1890. N°. 27. Dinsdag 4 Maart. 77s,e jaargang. Bij dil iiommer behoort een bijvoegsel. BRAND Ontheffing van Dienst, Z E E - M I L I T l E De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdagavond, uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75» Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiën voor dit blad aangeaomen bij de heeren NIJGH VAN DITMAR te Rotterdam en verder bij alle Boekverkcopers en Postdirecteuren. De prijs der gewone advertentiën is van i5 regels 50 cent, elke regel meer 10 coat* Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 18 regels a f 1,— berekend. Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald 20 ct. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel. Ieder wordt herinnerd, dat voor de eerste kennis geving aan het Hoofd der Brandweer, van een ontstanen in dezeof in eene naburiqe gemeente, gegeven wordt eene premie von EEN UUL1>EN, te ontvangen bij den generalen brandmeester W. De Beste. Voorts dat ingeval van brand buiten de gemeente, waarbij de üoesche Brand - weer hulp gaat verleenen, begeerd worden vier wagens bespannen met twee paarden elk, waarvoor gegeven wordt eene premie van EEN GULDÉN VIJFTIG CENTS voor den eersten, en EEN GULDEN voorden tweeden t\asen. wanneer de eigenaars zich daartoe vrijwillig aanmelden, onverminderd het loon of vergoeding van dienst. Aan Landbouwers in en bij de gemeente Goes en aan allen, die wagens en paarden hebben, wordt het verzoek geda&d, de pogingen van de directie der Brandweer te steunen, door aanbidding, ingeval van brand, van een of meer bespannen wagens Goes, 1 Maart 1890. Burgemeester en Wethouders van Goes, J. G d W. HAMER. De Secretaris, HARTMAN De aanvrage door miliciens, die geestelijken en be dienaren van den godsdienst bij erkende kerkgenoot schappen of Btadenten in de godgeleerdheid zijn, om moet tusschen den 20 Maart en den 1 April met het bewijsstuk worden ingediend bij den Burgemeester der gemeente, binnen welke zij voor de Militie zijn inge schreven. Goes, den 1 Maart 1890. Burgemeester en Wethouders van Goes, J. G d W. HAMER De Secretaris, HARTMAN. De lotelingen voor de Nationale Militie dezer gemeente voor de lichting 1890, die dienstplichtige nummers ge trokken hebben en welke verlangen mochten bij de te dienen, kunaen zich daartoe voor den eersten April eerstkomende ter gemeentesecretarie aangeven, alwaar de verlangde inlichtingen te verkrijgen zijn. Goes, den 1 Maart 1890 Burgemeester en Wethouders van Goes, J. G d W HAMER. De Secretaris, HARTMAN. GOES, 3 Maart 1890. Wij vestigen d? aandacht op de annonce van de commissie voor da (Economische Spijt- uitdeeling alhier, waarin zij een beroep doet op de ingeietenen tot steun van die hoogst nuttige instelling, welke reeds ongeveer 75 jaren m» t zoo uitnemend resultaat in onze gemeente werkt. Wij hebban slechts even naar buiten te zien om overtuigd te zijn, dat hulp dringend noodig en ge- werscht it. In plaats dat, zooals in andere jaren, om dezen tijd de bedeelingsrol kan worden ingekrompen, driogt het Iaat ingevallen, uiterst gestrenge winterweêr de commissie tot voortzetting der bedeeling aan meer huisgezinnen dan atders het geval is. Aangezien nog nimmer deze bij alle Goasenaren hooggeschatte instelling door gebrek aan bijdragen in haren nuttigen arbeid is belemmerd geworden, ver trouwen wij, dat ook thans haar beroep niet vruch teloos zal tiju, en dat wij met deze welige woorden kunnen volstaan om de harten te openen van ben, die kunnen bijdragen om onze arme mede ingezetenen in dezen barren tijd een versterkend voedsel te ver strekken en te helpen zorgen, dat, waar wellicht bij dan t'genwoordigen hoogen prijs der kolen ook het vnur in den haard slechts schaars verwarmt, bet lichasm althans inwendig verwarmd worde. De benoeming van mr. P a t ij n tot commies- griflier der Tweade Kamer, waarvan wij in ons vorig nommer onder de telegrammen nog konden melding maken, heeft wedar op merkwaardige wijze doan zien, hoe weinig de beide deelen van het anti-liberaal ver bond elkander wat gunnen. Da Kamer telde bij den aanvang der stemming er waren vijf stemmingen noodig eer eene beslissing viel 85 leden en wel 39 liberalen, 26 katholieken, 18 antirevolutionairen en 1 conservatief. De liberalen hadden blijkbaar geen partij-candidsat, doch de katholieken steunden hun geloofsgenoot mr. Vos de Wael, de antirevolutionairen natuurlijk mr. Lohman. Tuea het bleek, dat ieder der beide anti-liberale partijen een eigen candidaat had, verbonden zich de liberalen nagenoeg allen op mr. Patijn, toodat bij de voorlaatste stemming werden uitgebracht36 stemmen op mr. Patijn, 24 op mr. Vos de Wael, 20 op mr. Lobman en 4 op mr. Bok. Bij goede kameraadschap' hadden bij de nu gevolgde herstemming tusschen mr. Patijn en mr. Vos de Wael de stemmen van mr. Lehman op laatstgenoemde moetei overgaan en had mr. Vos de Wael met minster.» 44 stemmen moeten gekozen zijn. Maar ziet, d< kameraadschap laat, niet alleen bij de antirevolutior aire kiezers maar ook bij de Kamer leden dier partij, te wenschen over, want mr. Patijn verwierf 44 stammen, waaronder dus mirsteDS 4 st. (d. i. van h t aantal aanwezige antirevolutionairen) van de antirevd. vertegenwoord'gers moeten geweest zijn. B ijkbaar steunt m*n t^ch nog liever den gehaten liberaal dan den vriendschappelijk- n batholitk! 't Is voor ons liberalen vermakelijk om dat spelletje aan te zier. De JV. R. Ct. zegt omtrent deze stemming «Terwijl by de eerste en tweede vrije stemming van antirevolutionair zijde op den heer Lohman Jr., van katholieke zijde op den heer Vos De Wael Jr. werd gestt-mJ, waren de stemmen van liberalen kant over verschillende candidates verdeeld. De derde stemming, die over vier candidaten, de heeren Vos De Wael, Lohman, Patijn en Bok Ü"p, had tot uitkomst, dat de heeren Patijn en Vos DWael de meeste stemmen verkregen, z-iodat tusschen dezen eene herstemming moest plaats hebben, die tot uitslag had, dat mr. R. J. II. P a t ij n advocaat en procureur, adjunct- secretaris der staatscommissie tot voortzetting der her ziening van het Burgerlijk Wetboek, te 's Gravenhage, werd benoemd met 44 st- mmen, tegen 40 op den heer mr. F. J. A. Vos De Wael, advocaat en procureur bij da arrondissemerits-rcchtbaDk te Zwolle, en stem blanco. Daar aan deze stemmirg werd deelgenomen door 39 liberalen, 25 katholieken, 20 antirevolutio nairen en 1 conservatief, kan met zekerheid worden aangenomen, dat sommige leden der rechterzijde, (waar schijnlijk 5), waarschijnlijk op grond van de uitne mende inlichtingen omtrent den heer Patijn verkregen, op dezen hunne stem hebben uitgebracht." De Arnh. Cl. merkt daarbij nog op »Uit deze stemming is alzoo bij vernieuwing gebleken, dat zoo de verbonden anti-libera'e partijen naast elkan der staan bij de bestrijding van den gemeenschappe- lijken vijand, de liberalen, zij het daarom met elkander nog niet eens zijn. Die verkiezing is eene afspiegeling van verschijnse len, die zich zeker ook wel in belangrijker zaken en op sterker wijze openbaren zal. Het is het noodwendig gevolg van een bondgenootschap op negatieven grond slag." Naar De Standaard verneemt heeft mr. L. W* C. Keuchenius zich bereid verklaard, eene candi- datuur voor het district Goes te aanvaarden. Is dit zoo en ce Stand, zal wel goed zijn inge licht dan waa de door De Tijd gemaakte gevolg trekking naar aanleiding van het in ons vorig no. nit De Stand, overgenomen desbetr. fiend bericht, dat nl. van de candidatuur-Keuchenius in dit district zou zijn afgezien, niet juist. Het blad teekende overigens en dit verdient in elk geval opmerking nog bij dat Standaard-bericht aan, dat de meerderheid, door den anti revolutionairen candidaat eventueel te behalen vécrasant" kan zijn, namelijk indien men zeker is van de hulp der r.-katholieke kiezers. De Tijd herinnert aan de verkiezing van den heer Lobman in Maart 1888 met 2194 stemmen tegen 1321 op den vrijzinnigen candidaat jhr. Six. Maar toen ook hadden de roomscbe kiezers, evenzeer als de anti-revolutionaire, voor den heer Lohman hun best gedaan. Da Kerkelijke Ct. schrijft Maar zijne meest wezenlijke eigenschappen maken den heer Lohman immers voor ren ambt, waaraan zulk een macht verbonden is, volkomen onge schikt. Of kent men een lid van de vroegere re- geereode geslachten, bij wien de haat tegen »de burgerij van 1848", tegen «die liberalen" meer in het hart en nieren is doorgedrongen dan bij jhr. mr. A. F. de Savornin Lohman het geval ia? Wat is er te ver wachten van iemand, die er nooit een geheim van heeft gemaakt, dat er, naar zijn inzien, te vele liberale" burgemeesters, liberale" leeraren en hoogleeraren, eüz. zijn; dia de geheele inrichting van het onderwijs hier te lande meer dan eens heeft geoordeeld en zoo kras mogelijk veroordeeld? En dan de houding door hem aangenomen tegen over de Nederlandsche Hervormde Kerk, haar recht, hare historie, hare dienaren? «De liberalen" haat de nieuwe minister van binnenlandsche zaken met doode- lijken haat. Deze instelling vervolgt hij met nog inniger, met doodenden afkeer. Na nog van het volslagen gemis aan zelfbeheersching bij den heer Lohman te hebben gewaagd en met in stemming het oordeel van de Vaderlander to hebben ter meld, eindigt de Kerkelijke Cf. Maar laat ons goeden moed houden Het ministerie Mackay was op weg een groot gedeelte van zijne tegenstanders voor zich te winnen en met het denk beeld van een ministerie der rechterzijde te verzoenen. Het heeft nu vergeten, dat do ondernemingen van h t Kuyperianisme, de eene voor, de andera na, hoe fijn bedacht, te gronde gaan. Dat komt van de aUchte middelen, die plegen te worden gebruiktAan jhr. mr. A. F. de Savornin Lobman zal het ministerie Mackay dan ook sterveD. De weg, waarlangs hij er ingekomen is, deugt niet l En de man, dien het opnam, is de man niet om mioister des Konings te zijn 1 Een schrijver in de Delflsche Opmerker noemt het den premier zeer kwalijk, dat by het hem toe vertrouwde departement aan Lobman in handen speelt en zelf een departement gaat btheeren, waarvan hij geen verstand heeft, alles als gehoorzame dienaar van Kuyper. Hij resumeert zijn oordeel als volgt: i> Verspeeld heeft de heer Mackay de positie die hij zich verworven had verspeeld den naam van een bekwaam en bezadigd regent dien bij zich eenmaal in 's lands historie scheen te kunnen verwerven verspeeld de kans om aan dr. Kuypers jak te ont snappen, en om zijn partij op beter en hechter grond slagen te vestigen dan de tartuferieën en bouffbnne- rieën van de Standaard aanbieden. Voor de vrijzinrige partij is de verandering in het Kabinet geen verlies. Integendeel. Zoo iets in staat is, aan het land de oogen te openen voor den weg, dien m*n het op wil drijven, dan is het de benoe ming van den heer Lohman tot mioister van binnen landsche zaken. «Ook al had hij zeven van de zachtmoedigste en zoet- sappigste mersch-n a's ministers naast zich, zou de heer Lohman op het Kabinet, waarin hij zitting neemt, den stempel drukken van een ministère de combat. Het land ruste zich tot den strijd." De redactie van De Standaard deelt mede, dat zij, zich op heden voor de uitvoering van de zaak van bet dank - en huldeblijk met mr. Keu chenius in betrekking gesteld hebbende, ten einde zijne wenscben desaar gaande te vernemen, van bem, onder hartelijke waardeering harer bedoeling, de ver zekering heeft ontvangen, dat er zijns inziens in zijne houding als minister niets was, hetgeen hem eenige aacspraak zou kunnen geven op eeoig dank- en hul deblijk, zoodat hij liefst wenscht verschoond te blijven maar dat hij, nu reeds zoo veler genegenheid bleek, zich niet onttrekken zal aan een eenvoudig blijk vau broederlijke sympathie. Da redactie, zich geheel naar dezen wensch voe gende, en in aanmerking nemende, dat de reeds in- geteekende bedragen voor znlk een beperkter doel ruimschoots voldoende zijn, meent daarom de inzame ling reeds op 1 Maart te moeten sluiten. »()/ermits" zij zich ook op staatkundig gebied beweegt, acht dr. Kuyper zich verplicht de jongste encycliek vau Paus Leo XIII in De Standaard te besprrken. Het a'gemeen geloofsbeginsel, waarop 's Pausen be toog rust, beaamt dr. Kuyper «even beslist als hij de genomen conclusiën verwerpt", n!. de Pauselijke on feilbaarheid en den plicht der geioovigen om dt n geeste lijken overhalen onvoorwaardelijk te gehoorzamen ook wanneer deze dwalen. »Nu toch zegt dr. Kuyper wordt aan het Episcopaat in elk land de macht en de bevoegdheid verleend, om op elk gegeven punt te beslissen, hoe het Roomsch-Katholieke deel der bevolking zich in poli tieke aangelegenheden te gedragen heeft. En wie dat advbs niet volgt, zondigt tegen het heilige. «En al weten we nu ook, zegt hij verder dat dit alles in theorie fraai klinkt, maar in de praktijk voor mannen van invloed toch een doode letter blijft, dit neemt niet weg dat het beginsel, dat hierin ligt uitgesproken, toch steeds verder doordringt en ten slotte in Roomscbe landen het Episcopaat tot feite- lijk regeerder van het land dreigt te make n". Het Vad. teekent hierbij aan «Daarom sloven de antirevolutionaire heeren zich zeker zoo uit, om de wegbereiders en dienaren der r.-kahtolieken te zijn". De stationchefs 0. Dekkers te 's-Heer Arends- kerke en H. Van B o 1 c k te Wadenoijen zullen Woensdag 12 Maart a. s. onderling van standplaats verwisselen. Ints voor miliciens van de lichting 189 0. Vra8g: Op welken datum heeft het examen plaats voor miliciens van de lichting 1890, waarbij den jonge lieden, na blijken gegeven te hebben, dat ze aan de gestelde eischen voldoen, eenige voordeelen betre (Tend* garnizoen, wapen, voeding, enz. worden toegezegd Antwoord: Deze datum wordt aan hem, die zich voor het examen aanmeldt, schriftelijk vóór den 25sten Maart kenbaar gemaakt. VraagBij wien en voor welken datum moet hij, die zich aan dat examen onderwerpen wil, zich aan- melden? AntwoordMan moet zich aanmelden vóór 20 Mvavt e. k. bij den commandeerenden officier van een der bataljons infanterie uit de naaslbijgelegen garnizoens plaats. Vraag: Hoe moet hij handelen, die een twijfelachtig nummer getrokken heeft? AntwoordIn elk geval zich aangeven. Vraag: Wanneer hij na afloop dezer examens aan zegging krijgt, dat bij dienstplichtig is, bestaat er voor hem dan nog gelegenheid dit examen te doen AntwoordNeen. Blijkt het later, dat men vrij is welnu dan is het examentje overbodig geweest. Tot de interpellatie over de m i n i s t e- r i e e 1 e crisis, die de beer Tak zou hebben ge houden, indien niet de heer A. Van Dedem hem ware voor geweest, was besloten in een vergadering der liberale Kamerleden. De legerwetten zijn thans in behandeling bij den Ministerraad. Blijkens het verhaal, dat de heer F. Domela Nieuwenhuis in zijn orgaan Recht voor Allen van zijn wedervaren te Bsrlijn geeft, vertoefde hij daar onder een valschen naam. Aan den commissaris van politie, die hem daarover zijne bevreemding betuigde, verklaarde de heer D. N., dat bij. evenals een vorst, incognito reisde. De verwijdering uit Berlijn geschiedde, niet omdat zij socialisten waren, maar wegens het ontbreken van een pas. De heer D. N. richtte zich toen tot ODzen gezant te Berlijn, met verzoek om een pas. De attaché beloofde daarvoor te zullen zorgen en kwam persoonlijk den pas, die door den gezant dadelijk in orde gemaakt was, brengen. Da heer D. N. erkent, dat da Berlijnsche politie hem zeer beleefd behandelde en ook het personeel dor Ned"riandschlegatie wordt door hem, op zijne manier, erkendhij is zoo goed te zeggen, dat het geld, uitgegeven voor de zorg der belangen van landgenooten in den vreemde, althans niet geheel wordt weggegooid. De door het overlijden van den hoer Van Alphen opengevallen betrekking van referendaris ter griffie van de Tweede Kamer der Staten-Generaal zal waarschijnlijk, althans voorloopig, niet worden aan gevuld. De schrijver van het Kamer-overzicht in de N. R. Ct. bericht, dat er een amendement is te ver wachten, geteekend door leden van alle richtingen in da Kamer, ten doel hebbende om aan «ie oude weduwen" alsnog een zeker pensioen te verzekeren. De Minister van Justitie heeft in den laatsten tijd herhaaldelijk bezwaar moeten maken om aan ge meenteveldwachters eene aanstelling tot onbezol digd rijksveldwachter te verleenen wegens hunne onbedrevenheid in het opmaken van een proces verbaal. Commissarissen des Konings moeten zich voortaan, alvorens tot eene benoeming van veldwachter over te gaan, zich overtuigen, dat zij, die tot dit ambt mochten geroepen worden, in staat zijn tot het naarbehooren opmaken van een proces-verbaal. Ü3 Commissarissen de? Koningsin de provinciën zijn bij kon. besluit gemachtigd, ter bewerking van de uitkomsten der zevende algemeene tieDjaarlijksche volkstelling, in den loop van het jaar 1890 tijdelijk personen in dienst te nemen op eene beloo ning, te bepalen door hem, die van deze macht'ging gebruik maakt. Benoemd tot directeur der stedelijke gasfabriek te Utrecht de heer D. Van der Horst, te Leiden, op een jaarwedde van 6000. Iq de maand Mei of Juni e. k. zal gelegenheid worden gegeven tot het afliggen van de pract'sche examens van apotheker. In een artikel over de influenza geeft dr. Coronel in De Huisvrouw den volgenden behartigena- waardigen raad Het is bij deze ziekte gebleken, dat door het dragen van een geheel stel tricot wollen ondergoed vele per sonen, die anders gedurig aan catarrbale en rheuma- tische aandoeningen leden, daarvan thans niet alleen geheel bevrijd zijn gebleven, maar ook niet door de influenza werden aangetast, ofschoon andere leden van het gezin daaraan leden. Ik heb tijdens het heerschen der ziekte mij daarvan meermalen overtuigd, en daarom geef ik iu overweging aan personen, die door de ziekte waren aangetast, zich nog vóór de gure maanden, die nu volgen, geheel in de wol te steken; zij zullen zich daarbij wèl bevinden. Voor het wolregime is het thans de beste tijd om er mede aan te vangen. Ik spreek uit eigen ervaring van ettelijke jaren. Is men daaraan eenmaal gewoon, dan behoeft men niet zoo zorgvuldig te wezen met het wisselen van boven-, kliederen bij elke temperatuurswisseling. Laat de influenza ons ten minste dit geleerd hebben. Reeds lang was er sprike van het oprichten, van een Sanatorium nabij Valk n l u r g»

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1890 | | pagina 1