1890. N°. 89. Donderdag 31
FEUILLETON.
Door vreemden wil beheerscht.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75
Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiën voor dit blad
aangenomen bij de heeren NIJGH VAN DITMAR te Rotterdam en verder
bij alle Boekverkoopers en Postdirecteuren.
Be prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 cent, elke regel meer 10 cent.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts
tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 18 regels a f 1,— berekend.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald 20 ct.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel.]
GOES, 80 Juli 1890.
Men doelt ons mede, dat het heden juist dertig
jaren geleien is, dat de gasfabriek alhier voor
het eerst lichtgas leverde. Ter herdenking van dit
feit is door het personeel der fabriek boven den steen
in het gebouw, die de opening der fabriek vermeldt
met de namen der hearen mr. M. P. Blaaubeen, J.
W. Van Kerkwijk en G. H. Kakebeeke, een troféa
aangebracht van vlaggendoek, groen en bloemen, ter
wijl ook de drieklear van het gebouw wappert.
Evenwel vermeldt de Qoesche Courant van 27
Augustus 1860, dat de feestelijke inwijding en de
ontsteking der straatverlichting op dieo drg zou
plaatshebben en die van 30 Aug. d. a. v. dat die
0)k werkelijk toch heeft plaatsgehad.
Bij Zr. Ms. besluit is o. m. met ingang van
2 Aug. a. 8. benoemd tot adelborst Ie klasse bij de
zeemacht de adelborst 2e kl. J. /E. R a m o n d t.
Iq de gisteren gehouden vergadering der k o 1 f-
sociëteit »de Prins van Oranje" alhier
is het jaarlijksche koningkolven bepaald op Dinsdag
5 Augustus a. s.
Tevens werd voorloopig besloten om, bij gelegenheid
der kermis, tot een der twee door het gezelschap van
dhr. Van Doeselaer uit Antwerpen te geien tooneel-
vooratellingen den leden der sociëteit vrijen toegang
te geven met ésne dame. Zoo mogelijk zal na afloop
der voorstelling een bal worden georganiseerd, toe
gankelijk voor de kden met recht van introductie.
Ellewoudsdijk. Op hst verzoek, door een belang
hebbende bij Ged. Staten ingediend, tot vernietiging
van de benoeming van den heer J. Bruggeman te
Driewegen tot gezworen bij het waterschap Ellewouds
dijk, en zulks op grond van informaliteiten, is afwij-
z >nd beschikt, zoodat de benoeming gehandhaafd blijft.
Bij het examineeren van candidaten voor da be
trekking van commies bij 'g Rijks belastingen is als
ztoianig toegelaten de heer A. Looij Az. te Elle-
woudsdijk.
Tot honorair lid van de »Socié des ingénieurs
Givils de France" te Parijs, is benoemd de heer J. F. \V.
Conrad, president van het kon. instituut van in
genieurs.
Bij kon. besluit is ingetrokken het kon. besluit,
houdende benoeming met ingang van 1 Augustus 1890
van den directeur van het post- en telegraafkantoor
te Sluis, J. A. Dorrenboom Jr., in gelijke be
trekking te Zieriksee.
- Door het hoofdbestuur der Belgische staatsspoor
wegen is besloten thans ook over te gaan tot de
invoering van het zonentarief op hare lijnen.
Het Vad. verklaart het onlangs ingediende
wetsontwerp tot regeling van den krijgs-
dienst met warme sympathie te begroeten. Daarin
zijn alle grondbeginselen neergelegd, voor welke het
Vad. nagenoeg twintig jaren lang gestreden heeft. Iu
de eerste plaats de persoonlijke dienst, afschaffing van
eiken vorm van dienstvervanging en toepassing van
algemeenen weerplicht wel te onderscheiden van
algemeenen dienstplicht in gezonden zin.
Daarentegen zijn in het ontwerp bepalingen gemaakt
die de strekking hebben om het bezwarende, dat voor
35) (Vervolg.)
De vorstin was den ganschen morgen alleen in hare
kamer geweestzij had eerst als gewoonlijk in doffe
onverschilligheid maar met eene lijdenstrek op het
gelaat mêrgezeten, met een boek in de hand, waarin
zij echter weinig las. Zij was zeer vroeg opgestaan,
daar de kindermeid haar verteld had, dat de vorst en
Salantieri reeds uitgereden waren. Bij dit bericht had
ze verbaasd opgezien, maar ze had niets gevraagd en
ook geen verder teeken van belangstelling gegeven.
Na eenigen tijd had ze evenwel het boek, dat ze in
de hand had, heftig weggeworpen ze was van haar
stoei gesprongen, hare gelaatstrekken teekenden hevige
angst en ze had handenwringend de kamer rondgeloopen.
Dit geschiedde op hetzelfde oogenblik waarin Salantieri
al zijne wilskracht bezigde om den vorst en Meisenberg
te beheerschendaarna was ze hevig verschrikt op
een stoel nedergezegen, alsof ze onverwachts een schot
had vernomen ze had de handen tegen het hart ge
drukt en de oogen gesloten, daarna met een dankbaren
blik hemelwaarts gestaard en de lippen geopend alsof
g) een jnichkreet wilde aanhtffm. Ditzelfde had zich
neg eens herhaald, doch na den tweeden keer was er
na den juichtoon een trek van medelijden op haar
sommigen in persoonlijke vervulling van den dienst
plicht gelegen kan sijn, zooveel mogelijk te vermin
deren. Tot vrijwillige vervroegde vervulling van den
dienstplicht en uitstel zelfs gedurende vijf jaren van
de eerste oefening wordt onder bijzondere voorwaar
den gelegenheid gegeven en verkortirg van oefenings-
tijd toegestaan aan hen, die bij hun inlijving aan
bepaalde voorwaarden voldoeD. Op deze wijze zal ten
slotte een ieder gebaat zijn met den persoonlijken
dienst. Een tweede hoofdbeginsel van het ontwerp is,
dat in de land- en zeeweer eDkel dienstplichtigen no
men die reeds bij het leger hun dienstplicht vervuld
hebben, en deze reserve \ai het leger dus geheel
bestaan zal uit geoefende manschappen, die blijven
dienen bij het wapen, waarbij ze geoefend zijn. Het
is duidelijk, dat de militaire waarde van dit gedeelte
der levende strijdkrachten zoodoende aanzienlijk zal
worden verhoogd. Dan zal de nieuwe wet ons eindelijk
eens een behoorlijke aanvulling verzekeren, aan welke
thans bij de zeer groote verliezeü, die een oorlogvoe
rende krijgsmacht vooral in den eersten tijd to wach
ten staan, meer dan ooit dringende behoefte is.
De voorstellen der regeering zullen ons geven een
leger van 116,000 man en daarnaast een dadelijk
beschikbare landweer van ongeveer 50,000 man,
een legermacht waarmede wij waarlijk met gerustheid
de toekomst tegemoet kunnen gaan. Dat resultaat zal
verkregen worden door een jaarlijksche lichting van
ten hoogste 13,200 man voor volledige oefening en
ten hoogste 2500 man voor verkorte oefening (3
maanden), benevens 600 man voor de actieve zee
macht. Duur van den diensttijd voor de ingelijfden bij
de actieve zeemacht 6 en bij de actieve landmacht 8
jaren daarna gaat de dienstplichtige voor den tijd
van 5 jaren bij de zee- of bij de landweer over. Gaat
men nu na, dat reeds in 1867 een militieconlingent
vaa 14000 man door de toenmalige regeering noodig
geoordeeld werd, en hondt men rekening met de voort
durende vei meerdering der bevolking, dan msg waar
lijk de ei8ch der regiering, wat de grootte van het
jaarlijksch contingent aangaat, niet overdreven heeten.
De hoogere uitgaven, die uit de nieuwe regeling
zullen volgen, worden door de regeering geschat op
1,550 500, in mindering waarvan echter de kosten
der schutterijen komen tot een bedrag van 228,000,
zoodat een jaarlijksche verhooging van uitgaven blijft
van 1,322,500. Daarbij moet echter in aanmerking
worden genomen, dat ook bij het bestaande stelsel de
kosten grooter zouden worden indien werd overgegaan
tot het uitbreiden der militie en het verbeteren d*r
schutterijen, bv. in den zin als in 1881, toen generaal
Reuther minister van oorlog was, voorgesteld werd.
Daarbij zouden de jaarlijksche uitgaven vermeerderd
zijn met 2,270,600, een groot verschil dus in
't voordeel van het nu aanhangig wetsontwerp.
Utrecht. Gekozen tot lid der Tweede Kamer hot
liberale aftredend lid dhr. A. L. W. Seyffardt
met 1045 van de 1060 geldige stemmen. Er waren
47 blanco-biljetten.
Arnhem. Gekozen het aftredend lid dhr. W.
Rooseboom met 555 van de 060 stemmen. Dhr.
Tindal had 60 stemmen. Er waren 28 blanco biljetten.
Omtrent de behandeling van de zaak der aan
varing tusschen de Prins F r e d er ik en de
Marpessa wordt uit Londen nog aan de Amst.
Crt. medegedeeld
gelaat zichtbaar geworden.
Dit alles had juist zoolang geduurd als Salantieri
met alle inspanning zijner wilskracht den gang van
het duel had geleid. Maar hij had toch de vorstin
reeds zoozeer aan zich onderworpen, hij had haar ge
dwongen zoo geheel en al éen met hem te zijn, dat
al hare gebaren en bewegingen dezelfde waren, die zij
ongetwijfeld zou gemaakt hebben als ze zelf het duel
bad bijgewoond, van den angst en den schrik voor het
schot tot de vreugde over het behoud van haren gemaal
en het vriendelijk medelijden met de verwonding van
den heer van Meisenberg.
Toen het duel geëindigd was en Salantieri tot zijne
gewone kalmte was teruggekeerd, hield ook deze bij
zondere gevoeligheid der vorstin weder op. Ze keek
rond, als ontwaakte ze nit een droom ze scheen een
oogenblik in hare herinnering te zoeken en daarop
verzonk zij weder in hare vroegere rustige, onverschil
lige, doffe mijmering. Met den kleinen Kurt bemoeide
ze zich in het geheel niethet scheen zelfs alsof ze
bij den aanblik van het kind een soort van afkeer
ondervond en alleen de smartelijke blik, waarmede zij
hem in het eind nakeek als het kind, dat zelf schuw
en angstig werd voor de koele onverschilligheid zijner
moeder, bewees, dat ze toch nog iets voor het kind
gevoelde. Zij at werktuigelijk iets van de spijzen, die
haar werden voorgezetdes avonds ging ze reeds
vroeg naar hare slaapkamer en het meisje, dat af en
toe aan de deur ging luisteren, hoorde niets dan van
tijd tot tijd een pijnlijk gekreun.
Voor de Engelsche reeders trad als verdediger op
de advocaat-generaal, voor de Maatschappij «Nederland"
sir Walter Philemore, een bekend rechtsgeleerde.
De vei klaringen van kapitein Visman lieten aan
duidelijkheid niets te wenschen over.
De kwartiermeester van de Prins Frederikeen
Zweed, was echter zoo zenuwachtig, dat de verdedi
ger van de tegenpartij den man spoedig in de war
bracht en hij een zeer weifelende verklaring afljgde
over de uitgevoerde manoeuvres.
Het journaal van de Marpessa bleek geheel ver
anderd te zijn, waarover men heenstapte met de
lachende opmerking, dat htt door den eersten stuur
man opgemaakt was, terwijl de passagiers van de
Prins Frederik in de kajuit zaten, en de stuurman
beter zeeman dan klerk was.
De kapitein Geary van de Marpessa en zijn getui
gen bezwoeren eerparig dat zij de stoomfluit van de
Prins Frederik niet gehoord hadden dan eenige oo-
genblikken vóór de aanvaringdat zij de Prins Fre
derik aan hun bakboord hoorden, en niet aan stuur
boord, en dat zij niet meer dan 2 a 3 mijlen vaart
liepeD, evenals de Prins Frederik.
Een der getuigen echter stond lijnrecht daartegen
over en verklaarde dat de Marpessa tot even vóór
de aanvaring full speed geloopen had.
(Deze verklaring komt overeen met hetgeen de
matrozen van de Prins Frederik ons bij hun aan
komst aan de Handelskade mededeelden, uit den mond
der Engelsche stokers gehoord te hebben. Red. Amst.
Crt.)
De rechter wees deze verklaring echter af, op grond
dat de getuige een paar dagen dronken was geweest
en een parti pris tegen den kapitein had.
Alle lof werd gebracht aan de goede orde en dis
cipline, die aan boord van de Prins Frederik heerschte,
doch de rechter nam aan, dat de Prins Frederik
den boeg der Marpessa had gekruist, dus voor haar
overgeloopeo was, en verklaarde op grond daarvan de
Prins Frederik schuldig.
Dit is trouwens niet te verwonderen, voegt onze
berichtgever erbij, daar van de 10 maal, dat derge
lijke processen hier gevoerd worden, de Engelschen
9 maal gelijk krijgen.
De eventueel te houden toelatings-examens voor
den artillerie-cursus en den voorbereidenden practischen
cursus der militaire school zullen den 19en Augustus
a. s. te Delft een aanvang nemen, en tot en met den
22en Augustus d. a. v. duren.
Het daaraan voorafgaand geneeskundig onderzoek
zal den 18en Augustus t. v. des voormiddags te 9
uren in het militair hospitaal daar ter stede plaats
hebben.
Voor het geval herkeuring kan worden toegestaan,
zal deze den 23en Augustus d. a. v. om 9 uur in het
militair hospitaal te 's Gravenhage geschieden.
De aanvragen om toelating aan genoemde inrich
tingen moeten vóór 11 Augustus 1890 bij het depar
tement van oorlog zijn ingekomen.
Indien de gevorderde getuigschriften of diploma's
niet vóór dien datum zijn uitgereikt, kunnen deze na
de indiening der aanvrage aan gezegd departement
worden ingezonden.
De minister van oorlog heeft afwijzend beschikt
op een adres van de Maatschappij van landbouw in
Limburg, houdende verzo«k om, evenals in België en
Zoo verliepen er eenige zeer droevige dagen op het
slot. De ou ie R^inhold waagde het Diet meer tot den
vorst te spreken, nadat hij het beslissende antwoord
van den geestelijke had gehoord en ook de vorst roerde
de oorzaak van zijn smart niet meer aan. Wat zou
het geholpen hebben, er was toch geen ommekeer,
geen verbetering te wachten hij had nog slechts dien
eenen plicht tegenover den ouden graaf Kronstein te
vervullen, dezen zelf over zijne dochter te doen recht
spreken, en hetgeen verder moest geschieden zooveel
mogelijk in overeenstemmiog te brengen met de eer
en den naam van twee zoo oude geslachten, die tot
de voornaamste en meest geëerbiedigde uit het gansche
land behoorden. Ook met Salantieri sprak hij niot
over zijn leed en da Italiaan toonde als altijd zijne
gewone tactvolle bescheidenheidhij trachtte des avonds,
wannear hij bij den vorst op dims kamer zat, te ver
tellen over het een of ander onderwerp, waarvan hij
wist, dat het zijn gasthoer belang inboezemde en soms
gelukte het ook wel dezen een tijd lang aan zijne
sombere overdenkingen te ontrukken en hem tot een
levendiger gesprek te verlokken. Vooral was dit het
geval, wanneer Salantieri vertelde van zijne reizen,
van het volksleven in de verschillende landen die hij
bezocht had en van de eigenaardige genoegens der
verschillende wereldsteden. Dan luisterde de vorst
met klimmende aandacht, hij wierp er enkele vragen
tusschen en krikte dikwijls toestemmend, wanneer
Salantieri terloops opmerkte, dat er geen beter ge
neesmiddel voor droeve levenservaringen is dan de af-
Frankrijk plaats heeft, de onder de wapens zijnde
zoons of knechts van landbouwers, in de groote drukte
van den oogst, op hunne aanvraag voor 4 of 6 weken
met verlof naar huis te zenden.
rTwwn- «ijirwra V.T- .'*1* -zxiimr.v-w lacsags» :sre?K*r^s»gBtmaHl
Kerkelijke Zaken en Onderwijs.
Zondag heeft ds. Van Oosten te Lekkerkerk
plechtig herdacht zijne 25jarige evangeliebediening.
(Da eigenlijke datum was Dinsdag 22 Juli). ZEerw.
was o. a. predikant te Bath en Rilland en te Elle-
woudsdijk.
Beroepen bij de Chr. Geref. gemeente te Middel
burg de heer W. H. Oosten, cand. te Amsterdam.
Bij het examen hoofdakte te Breda zijn geslaagd
de heeren P. C. De Moor te Zaamslag en J. F. Peule
man te Hengstdijk.
Bij het examen Fransche taal lag. onderw. zijn
te 's-Gravenhage geslaagd mej. A. S. W. Rinders te
Middelburg en de heeren J. F. Faas te Ter-Neuzen
en J. Van der Hage te Stoppeldijk.
Rechtszaken.
Iq zake J. B., oud 29 jaren, zonder beroep, geboren
en wonende te Kloetinge, thans gedetineerd te Middel
burg, is op heden (Woensdag) door de Arrondissements
rechtbank te Middelburg het navolgende vonnis ge
wezen
Overwegende dat door de bekentenis van de beklaagde
ter terechtzitting, dat zij het bij dagvaard vermelde
feit heeft gepleegd en door de aanwijzing, voortvloeiende
uit de verklaring van de ter terechtzitting onder eede
gehoorde getuige Janna De Vos, buisvrouw van G. De
Waard, dat zij op 23 Maart jl. in de luur van het
kind van de beklaagde heeft gevonden een grintsteen
ter grootte van een knikker en op onderscheidene
dagen daarna telkens een der ter terechtzitting als
overtuigingstukken aanwezige 5 spijkers, wettig en
overtuigend is bewezen het aan de beklaagde bij akte
van dagvaard te laste gelegde;
O. dat door den ter terechtz. onder eede gehoorden
deskundige J. J. Berdenis Van Berlekom is verklaard
dat in het algemeen bij een kind van 6 maanden het
doen inslikken van eenige spijkers als de in judicio
aanwezige den dood zal tengevolge hebben, doch dat
die onder de meest gunstige omstandigheden zich langs
den natuuilijken weg kunnen verwijderen;
O. dat de rechtb. zich met dit gevoelen vereenigt
en, het als resultaat van eigen onderzoek overnemende,
beslist dat de uitvoering van het voornemen van de
beklaagde om het kind te dooden alleen daardoor niet
is voltooid dat die voorwerpen zich langs den natuur
lijken weg uit het lichaam hebben verwijderd
O. dat door de mede ter terechtz. als getuige en
deskundige gehoorden dr. A. v. d. Swalme, oud-direc
teur van het krankzinnigengesticht te Delft, als zijn
gevoelen is medegedeeld, dat de beklaagde ten deze
niet toerekenbaar heeft gehandeld
O. dat de rechtbank zich ook met dit gevoelen
vereenigt en met de gronden, waarop de deskundige
zijn gevoelen heeft doen steunen, en mitsdien beslist,
dat het begane feit aan de beklaagde niet kan worden
toegerekend, wegens de gebrekkige ontwikkeling harer
verstandelijke vermogens.
Gezien art. 37 alinea 2 van het wetboek van straf
recht, art. 216 alinea 2, 219 van dat van strafvordering»
wisselende indrukken des levens en de opwekking,
die den omgang met andere menschen in eene andere
omgeving met zich brengt.
De vorst had weinig gereisd; hij was kort na de
voleinding zijner studiën naar Hoheuwartburg getrok
ken om daar als heer en meester op te treden en
ofschoon hij zich in het huiselijk leven altijd zeer goed
had kunnen schikken, had hem toch dikwijls do lust
bekropen de wereld ook buiten zijn kleinen kring te
leeren kennen. Thans was zijn huiselijk geluk verwoest
en alle hoop, dat het ooit weder zou worden opge
bouwd, was vervlogen. Was het wonder, dat zijn zucht
om de wereld te leeren kennen zich nu krachtiger
dan ooit deed gevoelen, vooral daar Salantieri door
zijne reisverhalen zijn lust daartoe prikkelde
Te Steinau had het gebeurde te Hohenwartburg
groote belangstelling gewekt. In een zoo kleinen kring,
waar men elkander dagelijks zag en sprak, kon het
wel niet anders of het verhaal van het duel tusschen
den vorst en Meisenberg ging spoedig van mond
tot mond.
De laatste had zich ziek gemeld en het heette dat
hij lijdende was aan hevige zenuwkoortsen. De com
mandant van het regiment bevestigde dit en toonde
diep medelijden met den jongen man; de overige offi
cieren volgden dit voorbeeld ea ieder deed alsof hij
in ernst aan de ziekte van den heer van Meisenberg
geloofde. Iedereen wist intusschen hoe da vork in den
steel zat en met vrienden en bekenden sprak men
ook, ernstig of den jongen man beklagend, sous ook