1891 N°. 152. Donderdag 24 December. 78ste jaargang. FEUILLETON. fit hel dagboek van een Koloniaal. De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond, uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, j 1,75. Afzonderlijke nommers 5 centmet bijblad 10 cent. Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiën voor dit blad aangenomen bij de heeren Nijgu Van Ditmak. te Rotterdam en verder bij alle Boekverkoopers en Brievengaarders. De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 cent, elke regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie word de prijs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 18 regels a 1,berekend. Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel. Inzending van advertentie» vóór S3 uren op den dag der uitgave. Uithoofde van het Kerstfeest zal a. s. Vrijdag geen nommer van deze courant verschijnen. GOES, 23 December 1891. De installatie van den nieuwbenoemden bur gemeester van 's-Heerenhoek dhr. J. G. P. T i m a n s zal op Dinsdag 29 dezer, plaats hebben. Op de nieuwe lijn VlissingenHull is door de directie van de maatschappij Zeeland" benoemd op het stoomschip Minister Talc van Poortvliettot kapitein de heer C. J. Van Borrendam. Bij de rustende schutterij in Zeeland zijn be noemd bij bet le bat., tot le luit. L. A. Vink, thans 2e luit., en tot 2e luit. A. J. Louwers; 5e bat., tot 2e luit. A. A. Bauwens, thans schutter. Benoemd tot waarnemend gemeente-ontvanger te 's-Heerenhoek de heer W. R ij k aldaar. CM. Ct.) Kruiningen. Tot lid van het Burgerlijk of Al gemeen Armbestuur alhier is door den gemeenteraad herbenoemd de heer H. A. Markusse. Kolijnsplaat. In de laatstleden gehouden ver gadering der ingelanden van den Nieuwen Noord- Bevelandpolder is ter vervanging van den afgetreden dijkgraaf mr. L. A. Bybau de volgende voordracht opgemaakt1 de heer J. De Looff Lz., 2 de heer A. D. Snoep en 3 de heer P. C. W. Swemer, allen van Kolijnsplaat. Prof. Nothnagel te Weenen heeft voor zijne studenten een lezing gehouden over de influenza, die volgens den hoogleeraar reeds sedert de negende eeuw voorkomt. De geschiedenis van deze ziekte toont aan, dat zij zich gedurende 3 of 4 jaren met verschillende kracht vertoont en dan voor ongeveer twintig jaar wegblijft. De hoogleeraar verklaarde door zijn ervaring van meening te zijn, dat zij, die eens die ziekte gehad hebben, niet tegen een terug keer verzekerd zijn, maar toch minder spoedig geïn fecteerd zullen worden. Er is geen specifiek genees middel tegen de ziekte, en niettegenstaande alle beweringen, is zij nog altijd een raadsel voor de geneesheeren, die alleen weten dat zij miasmatisch is en waarschijnlijk ook contagieus. Het »influenza- gif" trekt door het geheele lichaam en er zijn drie soorten van influenza nerveuse, gastrische en catar rhal. Eveneens zijn er twee soorten van pneumonie, als gevolg van de influenza bronchiaal-pneumonie, de minst gevaarlijke en de eigenlijke influenza-pneu- monie, die gewoonlijk ook de spieren van het hart aandoet. De heer Nothnagel waarschuwde zeer tegen het gebruik van antipyrine en antifebrine, maar daal de influenza-pneumonie gewoonlijk de hartspieren aandoet, is het wenschelijk stimulantia te gebruiken, 4) Dat we in het Zuiden van Europa zijn, kunnen we reeds merken, het is al heel wat warmer dan eenige dagen geleden. De hitte bedraagt om 1 uur in de zon uit den wind 88° F. en in den wind 78°. 's Middags om 4 uur zijn we vlak tegenover kaap Sint Vincent, we zijn slechts een 250 M. van de kust af. Ons oog wordt dadelijk getroffen dooi de grillige rotsen en de verschillende kleuren die ze hier en daar hebbenhier zijn ze blauw, een eind verder rood, ginds weer wit of asehgrauw. 't Is of de natuur hier de rotsen door midden heeft ge sneden, zoo steil loopt de kust hier in zee af. Dui zenden van jaren heeft reeds de Oceaan aan den voet dier rotsen geknaagd en door schuren, wrijven en afbrokkelen hebben zij dien vorm aangenomen, en dit natuurlijk bolwerk tegen de zee kan nog wel zooveel duizenden jaren staan als het reeds stond, ten minste als geen vreemde of buitengewone verschijn selen het omverwerpen. Onder aan den voet, waar tegen de zee spoelt, ziet men holen of ingangen, misschien door de zee daarin gemaakt of uitgehold. Op de uiterste punt van de kaap staat een vuur toren, te midden van een groot gebouw of liever op dat gebouw, wat aan den vorm te zien een fort is. Alles is wit, ook de huisjes die we hier en daar op en tusschen de rotsen zien, zijn wit. 't Schijnt dat men in Spanje een voorliefde heeft voor de witte kleur. Zoover ons oog reikt langs de kust niets dan kale rotsen, niets groeit er op dien harden grond, dan misschien een weinig mos. De Kaap is het voor- b.v. digitaline, wijn, cognac, arak, onderhuidsche inspuitingen met kamfer en in enkele gevallen ook baden. Thans verneemt het TJ. T>. weer, en nog wel van bevoegde zijde, dat de werkzaamheden, vereischt tot voorbereidingvan het in werking stellen dei- nieuwe P o s t w e tzooverre gevorderd zijn dat de invoering den 15 Januari kan worden tegemoet gezien. Wij leven in een vrij land, zegt de Haagsche correspondent der Zw. Ct., maar die vrijheid heeft hare grenzen. Zoo mag ik mijne jas verbranden, ook al heb ik dien niet betaald, maar met mijn eigen beenderen en spieren, mijn eigen huid en haar mag ik niet handelen zooals mij goeddunkt, j Zoolang ik leef en pijn kan voelen, mag ik mijn arm vrijelijk verbranden, maar ben ik dood en voel ik dus geen pijn meer, dan is mij dit verboden. Aan dit verbod wijt ik de schandelijke tooneelen, die bij de opruiming van het kerkhof om de Groot® Kerk voorvielen. Hoopen schedels en beenderen lagen opgestapeldhonden zag men met de knoken spelen en wegdragen, en de schedels gingen voor een kwartje willig van de hand. Zoo heb ik dan het onverkwikkelijke vooruitzicht dat mijn brave kop, waaraan ik toch, om de tanden oogen, ooren en hersenen, waarmee hij mij steeds trouw gediend heeft, eenige verplichtingen heb, na verloop van een kwarteeuw aan een schoolknaap zal verkwanseld worden, om dien groenen, onbe holpen jongen te dienen als aschbak of tabakspot. Ingevolge aanschrijving van het departement van binnenlandsche zaken worden sedert jaren, met ministeriëele machtiging, door de commissarissen der Koningin, dispensation van het verbod van in - en doorvoer van ongesmolten vet enz. en van afval van vee verleend, doch tot weder-opzeg- ging en voor niet langer dan ten hoogste van twee maanden. Yan onderscheidene kanten werden voor eenigen tijd bezwaren tegen dezen beperkten termijn bij den minister van binnenlandsche zaken ingebracht. Na de genoemde commissarissen te hebben gehoord, heeft de minister gemeend, geen termijnsverlenging te moeten toestaan. I>e bestuurders van het Friesche comité van de volkspartij hebben een adres gericht aan de Tweede Kamer, waarin zij aandringen op het bera men van maatregelen om de verarming der volksmassa te bestrijden, als voornaamste plicht der volksvertegenwoordiging. In afwachting van een doortastende wetgeving om onze slechte maatschap pelijke toestanden te verbeteren, wijzen zij op de gelegenheden tot het verschaffen van productieven arbeid, die er te vinden zijnin Friesland o. a. droogmaking van uitgeveende plassen, ontginning van woeste gronden, droogmaking van de Friesche wadden. Het Hbl. schrijftZeldzaam is zeker het ver schijnsel dat eene vaststelling der Staat s- uitspringend gedeelte van het S. Monchique gebergte, welks toppen we in de verte duidelijk kunnen zien. De Kaap is een lang smal plateau, minstens 1 D. mijl lang tot aan den voet van den eersten berg, die dicht aan de kust ligt en vrij hoog is. \Ve zijn nu de Z. W. punt van het Pyreneesche schier eiland omgevaren en zetten onzen koers in O. Z. O. richting voort, 't Is een prachtige avond, de heldere blauwe lucht boven ons, achter ons de ondergaande zon, in éen woordeen avond zooals men ze alleen in 't zuiden van Europa aantreft. De heldere blauwe lucht prijkt met millioenen flonkerende sterren, die een mat licht over de zee werpen. Over de verschansing geleund voor op het schip, kijken we naar de bruinvisschen die voor den boeg van het schip spelen, soms 25 tegelijk. Grappig is het om te zien, hoe ze op en over elkander bui telen en in snelheid met de boot willen wedijveren, wat ze soms 5 tot 10 minuten volhouden. Men ziet ze in heele groepen op bet schip aankomen, al rol lende en buitelende, alsof ze nieuwsgierig zijn, welk zwai-t rookend monster hen daar in hun spel en in de eenzaamheid komt storen. 28 Juni. We zijn 's morgens om 8 uur aan den in gang van de straat van Gibraltarze is hier ongeveer 4 Duitsche mijlen breed. Recht tegenover ons hebben we kaap Trafalgar. In de verte zien we op een berg een stadje liggen. De lucht is helder, doch er waait een stevige bries uit het Oosten, wat tengevolge heeft dat we slecht vooruit komen. We naderen eindelijk het midden der straataan weerszijden van het schip sombere hooge steengevaarten, dooi de ouden de zuilen van Herkules genoemd. Hier reiken twee werelddeelen elkander als het ware de handover dit smalle vaarwater trok Hannibal met zijn leger Spanje binnen, hier was het dat onze b e g 1- 0 0 t i n g tot zoo weinig wezenlijken strijd tegen de Regeering heeft aanleiding gegeven als dit maal. Over geen enkel hoofdstuk is hoofdelijke stem ming gevraagd, zoodat met medewerking van de geheele Kamer het parlementair kiediet voor deze Regeering met een jaar is geprolongeerd. Dat er geen politieke oppositie gevoerd zou worden tegen het Kabinet als collectief geheel, was redelijker wijze te verwachten, doch het feit, dat ook geen enkel lid van het Ministerie een aanval op zijn politiek leven te wederstaan had, is wel het bewijs, dat al de Ministers, hetzij dan in meerdere of mindere mate, toch een voldoend vertrouwen bij de Kamer genieten, wat betreft de administratieve leiding van de zaken van hun departement. In eene beschouwing over het besluit der commissie voor de stenografie bij de Kamers der Staten-Generaal betreffende de aanstelling van stenografen maakt de Haagsche Courant eene opmerking, betreffende de achterstelling van hen, die den cursus eener Hoogere Burgerschool met goed gevolg hebben afgelegd bij de jongelieden, die aan de eischen van het eindexamen van een gymnasium hebben beantwoord. De Haagsche vindt bet van eene commissie uit de Nederlandsche wetgevers dom, dat deze niet schijnen te weten, dat de knapen, die het eindexamen van gymnasium of hoogere burgerschool hebben afgelegd, daarmede nog geen van allen het bewijs of den waar borg leverden van wetenschappelijke ontwikkeling," maar nog pas toonden, genoeg leerkracht te bezitten om aan die wetenschappelijke ontwikkeling" te be ginnen. Maar dom ook, omdat er uit blijkt, hoe zelfs aan onze wetgevers de vruchten van het onderwijs totaal onbekend zijn, daar zulk een gemengde com missie" niet eens weet, dat buiten en door de klassieke talen de jongelui, die van een gymna sium komen, veel minder weten dan die van eene hoogere burgerschoolveel minder van de verwaar loosde levende talen, die achtergesteld werden voor de doode veel minder van de exacte wetenschappen, die zij doorgaans met voorname klassieke gering schatting leerden aanzien, tenzij een bijzondere.roe- ping een enkele naar mathesis of chemie drong veel minder, alzoo, van die kennis, welke de heden- daagsche mensch juist wat meer dan Grieksch of Latijn, hoe schoon en nuttig ook, behoeft om zich een algemeene wetenschappelijke ontwikkeling" te kunnen eigen maken. Het blad is van oordeel, dat door zulk een voor keur te geven aan hen, die het voorbereidend Hooger Onderwijs hebben genoten, het Nederlandsche onder wijs in zijn beginsel, inrichting en strekking wordt- miskend, benevens de gelijkheid van alle Neder landers en hun gelijk recht op benoembaarheid tot staatsbetrekkingen, wanneer zij aan de daarvoor noo- dige vereischten voldoen. De Arnhcmsche Ct deelde voor eenige dagen mede, dat de geweren, die bestemd zijn voor - de mobilisatie der miliciens met groot verlof, zeeheld Heemskerk de Spaansche vloot op de vlucht °eg- Aan heide zijden is de kust kaal en doraan stuurboord hebben we de Afrikaansche kust, als 't ware een stuk rots dat steil in de zee afloopt. Er over heen zien we de toppen van het Atlasgebergte. De straat biedt hier anders een schoon gezicht aan. De Spaansche kust is schooner dan de Afrikaansche, daar deze meer gesloten is. Aan de Spaansche ziet men valleien en laagten tusschen hooge grijze rot sen. Tegen een 12 a 1300 voet hoogen berg ligt eene vesting. De fortificatiën zijn duidelijk te onder scheiden. Huizen, torens, vestingwerken, alles is wit. Tegen de helling zijn huisjes gebouwd, die tusschen groen verscholen liggen. Het heeft wel wat van een Neurenberger speel- of bouwdoos, die hier omge worpen is. Verderop wordt de kust golvender en lager. Om 11*/2 uur zijn we in het nauwste gedeelte der straat. Ze is hier nog minstens 2 mijlen breed. Aan de Afrikaansche kust verheft zich steil uit zee een hooge bergtop, welks kruin we straks in de Middel- Iandsche zee nog ver zien kunnen. Een eind verder ligt de Spaansche vesting Ceuta, als tegenhanger van Gibraltar, dat we aan bakboord zien. Daar ligt 1 ze voor ons, de sterke onneembare vesting. Ze is I van de zeezijde niet te genaken, ze loopt steil in zee uit en bovendien zouden de stukken geschut, die aangebracht zijn op de in de rotsen uitgehouwen vestingwerken, u wel terug doen deinzen. Yan de landzijde is ze eveneens moeilijk te bereiken, daar ze door een smalle landtong aan het vasteland ver bonden is. Er loopen wegen of in de rots uitge houwen trappen naar boven, doch ook van dien kant bestrijkt het geschut het land en de haven of in ham van Gibraltar, waar op 't oogenblik verschei- gebruikt worden voor de vrijwillige oefeningen in den wapenhandel. Hierover in de zitting der Tweede Kamer geïnterpelleerd door den heer Yon Loben Seis, antwoordde de Minister van Oorlog dat »geen enkel geweer uit de regiments-magazijnen voor de vrijwillige oefeningen afgestaan is, doch dat de ge weren hiervoor afkomstig zijn uit de magazijnen te Gorinchem en Dordrecht." De Arnh. Ct. verklaart dat dit antwoord van den Minister onjuist is. Het blad gelooft dat het te goeder trouw gegeven is, doch meent met klem en ernstigen nadruk te moeten herhalen, dat het bericht volkomen waar is. Gaarne zou de Arnh. Ct. op dien grond zien, dat deze zaak in de eerstvolgende zitting opnieuw ter spraak werd gebracht. In de Maasbode heeft de heer J. H. Wijnen aangedrongen op de indiening van een wetsvoorstel waarbij art. 136 van het Burgerlijk Wet boek wordt afgeschaft. Dit artikel luidt aldus »Geene godsdienstige plech tigheden zullen vermogen plaats te hebben, voor dat de partijen aan den bedienaar van hunnen eeredienst zullen hebben doen blijken, dat het huwelijk ten overstaan van den ambtenaar van den burgerlijken stand is voltrokken." De heer Wijnen noemt dat voorschriftgewetens dwang, en is van oordeel dat deze wetsbepaling in strijd is met de beginselen van het Christendom, de vrije uitoefening van den godsdienst belet, het ge weten des volks geweld aandoet en voor de openbare zedelijkheid de treurigste gevolgen voortbrengt. Het denkbeeld vindt bijval bij den heer Haffmans. In 't Venl. Weekbl. pleit hij er voor en geeft als zijn meening te kennen, dat door de indiening de eensgezindheid zon blijken van de R. K. leden. Staten-Generaal. TWEEDE KAMER. In de zitting van gisteren heeft bij de behandeling van het Billitoneontract de Minister van Koloniën de overeenkomst voor den Staat onaanneemlijk ver klaard, maar achtte zich verplicht om, afgescheiden of zijn verantwoordelijkheid dit meébrengt, de Kamer te laten beslissen. Na replieken werd het ontwerp verworpen met 48 tegen 42 stemmen. De Kamer is daarna op reces gegaan. Kerkelijke Zaken en Onderwijs. Doopsgezinde gemeente (Concertzaal). Tweeden Kerstdag 's voormiddags half elf ds. Tj. Kielstra van Middelburg. Beroepen bij de Chr. Ger. gem. te Meliskerke ds. J. W. Wegchelaar, te Dirkshorn; bij de Ned. Ger. gem. te Middelburg ds. J. Langhout, te Haarlem. Bedankt voor het beroep bij de Ned. Herv. gem. te Gouda door ds. A. B. Ter Haar Romeny te Middelburgvoor Rozenburg door ds. L. F. A. Westerbeek Van Eerten te Serooskerkevoor Siijansland door dhr. J. A. Van Leeuwen, cand. dene stoomschepen voor anker liggen. De stad Gi braltar ligt aan den voet der rots; ook haar be schermen de vestingwerken. Alzoo beheerscht En geland het vaarwater tot grooten spijt der Span jaarden, die het natuurlijk met leede oogen aanzien dat een vreemdeling zich van de sterkste vesting des lands heeft verzekerd, zonder dat zij het kunnen en durven beletten. We zijn nu de straat door en in de Middellandsche zee gekomen, aan bakboord houden we nog wel 2 uur de bergen in het oog. Wind voelen we bijna niet meer en kalm glijdt het schip over de breede donkerblauwe watervlakte en zet zijn koers in O. N.O. richting voort. 29 Juni. We zien 's morgens de toppen van het Sierra-Nevada-gebergte. Even voor kaap Palos zien we het stadje Carthagena liggen aan den voet dei- rotsen. Om 12 uur zijn we bij kaap Palos; de ge heele kust is hier eene aaneenschakeling van hooge steengevaarten van allerlei vorm en kleuren. We zijn nu aan de uiterste punt der rots gekomen, dit is een lange smalle in zee uitloopende punt, waarop, op het einde, een hooge vuurtoren staat. Voor den vuurtoren staan verscheidene huisjes. Prachtig hel der weer is het. Er waait een tameljjk frissche bries uit het Oosten en koelt de hitte af, die hier anders raak kan zijn. Ze is nu ten minste dragelijk. Het water der Middellandsche zee heeft een mooie donkerblauwe kleur, wat misschien toe te schrijven is aan hare diepte of aan den helderblauwen hemel, die er in weerkaatst wordt. 30 Juni. Helder weer. Er waait een flinke bries. We hebben het eiland Majorca in 't gezicht. Het schijnt zeer bergachtig te zijn. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1891 | | pagina 1