doordringen, dat verbetering noodzakelijk is, dat het
den menach onwaardig is dergelijke toestanden maar
rnstig te doen voortduren.
Het schetteren en het venijnig aanblazen van haat
en wangunst door hen, die zich sociaal-demoeraten
nomen, wekt wrevel bij hen, die tot eene verbetering
der maatschappelijke toestanden kunnen medewerken
duizendmaal welsprekender en overtuigender echter is
de stem der feiten, welke sieh in dezen winter zoo
luide doet hooren, en daardoor worden de oogen ge
opend van de bourgeoisie satisfaitegelijk men ze
niet zoo geheel ten onrechte bestempelt. Deze moet
doordrongen worden van de overtuiging, dat het hoog
tijd iz om hieraan de aandacht te wijden en niet
slechts over middelen te praten en te schrijven maar
ze tot stand te brengen.
Reeds werden dergelijke middelen in toepassing
gebracht. De enquête omtrent den toestand der fabriek
arbeiders heeft reeds tot eenige verbeteringen geleid.
De verzekering van werklieden tegen ongelukken wordt
aigemeener. Arbeiderswoningen worden in verschillende
steden gebouwd. Velerlei inrichtingen tot steun van
hulpbehoevenden zijn in het leven getreden. Maar er
is nog veel te doenons belastingstelsel allereerst
moet zoodanig ingericht worden, dat de druk gelijk
matiger wordt verdeeld. Aan de groote werken, die
de algemeene welvaart bevorderen en die nog in de
periode der plannen verkeeren, moet eindelijk eens de
hand worden geslagen. Maar wat bovenal tot ver
heffing van de maatschappij zal strekken de verhouding
van den mensch tot den menseh moet beter worden.
Niet enkel en bovenal door wetten en instellingen
wordt het algemeen welzijn bevorderd het genees
middel van de kranke maatschappij ligt voor een
groot deel in den menseh zeiven. Ieder moet om zich
zien wat hij doen kan om het geluk zijns naasten te
bevorderen. De onverschilligheid omtrent het lot van
anderen heeft, door da lijdensweken die in dezen
winter doorleefd sijn, een gevoeli'gen stoot gekregen.
Misschien zal bet opgewekte medelijden van blijvenden
aard zijn en zal de menigte, die na door het geven
van geld aan dat medelijden nitmg gaf, inzien, dat
er een ander soort van menschenliefde wordt vereischt,
die niet uitsluitend op barmhartigheid, maar op rechts
gevoel berust. Deze menschenliefde moet er toe leiden
pogingen te steunen van hen, die tot eene duurzame
verbetering van de sociale toestanden het initiatief
■amen.
Wetten alleen kunneD de samenleving niet var-
beteren, maar zij werken daartoe mede; en wanneer
wq in onze wetgevende macht de partijkers arken van
hen, die een open oog hebb<n voor de volksbelangen,
dan kunnen door hun toedoen krachtige, doortastende
maatregelen verwacht warden. Laat ons daarom bij
de verkiezingen voor de Tweede Kamer daarop vooral
letten en ons niet laten misleiden en meeslepen door
kerkelijke geloofsbegrippen, maar gehoor geven aan
den eiscb, dien de hoogere menschenliefde ons stelt.
Laat leder, ook in dit opzicht, het zijne bijdragen om
het tijdperk van woorden te doen plaats maken voor
een tijd van daden. Da tafereelen, waarvan men dezen
winter getuige was, moeten daartoe krachtig aansporen
en al zullen wij ook »de armen altijd bij ons hebben",
dat er zoovele duizenden honger lijden, terwijl anderen
meer dan overvloed genieten, is toch een toestand,
waartegen de menschonliefje in opstand komt.
Kerkeiijke Zaken en Onderwijs.
Da eerste openbare sihool ta MijnsheereDland is
zóó ver leeggepompt", dat er op 15 Januari j'. nog
32 kinderen overbleven. Dientengevolge is besloten, den
(hulp)onderwqzer eervol ontslag te verleenen, in te
gaan 1 April e. k.
De heer A. De Hollu, oud-leerling der Normaal
leszen te Oostburg, thans nog onderwijzer te Lange
Rui^ewijde, is tegen 1 April a. b. op wachtgeld ge
itel d. Ook daar is de openbare school zoo zachtjes
aan leeggepompt".
Voor het examen ter verkrijging der akte nut
tige handwerken hebben zich aangemeld 190 candi
dates De «xamena zallen beginnen op Maandag 16
Februari te Utrecht.
Benoemd is tot leeraar in de wis en natuur
kunde aan de R. H. S. te Breda, de heer B. W.
Mout, civiel-ingenieur en leeraar aan de R. H. B. S.
te Zieriksee.
Benoemd tot hoofdonderwijzer aan de Chr. school
op Geref. grondslag te Vlissingen de heer J. Baarschers,
van Amsterdam.
Rechtszaken.
Da vraag, of tienden door verjaring kunnen
verkregen worden, werd Vrijdag door den Hoogen Raad
toestemmend beantwoord.
Landbouw en Veeteelt.
Nu van onderscheiden plaatsen wordt gemeld,
dat ingekuilde aardappelen bevroren zijn, geeft de eer
C. De Vos, te Hazorswoude, in het Maandblad van
de Holl. Maatschappij van landbouw het volgende
middel aan de hand om putten of kuilen vorstvrij te
maken.
Zoodra de vorst streDg wordt, zegt hij, plakke men
den aardhoop zoo vlak en vast mogelijk en giete hem
met een gieter natzoo spoedig dat bevroren is, giete
men nogmaals en nogmaals, zoo lang tot de put met
•ene ijskorst zonder eenige opening is bedekt. Dan is
zij vorstvrij.
Bij het gebrnik van de kunstmeststof kaïniet is
er steeds door deskundigen op gewezen, dat een al
te vaak herhaald en geregeld gebruik daarvan den
grand tot uitpntting brengt. Nu is het opmerkelijk,
dat in oostelijk Drente sinds zeven a acht jaar een
ruim gebruik van kaï-iiet op weideland wordt gemaakt,
•n wel met het besta gevolg, niettegenstaande vrij
algemeen achtereenvolgens jaar op jtar deze mest aan
gewend is en de stalmest daardoor veel van zijn ouden
naam verliest, echter vermoedelijk ten onrechte, daar
zeer zeker juist tengevolge van de vroegere geregelde
stalmest-Btrooiing het land de noodige vatbaarheid
haalt verkragan om da huidige kaioiet-bemesting zoo
goad ta doen gedijen. Vandaar dat de wijsheid schijnt
voor te schrijven, den stalmest niet te veronachtzamen,
maar liever gezamenlijk met de kaïniet aan te wenden.
(N. R. Gt.)
Blijkens het overzicht van the London Gazette
blijft de longziekte onder het rundvee in Groot-Brit-
tanie voortdurend zeer verspreid voorkomen.
Van 16 November 18904 Januari 1891 sijn in
6 graafschappen in Engeland 98 gevallen van long
ziekte waargenomen en in Schotland in 5 graafschap
pen 110 gevallen.
Ongeveer 1600 rundersn werden afgemaakt.
Man schrijft ons:
Na een paar maanden vorst, is sedert veertien
dagen de dooi ingevallen, maar nog is de grond niet
doordooid. Op vale plaatsen kan men nog niet over
gaan tot het spitten der tuinen en het beploegen der
akkers. Is eenmaal de grond genoegzaam ontdooid,
dan zullen da werkzaamheden overal een aanvang
nemen. En veel, zeer veel is er te doen. Door de vroeg
ingevallen vorst zijn vele werkzaamheden in 't afge-
loopen najaar blijven liggenniet alleen vele akkers,
waarop In 't afgeloopen jaar penen werden geieeld,
wachten op bewerking, maar ook ettelijke stoppelvelden
moeten nog beploegd, bemest, enz. worden. Daarbij
komt nu nog, dat meer en meer blijkt, dat ettelijks
veldgewassen, die voor dan winter mat wintergranen
zijn bezaaid, opnieuw zullen moeten worden bewerkt,
daar wintertarwe en wintargerst zoodanig door de
strenge vorst hebben geleden, dat er geene verwach
tingen van zqn.
Op sommige akkers is alles bevroren, op vele de
grootste helft, zoodat overzaaien io elk geval nood
zakelijk zal zijn. Het koolzaad heeft zoodanig geleden,
dat het omploegen daarvan eveneens noodig ie. Een
en ander is voorieker eene groote schaduwzijde van
de strenge vorst. Deze heeft echter ook lichtzijden.
Indien wij een droog voorjaar hebben, zal het land
uitstekend liggen voor eene goede bewerking. Dd vrucht
baarheid der landerijen is door het uitvriezen ontzag
lijk verhoogd, terwijl veel klein onkrnid en schadelijk
gedierte, in de eerste plaats de «lakken, geen weer
stand hebben kunnen bieden aan de strenge koude.
Dat de hoop des landmans in dit jaar niet moge
worden verijdeld, is zeker aller wensch.
Gemengds Berichten.
Jl. Zaterdagmiddag werd het ruim tweejarig
zoontje van J. De D. alhier nit een vrij diepen put op
het erf zijner hofstede levenloos opgehaald. Men trachtte,
ook de inmiddels ontboden geneesheer, te vergeefs de
levensgeesten op te wekkeB. Een uur te voren had de
moeder het kind nog van den put weggehaald.
-8 Heer-Abtskerke. Vrijdagavond vierde onze zang
vereniging >Nooit gedacht" haar 14de jaarfeest. De
toestand der vereeniging is zeer bevredigend. Zij telt
19 werkende leden, van welke het meerendeel de
bijeenkomsten trouw bezoekt. Met veel opgewektheid
was men «enige uren bjjeen, terwijl afwisselend gezaag
en voordracht bij de noodwendge werkzaamheden,
die deze vergadering meebrengt, oen ongestoord genot
verschaften.
Baarland. Op de weegbrug alhier zijn in 1890
gewogen 1.465.287 KG. peen, 139 849 KG. pulp,
59 291 K G. aardappels, 530 K.G. haver, 644 K.G.
meel, 590 K G. juin en 3 stuks vee. De weegbrug
werd ultimo Juli voor 't publiek opengesteld.
Scherpen!sse. Gisteravond omstreeks half negen
brak alhier een hevige brand uit in de met vlas ge
vulde meestoof. De oorzaak is onbekend.
KoHJnzplaat. Mst het voorjaar ontwaakt bier we
der de zucht naar landverhuizing. Een huisgezin met
9 kinderen alsmede nog drie jongelieden hebben het
voornemen in de volgende maand over Rotterdam
naar de Nieuwe Wereld te vertrekken. Het doel hun
ner reis is Kalamazoo.
Een huisgezin is reeds van hier naar Kortgene
vertrokken en zal, tegelijk met de anderen en met nog
7 of 8 gozinuen van Kortgene, hot vaderlaad voor
Amerika verwisselen.
Mon schrijft ons uit Waardes
Werd onlangs in dit blad met betrekking tot den
toestand van den toren de zeer overdreven kreet var-
nomen hij valt, hq valt I", wat alsnog eenvoudig
onmogelijk is, met het oog op de heden door de zarg-
vereeniging »Vooruit" alhier gegeven uitvoering mag
gezegd worden: sZij rijft, zij rijst!" Want het uit
voerig programma werd uitgevoerd op eene wijze, die
algemeen de goedkeuring van het talrijk opgekomen
publiek wegdroeg, en die getuigde van degelijke oefe
ning, zoowel als van het onmisbaar zelfvertrouwen.
Tot afwiseling werden door den voorzitter dhr.
Oudshoorn en den directeur dhr. De Jager een paar
luimige voordrachten gehouden, die zeer iu d n smaak
vielen.
Het glanspnnt in dat genre was het slotnummer
»de Neuzenbond", wat dan ook algemeene toejuiching
verwierf.
Het geheel liep af op een wijze, die voor het bestuur
en don knndigen en ijverigen directeur zeer vereerend
is, en het is voor de vereeniging zoowel als voor onze
gemeente wenschelijk dat bij een volgende uitvoering
van haar getuigd zal kunnen, dat zij zoo zeer de v e r-
lichting heeft in de hand gewerkt, dat het bevoegd
gezag daardoor gedrongen is om eens ernstig aan de
straatverlichting te gaan denken, die tot heden hier
nog juist alles te wenschen overlaat.
Nog schrijft men ons te dezen opzichte:
Hoewel er een vrij talrijk pnbliek aanwezig was,
misten we er toch verscheidenen die we zoo gaarne
daar zouden ontmoeten.
Ook hier in deze gemeente is een geest onder de
bewoners, die openbare vroolijkheid niet kan goed
keuren. Do» te prijzenswaardiger is het daarom van
dsze zaagvereeniging, dat ze, niettegenstaande de tegen
werking, die ze van verschillende zijden ontmoet, toch
op den ingevlagen weg voortgaat.
Onze beste wenschen vergezellen haar met dit loffelijk
streven want zang verheft en veredelt den mensch.
Terecht zegt de Duitscher:
Wo man sirgt, da xetzt da ruhig nieder,
Bote menschtn haben keine Lieder.
De drie verdachten van brandstichting te Mid
delburg zijn uit de voorloopige hechtenis ontslagen.
Omtrent de arrestatie van een souffbur meldt
de Midd. Ort.
De genoemde persoon was, toea hij gearresteerd
werd, niet op weg naar het spoor, doch bevond zich
in een koffiehuis aan een der kaden te Middelburg.
Onjuist is, dat de vermiste horloges zouden behoord
hebben aan de bezoekers van de voorstelling op Woens
dag-avond. Tevens deelen wij hier mee dat de gear
resteerde een ontwikkeld man is, vader van een talrijk
gezin en een betrekkelijk inim inkomen had.
De toedracht der zaak was als volgt
De jongelui, die 's middags op het Molenwater zich
met vo tbalspjlen bezighielden, hadden hnn kleeren,
niet zooals gewoonlijk in de koffiskamar, doch in de
vestibule van den schouwburg neergelegd, terwijl vier
horloges in het kamertje van den bureaulist werden
geborgen.
Na afloop van het spel werden die horloges ver
mist, en, dank zij het beleidvol optreden der politie,
was de vermoedelijke dader spoedig opgespoord.
Omtrent de ijsbezetting in de groote rivieren
wordt gemeld:
Over het algemeen kwam het ijs den 5en en 6en
dezer overal voor goed los en in beweging, en dreef,
na hier en daar eenige zware schollen op kaden of
tegen de dijken en stoomboothoofden enz. geworpen
te hebban, geregeld naar zee af.
De buitengewone riviarcorrespondentie, die van 25
Januari af was ingesteld, werd Zaterdag dan ook overal
opgeheven, en de ambtenaren van den waterstaat en
de verschillende dijkscolleges vertrokken weder naar
hunne gewone standplaatsen.
De ztoombootfaart werd gedeeltelijk weder hervat
eenige booten ondervonden van Krimpen tot Rotterdam
nog al verhindering door het losgeraakte scholijsde
geregelde scheepvaart zal eerst de volgende week ge
heel kunnen hervat worden.
Dat alles zoo goed is afgeloopen, mag hoofdzakelijk
hieraan worden toegeschreven, dat de natuur op de
gunstigste wijze heeft meegewerkt. Bijzonder veel en
zwaar ijs zat er in de rivieren, en daarbij zooals
vroeger reeds gemeld is overal veel sneenwdoch
gelukkig viel het dooiweer vrij kalm in, en wel voor
namelijk het eerst beneden, terwijl het in het bovenland
nog koud scheen te blijvendientengevolge bleven de
waterstanden, vooral boven Keulen enz., vrij laag, en
inmiddels nam het ijs in de rivieren steeds in dikte en
kracht af, ar kwam geen bijzondere drukking van af-
etroomend opperwater, en daarom ontstonden er geen
gevaarlijke ijsdammen of groote wateropstoppingen.
Ds ontzettende ijsbezetting van den streDgen winter
van 1890/91 behoort alzoo weder tot het verledene.
Te Jaarsveld werd Woensdag, nadat het ijs in
de Lek vóór dia g< meenta een oogenblik in beweging
was geweest, de aanlogplaats der stoombooten weg
geslagen.
Donderdag hebben nog 5 Urkers den tocht van
hun eiland op schaatsen naar Kampen afgelegd en had
op de Gouwzee voor de haven van het eiland Marken
nog eene hardrijderij op schaatsen van Marker jongens
tusschen 12 en 16 jaar plaats.
Ta Veere heerschen erg de mazelen. Echter is
de ziekte van g^en kwaadaardigen aard, en weinig
kinderen sterven eraan. Het getal schoolgaande kin
deren op beide scholen bedraagt nog slechts 15 a 16.
Ean ernstig geval van bloedvergiftiging doet zich
te Diever voor. Een oppassend jonkman liet zich voor
een paar dagen scheren. De barbier bad het ongeluk
een klein zweertje open te snijden. Weldra voelde de
jonge man zich onwel en den volgenden dag zotte
zijn hoofd onrustbarend op, zoodat men geneeskundige
hulp moest inroepen. Intusschen ging het opzwellen
voort, zoodst de lijder na de oogen dicht heeft zitten
en de ademhaling belemmerd wordt. De patiënt lijdt
vreeselijk.
Aan de Tijd ontleenden wij hot verhaal van
een dienstmeisje, dat met een piano in haar nieuwen
dienst kwam. H«t Centrum herinnert, dat een paar
jaar geleden hetzelfde geval zich heeft voorgedaan,
blijkens een bericht destijds in dat blad opgenomen.
Het vermoedt dat het verhaal hetzelfde meisje geldt,
en deze dug nog altijd bij het korps dienstboden is
gebleven. Men zou ook kunnen vermoeden, dat de
mededeeling van de Tijd aan een vroegereB jaargang
van het Centrum is ontleend.
Te Assen had een vermakelijke scèie plaats,
die in een der logementen werd afgespeeld. Op de
bovenzaal werd een repetitie gehouden voor een lief
hebberij-komedie. In een der stukken treden ook
gevangenen op, die vaQ de bekende vboavenpakjez"
waren voorzien. Een der ex catanten, ean sgevangene",
schijnt op de bovenzaal niet alles wat van zijn gading
was te hebben kunnen krijgen, althans hij begaf zich
naar de benedenzaal, voor het publiek bestemd, om
daar een hartversterking te koopen. Onder de daar
aanwezigen bevond zich o. a. een gepensionneerd rijks
veldwachter, die, iemand in de bovengenoemde kleeding
ziende binnentreden, natuurlijk zijn ond-veldwachters-
hart voelde popelen bij de gedachte, hier van aange
zicht tot aangezicht tegenover een ontvluchten gevangene
te staan. Nauwolijks had hij den vermeenden »boef"
in het oog gekregen, of hij gevoelde zijn ouden lust
tot airesteeren ontwaken, doch daar hij hiertoe alleen
niet bij machte was, snelde hij naar de hem welbe
kende plaats tot het halen van de daarbij benoodigde
assistentie. Spoedig kwam hij terug, vergezeld van
twee rijksveldwachters, die, denkende een flinken slag
te slaan, natuurlijk teleurgesteld en onverrichterzake
weer moesten aftrekken, toen het misverstand was
opgehelderd.
De persoon van J. Van Drunen, gesignaleerd door
den officier van justitie te Middelburg als verdacht
van diefstal te hebben gepleegd te Hengstdijk, is, naar
men meldt, afkomstig uit Kromvoort en voor eenige
maanden als huzaar gedeserteerd uit het garnizoen te
's-Bosch, na vooraf bij zijn zwager te Vucht, onder
•en voorwendsel, een burgerpak te hebben geleend.
Men hield hem toen ook voor den dader van een te
Kromvoort gepleegden diefstal.
Laatste en teiegraphlsohe berichten.
Kapelle. Heden is onze burgemeester, de heer P.
J, Van der Mandere, te Middelburg beëedigd. Enkele
ingezetenen, die het voornemen hadden opgevat te
trachten hem eene feestelijke ontvangst te bereiden,
ontvingen van den burgemeester het beleefd ver
zoek, met het oog op de vele uitgaven, die men
in dezen strengen winter zich reeds heeft getroost,
en den nood, die nog bij velen heerscht, het voorge
nomen plan, voor zoover dit uitgaven mocht tengevolge
hebben, te laten varen. De vlag wapperde echter van
den toren en te Kapelle schier uit alle woningen. Ook
te Biezelinge hadden verscheidenen de driekleur uit
gestoken. De burgemeester werd afgehaald aan het
station door den secretaris der gemeente, den heer W. J.
Van Dam, en eenige ingezetenen, die hem naar het ge
meentehuis begeleidden, waar de wethouders en de overige
leden van den Raad vereenigd waren om den nieuw
benoemde te complimenteereb. De burgemeester dankte
de leden van den Raad voor hunne ontvar gst en verder
alle ingezetenen, die getracht hebben zijne benoeming te
bevorderen. Hij beval zich aan in de medewerking
van den gemeenteraad om samen de belangen der
gemeente te behartigen.
De plechtigheid werd door een talrijk publiek bij
gewoond.
Waarde. Beroepen tot predikant bij de Herv. ge
meente alhier ds. M. Rouwenhoret, te Rozenburg.
Ingezonden Stukken.
Mijnheer de Redacteur l
Het ingezonden stuk van dhr. President der sociëteit
^Eensgezindheid" te Goes, in nw no. van Zaterdag 11.,
bevat volgens onze meening zoovele onjuistheden, dat
wij ons genoodzaakt zien daarop te antwoorden en
de zaak nog een6 uiteen ta zetten. "Wil ons daartoe
een plaatsje in uw no. van Dinsdag afstaan. Da too-
stand der sociëteit is dat er plm. 60 binnenleden en
plm. 300 buitenleden zijn en dat het reglement zoo
danig is ingericht dat de buitenleden niets te zeggen
hebben, de binnenleden daarentegen alles. Wij gelooven
dat een binnenlid, met wien ook over de quaestie
gesproken werd, zich zeer juist uitdrukte met de
woorden, dat de baitenleden alleen gehouden worden
om te betalen. Reeds larg en door velen is over die
onbillijke ongelijkheid gemopperd en de ontevredenheid
steeg ten top bij het laatste prijsbiljarten. Ook wij
behoorden bij die ontevredenen en om er de aandacht
op te vestigen, dat wij voornemens waren iets voor
de buitenleden te doen, plaatsten wij de bekende ad
vertentie, waarin verzocht werd geen contributie te
betalen vóór 21 Januari. Misschien was dit wel niet
netjes in het oog der binnenleden, maar konden wij
op zoo'n nette behandeling van hua kant bogen In
elk geval was de zaak nn aan 't draaien en in snik
een etadiom gekomen, dat wij dezelve na niet konden
laten rusten; algemeen verzocht men ons dan ook
om door te werken.
Wij zonden toen een brief t aan het bestuur der
sociëteit om dien te behandfleB in eene vergadering
van binnenleden, waarin wij er uitdrukkelijk op hebben
gewezen, dat de toestand, zooals die tot heden is
geweest, volgens onze meening op den duur onhoud
baar was en daatom stelden wij voor het regiement
der sociëteit zoodanig te wijzigen dat de buitenleden
in alles wat de sociëteit betreft gelijke rechten kregen
als de binnenleven. Dat voorstel is op eene vergade
ring van binnenleden ter tafel gebracht en blijkens
een ontvangen brief werd toen alleen besloten ons te
verzoeken eene conferentie met het bestuur te houden.
Die conferentie had plaats en toen werd ons gezegd
dat wijzigiDg van het reglement niet opgirg of kon,
omdat daar kosten op liepen.
Op die conferentie hebben wij het bestuur uitdruk
kelijk afgevraagd of rij dan niets hadden om buiten
leden tegemoet ta komen, waarop, ontkennend geant
woord is; alleen zinspeelde het nog om voor het
prijebiljarteB meer gelden toe te staan, waarmede wij
niet instemden, omdat wij geen geldelijk of stoffelijk
voordeel rocbt*n maar meer recht wenschten. Wij
stelden daaTop voor afscheiding van binnen- en buiten
leden met eigen bestuur en gemeenschappelijk gebrnik
van hetzelfde lokaal, waarvoor alsdan eene voldoende
vergoeding zou kunnfB worden gegeven. Het bestuur
zeide ons dan met meerdere personen, die ons voor
stel ondersteunden, voor den dag te komen en een
lijst van instemming op het sociëteitslokaal ter teeke-
ning te leggen, hetgeen wij hebben gedaan. Ook
zonden wij ons voorstel, de bekende circulaire, rond
en in 3 dagen hebben niet minder dan 120 buiten
leden door hunne handtekeningen instemming met
ons voorstel betuigd. Vervolgens zonden wij ons voor
stel met copie der handleekeningen en begeleidend
schrijvenaan het bestuur op, met verzoek dit ln eene
vergadering van binnenleden te behandelen. De uitslag
daarvan was dat hetzelve, op eene vergadering van
44 binnenleden waaronder 5 bestuursleden, werd afge-
vi e jen, waarvan wij per brief kennis kregen. Eene
vergadering van buitenloden werd alstoen door ons
bijeengeroepen en niet minder dan 80 personen woonden
die vergadering bij. Na voorlezing der wederzijdsch
gewisselde brieven (hetgeen dhr. president geen com •-
pondeotie gelieft te noemen) begrepeB allen zeer goed
dat de binnenleden volstrekt niets wilden en er niets
overbleef dan eene buitensocicteit op te richteD, waar
toe allen dadelijk toetraden. Wij vragen nu hebben
wij niet gedaan wat wij konden om scheuring te
voorkomen? Volgens onze meening ligt de reden der
scheuring volstrekt aan de binnenleden.
Het bestuur mocht volgens besluit der algemeene
vergadering geen voorstellen doen. Dhr. president heeft
evenwel als lid, bq zich aan huis met dhr. De Koster
en ergens anders met dhr. Paul over het volgende
voorstel gesproken lo. om de «om voor het prijsbil
jarten te brengen van 40 op 400 en 2o. om te
trachten een bestuur van binnen- en buitenleden te
vormen. Wij vragen nu waarom is dit voorstel niet
op de vergadering van binnenleden gedaan en zoo het
wel gedaan is, is het dan aangenomen Hoofdzakelijk
was dit onze eerste wensch. De bewering dat wij van
eerst af aan plannen hadden eene nienwe sociëteit op
te richten, laat ons koud, het vorenstaande bewijst