar de gevangenis zijn teruggebracht. De minister wenscht hun de verlangde gelegenheid te verschaffen en verlangt zelfs, dat zij bij hunne bezoeken al die hulp en inlichtingen zullen ontvan gen, welke zij tot het volbrengen van hun taak be hoeven. Daarom heeft hij aan bovengenoemde colleges verzocht, de betrokken ambtenaren bij de kennis geving dat de genoemde inspecteurs voor het be oogde doel tot de gevangenis moeten worden toe gelaten, tevens met bovenvermeld verlangen bekend te maken. Uit den Haag schrijft men aan de Arnh. Ct. »De bijeenkomsten van het Leger des Heils beginnen, zooals zij terecht verdienen, meer en meel de aandacht te trekken. Een der laatste vergaderingen, waar, als naar gewoonte, »de hemelsche blijdschap met groote trom" verkondigd werd, is door een aantal bezoekers uit de hoogere klassen der maat schappij bezocht geworden. De hoofdgedachte, die aan de Yereeniging ten grondslag ligt, namelijk dat, wie voor het zedelijk heil zijner naasten wil werk zaam zijn, in de eerste plaats naar hunne materiëele lotsverbetering moet streven, is volkomen juist. Het is kostbaarder dan de kostelooze verspreiding van traktaatjes, maar het verschaft meer afdoende hulp. Dat de Vereeniging nu reeds veel nut sticht, kan door niemand ontkend worden. Zoo moeten onlangs door haar te Veendam op éen avond veertien dronk aards zijn bekeerd. Er heeft inderdaad zegen gerust op deze zegen visscherij, die aan de wonderdadige vischvangst herinnert. Het moet een heele taak zijn geweest, eer de buit behoorlijk op den wal in vei ligheid was gebracht. Hoe velen er weder in hun natuurlijk element zijn teruggesparteld wordt niet gemeld, maar indien men ook een ruim percentage voor de spillagie aftrekt, blijft de netto-winst in het boek des levens toch aanzienlijk. Iedereen zal moeten erkennen, dat het een sterk stuk" is geweest en het is toch voornamelijk daardoor, dat de me nigte wordt gewonnen. De methode, waarvan het Leger des Heils zich bedientherinnert aan. de dressuur der honden en paarden in den circus. De karwats wordt met het klontje suiker afgewisseld. Het geloof aan de eeuwige verdoemenis, dat als zweep moet dienst doen, blijft natuurlijk behouden, maar daarbij voegt zich als de hulp in den mate- riëelen nood het klontje suiker. Zooals men de viervoetige kunstenaars allerlei toeren ziet vertoonen, terwille van de lekkernij, die de baas in zijn zakken draagt, ziet men soms onze medemenschen wonder lijke evolutiën verrichten, om het lokaas machtig te worden, dat hen voor oogen wordt gehouden. Het is treurig dat men tot zulke middelen zijn toe vlucht moet nemen, om van zijn medemenschen iets te verkrijgen, maar practisch is het in hooge mate. Kerkelijke Zaken en Onderwijs. Aan ds. K. Loggers te Westkapelle is toe zegging van beroep verleend naar Wissekerke. Gemengde Berichten. De wisseling van kou en warmte, influenza of eene andere ziekte teisteren »Artis" te Amster dam. In de groote roofdierengalerij zijn niet minder dan zestien dieren gestorven, onder welke de groote koningstijger, eene groote leeuwin enz. Den eenen dag gaan zij angstig, in elkander ge doken, in een hoek zitten. Den tweeden dag zijn ze nog ziek. Den derden dag bezwijken zij. De directeur gelooft niet dat het influenza is, maar wat het is, weet men niet, ofschoon men nauwkeurig de dieren na hunnen dood onderzocht. De bewoner van den »Duivelshoek" te Am sterdam, wien zooals we indertijd meldden, nog geen drie maanden geleden pene erfenis van ƒ17000 ten deel viel, is er al doorheen, wat trouwens niet kan verwonderen, als men weet, hoe ruw hij met de vetpotten van Egypte is omgesprongen, door een stoet van hovelingen dag in dag uit volop te ont halen en de geheele buurt met geschenken aan zich te verplichten". Het eenige wat hem thans nog herinnert aan zijn kortstondige weelde, zijn een grijze hoed en een goedkoope bukskin-broek, plus eenige schulden, het bewijs van te voren niet gekend krediet. Sic transit gloria mundi Iemand te Schiedam wilde een kleinen handel op Engeland drijven. In den loop van dezen zomer zond hij daarheen eenige manden met aalbessen en eenige manden met kippen. Nieuwsgierig naar den afloop is meermalen om inlichtingen gevraagd, doch zonder resultaat. Eindelijk kwam dezer dagen bericht, dat voor de goede regeling en om abuizen te voorkomen geheel deze bezending tegen elkander geplaatst was, zoodat de kippen by na al de bessen hebben opgepikt, en daardoor zoo ongesteld zijn geworden dat zij bijna alle dood aankwamen en die nog leefden onverkoop baar waren l (Msb.J

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1892 | | pagina 1