1890. N°. 100. Dinsdag 26 Augustus. 77s,e jaargang. Lokaut met Woning1 LEGER DES HEILS. FEUILLETON. Door vreemden wil beheerscht. GOESCi De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Yr ij dagavond, uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75» Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiën voor dit blad aangenomen bijdeheeren NIJGH VAN DITMAR te Rotterdam en verder bij alle Boekverkoopers en Postdirecteuren. De prijs der gewone advertentiën is van 45 regels 50 cent, elke regel meer 10 cent* Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 18 regels a 1,— berekend. Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald 20 ct. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel. deren van alle openbare en bijzondere scholen (met u tzondering der bewaarscholen) in de Wandelkerk van het Ned. Harv. kerkgebouw tot het houden van een optocht door de geheele stad onder begeleiding der muziekgezelschappen «Euphonia" en Hosanna". 3s. des middags 42 uur: eene ruime bedeeling van spijs aan alle a<men der stad, waartoe de hulp is ingeroepen van de commissie voor de (Economische Spijsuitdeeling, die zich welwillend met die taak heeft belast. 4e. des avonds te 8 uurconcert op de Groote Maikt door het harmoniegezelschap «Euphonia" in de muziektent van ^Volksvermaken". Wij kunnen nog hierbij voegen, dat de beide hier- terstede bestaande harmonie-gezelschappen zich bereid hebben verklaard het feest geheel belangeloos op te luisteren, alsmede dat de bewoners der LaDge Vorst- straat besloten hebben da versiering dier straat en de volksspelen ook uit te stellen tot 4 Sept. Alleen het orgelconcert, te geven door den heer J. Van Tright, leerling van den heer A. Mailly, leeraar aan het conservatoire te Brussel, blijft op 4 Sept. bepaald, omdat genoemde organist op geen anderen dag bierheen kan komen. Gaarne voldoen wij eindelijk aan het tot ons ge richt verzoek om langs dezen w«g de ingezetenen dringend uit te noodigen door het uitsteken der vlaggen uit hunne woningen te willen medewerken om op 4 S*pt. onze stad een recht feestelijk aanzien ze geven. De r u n i e van leeraren en oud-leeraren der II B. School alhier, welke zou plaatshebben ter ge legenheid van het 25jarig bestaan der school, zal, wegens verhindering van velen der betrokkenen, niet doorgaan. Omtrent het bericht van de Standaard, dat eene rechtsvervolging tegen Recht voor Allen is ingesteld wegens een in dat blad opgenomen artikel, waarin den Min. v. B. Z geweldpleging wordt ten laste ge legd, zegt de redactie van R. v. A. «Wij zijn benieuwd of 't waar is. Ons is er nog niets van bekend". Bij de Tweede Kamer zijn thans ingekomen de wetsontwerpen tot wijziging van de bepalingen der gemeentewet betrekkelijk de plaatselijke belas tingen en tot wijziging, in verband hiermede, van de wet tot regeling van de grondbelasting. Da Minister van Waterstaat enz. heeft zijne goed keuring gehecht aan het voorstel der spoorwegbesturen om den a. s. winterdienst op de spoorwe gen hier te lande 45 October a. s., in plaats van 1 October, te doen aanvangen. In de nieuwe spoorwegovereen komst tu8schen den Staat en de Staatsspoorwegen is o. m. bepaald, dat voortaan personen, geen Nederlanders zijnde, noch als ambtenaar, noch als beambte zullen aangenomen worden. Op hen, die reeds in dienst zijn, is dit niet van toepassing. Evenals aan da stationschefs, zal nu ook met ingang van 1 Januari a. s. aan alle ambtenaren en beambten der Staatsspoorwegen, die gedeelten van stationsgebouwen bewonen, vr ij stelling worden veriaend van de betaling van hun aandeel in de p e r- soneele belasting (vier eerste grondslagen). De Haarl. Ct. bevat de volgende particuliere correspondentie uit Merced (Californië) van 4 Aug. «Na regen volgt zonneschijn", zegt een oud-Hol- landsch spreekwoord. Dat echter na zonneschijn ook weder regen volgt, daar denkt niet ieder aan. Wij kolonisten van Merced County hebben de waarheid hiervan de laatste dagen wel opgemerkt. Ia den beginne was alles goed en de C impagnie zoowel als haar bestuurders en directeuren oh zoo secuur. Bij sommigen verflauwde echter die groote ingenomenheid. Dat gejaagde heen en weder reizen naar San Fran cisco vertrouwde men niet en ook sommige hande lingen wekten wantrouwen. In éan woordmen begon argwaan te krijgen. Ean onzer, die een wissel te San Francisco aan de Compagnie had gegeven om die voor hem te innen, werd telkens en telkens met allerhande praatjes en uitvluchten tevreden gesteld. Het lange wachten eindelijk moede, telegrapheerde hij waarom het geld niet uitbetaald werd. Tot zijn groote verwondering kreeg hij echter per telegraaf antwoord, dat de wissel reeds betaald was. Dit was te veel. Hij maakte er dadelijk werk van en liet beslag leggen op de goederen en bezittingen van de Compagnie. Spoedig verbreidde zich de mare, dat de Compagnie failliet was. Deze had nog dit van de Compagnie te vorderen, gene had de eigendomsbe wijzen van zijn land nog niet ontvangen. Nu was het of iedereen het hoofd verloren had en onder het motto: »Het is beter, dat wij het doen dan een ander" liepen verscheidenen onzer naar advo caten en legden beslag op de landen van hun mede kolonisten, voor zooverre dezen nog geen eigendoms bewijzen hadden. Het was in éen woord een algemeen «sauve qui peut." Toch heb ik de persoonlijke overtuiging, en ver scheidenen zijn van ditzelfde gevoelen, dat in een zaak, waar een man als onze landgenoot Nijgh een der bestuurders is, alles weer terecht moet komen en ook zal terecht komen. Maar men heeft zooveel ophef gemaakt van deze zaak, dat het mij niet zou ver wonderen als verscheidene Nederlanders thans af zullen zien van het plan om aan de roepstem van de Holland- California-Land Co. gehoor te geven. Het verzoek om gratie voor E H., geschorst predikant bij de Chr. ger. gem. te Winscho'ei, en veroordeeld wegens oneerlijkheid, is door Z. M. den Koning van de hand gewezen. Naar men verneemt zijn de nieuwmodel ver- bandkisten voor de spoorwegen op de vei ligheidstentoonstelling met goud bekroond, en kan de Bij het Gemeentebestuur is ingediend ae teekening van een door G. BANTJES J G.zoon, timmerman te Soest, op zijn perceel aan het Ravelijn achter de Beestenmarkt te bouwen om te dienen ten behoeve van vergaderingen te houden door het Omtrent de oprichting en inrichting van dit lokaal wordt, ingevolge art. 7 der wet van 10 September 1853 (St.bl. no. 102) tot regeling van het toezicht op de onderscheidene KERKGENOOTSCHAPPEN, in het be lang der openbare orde een onderzoek omtrent de plaats van vestiging noodig geacht, en zal op Zaterdag den 6 September a. s., des namiddags te een uur, in de vergaderkamer van ondergeteekenden, ten Raadhuize, gelegenheid gegeven worden tot het indienen van eventueele bezwaren tegen voorschreven bouwplan. Goes, den 25 Augustus 1890. Burgemeester en Wethouders van Goes, J. G. d. W HAMER. De Secretaris, HARTMAN GOES, 25 Augustus 1890. Biijksos publicatie is bij ons gemeentebestuur ingekomen een verzoek van het leger des heiig om een vergaderinglokaal opterichten op het vroegere erf van den heer Sterk bij het Ravelija aan den Westwal. la verband met art. 7 van de wet op de kerkgenootschappen zal in de eerste plaats ons ge meentebestuur te onderzoeken en te beslissen hebben of de oprichting van genoemd lokaal ter aangeduider plaats kan geschieden, in verband met de omstandig heid dat het bestaands kerkgebouw der Christ. evaDg. gemeente zich bevindt binnen den afstand van 200 ellen van hst opterichten lokaal. Art. 7 der genoemde wet verbiedt ;die oprichting binnen dien afstand wel niet, maar bat eischt, in het belang der openbare ordevooraf een onderzoek. Twijfel of de wet wel op het «Uger des heils" van tospassing zou zijn kan be zwaarlijk rijzen, aangezien art. 7 niet spreekt van kerken of kerkgenootschappenmaar van gebouwen tot «uitoefening van de openbare godsdienst." Dat nu het leger" in zijne vergaderlokalen openbaren godsdienst op zijne wijze uitoefent zal wel niet tegen te spreken zijn. Met belangstelling wordt de loop dezer zaak te gemoet gezien. Bij afwijzende beschikking door ons gemeentebestuur heeft het «leger" beroep op Gedep. Staten en van dezen op Z. M. den Koning. Ia de vergadering van bet bestuur der vereeni- ging van Volksvermaken, jl. Vrijdag gehouden, is be sloten met het oog op de vele moeielijkheden, waarmede men gedurende de kermisdagen te kampen zou hebben, het Prinsessefeest in zijn geheel te doen plaats hebben op Donderdag 4 September a. s. Hst programma voor dien dag luidt thans als volgt: 4e. 's voormiddags 8 uren: luiden der klok. 2e. 's voormiddags 40 uur: verzameling van de kin- 46) (Vervolg.) Twaalfde hoofdstuk. Graaf Erik kwam avonds laat op Hohenwartburg aan. Wel wat verlegen, maar toch opgewekt trad hij de kamer van den vorst, die bevolen had hem, niet tegenstaande het late uur, onmiddellijk bij hem te brengeD, binnen. Hij was overgelukkig den vorst hst bewijs te kunnen leveren, dat hij zijn leven gebeterd hadbovendien zou nu de beslissing vallen omtrent zijn levensgeluk en hij twijfelde niet of de vorst zou hem zijne toestemming verleenen tot een huwelijk met de dochter van een der verdienstelijkste beambten van het vorstelijk huis. Maar verschrikt bleef hij staan, toen hij het bleeke en sombere gelaat van zijn neef aanschouwde. Deze trad op hem toe, reikte hem de hand en zeide op kouden toon, alsof hij eenvoudig over zaken sprak «Ik heb u verzocht, neef, mij met raad en daad te willen bijstaan in eene ernstige en gewichtige familie aangelegenheid. Gij zijt mijn eenige bloedverwant van vaders zijde en wij hebben derhalve het recht samen te besluiten omtrent alle aangelegenheden van meer belang dan het beheer der goederen". «Ik ben u hartelijk dankbaar" zeide de graaf, «dat gij mij uw vertrouwen schenkt en ik geloof u te mogen verzekeren, dat ik mij dit tegenwoordig tracht waardig te maken. Wij waren vreemden voor elkander gewor den" liet hij er op hartelijken toon op volgen. «Kom, daarover spreken wij nu niet meer" zeide de vorst. Jawel" hernam Erik, tik verzoek a daarover te mogen spreken, want het was mijne schuld en u hadt volkomen gelijk, dat u mijn handel en wandel afkeurdet en mij uwe hulp onth'eldt. Ik ben u daar voor zelfs na dankbaar, want juist uwe gestrengheid heeft mij tot een geluk geleid, waarvan ik nooit had durven droomen. De taak, die u mij te W.edenfeld hebt opgedragen, is mij aangenaam, zij staalt mijne krachten en schenkt mij kalm geluk instede van het rusteloos jigen naar een ijdel genot waarvan ik vroeger altijd droomde". «Dat doet mij genoegen" sprak de vorst op wat hartelijker toon dan in den begiane, den graaf de hand drukkende. «Vroeger zijt ge zeker wel eens erg boos op mij geweest, maar we zullen wederzijds het verleden trachten te vergeten en van nu af samen werken m»t al de kracht en de eensgezindheid, die thans door het welzijn van ons Huis ten dringendste worden geëischt." «Zeker, doorluchtigheid zeker!" riep de graaf. »U zult als hoofd onzer familie in mij steeds een oprecht en aanhankelijk dienaar vinden, want datgene, waar over ik sprak, is niet het eenige, waarvoor ik u dank baar zou willen zijn. Ik heb nog een verzoek Wanneer het mij mogelijk is eraan te voldoen" zeide de vorst, «dan is het u reeds bij voorbaat toe gestaan. Morgen zullen wij er nader over spreken. Laten we thans de zaak behandelen, waarvoor ik u heb verzocht hierheen te komen." «Doorluchtigheid" hernam Erik, luister nog een oogenblik naar mijn verzoek; het is gemakkelijk in te willigen." En nu begon hij te verhalen van zijne ontloken liefde voor Thekla, de dochter van den hout vester Hellwald en dims vrouw. «Uwe doorluchtigheid kent heö ongetwijfeld?' vroeg hij. «Zeker" antwoordde de vorst. »B»iden zijn brave lieien met een eenvoudig en oprecht karakter. Zij wa3 vroeger gouvernante bij de kinderen van den vorigen vorst van Buchheim. Men heeft indertijd veel gesproken over eene intieme verhouding tus.chen haar en den tegenwoordigen vorst, waaraan zij moedig en zonder weifelen een einde maakte om den man, die haar lief had, niet in moeielijkheden te brengen met zijne familie en zijne erfrechten." Toen de graaf dit hoorde, ging hem een licht op. Thans begreep hij de bezwaren van mevrouw Hellwald beter dan den vorigen avond. Hij bleef een oogenblik in gepeins verzonkenmaar weldra trad het baeld van Thekla weder voor zijn geest en schilderde hij den vorst zijne liefde voor dit jonge meisje in de teedsrste kleuren. «De bede, die ik in het eerste uur van ons weder zien tot u wensch te richten", aldus eindigde hij, «is deze dat het u behagen moge uwe toestemming tot ons huwelijk te geven. Ik heb haar mijn liefde bekend, hare ouders hebben mijn aanzoek aangenomen, de beslissiog ligt thans uitsluitend in de hand van uwe doorluchtigheid. Ik weet dat u vrij zijt van klein geestig vooroordeel en hoogmoed en Thekla Hellwald zal den naam van ons Huis even waardig dragen als de eerste adellijke dame uit den lande De vorst zonk op een stoel neder en bedekte zuch tend het gelaat met beide handen. «Mijn God, doorluchtigheid!" riep graaf Erik |ver- schrikt, «wat is er? Is het dan zoo erg, dat ik een onschuldig, edel meisje liefheb, wier ouders gijzelf hoogacht; ik, die niets anders verlang dan een leven van stil en kalm geluk, die alle eerzuchtige gedachten heb laten varen en die nimmer aanspraak zal kunnen doen gelden op de erfopvolging! Zou it ge mij uwe toestemming willen onthouden uit valschen hoogmoed, dien ik noot bij u zou durven veronderstellen? De vorst liet langzaam de hinden vaa zijn gelaat zakken, hij keek den graal droevig aan en zeide «Mijn arme vriend, ik heb u bijna met geweld op den weg teruggeleid, waarop ge thans uw geluk meent te vinden; daarom ben ik er ten deele de schuld uitvoering van de nieuwe regeling thans spoedig wor den tegemoet gezien. Ü3 Pr. Gron. Ct. verneemt, dat door de lirma Boeke en Huidekoper, op de landbouwtentoonstelling die 612 September a. s. te Dordrecht zal worden gehouden, iets geheel nieuws op het gebied der zuivel bereiding in werking zal vertoond worden, nl. de Lavai's boterseparator, een werktuig, waar van boven versche melk ia loopt en van onderen de boter in een voortdurenden stroom uitkomt. De boter behoeft dan slechts gekneed en gezouten te worden om voor het gebruik geschikt te zijn. Het aardrijkskundig congres te "Washington heeft 2000 dollars beschikbaar gesteld om proefne mingen te doen tot het verkrijgen van regen langs kunstmatigen weg. De ondervinding heeft ge leerd, dat na een grooten veldslag vaak regen viel men schreef dit toe aan de aanhoudende trillingen, welke door het afvuren van kanonnen werden teweeg gebracht. Dr. Bernow wil die trillingen doen ontstaan door met behulp van luchtballonnen ontploffingen in de hoogere luchtlagen te doen plaats hebben. Als het er maar niet mede gaat als met de booze geesten uit het sprookje, die men, toen ze eens op geroepen waren, niet meer kon wegjigen. De theorie en de ondervinding geven recht dit te verwachten. Het noodzakelijk complement van de uitvinding zou dus altijd moeten zijn, dat men ook droogte kon doen ontstaan, wat in dezen zomer althans in ons land wel zoo hoog op prijs zou worden gesteld als regen. Mogelijk ook, dat, als men in Amerika regen maakt, Europa wat meer zonneschijn zal deelachtig worden. Ia verband met de pogingen tot bevordering der Zondagsrust, ook voor de postkantorei, z>gt het Centrum «Hoeveel visitekaartjes, circulaires en couranten, hoeveel briefjes en briefkaarten zouden er wel opéén enkelen Zindag door het land reizen, die evengoed tot Maandag hadden kunnen wachten of die reeds vroeger hadden kunnen verzonden worden 1" Volkomen waar men zou er zelfs kunnen bijvoegen «of die wel heelemaal achterwege hadden kunnen blijven." Minder eens zijn wij het met de opmerking van dat blad, dat er ook langs da telegraaf! ja des Zon dags zooveel depêches worden verzonden, die slechts «khkkebilletjas" betreffen. Hst Centrum haalt er zelfs eenige aan. Toegevende, dat misschien enkele van die telegrammen zoo'n haast niet hadden, zien wij niet in wat het baten zou, zoo zij al niet werden over geseind er kunnen toch ook telegrammen van gewicht en dringenden aard zijn en als de telegrafist, met het oog hierop, op zijn kantoor moet wezen, kan hij onder de hand ook wel die «kükkebilletjes" seinen. Bovendien, mededeelingen die naar het oordeel van het Centrum slechts »klikkebilletjes" betreffan, kunnen voor de betrokken personen soms van zeer veel belang zijn. (Arnh. Ct) van dat ik u nu zulk een groot verdriet moet aandoen. Een jaar geleden zoudt ge misschien, wat ik u nu ga mededeelen, met vraugde hebben begroet." «Mijn God, doorluchtigheid", riep de graaf, «wat bedoelt u?" «Gij meent nimmer aanspraak te zullen kunnen maken op de erfopvolging in ons Huis? Gij vergist u, mijn vriend, want ik heb geen erfgenaam. Gij zijt derhalve mijn naaste opvolger." «Geen erfgenaamriep graaf Erik ontsteld«is dan graaf Kurt gestorven, zoo plotseling, zonder dat ik wist dat er eenig gevaar dreigde? Wij wisten op Wiedenfeld niet beter of hij verkeerde in goede ge zondheid." «Het kind, dat ik eenmaal mijn zoon noemde", zeide de vorst somber, «en dat den titel van erfgraaf van Hohenwartburg droeg «Uw zoon noemde en den titel van erfgraaf droeg", viel graaf Erik hem ia de redewat beteekenen die raadselachtige woorden?' «De oplossing is zeer eenvoudig", sprak de vorst op smartelijken toon. En hij verhaalde hem breedvoerig al zijn lijden en strijden der laatste dagen en maakte hem daarna bekend met de plannen betreffende de opvolging, zooals die door hem en graaf Kronstein waren ontworpen. «Mijn God", riep Erik, «zou ik dan aan dit onmon dige kind, dat nog niet begrijpen kan wat hij daardoor verliest, zijne rechten moeten ontstelen?" «Spruiten die rechten niet voort uit de geboorte?" vroeg de vorst. «En op welken grond kan er dan sprake zijn van rechten van dit kind?" «Maar doorluchtigheid, gij zijt nog jong. Ga kunt nog erfgenamen krijgen." »D) vorstin is jonger dan ik en vergeet niat, dat onze kerk ons verbiedt te hertrouwen, zoolang de gescheiden vrouw nog leeft. Bovendien zult ge wal begrijpen, dat ik na de bittere ervaringen van mijn

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1890 | | pagina 1