1888. N°. 16. Zaterdag 4 Februari. 758le jaargang. OPIUM en KOFFIE. n. De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdagavond, uitgezonderd ep feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75. Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiën voor dit blad aangenomen bij de heeren NIJGH VAN D1TMAR te Rotterdam en verder bij alle Boekverkoopers en Postdirecteuren. COURANT. De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 cent, elke regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 18 regels a f 1,— berekend. Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel. Er zal wel niemand worden gevonden, die het mis bruik van opium, evenmin als dat van jenever, in be scherming neemt. Dat echter in ons land de jenever en in Indië het opium niet geheel geweerd kunnen worden, blijkt uit het feit, dat beide producten sinds lange jaren gefabriceerd en verbruikt worden en men het noodig geoordeeld heefthet een onder zekere wettelijke regelingen, het ander onder zekere contröle te brengen, waardoor bij beiden ten voordeele van het land het product duur, het opium zelfs zeer duur ge maakt wordt. Omtrent het opium kunnen wij het feit releveeren, dat reeds in 1804 door een Javaansch regent de wensch werd uitgesproken, dat het gebruik van opium geheel afgeschaft mocht kunnen worden. Na meer dan 80 jaren is deze vrome wensch on vervuld gebleven, en wij mogen dus wel aannemen, dat, evenmin als men in ons land een product ver bieden kan, waardoor de gebruiker alleen zich zeiven benadeelt, men in Indië het gebruik van opium geheel zou kunnen beletten. Bij zulk een toestand rijst de vraag, of het niet van wijs beleid getuigt, wanneer men door scherpe bepa lingen en hooge belastingen het bedrijven van het kwaad duur en dus voor velen onmogelijk maakt, en tevens of het niet goed is, door zelf regelingen te maken, tot zekere hoogte de contröle over het kwaad in handen te hebben Wat de jenever hier te lande betreft, schijnt deze vraag geene vraag meer. Althans jaarlijks worden in den vorm van accijns ettelijke millioenen door de je never aan het land opgebracht en zonder schroom zien ook vele orthodoxe braven dit »geldslaan uit de zonden der natie" ten voordeele van 's lands kas aan. Er is zelfs wel eens beweerd, dat Nederland drijft op de jenever Door de drankwet zijn bovendien zekere bepalingen gemaakt, waardoor de gemoedsbezwaarden omtrent opiumbelasting in een ander landin den vorm van vergunningsrechten uit j-never eene niet onaardige bijdrage accepteeren in de lasten hunner eigene ge meente. Niemand spreke daarvan kwaad of noeme dit vloek- geld"; want ieder hier zal u weten te zeggen, dat dit alles strekken moet om het misbruik van jenever tegen te gaan. Immers indien eens plotseling de natie ging beweren, dat er »geen zegen" kon rusten op deze bron van in komst en indien Nederland haar met verontwaardiging afwees, dan zoude jenever ontzettend goedkoop worden er. het aantal drinkebroers even ontzettend vermeerderen Maar als men nu op deze wijze zijn geweten in slaap weet te sussen, waar een dergelijk nvloekgeld" in eigen kriDg geheven wordt, en waar dit nvloekgeld" strekt tot vermindering van de lasten die anders zou den moeten opgebracht worden, waarom dan die over dreven bezorgdheid over de heffing van een dergelijk recht in een ander land 7 Omdat daarbij de eigen beurs niet betrokken is? Wij willen niet hopen, dat dit de beweegreden zij, maar wij zullen aannemen, dat de overdreven voor stellingen over het opium werkelijk gemoedsbezwaren tegen die inkomst hebben doen ontstaan. Men kan het gros van het Nederl. volk ten opzichte van Indië nog veel wijs maken. Het weet, o zoo bitter weinig nog van deze parel aan de Kroon"! Zeker, als men in ens land eene bepaalde studie maakt van de gevolgen van het drankmisbruik en daarvoor tot in de minste kroegen en in de onge lukkigste huisgezinnen afdaalt dan zal men een tafereel kunnen schilderen van jammer, ellende en verdiei lij king, dat u de haren te berge doet rijzen. Maar als men in het dagelijksche leven op gewone wijze rond ziet, dan zal men toch niet tot de overtuiging komen, dat onze natie geheel verdierlijkt en verarmd is ten gevolge van drankmisbruik? Evenzoo in Indië met het opium. Wij durven ver zekeren, dat, als men Java doorreist, men vragen zal wat is er nu toch vao die opiumramp Men zal eene vreedzame bevolking ontwaren, die stil haren weg gaat. Stelt men echter een speciaal onderzoek in, dringt men in opiumkitten binnen, dan zal men schandalen zien en gevolgen van opiummisbruik ontdekken, even afschuwwekkend als in ons land van de jenever. Maar, zoo redeneert men, tengevolge van het tegen woordig gevolgde stelsel van verpachting wordt het verbruik van opium aangemoedigd. De regeering en hare ambtenaren willen meer geld, steeds meer en meer geld uit het opium slaanvergunningen voor nieuwe kitten worden gegevende pachters worden ontzien enz., en de gevolgen van het opium zijn veel erger. Laten wij nu hier tegenover eens de volgende illus tratie stellen: Stel u eens voor, dat de regeering in iedere ge meente tegen zeker aan het land of de gemeente te betalen recht vergunning" geeft aan bepaalde per sonen om de ingezetenen door sterkedrank te bedwel men en te bederven. Dat door een uiterlijk kenteeken aan do woningen den ingezetenen wordt bekend ge maakt, waar ze straffeloos aan hunne zelfverwoesting kunnen arbeiden; dat de regeering met ijver ertegen waakt, dat zij die het recht gekocht hebben niet door anderen daarin benadeeld worden; dat ieder jaar op- nieuw de vergunningslokalen moeten getaxeerd worden 1 om te zien of vermeerderd verbruik van jenever geen aanleiding geeft tot eene hoogere bate voor de ge meentekas; stel u verder voor, dat de regeering in den vorm van accijns jaarlijks millioenen uit d6n sterkedrank ontvangt en dus bij drankmisbruik groot belang heeft, dan kunt gij met wat kwaden wil zeggen: die regeering bevordert eene volkszonde! En toch: die toestand bestaat in Nederland! Daar wordt zelfs gezorgd dat op iedere 250 in woners een dranklokaal bestaat! Zoo ge metnt, dat op Java op itd're 250 bewoners een opiumkit is opgericht, dan vergist gij u deerlijk. Er zijn streken waar ze in 't geheel niet te vinden zijnin andere liggen ze uren ver van elkander verwijderd, en door rechtgeaarde ambtenaren wordt telkens bij de ver pachtingen met zorg iedere aandrang om ergens eene nieuwe kit te vestigen aan een nauwkeurig onderzoek onderworpen. En wanneer er residenten, zooals majoor Perelaer er een schildert in zijn boek vbaboe Dalima", bestonden, dan zou deze overdreven schildering slechts als bewijs kunnen gelden, dat in den regel de ambte naren niet zulke gewetenlooze en karakterlooze schur ken zijn als de resident Gulpendam. De majoor Pere laer noemt zijn boek een romanen terecht. Want in vele opzichten is het niet waar en kan het niet waar zijn. Men wane niet, dat wij het opiumgebruik in be scherming nemen. Integendeelindien de regeering en hare ambtenaren er werkelijk op uit_ waren om ter wille van het geld dat gebruik aan te moedigen, dan zouden wij zulks ten hoogste afkeuren. Maar is die beschuldiging bewezen, ook al neemt de opbrengst toe Leest men niet bij iedere verpachting, dat de eene residentie eens wat meer, de andere wat minder op brengt? Zijn daarvoor geene veel natuurlijker redenen aan te geven dan al of niet aanmoediging van de regeering? Is er niet altijd groote concurrentie tus- schen de pachters, evenals dit hier zou zijn, wanneer het vergunningsrecht verpacht werd Hebben niet dikwijls de pachters groote financiëele slagen bekomen, omdat de opbrengst ver beneden hunne verwachting was Is het in bescherming nemen der pachters tegen smokkelarij iets anders dan een daad van rechtvaar digheid, het nakomen van eene overeenkomst; maar is het niet tevens een waarborg, dat niet meer opium op Java komt dan de regeering oorbaar acht? Ia dit opzicht staat de jenever-regeling in Nederland zelfs beneden die van het opium op Java. Hier is het ver bruik aan geene beperking onderhevig; wordt er meer verbruikt, dan wordt eenvoudig meer vergunningsrecht betaald. Ginds mag de pachter niet meer verkoopen dan de regeering toestaat. Hiermee 6taat dan ook in verband het toezicht, dat gehouden wordt op clandestinen invoer en sluik handel. In den laatsten tijd schijnt als men de berichten gelooven mag in dat opzicht te ver ge gaan en den Chioeez^n te groote macht verleend te worden. Dit is ongetwijfeld af te keuren, maar men zie niet voorbij, dat juist door sluikhandel de bep«rkiDgen, welke de regeeritg aan het debiet stelt, krachteloos wordeD gemaakt. Zoo de regeering de smokkelarij en den sluikhandel geheel vernietigen kon, dan zou zij het verbruik van opium ook geheel in handen hebben. En wat de gevolgen van opium-misbruik betreft is het niet tegen te spreken, dat het pschuiven" vaak tot verdierlijking en misdaad leidt. Maar zijn diezelfde gevolgen niet evenzeer van de jenever optemerken Kan men ook hier in ons land niet de personen met den vinger aanwijzen, die het me»k van dronkaard op het voorhoof! dragen en die vaak walgelijk zijn te aan schouwen Hoe vaak blijkt niet bij de terechtzittingen, dat sterkedrank tot twist, ja tot moord heeft geleid Zooveel is zekerde opiumpacht op Java is of tracht te zijn eene regeling tot beperking van het kwaad evenzeer als de wet van mr. Modderman en de hooge accijns op den sterkedrank in Nederland. Wil men dat nu noemen: pvloekgeld", »een geld- slaan uit de zonden der natie", het zij zoomaar men bestempele dan ook het geld uit de jenever als zoo danig Wordt er bij de verpachting van het opium door regeering of door ambtenaren eene onzedelijke pressie uitgeoefend, dan behoort daarin verandering te komen begaan Chineesche pachters of hunne handlangers schan dalen, zij moeten gestrengelijk gestraft en als pachters geweerd worden Maar wij waarschuwen er met kracht voorlaat d9 regeering, zoo de invoer niet geheel ver boden kan worden, de zaak niet uit de handen geven, want zonder hare contröle zal de opium-zaak ver ergeren Niet om de opbrengst voor de schatkist, maar om zooveel mogelijk controleur en beperker van het kwaad te zijn, moet het gouvernement in Indië blijven wat men hier met de jenever getracht heeft te worden. liet denkbeeld, dat dr. Kuyper als redacteur van de Standaard aangeeft, zou alleen dienen om de Chi- ueezen geheel meest°r van de zaak te doen worden. Bij een gewoon bezwaren met invoerrecht al zij dit hoog is hij die het betaalt, meester om zoo veel opium te plaatsen als hij kan, en voor ieder die met Java en zijne bewoners en met den verderfelijken invloed van Chineezen en Arabieren bekend is, is het niet twijfelachtig, dat het gebruik van opium alsdan zal toenemen. Is bovendien een hoog invoerrecht in financiëelen zin iets anders dan een hooge pacht Breken met het tegen woord g stelsel" zullen wij toejuichen, wanneer daardoor vermindering van opium gebruik ontstaat. Maar eenvoudig breken met een mo nopolie, dat aan het believen van het gouvernement en onder zijn contïöle staat, en daarvoor in de plaats stellen een hoog invoerrecht, dat wel dezelfde baten voor de schatkist oplevert, maar overigens het pro duct gelijk stelt met ieder ander, dat ondernemende kooplieden aan den man trachten te brengen, achten wij verderfelijk. Dan is met het stelsel niet gebroken. Het vloek- geld zal blijven vloeien in de schatkist, en alleen zal dit gewonnen zijn, dat, terwijl het kwaad verergert, men zal kunnen zeggenja, maar nu gaat het ten minste buiten het gouvernement om Een struisvogel-politiek alzoomet de oogen dicht het geld in den zak steken. En terwijl men hier op allerlei wijzen den sterken arm inroept om het volk door beperkende bepalingen van misbruiken en uit spattingen aftehouden, zal men ginds prijsgeven wat men, goed toegepast, in handen heeft om een volks- misbruik te beteugelen! Inderdaad 't wordt meer en meer moeielijk, in de doolhoven der antirevolutionaire partij den juisten weg te ontdekken en de betrouwbaarheid der gidsen schijnt niet boven bedenking R GOES, 3 Februari 1888. De netto-opbrengst der soirée, vanwege het onderwijzersgezelschap nGoes" gegeven ten voor deele van de weezenverpleging op Zuid- en Noord- Beveland, bedraagt, dank zij de ruime deelneming, 200,48%. Woensdagavond hield de anti-revolutio naire k i e s v e r e e n i g i n g nvoor Neder land en Oranje" alhier in de christelijke school eene druk bezochte, zéér geanimeerde vergadering. De veveeniging die vroeger alleen het geheele district bewerkte, is thans nu er ook vereenigingen op an dere plaatsen zijn opgericht, die zich tot éen bond zullen vereenigen tot eene afdeeliog heivormd Het ledental uitsluitend io Goes bedraagt thans reeds 85 en belooft veel grooter te zullen worden. Het minimum der contributie werd gebracht op 25 ets. Tot bestuursleden werden bij eerste stemming gekozen de heeren jhr. mr. J. J. Pompe Van Meerdervoort, B. Quist, M. De Jonge Jz., J. Donner en J. C. Wirtz Cz en bij herstemming de heeren E. Van den Bosch en J. Zoeter, zoodat het bestuur 7 leden telt. Het programma van actie werd daarna besproken en droeg over bet geheel de goedkeuring der vergadering weg. De overige punten werden wegens het vergevorderde uur tot eene volgende vergadering verdaagd. Het bestuur der »Liberale Unie" heeft de afgevaardigden opgeroepen tot eene algemeene vergadering op Zaterdag 25 Februari a. s. des voor middags te 10% uur, ter behandeling van do volgende agenda: lo. Opening, notulen, enz. 2o Benoeming van eene commissie tot het nazien van de rekening des penningmeesters. 3o. Verslag omtrent den toestand der Liberale Unie en de werkzaamheden van het bestuur gedurende 1887. 4o. Bespreking van maat regelen, te nemen met het oog op de aanstaande verkiezingen voor de Tweede Kamer der Staten-Gene- raal. 5 j. Bespreking van de circulaire van het bestuur dd. 19 December 1887. Het bestuur wenscht de pun ten 3 en 4 te doan behandel n in comité generaal. Wij wijzen naar aanleiding hiervan ep de wensche- lijkheid, dat liberal® kiesverenigingen, bij welke nei ging bestaat om zich bij de Liberale Unie aau te sluiten, zoo spoedig mogelijk daartoe overgaan, ten einde zich nog op de vergadering van 25 dezer te kunnen doen vertegenwoordigen. Voor zoover de vergadering in het openbaar zal worden gehouden, is zij toegankelijk voor de buiten gewone leden der L. U., die daartoe bij den secretaris toegangsbewijzen kunnen verkrijgen. Naar wij vernemen is door de landbouw. commissie een reeks van viagen opgesteld met betrekking tot de uitoefening van het landbouwbedrijf in de verschillende gedeelten van ons land, teneinde langs dien weg een meer volledig overzicht te verkrij gen omtrent den algemeenen toestand van de landbou wende bevolking en haar arbeid. Aan deze questionnaire onileenen wij de volgende vragen Welke is de algemeene toestand der gemeentewelke is de toestand van den bodem hoe is het bezit ver deeld welke zijn de voorwaarden der pachthoe is de toestand van de verkeerswegen en de middelen van vervoerwelke credietmiddelen worden gebruikthoe staat het met het verzekeringswezenhoe is de toe stand van het bedrijf; welke zijn de bijzondere ge woonten hoe staat het met de welvaart der land bouwers hoe is de toestand der arbeiders en welke veranderingen zijn in de laatste jaren voorgekomen welke is de algemeene conclusie van het onderzoek Men wil ter beantwoording van deze vragen in elke provincie eenige gemeenten als typen nemen om zoo doende een duidelijk overzicht te verkrijgen omtrent de maatregelen, die in verschillende gedeelten van ons land genomen worden en daaruit middelen te distil- leeren tot verheffing van het landbouwbedrijf. Als voorbeeld is door mr. Sickesz en prof. Cort v. d. Linden een uitgewerkt verslag opgemaakt omtrent de gemeente Laren, waaraan verschillende staten zijn toegevoegd, waarin in cijfers de toestand daar ter plaatse nader wordt aangegeven. Als bewijs, dat dit verslag met zorg is samengesteld kan dienen, dat daar voor niet minder dan 672 personen zijn gehoord. Bovendien heeft de landbouwcommissie een staat opgemaakt, die aau de landbouwers in de gemeenten, die als typen zullen worden gebruikt, kunnen worden toegezonden met verzoek om invulling en waaruit dan voor de samenstelling van het verslag omtrent die gemeenten door de commissie kan worden gebruik gemaakt. Het aantal kiezers in de gemeente Hrinkenszand bedraagt thans voor de Tweede Kamer en Prov. Staten 198, voor den Gemeenteraad 195, tegen respectievelijk 63 63 en 107 volgens de oude bepalingen. Te 's-Heer Arendskerke voor de Tweede Kamer en de Prov. Staten 272 en voor den Gemeenteraad 269, tegen 77, 77 en 140 volgens de oude bepalingen. Te Kolijosplaat zijn er 150 kiezers, tegen 54 voor de Tweede Kamer en de Prov. Staten en 112 voor den Gemeenteraad volgens de oude kieswet. Te Kats zijn er 53vroeger waren er 30 kiezers voor den gemeenteraad en 19 voor de Prov. Staten en de Tweede Kamer. Te 's Heer Abtskei ke zijn er 44 kiezers voor den Gemeenteraad, de Prov. Staten en de Tweede Kamer. Te Ellewoud8dijk 79 voor de Tweede Kamer en de Prov. Staten en 76 voor den Gemeenteraad, tegen respectievelijk 21 en 39 volgens de oude bepalingen. Te Kloetinge 156 voor de Tweede Kamer en de Prov. Staten en 155 voor den G meanteraad tegen respectievelijk 39 en 70 vroeger. Kolijnsplaat. Door de afdeeling Kolijnsplaat der kiesvereeniging Algemnen belangwerd Don derdagavond de eerste vergadering gehouden. Tot voor zitter werd gekozen de heer mr. L. A. Byban en tot secretaris-penningmeester de heer P. Tazelaar. Deze afdeeling telt thaus 31 leden. Kolijnsplaat. Woensdagavond trad de heer H S n ij d e r uit Middelburg, door het hoofdbestuur daar-, toe aangewezen, als spreker in ons departement mNoord- Beveland" op. Zijn onderwerp was getiteld: De strijd op maatschappelijk gebied in de 19e eeuw. Eerst sloeg spreker een' blik op de 18e eeuw, en ging den toestand van Frankrijk vóór de groote Fransche revolutie na. Vooral de derde stand ging toen in Frankrijk zoowel als elders onder de lasten gebukt, terwijl de adel en de geestelijkheid alle lusten genoten. Zoo betaalde de burger onder Lodewijk XIV soms 50, 60 tot 70 parcent van zijn inkomen aan belastingen. De civiele lijst des Konings bedroeg 400 millioen fran ken. Voor buitengewone uitgaven had Lodewijk XVI, de zuinigste der Fransche Koningen, in 15 jaar 228 millioen franken noodig. De minister Necker schrapte op éen dag 460 baantjes, zonder eenige schade voor het algemeen. Maar talentvolle schrijvers op staathuis houdkundig gebied traden op. Vrijheid, gelijkheid en broederschap werden de tooverwoorden, die echter tot het despotisme en militairisme van Napoleon I voerden. Toch waren de resultaten der groote revolutie van 1789 voor geheel Europa van groot gewicht. Zij gaf de staatkundige vrijheid, de maatschappelijke gelijk heid en de rechten van den mensch. Deze resultaten kregen voor een groot deel in deze eeuw hun beslag. Toch heerscht er bij velen ontevredenheid erger zelfs: verbittering, verzet Dit komt mede, omlat met de Fransche revolutie eene omwenteling in de nijverheid samenviel. Arkwright met zijne spin- en James Watt met de stoommachine, zij schiepen de groote fabrieken en met deze kwamen de ontzaglijke rijkdommen voor

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1888 | | pagina 1