1891. N°. 63.
Zaterdag 30 Mei.
78sle jaargang.
De rekening opgemaakt.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, 1,75.
Afzonderlijke nonimers 5 centmet bijblad 10 cent.
Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiën voor dit blad
aangenomen bij de heeren Nijgii Van Ditmar te Rotterdam en verder
bij alle Boekverkoopers en Brievengaarders.
De prijs der gewone advertentiön is van 15 regels 50 cent, elke regel meer 10 cent.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs
slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 18 regels a 1,berekend.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel.
Inzending van advertentiën voor 3 uren op den dag «Ier uitgave.
m.
Met pr«»gram van 1888.
Punt 4 van het programregeling bij de ivet van
de traktementen enz. der godsdienstleeraars, en waarvan
kennelijk de bedoeling was die traktementen, pen
sioenen enz., vanwege het Rijk genoten, a/teschqffen
opdat de Ned. Herv. en de Roomsch-Ivathol. kerk
op gelijken voet zouden komen met de doleerenden
en andere godsdienstsecten, aan welker vrijheid van
beweging onder de liberale regeeringen de meest
mogelijke zekerheid is gegeven, punt 4, zeggen wij,
is niet aangeroerd. En geen wonder! Want bij de
samenwerking van anti-revolutionairen en Roomschen
in zake de schoolwet was voor beiden winst te be
halen, door voor een deel van de uitgaven voor de
bijzondere scholen, uit de schatkist te putten. Bij de
afschaffing van de Rijkstraktementen van Ned. Herv.
en Roomsch-Katholieke geestelijken zou de zaak om
gekeerd worden en is het niet te verwachten, dat
de Katholieken ter wille van de doleerenden hunne
Rijksbijdragen zouden opofferen. Bij de tegenwoordige
samenstelling van Ministerie en Kamer-meerderheid
is de uitvoering van dat punt dan ook onmogelijk
en was dus de belofte eenvoudig misleiding.
Punt 5belastingstelsel enz. zullen wij aan het
slot van deze rekening behandelen. Wij gaan dus
eerst over tot punt 6 mits onder behoud van de
noodige vrijstellingenafschaffing van de plaatsvervan
ging en verbetering van de militaire rechtsverhoudingen.
Ten opzichte van deze alinea uit het antirevolu
tionair program van 1888 kunnen we kort zijn,
want zij het dan ook wat aan het eind der vier
jarige periode in dezen heeft inderdaad de re
geering gedaan, wat als de «wensch" van de kiezers
werd neergeschreven, 't Is waar «verbetering van
de militaire rechtsverhoudingen" laat nog op zich
wachten, maar wanneer maar eerst de legerwet zou
zijn tot stand gekomen, zou ook dat punt wellicht
zijn ter hand genomen. We zeggen «wellicht", om
dat, zoover wij weten, door de regeering nog niet
onomwonden is verklaard, dat de militaire rechts
verhoudingen grondige herziening behoeven en het
zou 'ons niet onmogelijk toeschijnen, dat de militaire
elementen in het ministerie daarover anders dachten
dan hunne burger-collega's.
Door de indiening der legerwet is evenwel aan
den wensch naar persoonlijken dienstplicht gevolg
gegeven en de eer daarvan komt ten volle aan de
tegenwoordige rogeering toe. Opmerkelijk evenwel
is het alweder, dat dit punt van het antirevolutionair
program is ter hand genomen door een Katholiek
minister, maar vooral is het de aandacht overwaard,
dat juist dit zeer belangrijke onderwerp de twee
spalt in de verbonden anti-liberale meerderheid dui
delijk aan den dag heeft doen treden.
Hoe broederlijk ook antirevolutionair en Katholiek
in 1888 ter stembus togen om de liberalen te ver
delgen, die broederschap hield op, zoodra de minister
van oorlog aan het woord kwam en zelfs dr. Schaep-
man, die wanhopige pogingen heeft gedaan om de
«breuke" te voorkomen, stond meermalen in de
gelederen der tegenstemmers, zoodra minister Ber-
gansius met eene wetsvoordracht kwam, die de
persoonlijke en financiöele lasten zou verhoogen.
Het is hier niet de plaats een oordeel te vellen
over het beginsel van den persoonlijken dienstplicht
noch ook over de legerwet. Maar hoezeer wij ook voor
standers zijn van den eerste, omdat wij hem voor
het gehalte van het leger en voor de verdediging
des vaderlands een dringende eisch achten, kunnen
we toch niet ontveinzen, dat inderdaad de thans
aanhangige legerwet groote offers, vooral persoon
lijke, van het Nederlandsche volk eischt. Het kan
ons daarom niet verwonderen, dat in alle kringen
en standen der maatschappij de meeningen over die
wet zoo lijnrecht tegenover elkander staan, niet
alleen onder Katholieken en liberalen, maar wel
degelijk ook bij de antirevolutionairen. Het bewijs
daarvan ontvingen wij onder anderen na de behan
deling van het advies der Liberale Unie te dier
zake in de liberale kiesvereeniging «Goes", toen wij
van meer dan eene zijde door onverdachte anti
revolutionairen instemming hoorden betuigen met
wat op die vergadering gesproken was door de tegen
standers der legerwet.
We merken dit alleen op als bewijs, dat, al geeft
het anti-revolutionair program van 1888 den «wensch"
te kennen naar afschaffing van de plaatsvervanging,
deze wensch nu niet juist iederen anti-revolutionair
als uit het hart gegrepen is.
De kleine burger, die blij is voor het met moeite
bjjeengespaarde geld zijn zoon te kunnen vrijkoopen,
opdat diens verdiensten niet stilstaan of zijn werk
kring niet worde verbroken, maar ook de armere,
die gaarne voor een sommetje gelds in dienst gaat
om daarmede zijne huisgenooten voor gebrek te vrij
waren, zij vooral roepen niet zoo luide over de - zege
ningen van den persoonlijken dienstplicht.
Dit alles doet echter niet ter zake, waar wij al
leen de vraag te beantwoorden hebben of regeering
en Kamermeerderheid met betrekking tot dit punt
het program hebben trachten uit te voeren. Ant
woorden wc te dien opzichte omtrent de regee
ring volmondig »ja", omtrent de Kamermeerderheid
moet een even beslist «neen" worden uitgesproken.
We zeiden reeds hierboven, dat ten opzichte van
de legerwet de meerderheid verbrokkeld nederligt
en wanneer ooit de legerwet tot stand komt, dan
geschiedt dit, niet door de meerdorheid waaruit de
regeering is gesproten, maar dank zij den liberalen,
die daarmede toonen goene oppositie quand méme
te willen voeren, maar wel degelijk bereid te zijn
goede voorstellen eener niet bevriende regeering te
willen steunen iets wat van de anti-liberalen in
vroeger jaren niet kan getuigd worden, daar zij zich
steeds tegen goede maatregelen hebben gekant, omdat
zij door liberalen werden voorgesteld.
Ten opzichte van de koloniale politiek luidde do
«wensch" van het program van 1888: breking met
het opiurastelselwegneming van hinderpalen aan
de Zendingopheffing van de Staatskerkbevordering
van de vrije ontwikkeling van handel, landbouw etc.
eenheid van tolgebicd; herziening van de compta
biliteitswet.
Wat is er van «lat alles tot stand ge
komen NIETS Zooveel woorden, zooveel ijdele
beloften. Wel had mr. Lucasse in zijne rede, te
Serooskerke gehouden, den moed te beweren
«Op koloniaal gebied heeft de regeering ook
niet stilgezeten. Zij heeft de Zending bevorderd
en het opiummisbruik, zooveel dit kon, tegenge
gaan. Zij legde ten behoeve der bevolking irrega-
tieven aan",
maar gelukkig voor den heer Lucasse heeft niemand
hem naar eenig bewijs van zijne bewering gevraagd.
Er wordt geen grein minder opium gebruikt dan
vroeger. Wel heeft de ex-minister Keuehenius de
verpachting voor drie jaren veranderd in eene ver
pachting voor één jaar, maar gelijk te begrijpen
was, waren dientengevolge de inschrijvingen bedui
dend lager en leed alzoo de schatkist een gevoelig ver
lies, maar vermindering van opium-gebruik was niet
het gevolg ervan en het kon dit ook niet zijn.
Er zijn irrigatiewerken aangelegdAlsof dit niet
ook onder vorige regeeringen het geval was. Ieder
jaar worden sommen v^or dat doel op de1 begrooting
uitgetrokken, als gevolg van den onafwijsbaren eisch
der omstandigheden, zoowel nu als voorheen. Ook
dit dus niets bijzonders. Ware de aanleg van irri
gatiewerken niet voortgezet, het zou ongeveer golijk
staan met bet stilzitten van bet departement van
Waterstaat in ons land!
Is er overigens iets gedaan voor ons Indië Is de
nijverheid bevorderd Is de algemeene toestand ver
beterd Is men op Atjeh eene schrede verder ge
komen Is de gouvernements-koffiecultuur krachtig
ter liand genomen of geheel aan de vrije industrie
overgegeven Op al ieze vragen moet het diepbe-
schamend antwoord worden gegevenNeenEr is
niets gedaan en ons Inditë gaat langzamerhand achter
uit. De maatschappelijke toestanden zijn ongunstiger
geworden. Er is geene vaste richting. Met optre«len
van eene anti-liberale retyeerinjy is lndië
NIET ten zegen geweest.
En daarmede zijn wij genaderd tot het tweede
gedeelte van het program, bevattende «wat men
tegen -den afloop der vierjarige periode veranderd
wenscht te zien in de Grondwet." Dit deel bevat vier
punten en wel«herziening van de kieswetartikelen,
die regelende de vaststelling van het budget, die
betreffende de verhouding van Kerk en Staat en van
die betreffende het onderwijs".
Aan herziening der Grondwet heeft echter de
regeering zelfs niet gedacht en ook de haar getrouwe
meerderheid heeft daarop nimmer aangedrongen. Deze
wenschen zijn als de meeste andere volkomen onver
vuld gebleven en daarmede zjjn we van zelf ont
heven van de taak daarvan iets meer te zeggen,
dan dat te dien opzichte aan ^een enkelen
„weiiNoh" eenige nmidnelit is geschonken.
GOES, 29 MEI 1891.
De antirevolutionaire kiesvereeniging «voor
Nederland en Oranje" alhier hield gisteravond eene
vergadering die door 49 personen bezocht werd.
Tot candidaat werd gesteld mr. L. W. C. Keu
ehenius, die ook op het eiland Tolen en op
N.-Beveland is geproclameerd.
Tot vertegenwoordiger van den West-Kraaiert-
polder in den dijkraad van het calamiteuze water
schap Ellewoudsdijk-Borsele is door ingelanden her
benoemd de heer L. Lucasse, dijkgraaf van ge
noemden polder.
Men schrijft ons uit 's-Grovenpoltler
Jongstleden Woensdag had alhier de vergadering
plaats van ingelanden van de polders Ooster
en Middel-Zwake. De polderlasten zijn op
voorstel van een der ingelanden met 25 ct. per
Hectare verminderd. Het zeldzaam feit deed zich
voor, dat eenige ingelanden van een schrijven waren
voorzien van een geloofwaardig inwoner alhier, waarin
te kennen werd gegeven dat de ontvanger-griflier
voor zijne betrekking bedanken zou en de schrijver zich
uu als zoodanig hield aanbevolen, maar de tegen
woordige titularis verklaarde van niets af te weten.
Icrsckc. In de vergadering der vr ij zinnige
kiesvereen. «Burgerplicht" is tot candi
daat voor de Tweede Kamer in het district Honte-
nisse geproclameerd de heer mr. J. G. V a n D e i n s e
te Hulst. De heer Van Hattum verkreeg 5 stemmen.
Tot voorzitter werd opnieuw gekozen de heer J.
Sandee Pz. en tot len secretaris de heer M. De
Korte. Beiden namen hunne benoeming aan.
In de vorige verg. (van 15 Mei) was reeds de
wensch uitgesproken, dat de kiezers zouden ingelicht
worden over do beteekenis der voornaamste staat
kundige partijen in ons land. Heden nam de heer
De Korte op zich, dit te doen op Vrijdag 5 Juni a. s.
Nog werd de wenschelijkheid uitgesproken van
aaneensluiting der liberale kiesvereenigingen in het
district Hontenisse, en besloten in dien zin werk
zaam te zijn.
Mr. Haftmans heeft zijn leuze voor de
aanstaande verkiezingen gereed. Zij
luidt«Voor of tegen de legerwet
Nu de legerwet in dit parlementaire jaar niet
gereed komt, zullen de algemeene verkiezingen er
over heen gaan. Een nieuwe frissclie Kamer zal voor
het onvoltooide werk der oude versufte Kamer wor
den geplaatst.
«Welk een uitkomst!" roept hij uit.
«Honderd tegen één, wij worden van de nacht
merrie der legerwet verlost
«Goddank
«Het vechten tegen don ovormachtigen vijand in
het open veld (klop krijgen), het gewapenderhand
handhaven onzer neutraliteit (oorlog met Duitsch-
land) al die waanzin gaat de doos in.
Voor of tegen de legerwet is de quaestie, waarop
de kiezers te antwoorden hebben.
«Tegen! tegen! zal het van alle kanten klinken.
«En dan is Nederland gered.
«God geve het!"
Volgens berichten, welke de Maasbode uit het
district Wijk bij Duurstede ontvangt, is daar de
candidatuur van dr. S c h a e p m a n alles be
halve verzekerd. «Men keurt ten hoogste de houding
af, welke die afgevaardigde bij de behandeling der
legerwet gevolgd heeft. Aan hem is het te danken,
dat de legerwet met haren persoonlijken dienstplicht
in de Kamer gekomen en met zooveel hardnekkig
heid daar behandeld is. Nog Vrijdag 11. had hij bij
het amendement-Van Dedem, betreffende het con
tingent, het lot der wet in zijne hand. Hadden hij
en de zijnen met de overige r.-katholieken tegen dat
amendement gestemd, het ware niet met 52 tegen
45 stemmen aangenomen, maar zeer stellig verwor
pen, en voor het regeeringsartikel zou geen meer
derheid gevonden zijn geweest. Zelfs de voorsteller
van het amendement, de heer Van Dedem, verklaarde,
dat, al werd zijn amendement aangenomen, hij tegen
de wet zal stemmen. Natuurlijk zou hij dus ook
tegen het regeerings-artikel gestemd hebben. Er zijn
streken in het district Wijk-bij-Duurstede wij
noemen slechts Cabauw waar dr. Schaepman
waarschijnlijk geen enkele stem zal krijgende ver
bittering over de legerwet heeft een hoogen graad
bereikt. Op de algemeene vergadering in Januari 11.
hebben de afgevaardigden van Cabauw en andere
afdeelingen bijna eenparig hunne waarschuwende
stem laten hooren en den voorzitter dringend ver
zocht, di\ Schaepman een wenk te geven, doch het
heeft niet gebaat. Zij, die aldus denken, wenschen
niets liever dan dat een andere r.-kathol. candidaat
gesteld wordt, 't Is hun onmogelijk op dr. Scbaop-
man hunne stom uit te brengen."
In tal van districten, zegt de Haagsche cor
respondent van de Zutph. Ct., schijnen de partijen
nog te zoeken naar den te bewandelen weg. Ver
bazend curieus is zeker de houding van de liberale
kiesvereeniging in het district Beverwijk, die voor
éen plaats twee candidaten heeft gesteld een
liberaal en een radicaal ten einde aan de ver
schillende schakeeringen in de partij gelijk recht te
doenNiet minder curieus is het feit, dat de werk
liedenverenigingen te Rotterdam, die algemeen kies-
en stemrecht in hun vaandel hebben geschreven, den
heer Farncombe Sanders op hun candidatenlijst heb
ben geplaatst, maar den heer Treub als te conser
vatief op die lijst geen plaats waardig hebben geacht,
terwijl daarentegen de liberale kiesvereeniging in het
district Haariem, waarvoor de lieer Sanders thans
zitting heeft, aan den heer Van Gilse uit Rotterdam
hoven den heer Sanders de voorkeur heeft gegeven,
omdat laatstgenoemde te weinig liberaal was
De door dezen correspondent medegedeelde curiosa
worden nog overtroffen door hetgeen men in Haarlem
zelf heeft zien gebeuren, waar de heer Farncombe
Sanders, die in de liberale kiesvereeniging in de
minderheid bleef tegen den meer vooruitstrevenden
heer Van Gilse, daarentegen candidaat gesteld is
door de radicale kiesvereeniging Haarlem.
Door de heeren Corns. Bosman, burgemeester
van Brouwershaven, en C. M. Van Vessem, reeder
en grondeigenaar te Rotterdam, is aan de betrokken
autoriteiten concessie gevraagd voor den aanleg en
exploitatie van een stoomtramweg van Brou
wershaven Zieriksee OosterlandSteenbergen
Rozendaal, met stoompont of boot over het Zijpe.
De Koningin-Regentes heeft per telegram aan
den heer Carré haar deelneming betuigd in het hem
getroffen ongeluk en naar den toestand der gekwet
sten gevraagd.
Naar hot W. v. h. R. verneemt, is de Minister
van Binnenl. Zaken voornemens voor te stellen een
wijziging in hetzg. academisch statuut,
zoodat voor de promovendi in de rechtswetenschap
niet langer het schrijven eener dissertatie verplicht
zou zijn. Het reeds ingewonnen advies der juridische
faculteiten zoo gunstig luiden.
Het is voortaan geoorloofd op de strook der
postwissels naar Nederlandsch Oost- en West-
Indiü mededeelingen te schrijven omtrent de strek
king van het overgemaakte bedrag.
In alle liberale kiesvereenigingen was schering
en inslag uitbreiding van het kiesrecht.
Bijna alle vlugschriften en dagbladartikelen van die
richting, welke den politieken toestand bespraken,
namen ook de uitbreiding van het kiesrecht als een
der hoofdvereischten aan voor verbetering van den
toestand. En terwijl dit beginsel dag aan dag ver
kondigd werd en men dus zou meenen, dat ieder
liberaal het kiesrecht als een der hoogste rechten
van den staatsburger beschouwde en alzoo geen ge
legenheid voorhij liet gaan om het toe te passen,
ziet men te Amsterdam bij de jongste gemeente-
raads-verkiezing, dat 75 pet. vau de kiezers geen
deel aan de stemming namen(Arnh. Ct.)
Nu door den minister van binnenlandsche
zaken in de Staatscrt. ter algemeene kennis is ge
bracht, dat de pokken in de gemeente Stad-Al-
meloo en Ambt-Almeloo epidemisch verbreid
zijn, heeft deze minister, naar aanleiding van art.
18 der wet van. 4 Dec. 1872 Staatsblno. 134)4
voorschrijvende dat in zoodanig geval minstens een
maal 's maand door de zorg van het gemeentebe
stuur gelegenheid worde gegeven tot kostelooze in-
enting en herinenting, den commissarissen der
Koningin in do onderscheidene provinciön verzocht,
daarop de aandacht der gemeentebesturen te vestigen.
De miliciens der lichting 1890, behoorende tot
het wapen der infanterie, die na 30 Juli a. s. nog
in werkelijken dienst zijn, zullen op den lln Sep
tember e. k. met onbepaald verlof worden gezonden.
Staten-Generaal.
TWEEDEKAMER.
In de zitting van gisteren is verworpen met 58
tegen 19 stommen het ontwerp tot aankoop van een
huis in het Voorhout voor tijdelijk verblijf van het
Departement van Binnenlandsche Zaken. Aangenomen
is met 82 tegen 3 stemmen de anti-slavernijakte te
Brussel.
Rechtszaken.
Arrondissements-Rechtbank te Middelburg.
Heden zijn veroordeeldC. v. d. B., 24 j., te
Hansweerd, wegens beleediging, tot 7 dagen gevan
genisstraf; J. G., 20 j., te Ierseke, wegens huisvrede
breuk, tot 5 of 5 dagen; J. v. d. K., 17 j., te
Schore, wegens bedelarij, tot 6 dagen hechtenis;
J. J. v. d. D., 33 j., te Heinkenszand, wegens stroo-
perij, tot 50 cent of 1 dag; G. M., 51 j., te Wol-
fertsdijk, wegens beleediging, tot 3 of 3 dagen.
Vrijgesproken werd: J. U., 16 j., te Heinkenszand,
beklaagd van mishandeling; L. v. d. H., 13 j., te
's-Heer Arendskerke, beklaagd van diefstal.