1891. N". 19. Donderdag 12 Februari. 78s,e jaargang. GOESCHE Oe uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Yrydaga7cnd, uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75» Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiën voor dit blad aangenomen bij de heeren NIJGH VAN D1TMAR te Rotterdam en verder bij alle Boekverkoopers en Postdirecteuren. COURANT. Be prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 cent, elke regel meer 10 eeat. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechtr tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 18 regels a f 1,— berekend. Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en eontant betaald 20 ct« Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regeL Be Zeeuw debiteert in haar jongste Dommer «enige hatelijkheden aan het adres van dan heer Van Kerkwijk, lid der 2e Kamer voor Zieriksee, en be weert dat deie onlangs eene vvrome" speech zou ge houden hebben. Aangezien het blad echter nit die redevoering slechts éene zinsnede overneemt, die in- j tusschen de quintessence van de rede bevat, zouden de lezers allicht danken, dat het overige gedeelte er tin eenige zalvende woorden bevatte, en dat daar om de Zeeuw haar op schamperen toon vroom" noemt. Wij laten daarom de zeer korte rede bieronder volgen, die dhr. Van Kerkwijk alleen hield om op te komen tegen het denkbeeld van mr. Van Ileutsn om op Zondag de verkiezingen te doen plaatshebben. De heer Van Kerkwijk dan sprak «De geachte afgevaardigde uit Groningen heeft gezegd dat het eenlge goede middel om de bezwaren in deze te ondervangen is om op Zondag te laten stemmen. Daartegen moet ik met kracht opkomen. Er zijn honderdduizenden ingezetenen in Nederland die daardoor verhinderd zouden worden in het ver richten van hun verkiezingswerk, in het uitbrengen van hunne stem, tengevolge van hunne godsdienstige beginselen. Wanneer de heer Van Houten en de zijnen steeds verlangen, dat men zooveel mogelijk het getal kiezers zal uitbreiden, dan is het onge oorloofd voor de verkiezingen een dag uit te kiezen, waarop velen in den lande door kunne godsdienstige overtuiging belet worden aan de verkiezingen deel te nemen. Ik zal mij dan ook steeds zoo sterk mogelijk verzetten tegen verkiezingen op Zondag." We wenschen te vragen wat bijzonder «vroomsch" er in deze woorden steekt en of niet de grootste atheïst precies dezelfde rede uit volle overtuiging bad kunnen uitspreken. Hadde de heer Van Kerkwijk ge zegd, dat hijzelf bezwaar zon hebben op Zondag zijne stem uit te brengen, dan was er misschien nog eenige grond geweest om hem voor te stellen als iemand, die anders denkt dan hij spreektmaar waar hij alleen opkwam voor het goed recht van honderdduizenden in den lande om niet kunstmatig te worden tekort ge daan in hnnne vrijheid om aan eene verkiezing deel te nemen, daar is de bedoeling van de Zeeuwom den heer Van Kerkwijk in de ongunstige beteekenls van het woord van vroomheid" te beschuldigen, en op dien grond de antirevolutionaire kiezers op Schouwen voor hun afgevaardigde te waar scha wen, hoogst onedel. Wanneer een liberaal toont geen eerbied te hebben voor het beginsel van Zondagsheiliging bij zoovelen, dan wordt hij veroordeeldtoont hij dit zooals de heer Van Kerkwijk wel te bezitten, dan wordt hij genoemd «de vos, die de passie preekt". Eilieve, hoe moet een liberaal dan handelen om eens een goed keurend oordeal van de Zeeuw te ontvangen De antirevolutionaire afgevaardigde voor Bodegraven, de heer Van Velcen, had over hetzelfde onderwerp willen spreken als de heer Van Kerkwijk, maar hij zag na diens rede van het woord af. Had hij gezegd, precies woordelijk eender, wat dhr. Van Kerkwijk sprak, dan zou de Zeeuw dhr. Van Velxen daarvoor uitbundig lof hebben toegezwaaid. Want dit is de zaak de Zeeuw beoordeelt de zaken en woorden niet naar hunne waarde en hun inhoud, maar naar den persoon vaa wien ze afkomstig zijn en komen ze van eon liberaal, dan zijn ze daarom alleen reeds verkeerd. Dit moge getuigen voor het eigenaardig «Ohriste- lijk" beginsel van de Zeeuw, van Christelijke waar- deering van de eerlijkheid en de handelingen harer politieke tegenstanders getuigt het zeker niet. GOES, II Februari 1891. Da antirevolutionaire Oranjevaan heeft weer een staaltje meê te dealen van böUmmaringen. die tan Regeeringswege op midden-Java aau het Evan gelie in deo weg worden gelegd, 't Is overgenomen vit de Heidenbode, die de feiten in dezer voegde verhaalde «Een zesjarig dochtertje van inlandsche Christenen uit da residentie Soerakarta, afdaeling Klatten, mocht in die residentie niet eens worden gedoopt, omdat het gouvernement, hoe dringend ook aangezocht, nog altijd geen verlof gegeven heeft om daar het evangelie te prediken of de sacramenten te bedienen. Om het kind gedoopt te krijgen moesten da ouders naar Poer- bolingo reizen, waar de zendeling Vermeer het kind beeft gedoopt. Mahomedaan mag ieder worden en de Mahome- daansche godsdienst-gebruiken mogen overal worden uitgeoefend. Maar de overgang tot je, het blijven bij het Christendom wordt nog altijd tegengewerkt Welk een indrnk moet het toch op do bevolking wel maken als zij ziet, dat het doopen van een kind en het prediken van het Evangelie als misdaad wordt beschouwd 'tIs meer dan erg, zegt de Oranjevaan" Dus ook da tegenwoordige «Christelijke" regeericg schijnt dergelijke «belemmeringen aan het Evangelie in den weg gelegd" niet te kunnen beletten. Geschiedde zulks onder een liberaal ministerie, dan zou bet na tuurlijk diens schuld zijn. Maar hoe dan nu? Of moeten er soms 20 k 30 jaar verloopen oer ook te dien opzichte het antirevolutionair beginsel kan doorwerken Benoemd tot agent van politie te Vli«6ingen de heer P. J. Bartelse van Goes. De heer G. Claus, arbeider-telegrafist aan het station te 's-Heer Arendskerke, wordt overgeplaatst naar 's-Hertog*nbosch en de beer J. F. Stokman, werker aan de spoorlijn te 's-Hasr Arendskerke, wordt aangesteld als arbeider-telegrafist aldaar. (Af. Ct.) Men schrijft ons uit Kapollo Ter aanvulling van het kort bericht in uw vorig rommer betreffende de ontvangst van den burgemeester in onze gemeente, na zijne eedsaflegging te Middel burg, is het wellicht niet onbelangrijk den zakelijken inhoud madetsdeelen van de toespraak van den heer v. d. Mandere, nadat hij door de leden van denftiad was gecomplimenteerd. De heer v. d. M. zeide ongeveer het volgende Ik dank do wethouders en leden van den Raad voor hnnDe goede wenschen, en hoop dat die vervuld zullen worden. De laatste weken zijn voor mij een motielijko tijd geweest, een tijd van spanning en groote kwelling. Men heeft een aanklacht tegen mij ingediend, rakende verschillende punten van mijn bestuur en op die wijze getracht eene nieuwe benoeming van mij als burge meester dezer gemeente te verhinderen. Golnkkig is die poging verijdeld, en is da uitkomst eene andere geweest dan de aanvallers zich hebben voorg Aeld. De Commissaris des Konings gaf reeds dadelijk te kennen, dat hij in de aanklacht geene beswaren van ernstigen aard had gevonden, en mijne wederlegging van de grieven is van dien aard geweest, dat later de Minister van Binnenlaodscha Zaken ook heeft ver klaard, zoowel aan mij als aan anderen, dat de pusten van aanklacht geen grond konden opleveren om mij eventueel niet te benoemen. Wanneer ik echter de moeielijkheden, die aanvankelijk tegen mijne benoeming zijn gerezen, ben te boves gekomen, dan heb ik dit zeker te danken aan den steun, dien ik van zoovele zijden heb ondervonden. In de eerste plaats van Z E. den heer Commissaris des Konings in deze provin cie, aan wiens onvermoeide medewerking ik allereerst dezen ganstigen uitslag heb te danken, en wien ik mij verplicht gevoel, hier opsnltjk mijn dank te brengen. Vervolgens aan hen, die zich meer dan anderen aan mijns zaak hebben laten gelegen liggen, daar toch eene deputatie tot den Minister van Binnenlandsche Zaken is gegaan om mijne belangen te verdedigen, en anderea zelfs niet geschroomd hebben het Konink- ltjk Paleis te betreden, ten eiode ook bij het Hoofd van den Staat een goed woord voor mij te doen. Einde lijk aan allen, die door woord, geschrift of daad mij hebben geholpen, en allen ingezetenen der gemeente, die door hunne handteekening van hunne sympathie voor mij hebben blijk gegeven. Hun allen, zonder onderscheid, gevoel ik mij gedrongen miju harte lijken dank te brengen, en ik verzoek de hier aanwezigen dien dank ook ov«r te brengen aan allen, die hier niet tegenwoordig kunnen zijn. Gesterkt door die bewijzen van instemming ben ik bereid mijne betrekking opnieuw te aanvaarden, maar, z&l ik in het belang der gemeente werkzaam kunnen zijn, dan moet ik opnieuw een beroep doen op den steun en de medewerking van de wethouders en raads leden. Niet zoozeer op hun steun om in de vergaderingen goede besluiten te nemen, die heeft mij nog nooit ontbroken, maar op den steun, die voortvloeit uit Let ver dedigen van mijne bedoelingen buiten de vergaderingen, waar dat pas geeft en door mijne handelingen niet in een verkeerd licht te stellen door wantrouwen te wekken in m*<jn persoon, en steeds naast mij te staan, waar het belang der gemeente dit vordert. Vooral zeg ik dit met het oog op da wathouders, die met mij de dagelijksche leiding der zaken besturen, en ik hoop dat zij zuilen begrijpen, dat waar mij eanig verwijt wordt gedaan, dit ook hsn treft, omdat bijna alle zaken, die aan hst gemeentebestuur zijn opge dragen, worden uitgevoerd door burgemeester en wet houders. Ook voor wat de punt6n van aanklac t be treft, moet ik daarop wijzen, want op enkele uitzon deringen na waren daarbij alleen zaken betrokken, die het dagel. bestuur aangaan, zoodat wanneer de klachten waren gegrond bevonden, ook de wethouders hun deel in de verantwoording zouden hebben moeten dragen. Moge mijn beroep op de gevraagde medewerking niet vergeefsch zijn, dan hoop ik ook in bet vervolg voor de gemeente nuttigste knnnen werkzaam zijn. In een Maandagavond gehouden en door ruim vijftig leden bijgewoonde vergadering der «Liberale Kiesvereeniging" te Zieriksee is het praeadvies over het wetsontwerp tot regeling van den krijgsdienst, door de bekende commiss e uitgebracht aan bet be stuur der «Liberale Unie", in bespreking genomen. Het gaf aanleiding tot een breede, nu en dan nog al afdwalende, gedachtenwisseling, waarbij het voor den leider der vergadering, mr. J. Moolenburgh, lid der Eerste Kamer, soms moeilijk was de sprekers bij de pit van de zaak te houden. De slotsom was echter, dat met nagenoeg aigemeene stemmen besloten werd, dat de vereenigiBg zich in hoofdzaak vereeDigt met het praeadvies en daarvan aan het bcstnur der «Libe rale Unie" mededeeling zal gedaan worden. het onderwerp «achturige arbeidsdag" behandelde en dio door den burgemeester en etn talrijk publiek werd bijgewoond, werd eene motie van ongeveer den na volgenden inhoud aar genomen «De vergadering, over wegende, dat de Minister van binnenl. zaken en de volksvertegenwoordiging verklaard heeft, dat de bur gemeester van Enschedé het recht heeft de menscben dood te laten schieten; overwegende dat tijdens de laatste werkstakirg die burgemeester van dat recht geen gebruik heeft gemaakt.beslnit dien burgemeester daarvoor haren dank te betnigen Ook te A k s e 1 ligt een a d r e s- aan de Tweede Kamer ter teekening tegen de aanhangige enikerwet. Een particulier telegram, Maandag hier te lande over Demerary uit Suriname ontvangen, bevestigt het bericht door Het Vad. gemeld, dat het tusschen gouverneur Lobman en den procureur-generaal mr. K a 1 f f tot eene botsing is gekomen. Bbl De antiv.-kiesvereeniging «Nederland en Oranje" te Rotterdam heeft den heer J. M. Voorhoeve gecandideerd voor de vacature-Vernlers v. d. Loeff. Alle liberale kiesverenigingen in het hoofdkies- district Zuidhorn hebben tot candidaat voor de Tweede Kamer gekozen den heer G. Z ij 1 m a, landbouwer té Weatpolder. De Eerste Kamer is ter vergadering bijeen geroepen tegen Maandag 16 Februari. Bij de begrooting van koloniën zijn in de afieeliogen der Eerste Kamer ditmaal een aantal punten behandeld Over het algemeen werd 'b ministers beleid, waaraan veerkracht en initiatief ontbraken, ongunstig beoordeeld. Een aantal leden wilden af wachten. Met het oog op den zorgwekkenden finan- clëelen toestand wordt aan de regeering de eisch gesteld van zuinig algemeen beheerhet achterwege laten van onzekere proefnemingen met belastingmid delen opening van nieuwe bronnen van welvaart door spoorwegaanleg en irrigatiewerken. Ean groot aantal leden wenschte vervanging van het opiumpachtstelsel door eene volledige regie. Algemeen oordeelde men krachtig volhouden der blokkade in Atjjh noodig. De Haagsche correspondent van de ZutphCt. schrijft Tegen midden Maart worden de stukken over de legerwet verwacht. Reeds sieds gernimen tijd is het door de rapporteorscommissie opgemaakt verslag in banden der R'geering gesteld, en ben ik goed in gelicht, dan is de Rageering met haar antwoord reeds bijna gereed, zoodat bet eerstdaags bq de commissie kan inkomen. Dan begint echter het overleg tusschen de commissie en de betrokken ministers, ea dat over leg moet eerst zijn afgeloopen voordat de resultaten der schriftelijke en mondelinge gedachtenwisseling ter kennis van da Kamer worden gebracht. Vóór Paschen zal dus waarschijnlijk de openbare behandeling der legerwet geen aanvang nemen. Uit Paramaribo wordt aan het N. v. d. D. geschreven «De strijd tegen den Gonvern6nr alhier blijft niet alleen voortduren, maar wordt hoe langer hoe ernstiger. «Drie dingen staan hier nl. vast4o. dat de Gouver neur zelf nooit zijn ontslag zal vragen 2o. dat hij niet van plan schijnt om de tegen hem ingebrachte beschuldigingen te weerleggen of te vervolgen, en 3o. dat de Naderlaodsche Rageering ham niet ontslaan zal. «De Gouverneur zal nl., volgens hen, die hem goed kennen en dagelijks met hem omgaan, nooit zijn ontslag vragen, om reden hij zich volgens hen op zeer afdoende wijze daaromtrent heeft uitgelaten. Op gevaar af van telkens in herhalingen te treden, moet ik opmerken, dat het door hem telkens gedane gezegde bestaat in het volgende: «Zij denken in Neder land, dat ik fijngevoelig ben, maar zij vergissen zich, want ik heb de huid van een olifant!" Hij schijnt niet van plan om de tegen hem ingebrachte beschul digingen te weerleggen, want het is werkelijk weerzin- w kkend wat men in de vijandige plaatselijke bladen te lezen vindt. Wie zich wil overtuigen, leze de West- Indiër van de laatste twee jaren. De meeste beschul digingen zijn dan ook au fond volkomen waar." Het Vaderland herinnert hierbij eraan, dat da Standaard indertijd verzekerd heeft, dat de schrijver in dat blad nu eerst eens een eerlijk en onpartijdig correspondent was. Tot grootkruis in de orde van de Eikenkroon zijn benoemd de Ministers R u ij s Van Boeren- broek en Mackay. Ia een Maandagmiddag te Enschedé gehouden socialisten-vergadering, waar F. Domela Nieuwenhuis Men schrijft uit Noord-Brabant Nooit is eene snikercampagne zoo ongunstig geweest als de campagne 1890/91. Terwjjl men van half October tot begin November met buitengewoon zacht ©n vochtig weder had te kampen, waardoor de snikerbieten veel in qnaliteit afnamen, kwam plotseliog hierop de buitengewoon strenge winter invallen, die oorzaak was dat men gedurende November en December enkel bevroren bieten moest verwerken. Daar bevroren bieten moeielijk te verwerken zijn, heeft de campagne langer dan gewoonlijk geduurd, en was dus de som die men aan werkloonen betaalde veel belangrijker dan anders het geval zoude zijn geweest. Aan vela fabrieken zal men nu eerstdaags opnieuw de campagne moeten beginnen wegens den aanvoer van enorme hoe veelheden bieten, die ingevioren waren en nu aan de fabrieken aankomen. Ook hiervan zal de verwerking zeer ongunstig zijn, daar vele wortelen door den dooi verrot zijn. De heer Sickesz, daartoe uit Méran herwaarts gekomen, leidt als voorzitter de vergaderingen der Landbonw-commissifl, welke Maandag te 's-IUge zijn hervat om in de volgende dagen te worden voortgezet. De commissie houdt zich thans bezig met de belastingen. De door den Minister van Buitenlandsche Zaken overgelegde Kongo-stukken vormen twee bun dels, ééne houdende de rechtstreeks met vreemde regeeringen gewisselde stukken, de brief van bereid verklaring der Nederl. regepring tot onderteekening, en twee stukken van de Aoti-Slaverny Societyde tweede, de protocollen der technische conferentie van Brussel en eenige desbetreffende stukken. Da tweede bnndel is uitsluitend voor de leden over gelegd, terwijl ook in den anderen busdel een aantal niet voor openbaarmaking bestemde stukken zijn vervat. Het belangrijkste der nu wel gepubliceerde stukken is eene mededeeling van onzen gezant te Brussel vaa 30 December, waarin hij verklaart dat de Nederlandsche regeering ongeschokt is in hare overtuiging dat de bij de akte gevoegde verklaring indirect nadeelig sal zijn voor de afschaffing der slavernij en de ontwikkeling van den Congo-handel, maar toetreedt omdat zij niet het verwijt wil baloopsn het menschliavend doel der con ferentie te hebben doen mislukken, ofschoon zij de ver antwoordelijkheid voor de gevolgen van zich afwerpt. Zondag herdacht prof. S. S. Rosenstein den dag, waarop hij voor 25 jaar te Groningen het ambt van hoogleeraar aan de rijks-universiteit had aanvaard. Sinds 1873 bekleedde hij die betrekking te Leiden. Talrijke blijken van hulde werden op dezen dag door hem ontvangen in den vorm van brieven, tele grammen, bloemen en geschenken. O. a. ontving hij van Jos. Israëls een zevental etsen in een lijst. I mand, die onlangs een van de meest welva rende streken van Britsch Indië bezocht en Java gopd k«nt gaf ons als zijn gevoelen te kennen dat de toe stand van de inlandsche bevolking ginds diep ellen dig en armoeiig is vergeleken bij dien van de Ja vanen. Tot hetzelfie resultaat kwam kort geleden een Eogelsch reiziger in een Biitsch-Iadisch blad, die de schaduwzijden van ors regelingsbeleid breed uit mat, maar erkennen moest dat de practijk er gelijk aan gaf, daar van eene welvaart als op Java heerachte, in Britsch-lndiü geen spoor was te vinden. Javabode Kerkelijke Zaken en Onderwijs. Voor de meer dan 370 vacante predikantsplaat sen bij de Herv. Kerk is thans geen enkele candidaat meer beroepbaar, daar van de 57 candidaten, die in 1890 tot de evangeliebediening zijn toegelaten, reeds 52 als predikant werkzaam zijn of een beroep hebben aangenomen. De heeren G. D. Moulijn te Rotterdam, G. Hulsman te Randwijk, P. J. Los te Leiden, L. A. Fahler te Groningen en J. D. Bierens De Haan hebben zich nog niet beroepbaar gesteld. De heer Van der Hage, onderwijzer te Bo8chkapelle, is als zoodanig benoemd te Schagenbrug (Noord-Holland).

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1891 | | pagina 1