1890. N°. 106. Dinsdag 9 September. 77ste jaargang.
DE UITLOTIXG
BRANDWEER
De Aanbesteding van Steenkolen,
Aluin in het Brood
FEUILLETON.
Door vreemden wil beheerscht.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en YrijdagaTcnd,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75,
Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiën voor dit blad
aangenomen bij deheeren NIJGH VAN DITMAR te Rotterdam en verder
bij alle Boekverkoopers en Postdirecteuren.
De priis der gewone advertentiën is van 15 regels 50 cent, elke regel meer 10 cent.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slecht»
tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 1—8 regels a 1,— berekend.
Dienstaanbiedingen, niet mesr dan 4 regels beslaande en contant betaald 20 ct.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel.
van vijf obligatiën der geldleening 1886, elk ad Duizend
gulden en aflosbaar op 1 Januari 1891, zal plaatshebben
in liet openbaar ten Raadhuize op Zaterdag den 20
September aanstaande, des namiddags te een uur.
Goes, den 6 September 1890
Burgemeester en Wethouders van Goes,
J G. d W HAMER.
De Secretarie,
HARTMAN.
Het register van de ingeschrevenen voor den dienst der
zal ter visie liggen van DINSDAG DEN 16 SEP
TEMBER af tot en met DINSDAG DEN 30 SEP
TEMBER a. sterwijl de loting zal plaats hebben op
Donderdag den 9 October daaraanvolgende des middags
te 12 uren.
Goes, den 6 September 1890.
Burgemeester en Wethouders van Goes,
J. O. d W HAMER.
De Secretaris,
HARTMAN.
benoodigd voor de gemeente, van 1 October 1890 tot
30 September 1891, zal op Zaterdag den 13 September
1890 des namiddags te éen uur, ten raadhuize alhier,
plaats hebben.
De conditiën zullen ter secretarie ter lezing liggen
van heden af tot den dag der besteding, van des voor-
middags 9 tot des namiddags 2 uren, volgens welke
afzonderlijk moet worden ingeschreven voor de levering
van New-Castle- en Ruhrkolen, beiden per 100 Kilo.
Goes, den 6 September 1890.
Burgemeester en Wethouders van Goes,
i. G. d. W. HAMER
De Secretaris,
HARTMAN
Blijkens een iapport Tan de scheikundige sub-com
missie uit de Openbare Gezondheidscommissie, is bij
een ingesteld onderzoek gebleken, dat
aanwezig was, verkocht door de onderstaande bakkers
en depóthouders in deze gemeente
Middelbnrgsche broodfabriek, Oprei 's-Heer Hendriks-
kinderenstraat;
P. C. Van Melle Oude Viscbmarkt;
J. Scheele Lange Vorststraat;
J. C De Buck idem
W. Wonderghem 's-Heer Hendrikskinderenstraat;
I. Rooseidem;
L. Stamperius idem;
K. C Maartense Stoofstraat
J. Den Herder Korte Kerkstraat;
A Zonnevillc Kreukel markt; en
Willemina Karelse vroeger wed De Buck, Manhuisstraat
Van tijd tot tijd zal het onderzoek van. brood worden
herhaald.
Goes, den 8 September 1890.
Burgemeester en Wethouders van Goes,
J. G. d W HAMER
De Secretaris,
HARTMAN
Onder herinnering aan wat wij vroeger daar
over schreven, vestigen wij nogmaals de aandacht
op de vergadering der 1 i b e r. kies-
vereeniging „G o e s", welke Dinsdagavond
52) (Vervolg.)
Veertiende hoofdstuk.
Er zijn sedert het einde tan het vorige hoofdstak
verscheidene maanden verloopen, waarin het leven
der verschillende personen uit ous verhaal schijnbaar
kalm was voorbijgegaan. Toch zal een vluchtige blik
daarop ons doen zien, dat Salantieri ook op zijne
verre reizen met den vorst zorgde de draden in han
den te houden, waardoor hij meende zija doel te
zullen bereiken.
Nauwelijks was de vorst vertrokken of graaf Erik
snelde naar Wiedenfeld, doch toen hij daar aankwam
was Thekla met hare moeder reeds vertrokken. Da
brief van den vorst had zijne uitwerking niet gemist.
Hij had daarin in korte trekken de gebeurtenissen op
Hohenwartbnrg ontvouwd, en er eindelijk op aange
drongen, dat, waar zijn neef zijne liefde niet wilde
opofferen aan zijn plicht als erfopvolger in de vor
stelijke waardigheid, Thekla harerzijds den band ton
verbreken, die haar aan graaf Montau bond.
Een ernstig gesprek tusschen den houtvester en
diens vrouw was daarvan het gevolg en toen de eerste
betuigde, dat Thekla eeu dergelijken stap met den
te 8 uren in „de Prins van Oranje" alhier zal
worden gehouden.
Bij den ongunstigen uitslag van de in de laatste
jaren gehouden verkiezingen voor de Provinciale
dn Generale Staten, is het zeker niet te verwon
deren, dat bij de liberalen in ons district zekere
moedeloosheid, bij enkelen zelfs zekere onver
schilligheid is ontstaan. Bedriegen de voorteekenen
ons dan ook niet, dan zal het van de op morgen
te houden vergadering veel afhangen of de libe
rale partij in het district Goes zich nog al of
niet zal blijven verweren tegen de antirevolutie-
onaire overmacht, die, met voorbijzien van het
goed recht van anderen, alle zetels ook in onze
Provinciale Staten tracht meester te worden en
daarbij ook onze bekwaamste mannen voor het
hoofd stoot. Zeker zou het te betreuren zijn wan
neer de nog bestaande krachtige liberale minder
heid eene periode van werkeloosheid intrad en zoo
het besluit daartoe genomen wordt, dan zij het niet
het besluit van eeuige weinige getrouwen, die
zich ook in de vergaderingen slechts door enkelen
omringd zien, maar dan worde het genomen door
een talrijk bezochte vergadering, opdat althans
niet moedeloosheid maar krachtige overtuiging in
dezen den doorslag geve.
Wij durven dus op eene getrouwe opkomst van
alle leden hopen.
Nu zachtjes aan de tijd voor de nieuwe parle
mentaire campagne aanbreekt, begint er in de pers
ook weder eenige levendigheid op politiek gebied te
ontstaan. Over de wet tot bevordering der pokken
heerscht nog stilzwijgen. Tegen de legerwet echter
wordt vooral in de Katholieke bladen heftig te velde ge
trokken. De financiëele plannen van den minister
Godin worden ternauwernood eenige aandacht waardig
geacht. R^eds vooruit is men ervan overtuigd in dezen
met doodgeboren kindertjes te doen te hebben. Als
de minister de gemeenten helpen wil door haar toe
te staan opcenten op enkele directe belastingen te hcffm,
dan begrijpt iedereeD, dat deze hulp aan de gemeenten
uit de beurzen der ingezetenen zeiven komen zal.
Mejr aandacht wordt thans geschonken aan het bij
uitnemendheid partijdig politieke wetje van minister
Lohman om de groote steden te verdeelen in even
zooveel enkelvoudige districten als er afgevaardigden
worden gekozeö, de zoogenaamde Stedenwet.
De Maastrichtsche Ct. is ontstemd over de spits
vondigheden, waarmede dit »in drie vloeken en een
zucht" saamgefUnst ontwerp in de memorie van be
antwoording verdedigd wordt, inzonderheid over het
betoog, dat de regeering zich niet zedelijk gebonden
acht tot instandhouding van wat in 1887 tot stand
kwam. Zij zegt daaraan: *>De minister had niet zoo
veel woorden vuil te maken gehad om te betoogen,
wat niemand tegenspreekt, dat er geen uitdrukkelijke
verbintenis is.
Het is ontegenzeggelijk waar dat eene regeering elk
voorstel kan indienen, dat zij wil, en dat eene meerder-
h°id elk voorstel kan aannemen dat haar gedaan wordt.
Maar daarmee dat men de macht heeft, is niet be
wezen, dat het goed is, en daarmee dat men geen
verbintenis op zegel geteekend heeft, wordt niet be-
dood zou boeten, herinnerde mevrouw Hellwald op de
haar eigen kalme, waardige en overredende wijze aan
de groote gebeurtenis uit haar eigen leven, toen ook
zij hare liefde opofferde aan het geluk van wien zij
beminde en hoe zij later aan de zijde van haar tegen-
woordigen echtgenoot tot belooning al het geluk had
gevonden, dat zij jareolaüg me» hem had gedeeld.
Da dochter zou blijken niet minder sterk te zijn dan
de moeder en was zij maar eenmaal van Wiedenfeld
vertrokken, dan zou zij den graaf wellicht gemakke
lijker leeren vergeten en misschien zou zich dan voor
haar wel een even goed en degelijk echtgenoot opdoen
als Hellwald voor hare moeder was geweest.
De houtvester was nooit tegen de welsprekendheid
zijner vrouw opgewassen en zoo gaf hij ook ditmaal
zich gewonnen. Hij dankte haar met een kus voor
al het geluk, dat zij hem geschonken had en stemde
toe, dat het in het belang van hun beider kind en van
dat van het vorstenhuis was, dat Thekla en hare moeder
Wiedenfeld verlieten vóór de graaf teragkeerde. Toen
deze de houtvesterswoning bezocht en daar den heer
Hellwald alleen vond, was hem dit wel eene bittere
teleurstelling, te meer daar de houtvester bem drin
gend verzocht, zoolang de verloving van Thekla met
den graaf niet publiek was, haar ook niet te schrijven,
maar hij moest ten slotte erkennen, dat het beter was
voor den korten tijd, dien Thekla in de stad zou door
brengen, niets van hun engagement te doen blijken.
Erik keerde mitsdien weder naar Hohenwartburg te
rug om daar als plaatsvervanger van den vorst optetre-
wezeu, dat de omstandigheden niet zekere verplichtingen
meebrengen.
De behandeling der grondwet en der daarmee sa
menhangende additioneels bepalingen- is in haar geheel
een compromis. Di grondwetsherziening had niet tot
stand kunnen koraeD, zonder wederzijdsche toegefe
lijkheid op vëfcchillende punten. Daarom juist wordt
bij een grondwetsherziening meer dr.n de eenvoudige
meerderheid voor de aanneming gevorderd, maar daarom
ook mag men, wat bij de grondwetsherziening tot
stand kwam, niet bij eenvoudige wet uit zijn verband
rukken. De grondwet vor'dert, dat de additioneels
bepalingen door eene kieswet vervangen worden, die
het onderwerp in haar geheel regelt. Het is met de
goede trouw in strijd in die voorloopige regeling een
gre^p te doen, waarbij men de grootste gebreken laat
bestaan, het kiesrecht zalf in zijn onhoudbaren toestand
laat, maar enkel een paar kiesdistricten verkDipt.
Geen drogredenen kunnen dat goed praten, geen
diogredenen kunnen die slechte partijdaad tot eene
rechtvaard'ge handeling stempelen.
Opmerkelijk blijft het dan ock, dat de heer Macksy,
de bezadigde en riet door partijzucht benevelde mi
nister, geen dergelijk ontwerp heeft ingediend. Klaar-
blijkelijk acbtt9 bij zulk eene partijwet niet geoor
loofd in de gegeven omstandigheden. Maar door zulke
overwegingen iaat een De Savornin Lohman zich niet
weerhouden. Nauw heelt hij de teugels in handen of
deze partijman bij uitnemendheid delft de partijwet
uit het stof van de archieven op en haast zich haar
in te dienen, zooals zij daar ligt, zonder zich den
tijd te gunnen om haar met de door den tijd ver
anderde omstandigheden in overeenstemming te bren
gen, zonder zelfs de bevolkingcijfers naar den werke-
lijken toestand op te geven
Het laat zich aanzien, dat wij eene parlementaire
campagne tegemoet gaan die voor de toekomst van
veel belaDg is.
GOES, 8 September 1890.
De aandacht van de Haagsche Ct. viel dezer
dagen op de nadrukkelijke verklaring, aan het slot
eeuer oproeping van onderwijzeressen voor Indië in de
Staats-Ctdat alleen ongehuwde o n d e r w ij z e -
r e s s e n zonder kinderen in aanmerking konden
komen: een toevoeging, die het blad bleek inder
daad van den allerlaatsten tijd te zijn vroeger achtte
men haar blijkbaar overbodig.
»We hadden aanvankelijk plan. schrijft de H. Cf.,
met die p-oeve van christelijke liefde een weinigje
den draak te steken. Mair bij nader inzien schijnt
de zaak ons daarvoor te ernstig en veeleer een ernstig
protest te eischen.
Want wat geeft een minister het recht, wanneer
de vrouw overigens aan alle eischen voldoet, den weg
tot het winnen van een eerlijk stuk brood te ver
sperren aan haar, die, ofschoon ongehuwd, een kind
te verzorgen heeft en daarvoor arbeiden wil
Is dat humaniteit Is het zelfs staatkundig
Dat men voor de kinderen geen vrijen overtocht
geeft, dat kunnen we begrijpen. Doch dat waarborgt
in dit geval reeds voldoende, dat de dienst van het
bestaan dier kinderen geen schade zal ondervinden.
Waarom dan zulk een onderwijzeres bv. ook een
weduwe, die voor hare kinderen het levensonderhoud
wil verdienen, van die mogelijkheid uit te sluiten
Wii voegen er bij, dat de redactie der oproeping
den. Onder voorwendsel, dat deze door eene plotselinge
ongesteldheid genoodzaakt was eenigen tijd in een ander
klimaat door te brengen, had graaf Erik bij de fami
lies in de stad, die vroeger op Hohenwartburg ver
keerden, een bezoek afgelegd. Veel toenadering ontstond
er evenwel van weerszijden niet. De graaf zelf gevoelde
weinig behoefte aan meer vertrouwelijken omgang met
de families, die hem vreemd waren en deze ontvingen
hem wel beleefd, maar de gebeurtenissen op Hohen
wartburg, waarvan niemand het juiste wist, maar
waaromtrent daardoor de meest overdreven verhalen
liepen, gevoegd bij de geruchten, die over het vroegere
leven van graaf Montau de ronde daden, waren oor
zaak, dat ook zij het bij een beleefdheidsbezoek lieten.
D9 jonge officieren hadden na het duel tusschen dan
vorst en M isenberg het verkeer mat het kasteel Hohen
wartburg g«heel gestaakt. Zoo had Erik al den tijd
om zich te wijlen aan het beheer der uitgebreide
vorstelijke bezittingen en mat ijver legde hij zich daarop
toe. Maar hoe tevreden en gelukkig hij zich daarbij
ook gevoelde en hoe snel de tijd, die hem van Thekla
gescheiden hield, daardoor ook voor hem voorbij ging,
toch kon dit alles niet verhinderen, dat zich af en toe
een gevoel openbaarde alsof hem eenig onheil dreigde
en alsof in de naaste toekomst hem iets te wachten
stond, dat eengeheelen ommekeer in zijne nieuwe le
vensbeschouwing zou trachten te brengen.
Ook in Steinau gleed het leven schijnbaar kalm
voort. Da luitenant van Müsenberg bleef tengevolge
van de bak^men wonde bij hat dual mat den vorst
wel wat voorzichtiger mocht 2ijn geweest. Zooals zij
nu luidt heeft het er veel van of het iets zeer gewoons
is dat ongehuwde onderwijzeressen kinderen hebben l
Op de rashonden-tentoonstelling te Scheveningen
verwierf de heer 3. B a 1 j te Goes in de afdeeling
Dalmatische honden (teveD) een vermelding voor zijn
hond Pietonen de heer D. Bos te Middelburg in
dezelfde afdeeling (reueD) een vermelding voor zijn
hond Bruno.
Daar er in Goes en omstreken zeer veel liefhebberij
voor Dalmatische honden bestaat, is het nist onaardig
de omschrijving te vermelden hoe zoo'd rashond zijn
moet om aan alle eischen te voldoen.^
Kop van een goede lengtehersenpan vlak nog al
breed tusschen de oorenweinig stopsnuit lang en
steik; oogbQ rond en levendig, donkeren ,bij de zwart-
gevlekten en lichten bij de leverkleurigeoogranden
zwart of biuin, nooit vleeschkleurigooren nog al
hoog aangezet, niet te hoog, gedragen tegen den kop,
dun en goed gevlektneus zwart of bruin riek tamelijk
lang en sierlijk gebogen; borst diep doch niet te
breedrug krachtiglendenen gespierd voorpooten
zuiver recht, sterk gebouwd voeten rond met gebogen
teenennagels zwart en wit of bruin en wit; staart
niet te lang en met een lichten bocht naar boven
gedragen, niet te grof behaard; haar kort, hard en
goed gevuldgrondkleur wit met, zwarte of lever
kleurige vlekken, gosd afgescheiden, niet ineenloopend;
vlekken ter grootte van een 10-stuiverstukja, die op
den kop, ooren, pooten en staart wat kleinerschou
derhoogte ongeveer 50 tot 55 c. M gew.cht 18
tot 20 K. G.
De bezitter van een Dalmatischen hond, die aan
a\ de b. g. eischen voldoet, kan deze gerust ter ten
toonstelling zenden en behoeft niet bevreesd te zijq
dat deze niet met goud bekroond zal worden.
Tengevolge toezending van eene verkeerde opgave
komt op onze af vaartlij st van Stoombooten enz. voor
de maand September de dienstregeling van de Willem-
Leopold" tusschen Sluis en Brogge voor en niet die
van cDe stad Sluis", zooals onze lijst vermeldt. De
dienstregeling van »De stad Sluis" blijft geheel gelijk
aan die voor de maand Augustus.
Ia een tijd waario velen zonder betrekking zijn, of
waardoor het voor velen moeielijk ia eene betrekking
te verkrijgen, maar waardoor de groote aanbiedingen
ontstaan door de velen die gaarne geplaatst wenschen
te worden, wordt het voor heeren patroons vaak
moeielijk een keuze te doen; daarom is het zeker van
belang, dat er een degelijk en soiled kantoor bestaat,
die voor de belangen van beide partijen (patroon en
personeel) waakt en zorg draagt.
D3 vereeniging voor betrekkingenwaarvan hst
kantoor te Amsterdam gevestigd is Singel 185, onder
directie van de heeren Bos en Nagel (zie ons vorig
nommar onder de advertentiën) hoopt in dien geest
ten dienste van hst publiek werkzaam te zijn.
H. M. de Koningin en Prinses Wilhelmina
zullen Dinsdag de tentoonstelling te Arnhem en a. s.
Donderdag de residentie bezoeken.
Uit Amsterdam wordt van 5 September aan
de IV. R. Ct. gemeld:
Wanneer men bij zulk een kortstondig bestaan als
dat van onze beide volksbadhuizen reeds mag
maanden lang aan het ziekbed gekluisterd en wanneer,
wat meermalen voorkwam, zijo geest afdwaalde en
zijne helderheid verloor, dan waren zijne gedachten
altijd bij Geertruida van Riesen, van wie hij thans
voor altijd gescheiden was.
Doch eindelijk kwam zijne jonge, krachtige natuur
de uitputting van het ziekbed te boven en onder de
trouwe zorgen van zijn vriend van Velsen herstelde
hij in zooverre, dat de dokt9r hem toestond eenige
uren daags op te zitten en hem den raai gaf tot
volledig herstel zoo spoedig mogelijk naar het zuiden
te trekken.
Hat was in dien tijd, dat de beide officieren lang
durige gesprekken hadden over het voorgevallene en
het mocht Msisenberg eindelijk gelukken Velsen de
overtuiging te schenken, dat h;j werkelijk onschuldig
was aan wat de vorst hem ten laste legde, al moest
hij erkennen, dat alles in een geheimzinnig duister
was gehuld, waarin geen enkele lichtstraal den weg
tot ontdekking wees.
Toen Velsen eenmaal overtuigd was van Meisen-
berg's onschuld deed hij alle moeite om G^ertruida
gunstiger voor zijn vriend te stemmen, doch elke po
ging daartoe stuitte dadelijk af op de onverzettelijk-
heil van den vader van het meisje, die als rechterlijk
ambtenaar kennis had mooten nemaa vao den eisch tot
echtscheiding door den vorst ingesteld en die door da
rol die Meisenberg daarin heette te hebben gespeeld,
nog versterkt was in zijn afkeer tegen dan officier.
Toen dixa dia ook eindelijk wiagdo aan Glertruda