Verklaart dat de beklaagde ten deze niet toereken
baar heeft gehandeld.
Verklaart haar mitsdien niet strafbaar, ontslaat
haar van alle rechtsvervolging.
Bepaalt dat de kosten zullen gedragen worden door
den staat.
Gelast dat zij in een krankzinnigengesticht aal
worden geplaatst gedurende een proeftijd den termijn
van een jaar niet te boven gaande.
Voorts is nog veroordeeld: M. O., 72 j., te Kloe-
tinge, gedetineerd te Middelburg, wegens: a. diefstal
waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder
zijn bereik heeft gebracht door middel van een val-
schen sleutel6. diefstal, tot eene gevangenisstraf van
zeven maanden, met bavel dat de voorloopig in hech
tenis doorgebrachte tijd in mindering zal worden ge
bracht.
Buitenlandse!) Overzicht.
Buenos-Ayres, de voornaamste provincie der Argen-
tijnsche republiek, heeft steeds er naar gestreefd, zich
van het overige deel der Republiek af te scheiden en
zoowel staatkundig als commercieel onafhankelijk te
worden. Da andere provinciëa wisten dit tot nogtoe
te verhinderen en sinds jaren scheen Buenos-Ayres zich
in dien toestand te schikken. Doch indien thans de
omwenteling mocht slagen, acht men het niet onwaar
schijnlijk, dat de strijd om de onafhankelijkheid hard
nekkig zou worden hervat en wellicht met goed gevolg
ten einde gebracht.
Omtrent de oorzaken van den opstand zegt de limes,
dat President C Imans's regeering terecht geen ver
trouwen inboezemde. Overal heerschte verwarring,
vooral in geldzaken, en bedorvenheid in hooge kringen.
De omwenteling is blijkbair maanden lang voorbereid
en door de gevangennemmg van generaal Campos en
jwjne mede-officieren verhaast, hoewel niet veroorzaakt.
Een verslaggever van genoemd blad, die ooggetuige
was van wat er te Buenos-Ayres voorviel, meldt: De
revolutie ving aan te Palermo, waar de artillerie haar
aankondigde met vuren op de politij en de troepen,
die zich niet bij haar aansloten. Weldra was Buenos-
Ayres ook het tooneel van den strijd. Da winkels werden
daar geslotende politie verzette zich tegen de op
standelingen, die met mitrailleuses de straten schoon
veegden. Onderhandelingen werden gevoerd, maar te
vergeefs.
Inmiddels had de President Caiman de vlucht ge
nomen en Pellegrini het uitvoerend gezag in handen
gevat. De strijd werd niettemin verwoed voortgezet.
De politie vuurde op de ongewapende menigte, die in
de buurt van het door troepen bewaakte Gouverne
mentsgebouw zich hai verzameld. Zij werd daardoor
uiteengejaagd, doch daarna werd uit de venster* der
huizen een levendig vuur op de politie geopend. Da
verwarring en opgewondenheid namen steeds toe. Gene
raal Campos had zich aan het hoofd der oppositie
troepen gesteld en eene proclamatie werd uitgevaardigd,
behelzende dat het volk, optredende in samenworking
met een deel van het leger, besloten heeft een einde
te maken aan da tot anarchie leidende en omgekochte
en omkoopbare regeering van President Calmao. Het
eerste besluit, door dit revolutionnaire comité uitge
vaardigd, beveelt de mobilisatie van de nationale garde
en de vorming van twee barger-bata'joQS.
Te vijf uren seinde de correspondent dat er pogingen
werden gedaan om aan de verdere afzending vao tele
grammen een eiade te maken. Het vechten bleet nog
voortduren. Da politie en de regeeringstroepen hadden
de artillerie en de burger-bataljons twee malen aan
gevallen, maar waren telkens teruggeslagen. Op dat
tijdstip kon niet bepaald worden aan welke zijde de
overwinning zou zijn, aan die dar opstandelingen of
aan die der Regeering.
Naar het heette, bevond zich de gewezen Minister
van Financiën, Uriburu, onder de opstandelingen.
Een later telegram zegt, dat de regeeringstroepen
belangrijke versterkingen hebben ontvangen en dat
President Celmaa te Buenos-Ayres was teruggekeerd.
Men mag hieruit opmaken, dat Celman er in ge
slaagd is, in de andere provinciën ondersteuning te
werven.
Omtrent den opstand zelf vullen een reeks van be
richten de couranten, meest alle uit de Times geput.
Volgens de laatste tijdingen zou de omwenteling be
dwongen zijn met vervanging van den staatspresident
Celman door Pellegrini en met verleening van amnestie
aan de opstandelingen.
De nit velerlei nationaliteiten samengestelde bevol
king schijnt zich buiten den strijd te hebben gehouden,
wel hem streng veroordeelend, over het buitengewone
voorval, dat het kleine stadje uit zijn kalme rust had
opgeschrikt. De meesten begrepen echter niet wat deaan-
leidiog had kunnen zijn, dat de algemeen beminde en ge
achte jonge man in znlk pene zaak kon gewikkeld worden
met den vorst van Hohenwartburg, die bij al zijne
m'nzame gastvrijheid toch zorg droeg altijd binnen de
perken te blijven, die zijn rang en zijne positie in de
maatschappij hem voorschreven. Men sprak van een
lunch, waarbij de jongelui wat opgewonden waren ge
weest en men begreep niet, dat de vorst onder der
gelijke omstandigheden een gerezen geschil zoo hoog
had opgenomen. Het gezelschap echter, dat op dien
bewusten avond op het kasteel gjweest was, vermoedde
wel een ernstiger reden voor het duelhet gedrag
van de vorstin en van luitenant van Meisenberg was
toen toch op zijn zachtst genomen hoogst zonderling
geweest. Maar hoe ernstiger bun allen de zaak toe
scheen, hoe minder zij er over durfden te spreken en
alleen onder vier oogen waagden enkelen er hunne
meening over te zeggen.
Vooral in het huisgezin van den heer van Riesen
was het stil en somber. De president was, niettegen
staande het groote verschil in leeftijd, een groot vriend
van den vorst, wiens edel karakter hij naar waarde
wist te schatten. Het gebeurde deed hem dan ook
oprecht lead en ia den huiselijken kring sprak hij
meermalen zijne verbolgenheid uit over dan luitenant
van Miiseabarg, die op zoo schandelijke wijze het geluk
on da aar dar vorstelijke familie, die hem altijd zoo
I zoodat die uitsluitend gevoerd is tusschen de regee
ringstroepen en de gewapende aanhangers der «Union
Civica".
Gemengde Berichten.
Men verzoekt ons de aandacht onzer lezers te
vestigen op de advertentie in dit nommer, betreffende
de feestelijke opening van het militair tehuis te Bergen-
op-Zoom op Maandag 4 Aug. a. s.
De sedert Februari van het vorige jaar voort
vluchtige J. J. De S., vroeger secretaris der gemeente
K!o9tinge, moet thans met vrouw en kinderen in
Brazilië zijn. Zij arbeiden aldaar in eene rijstfabriek.
Middelburg. Bij de behandeling van het adres van
den kerkeraad der Ned. Herv. Gam. alhier om af
schaffing der kermis, in den gemeenteraad, werd door
het lid mr. E. P. Schorer sterk gepleit voor afschaf
fing, vooral ook omdat er zooveel sterkedrank werd
misbruiktdoor een der leden van den gemeenteraad
werd mr. E. P. Schorer gewezen op hetzelfde ver
schijnsel bij Christelijke feestdagen, en werd aan den
Voorzitter gevraagd of er niet met officiëele cijfers
kon medegedeeld worden of het getal processen-ver
baal op kermis grooter was dau op Chr. feestdagen.
De Voorzitter kon in die zitting niet dadelijk op die
vraag antwoorden. Naar wij nu vernemen is de Bur
gemeester in het bezit gesteld van een vijfjarige statis
tiek van het getal processen-verbaal op kermissen en
op Chr. feestdagen daaruit moet gebleken zijn dat op
kermis den tijd in rekening genomen meer
processen-verbaal wegens dronkenschap worden opge
maakt dan op Chr. feestdagen.
Ierseke. Zondagavond kreeg een oppassend huis
vader twist met zijne vrouw, omdat zij naar de bij
eenkomsten van het «Leger d6r Heils" wilde gaan.
Toen de man het haar wilde beletteD, omdat hij
daardoor genoodzaakt was alleen voor zijne kinderen
te zorgen, gaf zij ham een slag in het gezicht, waarop
hij zich zoo boos maakte, dat hij koit daarop een
toeval kreeg. Zijn toestand was Maandag zeer gevaarlijk.
Bij het gedeeltelijk afbreken en hernieuwen van
eenige gebouwen eener hofstede te OsseDisse, toebe-
hoorende aan den heer D. Saidlitz te Hulst, vond
mea in een der muren gemetseld drie aarden pot jas,
die bij de opening bleken te bevatten pl.m. zestien
honderd gulden in zilveren rijksdaalders en galden-
stukken, dragende verschillende jaartallen van 1831
tot 1848; de schat is tusschen den vinder en den
eigenaar verdeeld.
Naar men verneemt, moet ia de gemeenteraads
zitting te Krommenie op Woensdag zulk een ernstige
woordenwisseling tusschen den Voorzitter en het
raadslid S. hebben plaatsgehad, dat eerstgenoemde
zich van zijn waardigheidsteeken ontdaan heeft en
hoogstwaarschijnlijk zijn ontslag zal indienen.
Toen Zaterdag een voerman te Arnhem een
herberg binnentrad eu daar eenige oogenblikken ver
toefde, bekroop zijn paard de lust om eens te zien
waar zijn baas bleef. Het stootte met den kop door
een ruit, die verbrijzeld werd, terwijl een aantal glazen
en flosschen op den grond vielen, rinkelend dit on
gewoon bezoek aankondigende. Het paard kreeg eenige
wonden aan den kop.
Op de Utrechtsche kermis heeft een nog onbe
kend gebleven persoon zich Zaterdagmiddag op slinksche
wijze in het bezit weten te stellen van een horloge
met ketting, toebehoorende aan een pbotograaf, die
met zijae tent op de Mariaplaats stond. Onder voor
geven van zijn portret te willen laten maken, wist hij
dezen namelijk te bewegen, hem voor eenige oogen
blikken zijn horloge met ketting te leenen en maakte
zich daarmede uit de voeten, op een oogenblik dat er
eenige bezoekers kwamen en de pbotograaf zich met
dezen onderhield. Toen de diefstal ontdekt werd, was
de dader reeds spoorloos vordweneo.
Naar aanleiding van het bericht, dat in de
coöperatieve broodfabriek «De Volharding" te 's-Hage
de «normale werkdag" van 's morgens kwart vóór 5
uren tot 's avonds 9 uren, te zamen 16 uren, duurt,
zonder aflossing door ploegen, deelt Recht voor Allen
het volgende mede:
«Er zijn twee ploegen bakkers, dag- en nachtploeg,
welke om de week verwisseld wordende nachtploeg
werkt van namiddag 6 tot 's morgens 6 uur dus 12
en de dagploeg van 's morgens 6 tot namiddag 6 uur.
Alzoo werken de bakkers door elkander 72 uur. De
loopers door elkander 63 uur, hoog opgegeven."
Wat echter nog niet wegneemt dat de socialistische
werkgevers den eisch van 8 uren arbeid voor hun
eigen personeel niet inwilligen.
gastvrij had o-itvangen, hal aangetast. Geertruida wis
selde bij dergelijke gesprekken herhaaldelijk van kleur
en hare moeder keek haar dan medelijdend aan, maar
haar vader sprak integendeel nog scherper zijn oordeel
uit. Niettegenstaande zijn madelijden met den vorst
scheen het hem toch eene zekere vreugde te verschaft in,
dat hij gelijk had gehad met zich tegen da gevojlens
zijner dochter te verzetten en dat hij juist de voor
spraak der vorstin, die hem thans dubbel afschuw
inboezemde, zoo beslist had afgewezen.
Natuurlijk dacht niemand er in de gegeven omstan
digheden over een bezoek op Hohenwartburg af te leggen.
Alleen pastoor Meinert bezocht de vorstin bijna
dagelijks; hij bleef lang bij haar, maar telkens verliet
hij somber en droerig haar kamer. Dan vorst begroette
hij slechts vluchtighij kon er niet toe komen bij
hom te verwijlen en hij ontvlood thans da vertrekken
van het slot waarin hij vroeger dikwerf zulke prettige
uren had doorgebracht en zooveel geluk had aanschouwd.
Zoo had de donkere wolk, die boven het kasteel
Hobenwartburg was opgestegen, alles in aan dikke
duisternis gehuld, die verlammend werkte op het leveu
in het anders zoo vroolijke slot.
Alleen Salaatieri was kalm, rustig en opgewekt en
de pastoor drukte hem dikwijls met een hartelijk
woord van dank de haad als hij zag hoe deze vreem
deling, dien het toeval in zulke kommervolle tijden
op het slot had gebracht, zijn best deed den vorst
door zijne gesprekken op te wekken en voor vertwij
feling te behoeden. (Wordt vervolgd)
Te Eernnes had een onbemiddelde kleine boer,
die eenigszins afgezonderd woont, twee varkens afge
leverd en het geld, dat hij daarvoor ontvaDgen had,
gedeeltelijk in eene kast geborgen, die zich in zijn
huisvertrek bevindt. Met zijne huishoudster was hij
naar het veld gegaan om gras te snijden, toen een
dief, die zich waarschijnlijk in het naburige hout ver
scholen had, door eene zijdeur, die anders niet gebruikt
wordt, zich toegang tot de woning verschafte en den
armen man vijftig gulden ontstal.
Maandag ontlastte zich boven Oirschot eene hevige
onweersbui. Op het midden van het dorp sloeg de blik
sem in eene woniDg, met het gevolg, dat eene oude
vrouw, dicht bij het raam gezeten, werd getroffen. Zij
gaf nog teekenen van leven, doch was een oogenblik
daarna overleden. Ook de geit op de stal was dood.
Een begin van brand in het dak was spoedig gebluscht.
Pruimeboomen dragen rijkelijker, wanneer men
de kronen, evenals van de vruchtboomen, van tijd tot
tijd uitdunt (niet inkort). Het volgende moge daarvoor
tot bewijs aangevoerd worden
IemaDd liet in het voorjaar zijn pruimeboomen eens
nazien, waarover zijn buren den mond vol hadden,
want zoo iets was nog nooit gebeurd. «Wij zullen
eens zien", zoo spraken zij, «of die nieuwigheid goede
gevolgen zal hebben!"
Eu ja, die nieuwigheid had goede gevolgen. De
boomen, die nagezien en van het te dicht staande
hout in de kronen gezuiverd waren, bloeiden rijkelijk,
maar dia van de buren ook. De eerste zetten rijkelijk
vrucht, de laatste ook. Maar de pruimenboomen van
de buren lieten in den loop van den zomer voor het
grootste gedeelte de vruchten weder vallen, terwijl de
gezuiverde boomen in den herfst onder den last der
vruchten, die ook veel smakelijker waren, bijna be
zweken. (R. Nbl.)
Het bericht van de Avondpostdat de winkelier
te Amsterdam, bij wien zinkwit gekocht is (vergiftiging
freule Smissaert), ontdekt werd, wordt door het H.blad
aldus bevestigd en aangevuld:
De justitie heeft bij alle handelaren in verfwaren
en drogisten het portret van Aafke Kuypers doen ver-
toonen, dus ook ten huize van den heer II. Zirschky,
Lange Leidschedwarsstraat 47. Deze herkende zonder
aarzelen in het hem vertoonde portret dat van eene
dame, die in Mri jl. in zijn winkel voor een stuiver
zinkwit bocht (V«o kilogram). Ia den winkel was op
dat oogenblik ook aanwezig de heer A. Zirschky, een
neef van den winkelier, die eveneens onmiddellijk het
portret heikande. Bij den aankoop was ook nog een
praatje gehouden, want de heer H Zirschky, meenende
dat zinkwit wel niet voor eenig ander doel zou worden
gebruikt dan om verf aan te maken, vroeg of er geen
olie bij noodig was. De dame antwoordde ontkennend.
Nadat beide heer en Zirschky door den rechter van
instructie waren gehoord, zijn zij Donderdagavond jl.
bij de verdachte in de cel gebracht. Pertiient en
dadelijk horkenden beiden ook nu Aafke Kuypers als
de vrouw die in den winkel het zinkwit zich had aan
geschaft.
»Gad, dat is valsch, dat is valsch", zei da verdachte,
overigens vrij onverschillig do zaak opnemende.
Zij toonde eenige voldoening toen de heeren Z-rschky
den hun vertoonden mantel niet herkenden als een
kleedingstuk dat de verdachte dien avond zou hebben
gedragen. Het moet echter reeds zijn gebleken dat
die mantel na Mei jl. is gekocht.
Ook de vrouw van H. Zirschky was bij den aan
koop in den winkel. Zij is echter sedert eenige dagen
bedlegerig en niet in staat nu reeds verklaringen
af te leggen.
Volgens h?t Vliegend Blad verhoorde de rechter
commissaris Maandag een juffrouw, wier moeder 13
Februari 11. na het gebruik der koffie bij mej. Aafke
Kuypers looze brakingen met hevige lijfpijueu had,
36 uren daarna bewusteloos werd en 9 dagen na het
verbruikte overleed.
Omtrent deze zaak deelt de Amst. Ql nog mede
Eene gewichtige getuigenis zal ongetwijfeld zijn
die van mej. C. Van Steenhoven, zoogzuster van de
overledene freule Smissaert. De moeder van genoemde
juffrouw is den 23en Februari dezes jaars overleden,
onder even zonderlinge omstandigheden, terwijl haar
ziekte met dezelfde verschijnselen gepaard ging als
die der overledene freule, welke ziekte 9 dagen duurde
en door dr. Butól verklaard werd voor bronchitis.
Da gronden, waarop deze beide sterfgevallen in verband
gebracht zijn met al het geheimzinnige, dat deze ge
schiedenis omringt, zijn de volgande
Da overleden jnff *ouw Van Steenhoven was reeds 38
jaren met de familie Smissaert bekend, bij wie zij hare
diensten als min vervulde. Dat zij bij de oude mevrouw
Smissaert in zeer hooge gunst stond, kan blijken uit
het feit, dat haar door de oude mevrouw bij testamen
taire beschikking een maandgeld werd toegevoegd van
10, dat bij haar dood zou ophouden.
Een an Ier feit, dat niet van belaag ontbloot ia, is
het vo'gende:
De vorige week meidien zich bij de genoemde juf
frouw G. v. Sleenhoven de beide freules Lucie Smis
saert en Teding van Berkhout aan, en vroegen terug
gave van brieven, die de overleden juffrouw Van Steen
hoven ontving toen freul9 Smissaert nog in laven was.
Daze brieven waren van zeer intiemen aard, hetgeen
te verklaren is uit de langdurige en goede verstand
houding tusschen juffrouw Van Steenhoven en de fa
milie Smissaert.
Da varklaring, dat deze brieven verbrand waren,
moet aanleidiDg gegeven habben tot een heftig tooneel
tusschen genoemde juffouw C. Van Steenhoven en
de bQile freules.
Jaff'ouw C. Van Steenhoven, die na at het gebeurde
in deze zaak natuurlijk verschillenda vermoedens begon
op te vatten, begaf zich naar den heer Van Lidden
Hulsebos, een der scheikundigen, dia in deze zaak
werkzaam zijo, en legle genoemden heir haar ver
moedens bloot. Dize raadde haar aan.de justitie met
een en ander in kennis te stellen, hetgeen zij dan
ook deed.
Ia verban! hiermede is zij voor dm rechter-com-
missaris gehoord, waar zij haar verklaringen en ver
moedens heeft herhaald.
Reeds lang is er ook in Pruisen over geklaagd,
dat vele personen, tot de meest beschaafde en ont
wikkelde standen behoorende, eene zeer moeilijk lees
bare, velen zelfs eene werkelijk onleesbare hand schrijven.
Ook de Academie van Wetenschappen schijnt daarvan
last te hebben gehadalthans zij heeft nu bij het uit
schrijven eener prijsvraag bepaald, dat ieder ingezonden
antwoord, hetwelk niet ten volle duidelijk geschreven
is, eenvoudig zal worden ter zijde gelegd.
Een dezer dagen te New-York overleden zee
kapitein had den wensch te kennen gegeven, dat zijn
lijk zou worden verbrand en de asch in zee geworpen.
Na de verbranding gingen de familie en vrienden op
e3n stoomboot, die in rouw was gehuld, in zee. Een
groot aantal schepen, alle halfstok vlaggende, volgden.
Na een toespraak van een predikant werd de vaas
geopend en in de zee uitgestort.
De heer Ignazio, bewoner van een woning in
de Humberto Nicolo Dantestraat te Sezz8, nabij Rome,
had de overheid dikwijls opmerkzaam gemaakt op den
toestand van het huis, dat door hem met nog meer
familiën werd bewoond. De overheid hield zich echter
doof, terwijl Ignazio de wijste partij koos en Zondag
ging verhuizen. Maandag stortte het gebouw in en
werden tien personen onder het puin bedolven, waar
van zeven werden gedood.
Een indringerig wijnreiziger valt een heer lastig
met het aanprijzen van zijn witten wijn. Daar hij
niet goedschiks weg wil laat de heer hem eindelijk
het huis uitgooien. Na een minuut verschijnt hij echter
•weer in de deur.
«Ben je daar nu weer, onbeschaamde kerel? Ik heb
je toch het huis uit laten zetten".
«Dat was vanwege de witte wijn; misschien kunt
u wel roode gebruiken?"
Zekere Rudigoz, die zeer armoedig leefde te
Lyon, is gestorven. De man liet twee millioen frs.
nahij vermaakte die aan de gemeenten Turijn, Flo
rence, Napels en Milaan, op voorwaarde dat in ieder
dier steden een gedenkteeken voor hem zal worden
opgericht (te Turijn ook een kostbaar grafmonument)
dat op zijn sterfdag een plechtige dienst in de kerk
voor hem zal worden gehouden en aalmoezen zullen
woiden uitgedeeld. De familie zegt, dat de man niet
wel bij het hoofd was en komt tegen het testament op.
Woensdagavond, zegt het Handelsblad v. Antw.,
terwijl men bezig was in de St-Baafskerk te Gent
aan het wegbreken der marmeren bekleedsels uit de
kruisbeuk, heeft men een grafkelker ontdekt, die een
drietal meters groot is. Op de muren zijn een mijter,
een bisschopsstaf, een wapenschild en een opschrift
geschilderd. Alhoewel men tot nu toe het opschrift
niet heeft kunnen ontcijferen, is het zeker dat het
ontdekte graf dat is van den beroemden Viglius,
proost van Sint-Bavo. Aanstonds heeft het bestuur
van de kerkfabriek, den heer A. vau Assche, bouw
kundige en lid der koninklijke commissie van monu
menten, doen verwittigen, om naar behooren de ver
dere werken door deskundigen te doen bewaken.
Bij keizerlijke ukase wordt bepaald, dat veroor
deelden niet meer naar Siberië zullen worden gezonden
maar naar landbouwkoloniën, die in den Caucasus
zullen worden gesticht; zij zullen niet meer worden
opgesloten, maar handenarbeid in de open lucht ver
richten.
Een Iersch rechter moest zitten in een geding
tegen twee straatroovers. Tot zijne groote verbazing
sprak de jury het «niet schuldig" uit. Onmiddellijk
daarop sprak de rechter tot den cipier
Gij zoudt mij zeer verplichten als gij deze twee
respectabele heeren nog hier hieldt tot half zeven of
zeven uur. Ik moet naar Dublin en heb dan ten min
ste twee uur op hen vooruit.
Op verzoek van lord Herschell zijn door Stanley
en dr. Parke waarnemingen gedaan over het nut der
vaccinatie, tijdens hunne laatste expeditie in Afrika.
Dienaangaande bericht thans de Central Zeitungdat
dr. Parke 40 inlandsche karavaan-dragers heeft in
geënt, waarvan bij eene kort daarna uitgebroken pok
kenepidemie 38 gezond bleven en slechts 2 in lichten
graad door de ziekte werden aangetast, terwijl de niet
ingeente dragers om hen heen «mne die Fliegenaan
de pokken wegstierven.
Onder het opschrift «ie Kluizenaar van Fü-'-
stenriad" wordt in verschillende Duitsche bladen een
schets gegeven van den toestand, waarin de onge
lukkige Koning van Beieren in den laatsten tijd verkeert.
De geestestoestand van Koning Otto, schrijft men,
kan in het algemeen niet meer in aanmerking komen
alleen kan nog van eeu lichaam worden gesproken,
waarin elk zieleleven heeft opgehouden. Doch ook zelfs
de schijnbaar onverstoorbare pbysischa kracht van dit
lichaam is dikwijls plotseling geheel en al aan inge
vingen van het oogenblik onderworpen. Hit is nog
niet laag geleden dat de Koning hardnekkig elk voedsel
weigerde en de list of middelen, welke de doctoren
daartegen vroeger aanwendden, geheel en al vrnchteloos
waren. De lievelingsbezighei 1 des Konings is rooken
en onophoudelijk is hij bezig met het draaien van
sigaretten, welke hij nauwelijks aangestoken weder
wegwerpt om den rook van een andere nog betere
in te ademen.
Toen nu de perioie weder iatrad waarin de Koning
elke voedingsstof afwees, onthield men hem op de
volgende wijze het genot van het rookenOp het
etensuur bevonden zich in het vertrek des Konings
een kamerheer en een geneesheer. Beide heeren zetten
zich aan tafel en lieten het zich goed smaken, alsof
de Koning, die in een hoek zat, niet aanwezig was.
Rondom het couvert, dat voor Koning Otto gedekt
was, waren sigaretten nedergelegd, die hun verlokkende
uitwerking op den lioogen lijder niet misten. Lang
zaam kwam hij met de oog ui strak op de sigaretten
gericht naar de tafel, stak da hand uit om een dier
geliefkoosde voorwerpen op te nemen, toen eensklaps
de geneesheer er een servet over uitspreidde en tot
den Koning zeide: «Majesteit, eerst aten en dan rookea".
Dj Koning versload met haast de hem toegediende
spijzen, greep daarop snel naar de sigaretten en ijlda
met den kostbaren buit naar zijn woonkamer.