1891. N°. 39.
Donderdag 2 April.
78stc jaargang.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en*Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, 1,75.
Afzonderlijke nommers 5 cent; met bijblad 10 cent.
Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiën voor dit blad
aangenomen bij de heeren Nijgh Van Ditmau te Rotterdam en verder
bij alle Boekverkoopers en Brievengaarders.
Inzending van advertentiëii vóór 3 uren op den dag der uitgave.
De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 cent, elke regel meer 10 cent.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs
slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 18 regels a 1,berekend.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel.
C01IUNT.
OPENBARE VERGADERING
van den
RAAD der gemeente GOES,
op VRIJDAG den 3 APRIL 1891,
des namiddags te 2 uren.
Goes, den 1 April 1891.
De Secretaris,
HARTMAN.
Punten van behandeling
I. Notulen.
H. Mededeelingen.
Hl. Ingekomen stukken.
IV. Kohier van den Hoofdelijken Omslag voor
1891.
V. Kiezerslijsten voor 1891/92.
VI. Afstand van grond in gebruik aan D. Fukken.
VH. Remissie van aanslag in den H. O. over 1890.
Het aulimolulionnair program.
n.
In het voorgaand artikel bleek, dat de politieke
programs van liberalen en antirevolutionnairen menig
punt van overeenkomst hebben. Trouwens, waar bij
beide partijen al meer en meer eene strooming naar
links valt waar te nemen, daar kan het niet anders
of zij moeten elkander al meer en meer naderen.
Uit dit verschijnsel nu willen sommigen afleiden, dat
eene andere partijgroepeering in de naaste toekomst
mag verwacht worden. Al erkennen we gaarne, dat
een dergelijk feit het logisch gevolg zou moeten
zijn van de strooming, die zich bij beide partijen
openbaart, toch gelooven we niet, dat vooreerst van
eene nieuwe partijformatie kan sprake zijn. Daartoe
zou toch noodig zijn een aan banden leggen van
alle politieke partij hartstocht, en waarlijk daarvan
zijn we oj> dit oogenblik verder dan ooit verwijderd.
Men ziet het ook weder in het antirevolutionnair
concept-program. Voorop staatonderdrukking van
het liberalisme. Ware werkelijk hervorming van de
sociale toestanden of oplossing van ceconomische
vraagstukken het hoofddenkbeeld van het program,
de hatelijke zinsnede in punt 1 ware den steller of
stellers in de pen gebleven en men hadde getracht
overeenstemming te zoeken met hen, die men thans
wil onderdrukken, in stede van hun opnieuw den
oorlog te verklaren. Thans staat de haat, het uit
vloeisel van den politieken hartstocht, bovenaan. De
zucht om zelf de teugels van het bewind in handen
te houden is hoofdzaak en om zich die macht te
zien toegekend wordt aller steun ingeroepen en komt
men om een geliefkoosden term der antirevolu-
tionnaire pers te gebruiken landbouwers, arbeiders,
handwerkslieden en «den kleinen man" in het gevlei.
Want meer dan deze allen vleien, doet men eigenlijk
niet. 't Was in 1888 evenzoo en wat is er van het
program van actie van toen tot stand gekomen
Weinig of niets en in de Kamer zijn daarvoor achter
eenvolgens deze verontschuldigingen geuitdat het
program van actie geen regeeringsprogram was en
dus de regeering er zich niet door behoefde te laten
leiden dat ook de leden der Kamer, als zijnde geene
medebestuurders, niet rechtstreeks tot de uitvoering
van het program verplicht warentot eindelijk jhr.
Van Asch van Wijck in de Kamerzitting van 27
Januari jl. zoover ging van te verklaren, dat het pro
gram niet anders was dan een program van wenschen.
Waar zoo wordt omgesprongen met wat beloofd
is en wat door de eigen leden der Kamer is onder
teekend, daar zal men het billijken, wanneer wij
twijfelen aan de mogelijkheid om met eene dergelijke
partij of hare leden tot eene nieuwe formatie over
te gaan.
Men heeft er nu eenmaal bij onze tegenpartij
bijzonder slag van om door het gebruik van groote
woorden zonder verder bewijs eene meening ingang
te doen vinden. Wanneer men gaat ontleden wat
de antirevolutionnaire pers te lezen geeft, dan blijft
er vaak een zeer klein beetje helder betoog over
een stroom van woorden, voor velen onbegrijpelijk
door de zonderlinge keus en de aaneenrijging van
volzinnen, moeten dienen om de lezers te doen ge
looven, wat men beweert. Daarbij gevoegd het
voortdurend speculeeren op den godsdienstzin van
ons volk, geeft te zamen een bij uitstek geschikt
middel om de hartstochten optewekken. Men lette
daartoe maar weder op het eerste punt van het
nieuwe concept
Voortzetting van de poging om een einde te
maken aan de overheersching, waarmee het libera
lisme, in zijne onderscheidene schakeeringen, bijna
heel deze eeuw lang, ons Christenvolk verdrukt
heeft en bij vernieuwing dreigt te verdrukken."
Het bewijs voor de waarheid van deze bewering
wordt niet geleverd; de vele vrijheden aan den
godsdienst, juist onder het liberaal bostuur, verleend,
worden genegeerdintegendeel er wordt reeds be
weerd, dat de verdrukking opnieuw dreigt te be
ginnen. Is er meer noodig dan dit om een vrijheid
lievend volk als het Nederlandsche den schrik om
het hart te doen slaan.
De uitdrukking «ons Christenvolk" mag natuurlijk
in het antirevolutionnair concept niet gemist worden,
want zij is een lokaas sterker dan alle anderen te
zamen. De groote massa wil gelukkig nog tot het
Christenvolk behooren en een beroep to doen op
hare medewerking kan nooit beter geschieden dan
haar aldus te betitelen. Zoo menigeen gelooft, dat
een trouw aanhangen en blindelings volgen van de
party van dr. Kuyper een eerste voorwaarde is om
tot het Christenvolk te kunnen behooren.
Het is eene fout in onzen volksaard, dat men zich
zoo licht laat paaien met schoone beloften. Dit is
gebleken by de ten vorigenj are gehouden vergadering
van «Patrimonium", waarin de voorzitter, dhr. Kater,
met klem betoogde, dat de anti-revohitionnaire Kamer
leden niets voor den arbeiderniets voor het volk
hadden gedaan. Zijne meening dreigde ingang te
vinden by de vergadering en reeds was de beslissing
nabij, toen eensklaps dr. Kuyper ter vergadering
verscheen en den overmoedigen apostel der arbeiders
tot zwijgen bracht. Toch begreep men, dat er iets
moest geschieden om de ontevredenen in betere stem
ming te brengen en zoo rees het denkbeeld van een
sociaal congres. Aanvankelijk bepaald vóór de ver
kiezingen, is het thans verdaagd tot na dien tijd.
En straks zullen de leden van «Patrimonium"
tevreden en welgemoed weder gaan mede-ijveren
om de overwinning te bezorgen aan de anti-revolu-
tionnaire «heeren", die tot nutoe nog niets voor het
volk hebben gedaan. Hoe zoet de heer Kater alreê
geworden is, heeft men onlangs hier ter stede kunnen
bemerken. Van zijn strijden voor de zaak van het
volk was reeds geen zweem meer te bespeuren.
Zou men nu werkelyk gelooven, dat er bij de
anti-revolutionnairen ernst bestaat ten opzichte van
de verbetering van de belangen des volks
Maar de liberalen dan? Tot voor korten tijd viel
ook aan die zijde schier op geen steun te rekenen
voor de tenuitvoerlegging van de meest op den voor
grond tredende eischen van socialen en oeconomischen
aard. De liberale party heeft zoowel in als buiten
de Kamer in de laatste jaren vóór 1888 veel te
weinig kunnen doen om met recht te mogen ver
wachten, dat het volk haar zal steunen. Zij leed
ook wel eenigszins aan de kwaal, waarmede ieder
bestuurder, die zeker is van zijne positie en van
zijne macht, behept raakt, namelijk die van kalme
rust, waaruit ze hoogstens eens ontwaakte om onder
ling te strijden over punten van verschil ten opzichte
van het een of ander, waaromtrent men het in hoofd
zaak eens was. Toen spoedig daarna de liberalen in
de Kamer op het doode punt geraakten is menig
vraagstuk onafgedaan gebleven, dat reods lang zijn
beslag had moeten krijgen.
Wanneer de liberale partij, zooals haar karakter
mede brengt, geleidelijk het oor geleend had aan
de 'eischen van het volk, dat in de jongere afge
vaardigden de vertolkers daarvan vindt, dan zou het
tegenwoordige program der liberale Unie reeds voor
een goed deel zijn uitgevoerd.
Twee oorzaken hebben medegewerkt om de libe
ralen uit hun dommel op te schrikken. In de eerste
plaats de nederlaag bij do stembus van 1888, in de
tweede plaats het steeds stouter optreden van radi
calen en socialisten. Door de eerste is de eenheid
in de party voor een goed deel hersteld, door de
tweede is het besef levendig] geworden, dat de hand
aan den ploeg moet worden geslagen en dat met
kracht de sociale hervormingen moeten worden ter
hand genomen.
Daarom gelooven wij, dat de liberalen, mochten
zij dezen zomer de overwinning by de stombus be
halen, werkelyk zullen toonen tot handelen bereid
te zyn maar daarom ook betreuren wij het, dat zoo-
velen zich thans, het wachten moede, van hen afschei
den. Want den prikkel der meer vooruitstrevenden
kan de liberale partij niet missen. Ook zy telt nog tal
van aanhangers wien het, door jiolitieken hartstocht
verblind, alleen te doen is om weder do macht in
handen te krijgen en juist bij diegenen moet het
§"sef levendig gehouden worden, dat het volk daden
wil zien.
De liberale partij bezit echter in de Kamer reeds
een kem van mannen, die ernstig willen. Mannen
als Kerdijk, Borgesius, Veegens, Zaayer, Heldt, Har-
togh en anderen zullen hoe langer hoe meer de
richting van het staatsbestuur moeten aangeven.
Die fractie van liberalen moet in de Kamer versterkt
worden, wil men tot krachtige hervormingen kunnen
overgaan. En daartoe zal het komen, wanneer maar
eenmaal de overtuiging ingang vinden mag, dat bij
de oplossing van praetische maatschappelijke vraag
stukken de godsdienst buiten spel moet blijven.
Wanneer het zoover gekomen is, dan zullen de
mannen van alle partyen, wien het ernst is met de
verbetering der bestaande toestanden, elkander van
zelf vinden en zal op den linkervleugel van alle par
tijen de samenwerking een aanvang nemen. Zoolang
de godsdienst en valsche beloften de middelen blyven
om de politieke hartstochten optezweepen en de man
nen, uit wier samenwerking heil zou kunnen ge
boren worden, tegen elkander in het harnas te jagen,
zoolang kan er van samenwerking geen sprake zijn.
Dat dan de liberale partij medewerke om spoedig
dat keerpunt in de politiek in het leven te roepen
en zorge gereed te zyn als de dag aanbreekt, waarop
werkelyk van eene nieuwe partijforinatie sprake kan
zÜn-
Maar bovenal stelle zij zich ten doel geleidelyk
voortteschryden op de baan van den vooruitgang
te luisteren naar de verschillende stemmen uit het
volk en te streven naar de vervulling van alle bil
lijke wenschen. Komt dan de nieuwe partijvorming
niet en dreigt het volk, des wachtens moede, uit den
band van wet en orde te springen, dan zal voor haar
de schoone taak weggelegd zijn, door een tijdig in
grijpen onistige ongeregeldheden te voorkomen en
zal zy, niet door eigen lof of ijdele beloften, maar
door daden kunnen toonen in waarheid anti-revolu-
tionnair te zyn.
GOES, 1 APRIL 1891.
Door mej. Wed. Bentvelsen is behalve aan
het R. K. Armbestuur ook aan de R. K. kerk te
Goes 1000 gelegateerd.
Naar men ons mededeelt zal de Sociëteit
«Eensgezindheid" te Goes met 1 Januari
aanstaande worden ontbonden en zoodanig worden
gereconstrueerd dat er van binnen- en buitenleden
geen sprake meer is en ieder lid gelijk in rechten
wordt. De sociëteit zou dan blyven bestaan in het
gewone lokaal.
By kon. besluit zijn, met ingang van 1 April,
benoemda. tot bureelambtenaren van den rijks
waterstraat P. J. J. Dormaar, J. J. "Visser Jz., J.
Visser, J. C. Heijblom, J. M. De Looff, A. C. Van
Altena en A. Van Altenab. tot ambtenaar bij den
algemeenen dienst van den rijkswaterstaat M. Magielse.
De adsissent by het post- en telegraafkantoor
te Ierseke A. B e v i n is verplaatst naar Zevenbergen.
Men bericht ons dat dhr. Blank uit Bergen-
op-Zoom voornemens is een omnibusdienst
te openen tusschen Goes en Ellewouds-
d ij k vice versa. Van beide plaatsen zoude er 2maal
per dag gelegenheid zyn tot vertrek.
Tot.Gemeente-veldwachter teNieuwdorp
gemeente 's-Heer Arendskerke is benoemd A n t h o-
nie Van de P1 ass e te 's-Heer Arendskerke.
RorNCle. Verleden Vrijdag genoot onze geachte
Burgemeester het voorrecht zijn veertigjarig huwe
lijksfeest te vieren met zyne echtgenoote, kinderen
en verdere familie. Reeds vroeg wapperde uit vele
woningen de nationale driekleur. Voor de school en
de woning van den jubilaris waren eerepoorten op
gericht. In den namiddag complimenteerde de gemeen
teraad de feestvierenden en brachten de schoolkin
deren, onder leiding van het onderwijzend personeel,
hun een bezoek, waarbij toepasselijke liederen wer
den gezongen en hartelijke toespraken gehouden door
het hoofd der school en do vrouwelijke leerling M.
J. Van Asperen.
Behalve familie en vrienden schonken de gemeen
teraad en de schoolkinderen ieder het echtpaar een
kostbaar aandenken en 's avonds voerde het fanfare
korps eenige muziekstukjes uit vóór de woning van
den Burgemeester tot opluistering der plechtigheid.
Intusschen waren do schoollanderen getracteerd.
In de Zaterdag gehouden buitengewone ver
gadering van aandeelhouders in de Zeeuwsche
spoorbootmaatschappij is besloten het aan
het bestuur verleend crediet voor het aanschaffen
van een tweede boot overeenkomstig het bestuurs
voorstel te verhoogen en de leening van 30,000
op 35,000 te brengen. Nu ook de statuten met
het oog op de aanschaffing van een tweede boot zijn
gewijzigd, kan deze belangrijke verbetering van het
verkeer tusschen Schouwen en Duiveland, Noord
en Zuid-Beveland en Walcheren met 1 Jan. e. k. als
een beklonken zaak worden beschouwd. (M. Ct.)
In eene Donderdag te Zieriksee gehouden alge-
meene vergadering van de leden der afdeeling Zie
riksee" der Zeeuwsche landbouwmaatschappij, gaf
het bekende schrijven van de afdeeling «Noord-
Beveland" in zake de jachtwet aanleiding tot
breedvoerige discussie. Ten slotte werd met alge-
meene stemmen aan het verzoek van de afd. Noord-
Beveland voldaan.
Bij kon. besluit is aan mr. F. C. Barbas,
om redenen van gezondheid, met ingang van 1 April
1891, eervol ontslag verleend als ambtenaar van het
openbaar ministerie bij de kantongerechten in het
arrondissement Middelburg en Goes, ter standplaats
Middelburg.
Op 15 April aanstaande wordt overgeplaatst
de opzichter van fortificatie 3e klasse J. C. Laga s,
van den Helder naar Hellevoetsluis.
Bij het examen voor surnumerair ("gedeelte B)
bij de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoor
wegen is o. a. geslaagd D. K a p t e ij n te Middelburg.
De Rijkspostspaarbank heeft heden
10 jaren bestaan. Met de in Maart bij benadering
vastgestelde inlagen werd gedurende deze 10 jaren
ruim 661/.s millioen gulden bij de Rijkspostspaarbank
ingebracht, waarvan ruim 46^4 millioen gulden is
terugbetaald.
Op elke 1000 Nederlanders zijn er 64, die gelden
op deze veilige wijze hebben belegd, gemiddeld ieder
ruim 75.
Het meeste gebruik van deze bij uitstek nuttige
instelling wordt door de Noord-Hollanders gemaakt:
97 van de 1000; de Groningers deelen er het minst
in21 van de 1000.
Ongeveer één vierde deel van de inleggers behoort
tot den handwerkmansstand voorzeker een ver
blijdend verschijnsel 1
H. M. de Koningin-Regentes heeft op zijn
verzoek, met dankbetuiging voor de aan den lande
bewezen diensten, eervol ontslag verleend met ingang
van 31 Maart j. 1. aan den schout-bij-nacht" H.
Dyserinck, Minister van Marine, en tot. zijn opvolger
benoemd den kapt. ter zee G. Kruijs, chef van
den staf der marine en van het bureauspeciale
diensten bij het Ministerie.
De nieuwe Minister is lid van de Staatscommissie
voor de samenwerking tusschen land- en zeemacht,
was vroeger chef van het personeel van het marine
departement in Indië, kommandant van het artillerie-
instructieschip en hoofd van het vak van uitrusting
bij de marinedirectie te Amsterdam.
Zoowel door zijn werkzaamheid in speciale be
trekkingen bij de zeemacht als door een 5jarige
detaeheering bij het Ministerie van Marine is de
heer Kruijs goed bekend met den loop van de in
richting der rivieren, evenals met de administratie.
Als lid der voormalige Staatscommissie tot voor
bereiding der wettelijke regeling van den militairen
dienstplicht wordt hij geacht geheel in te stemmen
met de hoofdbeginselen der thans ingediende leger-
wet, waarvan het gedeelte, dat betrekking heeft op
de zeemacht, ook met zijn medewerking is voorbereid.
Zyn optreden in het Kabinet is ook wenschelijk
geacht, ten einde storing in de behandeling der
legerwct te voorkomen.
Aan praetische ervaring paart hij wetenschappe
lijke ontwikkeling.
Omtrent verschillende zaken is hij homogeen met
zijn ambtsvoorganger, zoodat velen in deze veran
dering in het Kabinet niets meer zien dan een
persoonsverandering.
De heer Kruijs, in 1838 geboren, werd den ln
Sept. 1856 adelborst le klasse, op 1 Jan. 1859 luit.
ter zee 2e kl., op 1 Jan. 1868 luit. ter zee le kl.,
1 Aug. 1878 kapt.-luit. ter zee en 1 Mei 1883
kapitein ter zee. Hij is de oudste hoofdofficier van
zijn rang, ridder der orde van den Ned. Leeuw,
officier der orde van de Eikekroon, ridder 3e kl.
van de orde van St. Anna van Rusland.
Naar aanleiding van de geruchten, in de Midd.
Courant en in andere bladen voorkomende, verzoekt
men ons te melden, schrijft het Vad., dat het oor
spronkelijk artikel «de Marine-matroos" verscheen
in het Handelsblad van 16 April 1890. Dat artikel
is door den redacteur van do Ileldcrsche en Nieuwed.
Courant overgenomen en aan boord der oorlogsschepen
verspreid. Reeds in het Handelsblad van 30 April 1890
gaf de heer Land de verzekering, dat die overneming
en verspreiding had plaats gevonden zonder zyn
toedoen of voorkennis.
De uitgever van de IJeld. en Nieuwed. Ct. beves-
tigt heden in een ingezonden stuk in de M. Ct
bovenstaand bericht.
De regeering van ElzasLotharingen heeft
den ünvoer in het Rijksland van runderen
en kalveren uit België, Luxemburg en Nederland
verboden, wegens de aldaar heerschende longziekte.
Dit bericht zal den tekst van het regeeringsbesluit
wel niet met juistheid weergeven. In Nederland toch
heerscht gelukkig geen longziekte onder het vee, wel
in België. Dat evenwel ook het Nederlandsche vee
in het verbod deelt, schijnt verklaard te moeten
worden uit de omstandigheid, dat het over België
in het Rijksland wordt ingevoerd. (N. R. Ct.)