1890. N°. 121.
Dinsdag 14 October.
77ste jaargang.
Qïjm DE NOVEMBER-VEEMARKTEN
IJ R V A I) W E E IJ
FEUILLETON.
Door vreemden wil beheerscht.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75*
Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advortentiën voor dit blad
aangenomen bijdebeeren NÏJGH 8c VAN DITMAH te Rotterdam en verder
bij alle Boekverkoopers en Postdirecteuren.
COURANT.
De prijs der gewone advertentiën is van 45 regels 50 cent, elke regel meer 10 cent.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs lechti
tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 18 regels a f 1,— berekend.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald 20 ct.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regeL
jggjsB, TE GOES
zullen dit jaar gehouden worden op
Dinsdagen den 11, 18 en 25
van die maand.
Goes, den 11 October 1890.
Burgemeester en Wethouders van Goes,
J. G. d. W. HAMER.
De Secretaris,
HARTMAN.
De lotelingen en ingeschrevenen voor de
vrorden hiermede herinnerd, dat zij, redenen van vrij
stelling hebbende, en zulks nog niet gedaan hebben,
deze ter Secretarie moeten opgeven vóór of op Zaterdag
den 25 October aanstaande.
Zij die zich beroepen op ziekelijke gesteldheid of
gebreken moeten dit staven door eene verklaring van
aen geneesheer der gemeente.
Goes, den 11 October 1890.
Burgemeester en Wethouders van Goes,
J. G. d. W. HAMER.
De Secretaris,
HARTMAN.
GOES, 18 October 1890.
Jl. Vrijdag herdacht de Chr. Jongelingsvereeni-
ging »Opeab. Ill vs. lib" alhier haar vijfjarig bestaan
met eene feestviering in de bijz. school, waartoe alleen
genoodigden van zusterverenigingen toegelaten werden
en die dus meer een huishoudelijk karakter had. Aan
deze feestviering ging eene openbare godsdienstoefening
in het kerkgebouw der Chr. Ger. gemeente vooraf.
De heer A. Littooij, pred. bij die gemeente te Middel
burg, had volgaarne aan het verzoek voldaan, om als
feestredenaar op te tredeD. Hij legde tot grondslag
z-jner toespraak de woorden uit den 2en brief van
Johannes vers 4: dZ/c ben zeer verblijd geweest dat
ik van uwe kinderen gevonden hebdie in de waar
heid wandelen"Ofschoon meer eene gewone pre
dikatie dan wel eene feestrede, werden toch de Chr.
JongeliDgsvereenigingen voor oogen gesteld in lo. haar
recht van bestaan2o. het kenschetsende van haar
karakter; 3o. haar hoog belang voor kerk en maat
schappij; 4o. hare gezegende vruchten.
Hat recht van bestaan zocht de redenaar in de zucht
naar vareeniging die zich alom openbaart, ia den eisch
van onzen tijd bij den strijd dien wij te doorstaan heb
ben, en in de ontwikkeling die alom gevorderd wordt.
Het karakter der JongelingsvereeDigingen schetste hij
als Christelijk, Gods woord onderzookend, en najagende
het ideaal van den waren mensch. Het hooge belang
bleek als men de Jongelingsvereenigingen plaatste tegen
over de vijanden van Jezus Christus, als men haar
beschouwde in hat licht van den Koning der Koningen;
en als men lette op haar standpunt voor geloof en
leven. De vruchteD, die men reeds plukte en die nog
moesten en zullen vermeerderen, waren vrede in het
gemoeduitbreiding van Christelijke kennisbehoud
voor de eeuwige zaligheid.
De toespraak was begonnen met het zingen van Ps.
78 vs. 2 en 4 en eindigde met Ps. 20 vs. 1.
67) (Vervolg.)
De schrijnwerker Varin werd daarop binnengeroe
pen. Dokter Mabille verklaarde in korte woorden het
ziektegeval en deelde mede welke middelen tot hier
toe waren aangewend.
Toen de zieke den mond geopend had begon hij te
sidderen, zijne handen bewogen zich stuiptrekkend en
ofschoon hij zich alle moeite gaf om het onderzoek,
dat ingesteld werd zonder hem aanteraken, moedig
te verdragen, hief hij toch meermalen de handen op
als om de doktoren, die hem naderden, terugtedrin-
gen. In éan woord, men kon aan alles duidelijk zien
dat hij tengevolge van doorgestane pijnen in een hoogst
zenuwachtigen toestand verkeerde.
De doktoren verklaarden eenstemmig, dat de zieke
tand ten spoedigste moest worden verwijderd en dat
dit het eenige middel was om op genezing te kunnen
hopen. De zieke jammerde, bad en smeekte als een
kind om hem toch te sparen en hij verzekerde, dat
hij de pijn niet kon verdragen. Hij verzocht hem
alleen een pijnstillend middel te geven en dan zou zijn
sterk gestel wel het overige doen en alles zou van
zelf terecht komen.
Terwijl hij zoo weeklaagde en bad en tegelijk zeor
beslist en zelfs brntaal verklaarde, dat hij zich op geen
voorwaarde aan een operatie zou onderwerpen, trad
dokter Mabille op hem toe, legde de hand op zijn
voorhoofd, duwde bet hoofd een weinig achterover en
Ter vervulling van de betrekking van Dijkgisaf
van den polder Oud-Wolfaartsdijk, openge
vallen door het overlijden van den beer D. W. Dei
Herder, is jl. Vrijdag door ingelanden eene voordracht
opgemaakt en daarop gesteld als 1ste candidaat de
heer P. Koeman Jr., als 2de cand. de heer Adriaan
Op 't Hof en als 3de cand. de heer J. Smallegange
terwijl, mede in plaats van wijlen den heer Den Herder,
tot afgevaardigde in het Waterschap Sluis Oosterland,
is benoemd de heer W. F. K. Lenshoek.
Daar de heer J. Goeiheer Dz. zijne herbenoeming
tot lid van het Burgerlijk- of Algemeen-armbestuor te
Wolfertsdijk niet heeft aangenomenis door den
gempenteraad jl. Vrijdag voor die betrekking benoemd
de beer G. W e ij n s.
Krniningen. De begrooting dezer gemeente
is in ontvangst en uitgaaf vastgesteld op/19457,141'2.
Op de spoorbegrooting voor 1891 is 101000
uitgetrokken voor een blijvend hoofdgebouw op
het station Vlissingen (haven).
Sedert de vorige mededeeling is er in den toe
stand van Z. M. den Koning weinig verandering
ten goede te bespeuren. De Koning lijdt weinig pijn,
maar gevoelt zich steeds lusteloos. De voeding blijft
voldoende. (Staatscourant.)
Naar het U. D. verneemt, zou waarschijnlijk
heden een consult van de geneesheeren, die Z. M.
den Koning behandelen, plaatshebben.
De verwachting van sommigen, dat een regentschap
zal worden ingesteld, schijnt nog niet zoo spoedig tot
vervulling te zullen komen. Tot dusver althans wss
daarvan nog geen sprake.
Da schrijver van »Brieven uit de hofstad" in de
Arnli. Ct. meldt o. a.
»Men ziet van de hoeren van de hooge bureaucratie
in de laatste dagen niets dan strakke trekken en lange
gezichten, en niet zonder redengeen enkel referendaris
die niet te klagen heefc over stukken, bij welker af
doening de grootste haast is en die tengevolge van
'sKonings ziekte op het Loo ongeteekend blijven
liggen. Vooral in het geldelijk beheer moeten de in-
conveniënten van dezen staat van zaken groot zijn,
daar de verouderde comptabiliteitswet voor een aantal
betalingen koninklijke besluiten tot beschikbaarstelling
van bij de begrootiDg gevoteerde fondsen vereischt en
dus een aantal raenschen op het hun toekomende
moeten blij ven wachten. Woensdag vernam fik, dat de
stapel ongeteekende stukken op het Loo aanwezig, nu
al knap naar het duizendtal loopt.
Ik vermeld dit niet om er, d la Tindaliemand
een verwijt van te maken, want het spreekt wel vanzelf,
dat, wanneer men maar éen Koning heeft, die ziek is
en tengevolge daarvan zijn aandeel in do regeerings-
taak niet kan uitoefenen, de regeeringsdaden, waartoe
Z. M. medewerkt, vertraging en stilstand ondervinden.
En daar onze administratieve wetgeving in vele op
zichten nog gebaseerd is op het stelsel der persoonlijke
regeering, door koniDg Willem I naar den geest van
zijn tijd ingevoerd, is die stremming in de tegenwoor
dige omstandigheden zeer groot, grooter dan voor
's lands belang dienstig is.
keek bem scherp in de oogen.
De zieke sprak nog even voort; daarop zweeg hij,
zijn blik werd strakker en strakker en zijne armen
vielen slap laDgs het lichaam. Dokter Mabille streek
met de hand over het hoofd en de schouders van den
patient, drukte daarna de duimen tegen diens neus
wortel en bleef den lijder intusschen scherp aanstaren
met een oigenaardigen blik, waarbij zijn pupillen zich
vernauwden.
»MijnGod", fluisterde de vorst, »waar heb ik zulk
een blik en zulke oogen meer gezien
De zieke had intusschen de oogen gesloten en was
achterover in zijn stoel gevallen. Toen zeido dokter
Mabille
nik verzoek den heeren zich te willen overtuigen,
dat de patient alle gevoel en alle macht over zich
zelf verloren heeft."
Nadat allen den kranke hadden betast en hun wer
kelijk was gebleken, dat hij sliep en machteloos neder-
zat, vervolgde Mabille:
^Gij hebt de zenuwachtige opgewondonheid van den
zieke geziengij hebt u kunnen overtuigen, dat hij
uiterst pijnlijk is en dat hij zich in geen geval aan
de operatie wilde onderwerpen".
Hij trad daarop op den slapende toe, strekte de
vingers zijner hand naar hem nit en zeide
d Hoort ge mij, Varin?''
Den zieke liep eene lichte rilling door de leden;
daarop antwoordde hij:
»Ik hoor u".
»Zijt ge bereid te gehoorzamen gevoelt gij mijn
wil
»lk moet wel gehoorzamen, ik kan niet anders"
kloak het antwoord op een eigenaardig doffen toon.
Dat de Ministers totnogtoe niet ingegrepen hebben
om de toepassing vsn art. 38 der Grondwet voor te
bereiden, is met het oog op de ondervinding van 1889
niet te verwonderen. Maar vreemd is het dat zij, door
de uitlatingen der pers gedwongen om iets omtrent
'sKonin.s toestand mede te deeleD, dat op zulk eene
schuwe, weinig zeggende wijze doen. In de Staatscourant
verscheen dezer dagen een bericht zonder eenige onder-
teekenirg noch bewijs van herkomst, allerminst bulletin
van de geneeskundigen, die Z. M. behandelen, waarin
gezegd werd dat de toestand »in de laatste week
weinig veranderd" is. Maar hoe die in de vorige week
was, daarvan heeft het ofïiciëele blad geen woord ver
meld, en deze mededeeling zegt dus niets. En de ofli-
cieuse berichten in bevriende dagbladen zeggen nog
minde-. Zoo trof mij dezer dagen de mededeeling, dat
de geneesheeren, den Koning bezoekende, zijn gnnstig
uiterlijk hadden opgemerktmaar dit neemt niet weg
de volstrekte ongeschiktheid tot eenige werkzaamheid,
die bij Z. M. bestaat en waarop in dezen alles aan
komt. Wij outsiders verkeeren over het algemeen in
de grootste onwetendheid, hoe de toestand wezenlijk
isvan de velerlei afwisselende en elkander tegen
sprekende berichten dragen sommige de merkbare
uiterlijke kenteekenen van óf verzonnen, óf uit onzui
vere bron afkomstig te zijn, en zij maken iemand
wantrouwig omtreot alles wat men hoort en leest,
zelfs al hoort men het van de zoogenoemd best inge
lichte personen van positie, zelfs al leest men het in
de Staatscourant."
's Konings toestand blijft onveranderd. Deze
ofïiciëele mededeeling geeft aan de Haagsche Courant
de volgende opmerking in de pen.
Maar dat wordt ernstig. Want op Woensdag den
15n moeten de 38 milhoen aan de Ned. R h ij n-
spoorweg-Maatschappij worden uitbetaald,
waarvoor, om ze beschikbaar te kunnen stellen, een
Koninklijk besluit noodig is. Is dat er den 15a niet,
dan kan de N. R. S. Maatschappij niet voldaan worden.
En wat dan
Er zou misschien wel iets op te vinden zijn. De
N. R. S. Maatschappij zou bv. zeker wel uitstel tot
15 Januari willen geven, omdat zij dan vrij zou zijn
van het betalen van de 95,000 legesgelden, die zij
bij afdoening van de koopsom in 1890 zou hebben
te betalen. Maar dit zou een al te groote teleurstelling
voor de departements-ambtenaren baren.
Doch zonder een dergelijke schadeloosstelling zal de
maatschappij wel geen genoegen nemen met uitstel van
betaling.
Als er xó>r Woensdag niet in den toetetand is voor
zien, zal er dus misschien voor den Staat niets anders
overblijven dan surséance van betaling bij den
Hoogen Raad aan te vragen, na door da N. R. S.
Maatschappij bij deurwaarders-exploit te zijn gesom
meerd tot voldoening van de som van 38 millioen
gulden N. Ct., met de kosten, sprekende de deur
waarder met Z. Exc. den heer Minister van Financiën
Godin De Beaufort in persoon.
Met het opschrift Dimmer ruhig, nicht zu
schnellschrijft Het Vaderl.
»De tegenwoordige meerderheid schijnt niet met
Welnu, luister dan goed" ging Mabille voort, ter
wijl hij de toppen der vingers boven het hoofd van
den zieke bewoog alsof hij zaadkorrels strooide, rik
beveel u, dat gij precies vijf minuten, nadat gij weder
zult zijn ontwaakt, van mij zult verlangen, dat ik uw
mond dadelijk opereer en den zieken tand verwijder".
Varin sidderde, er verschoen een oogenblik een trek
van pijnlijken angst op zijn gelaat, maar toch ant
woordde hij zonder aarzelen
alk heb het gehoord en ik zal gehoorzamen".
»Luister verder" sprak dokter Mabille, rik beveel
n, dat gij gedurende de operatie geen pijn zult gevoelen,
verstaat gij wel, volstrekt geen pijn!"
Ditmaal kwam er een flauwe glimlach op de bleeke
lippen van den slapende.
alk zal gehoorzamen" antwoordde hij, ahet zal ge
schieden gelijk u beveelt".
*En dan", zeide dokter Mabilie, dmoet gij alles ver
geten wat er gedurende uw slaap met u is voorge
vallen en alleen mijn bevel onthouden, maar geheel
alsof het uw eigen vrije wil was".
DHet zal gebeuren" luidde het antwoord.
Toen blies dokter Mabille krachtig tegen het voor
hoofd van den zieke en zwaaide zacht met de hand
voor zijn gelaat, terwijl hij op gebiedenden toon sprak
DOntwaak, ontwaak, ontwaak 1"
ïNeemt uw horloge in de hand" zeide hij tegen de
overige doktoren, »wij hebben vijf minuten tijd".
Varin rekte zich langzaam uit, opende de oogen en
keek verwonderd rond.
pWat is er met mij gebeurd vroeg hij. Dik ge
loof, dat ik het bewustzijn verloren heb".
»Inderdaad" zeide dokter Mabille, »gij zijt een oogen
blik buiten westen geweest; dat zal tangevolga van
grooten werklust bezield. Aan het Ministerie wordt
de overdreven lof toegezwaaid, dat het zoo bijzonder
veel aanhangig maakt, maar als de getrouwe meer
derheid 't aanhangig gemaakte niet afwerkt, baat dat
al heel weinig.
Al wat men in openbare zitting noodig vond te
doen, alvorens den begrootingsarbeid te beginnen, was
het wetje betreffende de waterstaatswerken, dat een
paar jaren lang tusschen Regeering en Kamer heen
en weer gezworven heeft. De stedenwet, die zoo drin
gend noodzakelijk heette om een schandelijke partij
daad ongedaan te maken, is in staat van wijzen,
maar van haar behandeling hoort men niets. Het
wetsontwerp van den heer Bahlmann, dat den benarden
landbouw te bulp moet komen, is iu staat van wijzen,
maar de lust om het te behandelen en dus den land
bouw te helpen, schijnt te ontbreken. Gewichtige
wetten liggen klaar om in de sectiën onderzocht te
worden, met name de wijziging der wet op de be
smettelijke ziekten, die immers aan een ongehoorden
gewetensdwang een eind moet maken, en de regeling
van 't plaatselijk belastingstelsel, die 21]1 jaar geleden
een dringende eisch des tijds heette, maar er is
blijkbaar volstrekt geen haast om die belangrijke
onderwerpen in de sectiën aanbangig te maken.
De Regeering vindt dat niet onaangenaam en haast
zich ook harentwege niet aanhangige zaken in een
verder stadium te brengen. De Memorie van Antwoord
bijv. op het wetsontwerp tot regeling der invoerrechten
laat zich wachten, 't Is of èa Ministerie èn Kamer
geen hooger eerzucht kennen dan de zaken gaande
te houden. Vreemd is het, dat nu wij eindelijk een
Ministerie bebben, in 't volk zelf geworteld, terwijl
vroeger alle Regeeringsactie buiten het volk om ging
(voorstelling-éfrandaard), Kabinet en Kamer het liefst
voor de kiezers schijnen te willen komen, zonder de
groote vraagstukken, die oplossing eischen, tot oplossing
te hebben gebracht. Er schijnen in die groote ont
werpen voetangels en klemmen te liggen. Alleen met
de allernetehgste zaak van alle, de legerwet, wordt
spoed betracht, om dit lastigste aller struikelblokken
uit den weg te krijgen."
In de Staatscourant no. 239 is opgenomen het
door den Minister van Waterstaat, handel en nijverheid
vastgesteld tarief der kosten van onderzoekin
gen aan de Rijkslandbouwproefstati-
o n s uitsluitend ten behoeve van landbouwers, die
in Nederland zijn gevestigd. Voor ieder ander wordt
het dubbel der vastgestelde prijzen in rekening ge
bracht. De bedoelde stations zijn bestemd voor het
onderzoeken, op bijzondere aan «raag, van grondsoorten,
meststoffen, landbouwvoortbrengselen, zaden en alle
andere grondstoffen ten behoeve van den landbouw.
Belanghebbenden moeten zich met de vraag om onder
zoekingen mondeling of schriftelijk wenden tot den
directeur van het proefstation, gelegen ia den kring
waartoe hunne woonplaats behoort.
Tweeërlei vragen kunnen worden gedaan1. naar
de echtheid van een artikel, dat is de vraag of het
datgene is, waarvoor het wordt verkocht of uitgegeven.
Hierbij kan tevens de vraag gesteld worden naar het
al of niet vervalscht of vermengd zijn van het artikel
met daaraan vreemde bestanddeelen maar niet, indien
de hevige pijn zijn".
DJa, ja" zei Varin, Dik had dan ook gruwelijke
pijnen, maar ik zou haast zeggen, dat hst nu wat
dragelijker wordt".
DMisschien heeft uwe flauwte u tijdelijk wat minder
gevoelig gemaakt, maar dat zal toch niet lang duren".
Hij wendde zich daarop tot een der andere artsen
en knoopte met hem een gesprek aan, terwijl Varin
voor zich staarde alsof hij over iets zat na te denken.
De aanwezigen volgden met groote aandacht den
gang van den wijzer op hun horlogede vorst echter
keek in spanning naar den patient, die af en toe da
hand bij wijze van onderzoek aan de kaak bracht.
Dokter Semelaigne gaf eindelijk een teeken, dat da
vijf minuten om waren, wat de overigen met een hoofd
knik bevestigden. Op hetzelfde oogenblik stond Varin
op, giüg naar dokter Mabille en zeide een weinig ver
legen maar toch op een toon alsof hij een vast besluit
genomen had: sik ben toch tot de overtuiging ge
komen, dat het het best zal zijn den tand maar te
laten trekken en daarom zou ik gaarne willen, wan
neer al de heeren het toch noodzakelijk achten, dat u
de operatie maar dadelijk verrichtte".
Vol verbazing keken de heeren naar den zieke, die
zich evenwel door niets onderscheidde dan door den
eigenaardigen toon, waarop hij sprak, alsof hij eene
nit het hoofd geleerde les opzeide.
DMijn beste Varin" zei dokter Mabille hoofdschud
dend, vdat is inderdaad zeer verstandig van u, dat gij
u aan de noodzakelijkheid onderis» pt en ik wensch
u daarmede geluk, maar ik meen er u toch opmerk
zaam op te moeten maken, dat de operatie, zonder
daarom gevaarlijk te zijn, toch zeer pijnlijk zijn zal.
Ik vrees, dat gij haar niet zult kunnen verdragen en