1891. N°. 138. Zaterdag 21 November. 78ste jaargang. GOESUHE De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond, uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, 1,75. Afzonderlijke nommers 5 centmet bijblad 10 cent. Behalve aan ons Buieau worden Abonnementen en Advertentiën voor dit blad aangenomen bij de heeren Nijgh Van Ditmaü te Rotterdam en verder bij alle Boekverkoopers en Brievengaarders. Inzending van advertentiën voor 3 uren op den dag der uitgave. COURANT. De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 cent, elke regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 18 regels a ƒ1,berekend. Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel. GOES, 20 November 1891. De Najaars-vergadering der Vereeniging van Burg. en Secret, in Zuid- en Noord-Beveland werd gisteren in de bovenzaal van het Café" Hartman alhier gehouden, onder voorzitterschap van den heer J. Vereeke, burgemeester van Waarde. Na mededeeling der ontvangen berichten van ver hindering van bedanken en toetreden van leden, en het lezen der notulen van de zomer-vergadering, werd door den afgevaardigde ter algemeene ver gadering van de Nederlandsche Vereeniging voor gemeentebelangen verslag uitgebracht. Hieruit bleek o. a. dat eene wijziging van de drankwetzoodanig, dat meerdere betrouwbare gegevens voor de schatting, die ten grondslag van het vergunningsrecht ligt, verkregen worden, wenschelijk is. Door den afge vaardigde was nog eene andere wijziging noodzakelijk geacht, te weten dat de aanvrage om vergunning niet meer gevorderd zou worden, maar dat alle ge legenheden, waar genotgevende dranken verkocht wer den, aan een licenserecht onderworpen zouden zijn. Die noodzakelijkheid werd aangetoond door de menig vuldige fraude, die in bierhuizen en ook door slijters, die verklaren alleen bij grootere hoeveelheden sterke drank te verkoopen, wordt gepleegd, zulks ten na- deele van hen, die vergunningsrecht betalen. Boven dien werd er op gewezen, dat vele bieren met alcohol zijn aangezet en dus deze eigenlijk ook beschouwd kunnen worden als dranken welker verkoop onder de wet valt. Na langdurige beraadslaging werd ten slotte met meerderheid van stemmen deze motie aangenomen»De vergadering, zich niet kunnende vereenigen met eene algeheele vrijstelling van ver gunning voor het houden van gelegenheden, waar genotgevende dranken worden verkocht, acht het noodig, dat de wet gewijzigd worde, zoodanig, dat de houders van bierhuizen en de slijters, ook voor verkoop boven de twee liter, worden belast." Alsnu kwam aan de orde de bespreking van het vraagpuntin welke gemeente de huwelijksaangifte van een niet-erkend natuurlijk minderjarig kind moet plaats hebben. Aan de eene zijde werd beweerd, dat zulk een kind, met het oog op art. 74 al. 2 van het B. W., woonplaats had in de gemeente van het werkelijk verblijf en dat de moeder bij de huwelijks voltrekking het kind kon erkennen en daarna toe stemming geven, of dat vóór die huwelijksvoltrekking voogden moesten benoemd worden, die dan toestem ming konden verleenen. Daartegenover werd betoogd, dat al. 2 van het aangehaalde artikel alleen de werkelijke verblijfplaats als woonplaats aannam, bij gebreke van een hoofdverblijfwaarvan de eerste al. gewaagt. Yan beide zijden werd het geuite gevoelen verdedigd, zonder dat men tot eenheid kon geraken, doch hierover was men eensdenkend, dat de beste wijze van handelen was, wanneer vóór de huwelijks aangifte de moeder het kind erkende, of in de voogdij werd voorzien. Ook over een volgend puntwelke wet bij het huwelijk van een vreemdeling hier te lande moet worden toegepast kon men het niet eens worden. Tegenover het gevoelen, dat art. 9 der wet, houdende algemeene bepaling van wetgeving, duidelijk wil, dat het bur gerlijk recht van het Koninkrijk hetzelfde is voor vreemdelingen als voor de Nederlanders, en dus de A. v. d. B. S. bij de huwelijksvoltrekking alleen heeft te vragen, wat de Nederlandsche wet eischt, werd aangevoerd, dat uit art. 6 van dezelfde wet kan worden afgeleid de erkenning van het statutum personali, met dat gevolg dat de wet van het vader land van den vreemdeling ook bij huwelijksvoltrek king in Nederland geldende blijft. Zij, die het eerste gevoelen aankleefden, wezen op de ongerijmde ge volgen, die de uitvoering na zich kon sleepen. Voor de inlandsche Christenen in Nederl.-Indië is bijv. (zie Ind. Staatsblad no. 70 van 1851) bepaald, dat een meisje om te huwen, slechts den leeftijd van 15 jaren moet hebben bereikt; dat na 23jarigen leef tijd geen toestemming meer noodig is, enz., nog daargelaten, dat de A. v. d. B. S. in vele gevallen, niet bekend met de wetten des lands van den vreem deling, op diens verklaringen zal moeten afgaan. De andere partij verdedigde haar gevoelen, dat de regel van het statutum personale een beginsel is van volken recht en de wetgever niet aan vreemdelingen heeft willen onthouden, wat hij aan zijne eigene burgers buiten het rijk voorschreef. Ten aanzien van een volgend punt werd de nood zakelijkheid erkend dat kinderen van beneden zestien jarigen leeftijd, die in de zaak van hunnen vader of hunne moeder arbeiden, evenzeer aan de bepalingen der arbeidswet en het daarbij voorgeschreven toe zicht onderworpen zijn, als zij, die elders arbeid verrichten. Enkele opmerkingen, ontleend aan de toepassing van de voorschriften der kieswet, werden besproken en daarbij, als het gevoelen van de vergadering, gewenscht lo. Aanplakking alleen van de lijst der kiezers voor de Tweede Kamer, met aanwijzing in de kolom van aanmerkingen van hen, die geene kiezers voor de Prov. Staten en den gemeenteraad zijn. 2o. Bepaling van 25 April als dagteekening der sluiting van de lijsten. 3o. Beperking van den duur der inlevering van de stembriefjes in kleine gemeenten met aanwijzing van het uur der sluiting van de bus. 4o. De termijn van acht dagen, bepaald in art. 37, in te krimpen tot vijf voor de gevallen in art. 70 bedoeld. 5o. Inzending door de besturen der instellingen van weldadigheid van de opgaven der door hen in het afgeloopen jaar bedeelden, en wel vóór de vast stelling der lijsten. 6o. Den secretaris de bevoegdheid te verleenen om, wanneer de geloofsbrief in het ongereede mocht zijn gemaakt, een afschrift van het oorspronkelijke proces-verbaal van opening der stembriefjes af te geven en dit als geloofsbrief aan te nemen. 7o. Een termijn voor het indienen der geloofs brieven vast te stellen, met bepaling, dat wanneer deze wordt overschreden, de benoeming wordt geacht niet te zijn aangenomen. Naar aanleiding van eene in de bus gevonden vraag, werden enkele bijzonderheden medegedeeld omtrent de vereeniging E. E. N. (Echtscheiding Eene Noodzakelijkheid) ten opzichte van welke ver eeniging een ingezonden stuk in het Nieuws van den Dag van gisteren voorkomt. Ten slotte werd door den heer De Wilde van Kattendijke ter sprake gebracht de maatregel van den Min. van Oorlog om, nu de winter nadert, de miliciens met een verlof van vier maanden naar huis te zenden, terwijl zij, toen de veldarbeid in vollen gang was, aan hun werkkring werden onttrokken. Aan het bestuur werd in overweging gegeven, eene petitie dienaangaande tot den Min. te richten. Wegens het gevorderde uur werd de bespreking van het ontwerpreglement voor een fonds tot uit- keering aan hoofden en ambtenaren op zekeren leef tijd aangehouden en de vergadering daarna gesloten. Ëllewoudsdijk. Er worden pogingen aange wend om ook het heilsleger te doen optre den in deze gemeente. De toestemming daartoe is reeds gevraagd en naar een gebouw wordt uitgezien. Borsele. Woensdag hield de Werkmans- Yereeniging alhier hare gewone najaarsverga dering tot behandeling der rekening en de vernieu wing van het bestuur. Uit het onderzoek der be scheiden bleek dat de ontvangsten over 1890/91 heb ben bedragen ƒ28 58,525 en de uitgaven 2746,77s, zoodat een overschot aanwezig was van 111,75. Yan laatstgemeld bedrag moest echter worden af getrokken 45,58 voor het tekort aan reservekolen, weshalve het zuiver goed slot bedroeg 66,17. Op voorstel van het bestuur werd besloten uit deze som 0,02 per hectoliter kolen aan de leden uit te keeren en het overige bedrag van 6,37 als goed slot in de volgende rekening te verantwoorden. De voor- loopige prijs der kolen was vroeger bepaald op ƒ0,88 per hectoliter vrij in de bergplaatsen. Door genoemd besluit onderging deze mitsdien eene vermindering tot 0,86 per hectoliter. Uit twee scheepsladingen van 164 karren van 1700 k.g. waren gelost 3087 hectoliter. Hiervan waren bezorgd bij de 119 leden 2905 mud en aan niet-leden verkocht 110 mud. Toen de rekening en verantwoording waren na gezien en goedgekeurd, werd overgegaan tot ver vulling der vacaturen in het bestuur. Als voorzitter werd benoemd de heer C. Allaart, tot commissarissen de heeren M. Verburg en J. V. Troupee en tot kassier de heer J. Minderhoud. Bij Kon. besl. van 17 Nov. is aan A. M. Gewin, stationschef bij de Maatschappij tot ex ploitatie van staatsspoorwegen te Vlissingen, ver gunning verleend tot het aannemen der versierselen van ridder der 4de kl. van de Kroonorde van Pruisen, hem geschonken door Z. M. den Keizer van Duitschland, Koning van Pruisen. Door HH. MM. de Koningin en de Koningin- Regentes is eene som van 4000 bijgedragen in het fonds tot leniging van de ramp, veroorzaakt door den hagelslag in Limburg. Bij Kon. besluit is bij den grooten staf be- noemd tot kommandant van de Stelling van Am- 1 sterdam, tevens bevelhebber in de le militaire af- deeling, de generaal-majoor J. W. Bergansius, l thans ter beschikking van den Min. van Oorlog. Bij Kon. besluit zijn benoemdbij het wapen der artillerie, tot kolonel, de luitenant-kolonel G. F. W. B o r e 1gouverneur der Koninklijke Mili taire Academiebij den staf van het wapen, tot kolonel, deluit.-kolonel M. J. Soutendam, van dien staf, directeur der artillerie-inlichtingen. De kennisneming van het afdeelingsverslag dei- Tweede Kamer over de Begrooting van Jus titie maakte den indruk van een »kang- en ver langlijst". Wij zijn begonnen ze te tellen, al de wenschen en verlangens daarin uitgedrukt omtrent de meest aangelegen onderwerpen wetboeken, huwelijksrecht, contractrecht, sociale quaestie in al hare onderdeelen, onteigeningsrecht, arbeidswetge ving, notariaat, procuraat en wat al niet meer Een geheel werkplan, net als van een architect, werd zelfs van den Minister verlangd. Wij glimlach ten eens bij het doorloopen van deze waschceêl, want wij dachten er bij, op de wijze van Hamlet Tweede Kamer, Tweede Kameruw naam is in consequentie Wie herinnert zich nog de dagen en zij liggen toch nog maar eene korte spanne achter ons waarin bij kris en kras verklaard werd, dat de nieuwe Tweede Kamer en de nieuwe Regeering zich uitsluitend of althans hoofdzakelijk mochten bezig houden met de voorbereiding van de nieuwe kieswet Wie denkt er zelfs nog aanOns is dat natuurlijk niet onwelkom, want wij waren altijd van meening dat alles zijn tijd moet hebben en dat men verplicht is te werken zoolang het dag is en niet de handen in den schoot mag leggen in afwachting van hetgeen wellicht later zal kunnen komen. Maar nu ver valt men van het eene uiterste in het andere. Nu gaat men den Minister van Justitie eene werklijst voorleggen, die in vier jaar tijds onmogelijk is af te werken. Dat kunnen wij gerust getuigen. En dat is nu pas één departement van de acht. Een zes- of zevental »hang- en verlanglijstjes" van dien aard komen er nog bij. Wat beteekent zulk een overmaat van ijver V Thorbecke, de groot© Thorbecke, zei eens, dat hij zóóveel te werken had gevonden, dat hij aan niets durfde beginnen uit wanhoop om gereed te komen. Daar gaat 't heen met die onberaden wijze van opeenstapeling van honderd-en-een gewichtige en meest ongelijksoortige zaken. (R. N.) In het kiesdistrict Winterswijk is tot lid dei- Provinciale Staten van Gelderland gekozen de heer J. Willink (liberaal)te Den Helder tot lid der Staten van Noord-Holland de heer G. J. O. D. Dikkers liberaal) Naar aanleiding van de dezer dagen gedane mededeeling dat kanonnen, die voor eenige jaren 25,000 hadden gekost, nu waren verkocht voor 26, schrijft Q. N. in de N. R. Crt. Zou men nu meenen dat dit de werkelijke waarde is Geloof het niet. Wees verzekerd, dat aan die oude kanonnen eene massa geld verdiend wordt, maar de Staat kan er niet meer voor krijgen, om dat- de koopers het eens zijn. Die maken conclave en óf zij deelen de winst, óf zij koopen elkander uit. Zoo gaat het ook met aanbestedingen voor den Staat. De liefhebbers spreken vooraf met elkander af voor hoeveel het werk gemaakt kan wordendan gunnen zij het onderling aan hem, die er het meeste behoefte aan heeft, hetzij omdat hij juist geen ander werk heeft, of omdat hij veel materiaal of volk beschikbaar heeftdan wordt afgesproken hoeveel op de aannemingssom zal worden gelegd, en aan hen, die niet zullen coneurreeren, zal worden uit gekeerd als premiedeze wordt berekend in even redigheid naar het vermogen van de zich onthou dende liefhebbers. Om een voorbeeld te noemen, spreek ik over een mij bekend werk, doch ik zal de namen en de sommen niet juist vertellen. Stel echter, dat de raming van het werk is geweest 1 millioen. De minste inschrijving was 990,000, maar het werk kon met berekening van flinke winst en risico gemaakt worden voor de som van ƒ890,000 de gezamenlijke liefhebbers besloten toen er ƒ100,000 op te leggen om onderling te verdeelen. Dit gebeurde; de minste inschrijving bleef nog beneden de raming, want de andere liefhebbers schreven veel hooger in; het werk werd dus ge gund de aannemer verdiende er flink aan en de andere heeren deelden te zaraen eene ton gouds sommige hadden voor hun hoofd meer dan 10,000. Zulke knoeierijen gebeuren telkens en ik weet zeker dat reeds vooruit alle mogelijke liefhebbers worden opgezocht en uitgenoodigd om mee te doen aan het conclave. Op die wijze worden sommigen schatrijk ten koste van den Staat. De Rijnspoorwegen zijn wegmaar de ambtenaren zien niets terug van een buitenkansje, waarop velen al zeer vast gerekend hadden. I Door een fout van den minister Godin De Beaufort of door een domheid van den hoofdamb tenaar, die namens hem onderhandelt en contrac teert, wordt verzuimd, de uitbetaling van het 1 geld te bedingen of te verzekeren. De Regeering erkent die fout en het recht dei- ambtenaren op die gelden. Want zij gaat zelfs pro- eedeeren over de exceptie, waarop de behendige contractant, die den Staat voor die som in den nek zag, zich beriep om er aan te ontglippen. En daarna blijkt, dat het recht inderdaad zou vastgestaan heb ben, als niet een tweede Regeeringsfout daaraan den wettelijken bodem had ontnomen. Is 't nu billijk, rechtvaardig, geoorloofd, de amb tenaren voor die fouten der Regeering te laten boeten Of zal de Regeering thans hare overtuiging en vroegere verklaring honoreeren, dat het geld aan de ambtenaren toekomt en dus de gevolgen der Re- geeringsfouten voor Regeeringsrekening nemen vraagt de Haagsche Ct. De Provinciale [Staten van Noord-Holland hebben gisteren gekozen tot lid der Eerste Kamer den heer mr. H. J. Kist, procureur-generaal bij het gerechtshof te Amsterdam, met 33 van de 64 stemmen. De heer Cordes, president der Kamer van koophandel te Amsterdam, verkreeg 17 stemmen. Onder het opschrift »Sequah en de Rijksveld- wacht" schrijft het Geïllustreerd Politienieuws: »Met het oog op den gespannen toestand tusschen de burgerij en de gemeente-politie, werden tijdens de Sequah-bijeenkomsten op verzoek van den pachter van den Parktuin te Amsterdam onderscheidene avonden rijksveldwachters aangewezen om aldaar dienst te doen, ter voorkoming van mogelijke en zeer gevreesde ongeregeldheden. Menig warm uurtje hebben de veldwachters daar gehad. Sequah nu had 25 als belooning voor de manschappen beschikbaar gesteld, die zij echter op hooger last niet mogen aannemen, tot groote teleurstelling der belangheb benden, voor wie, met het oog op hun ongelukkige bezoldiging, elke gratificatie een ware verrassing is. Wij vermelden zulks, omdat het hoog tijd wordt eens te denken aan lotsverbetering voor de rijksveldwacht, die veel diensten, ook deurwaardersdieisten verricht en waarlijk niet ver wend wordt door belooningen. Een Minister zorgde voor het hoofd door een nieuw model pet, een ander minister voor een blauw linnen pantalon, (model Harderwijk), maar tusschen hoofd en beenen ligt de maagstreek en als de tegenwoordige Minister nog eens rekening wilde houden met de eischen van de maag, dan zou hij zeker kunnen staat maken op den dank van honderden huisvaders, die nu bij een zwaren dienst hun treurig bestaan rekken, maar zich veel ontberingen moeten getroosten om in hun stand fatsoenlijk man te blijven." Namens de commissie hier te lande voor het te Kotta-Radja op te richten algemeene grafmonu ment, ter nagedachtenis van de gevallenen in den Atjeh-oorlog, wordt medegedeeld, dat thans ter uitzending naar Indië gereed zijn 36 marmeren platen, voorzien van namen van in dien oorlog gesneuvelden of aan wonden overledenen, in de jaren 1873 tot 1883. Het gedenkteeken zal be staan in eene monumentale portiek, te plaatsen aan den ingang van het kerkhof te Kotta-Petjoet. Het ontwerp voor dat bouwwerk is geleverd door den heer A. Van Delden, directeur der Academie van beeldende kunsten te 's-Gravenhage. Staten-Generaal. TWEEDE KAMER. In de zitting van gisteren is de Indische begrooting aangenomen. De Minister heeft ƒ70,000 uitgetrok ken voor de opneming van drie nieuwe spoorwegen BataviaBantam, MalangBlitar en Probolingo Penaroekan en 106,000 meer voor den kabel Oleh- LehDeli. Teruggetrokken is de post voor uitbrei ding van de bezetting op Sumatra's westkust. Aan den heer Borgesius beloofde de Minister een onderzoek in te stellen naar het gedrag van de deel hebbers aan de koloniale reserve te Nijmegen en Zutfen. Door den heer Smit werd aangedrongen om het eerste nieuwe schip in Nederland te doen bou wen. De Minister gaf geen toezegging daarop. Tegen a. s. Dinsdag is de staatsbegrooting aan de orde Kerkelijke Zaken en Onderwijs. Doopsgezinde gemeente (concertzaal). Zondag 22 Nov voorm. 10 uurdr. Joh. Dyserinck van Rotterdam Bij de Ned. Herv. gem. alhier zijn, volgens De Z., gekozen tot ouderling de hh. J. P. Magielse (aftr.) en M. D. Dekker, in plaats van J. W. v. d. Weert, die om gezondheidsredenen voor een moge lijke herkiezing had bedankten als diakenen de hh. F. J. Boone en C. Marinussen^ beiden aftredend*

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1891 | | pagina 1