1887. N°. 143. Zaterdag 3 December. 74sle jaargang. KIESRECHT. (iOËSCHE De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Yrljdagnvond, uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75. Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiën voor dit blad aangenomen bij de heeren NIJGII VAN D1TMAR te Rotterdam en verder bij alle Boekverkoopers en Postdirecteuren. COURANT. De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 cent, elke regel meer 10 cent. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slecht» tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 18 regels a f 1,— berekend. Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 et. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel. De mannelijke inwoners der gemeente, lo. die in eene andere gemeente over het laatstverloopen dienst jaar (dst is 1886/87) in de personeele belasting, ter zake hunner woning, waren aangeslagen naar eene hoogere huurwaarde dan die, welke volgens art. 1 litt. a eu b van de wet van 24 April 1848 (St bl. no. 15) aanspraak geeft op vermindering tot een derde of twee derde gedeelten der belasting naar de drie eerste grondslagen 2o. die in de grondbelasting in eene andere gemeente of in meer gemeenten te zamen over het dienstjaar 1887 tot een bedrag van ten minste tien gulden zijn aangeslagen 3o. die, hetzij hoofden van gezinnen of alleen wonende personen zijnde, van den inwonenden eigenaar of eersten huurder van een woonhuis of afgezonderd gedeelte van een woonhuis, waarvan de huurwaarde voor de personeele belasting ten minste op het dubbele is ge steld van het laagste in de gemeente voor den vollen aanslag vereischte bedrag, gedurende negen maanden (dat is van 21 Maart tot 21 December) een gedeelte in huur hebben gehad en bewoond, waarvoor geen af zonderlijke aanslag in de personeele belasting geschiedt, maar waarvan de jaarlijksche huurwaarde, ongestoffeerd, in verhouding tot de belastbare huurwaarde van het woonhni8 of afgezonderd gedeelte van het woonhuis geschat, het sub 1 bedoelde bedrag van den vollen aan slag bereikt (beloopende voor Goes 33) worden uitgenoodigd daarvan ter Secretarie der ge meente te doen blijken (die sub l en 2 door overlegging var voor voldaan geteekende aanslagbiljettendie sub 3 door invulling van een aangiftbiljet, dat koste loos verkrijgbaar is) vóór den een-en twintigsten December aanstaande. Goes, den 2 December 1887. De Voorzitter van den Gemeenteraad, J. G. DE WITT HAMER. Kiesrecht. In no. 211 van het Staatsblad is opge nomen een Kon. besluit van den 28sten November no. 14 tot uitvoering van het 5e en 7e lid van art. 7 en van het laatste lid van art. 11 der kieswet. Al dadelijk moeten wij onze verwondering betuigen hoe den acht en twintigsten November een maatregel van bestuur kon genomen en uitgevaardigd worden, ge grond op wetsbepalingen, die eerst den dertigsten November in werking traden. Doch dit daargelaten, behelst het Kon. besluit voorschriften voor de eerste vaststelling der kiezerslijsten volgens de gewijzigde kieswet en verdient het daarom wel de aandacht in het algemeen. Wie kiezers zijn hebben wij reeds herhaaldelijk Voor de aangifte van hen, die volgens letter c van art. 1 (de zoogenaamde lodgers of kamerbewoners) aanspraak meenen te kunnen maken om geplaatst te worden op de kiezerslijsten, is vastgesteld een model, dat kosteloos ter secretarie verkrijgbaar is en waarin de belanghebbende moet verklaren, dat hij sedert 9 maanden (de termijn van 21 Maart tot 21 Dec. 1887) in huur en bewoond heeft een gedeelte van een perceel waarvoor de inwonende eigenaar of eerste huurder in de personeele belasting voor eene huurwaarde van minstens 66 is aangeslagen, met bijvoeging dat bij, aangezien voor bedoeld gedeelte, bestaande uit naar zijne meening, bij schatting eene huurwaarde zal bepaald worden, waarvoor bij aanslag in de belasting op het personeel (drie eerste grondslagen) volle be lasting zou verschuldigd zijn, verzoekt geplaatst te worden op de kiezerslijsten. Tot de schatting worden voor elke gemeente eener contróle der directe belas tingen jaarlijks door den controleur uit de rijksschatters voor de personeele belasting drie of zes aangewezen, zoomede een of meer schatters, die hen zoo noodig zullen vervangen, en welke schatters door den burge meester beëedigd worden. De aangiften worden door den burgemeester terstond ingeschreven op een schat- tingstaat, welke staat aan den ontvanger der directe belastingen wordt gezonden en door dezen, na ver gelijking met het kohier der personeele belasting, onder overlegging van zijn verslag, zoo spoedig moge lijk teruggezonden. Nadat de schatting heeft plaats gehad, benoemt de burgemeester op den dag waarop de kiezerslijsten ter secretarie ter inzage worden ge legd, uit de ingezetenen vijf herschatters, die hij van eene akte van aanstelling voorziet, en waarvan drie, bij ontvangst van een bezwaarschrift tegen de schat ting, worden opgeroepen om herschatting te doen en daarvan verslag uit te brengen. Bij de indiening van een bezwaarschrift moet vier gulden vijftig cents ge stort worden. Voor de aangiften van hem, die aangeslagen is in de grondbelasting, wegens onverdeeld onroerende goede ren, doch wiens naam niet bij den aanslag in het kohier is vermeld, is, wanneer zijn aandeel in dien aanslag ten minste tien gulden bedraagt, mede het model van een biljet vastgesteld, waarin hij, onder overlegging van een gekwiteerd aanslagbiljet of dupli caat, daarvan verklaring doet. Dit aangiftbiljet wordt met de bescheiden door den burgemeester gezonden aan den bewaarder van de hypotheken en het kadaster, onder wiens kantoor de goederen gelegen zijn, ten einde te onderzoeken of de in de aangifte vermelde mede-eigendom uit de stukken van zijn kantoor blijkt, om ze daarna met zijn verslag aan den burgemeester terug te zenden. De schattingstaten en de varslagen worden gevoegd bij de kiezerslijsten die op de secretarie dar gemeente voor een ieder ter inzage worden nedergebgd en daar van wordt melding gemaakt in de openbare kennis geving van dat ter visie leggen. De schatters genieten eene belooning elk van vijf- en-twintig cents voor iedere schatting en woont de schatter niet in de burgerlijke gemeente, waar de schatting is verricht, dan wordt het geheele bedrag der belooning met vier gulden vermeerderd. De b-loo- ning voor iederen herschatter bedraagt een gulden vijltig cents voor elke herschatting. Ter loops zij hier opgemerkt, dat, terwijl de belooning der herschatters gevonden wordt uit het bedrag, gestort door hem die herschatting vraagt, de belooning der schatters ten laste der gemeentekas komt. Hier wordt dus weder beslag gelegd op de gelden der gemeente ten behoeve der uitvoering eener Rijkswet, of ter verzekering van een staats- of burgerschapsrecht. Het Staatsblad is aan de gemeentebesturen toe gezonden, vergezeld van eeniga voorschriften van den Minister van Staat, Minister van Binn. Zaken. Daarin wordt o. a. het volgende gevonden De termijn voor herziening der kiezerslijsten valt op 21 Dec. 1887. De kiezerslijsten worden vastgesteld uiterlijk op 18 Januari 1888 en gesloten uiterlijk op 15 Februari 1888. Onder de uitdrukking laatstver loopen dienstjaar" is te verstaan het dienstj. 1886/1887 voor de personeele en het dienstjaar 1887 voor de grondbelasting. Voor de personen, in art. 1 sub c bedoeld, komen alleen in aanmerking mannen, die hoofden van gezinnen of alleen wonende personen zijn. Van personen, die samen wonen, zal dus alleen het hoofd des gezins op de kiezerslijsten gebracht kunnen worden. Deze personen moeten gedurende de laatste negen maanden, dat is van 21 Maart 1887 tot 21 December 1887, een en hetzelfde perceelsgedeelte in huur gehad en bewoond hebben. Is zoodanig persoon binnen dien termijn verhuisd, dan kan hij op plaatsing op de lijsten geene aanspraak maken. (Deze bepaling mag vrij absurd heeten, daar nu het enkele feit eener verhuizing het kiesrecht doet te loor gaan.) Voorts zal geene aangifte gelden, indien de belanghebbende het perceelsgedeelte niet in huur had, doch vrije woning genoot, of indien hij het niet gedurende ge noemden termijn van negen maanden heeft bewoond. De uitdrukking«inwonende eigenaar" is gebruikt in den zin, waarin hij voorkomt in de wet op de per soneele belasting. Personen, die in het burgerlijk jaar aan de vast stelling der kiezerslijsten voorafgaande, dus voor dit maal in 1887, onderstand genoten, mogen het kiesrecht niet deelachtig worden. Onder het woord onderstand is zoowel bedeeling in geld als in andere voorwerpen begrepan. Wanneer het gemeentebestuur meent, dat iemand onderstand van eene instelling buiten de ge meente ontvangt, dan moet het zich bij het bestuur dier instelling daarvan vergewissen. Ten slotte wordt in overweging gegeven, in hoeverre het noodig is, met het cog op het vermeerderend getal kiezers voor leden van den gemeenteraad, de gemeente in afdeelingen te splitsen. GOES, 2 December 1887. Wij merken nog op, dat het de bedoeling der regeering schijnt te zijn, dat ook zij, die neg in ge breke bleven hunne grondbelasting te betalen, doch deze geheel aanzuiveren vóór 21 December, wanneer zij overigens op dien grondslag kiesgerechtigden zijn, op de kiezerslijsten zullen worden geplaatst. Men schrijft ons Met de opmerking, door de Arnh. Ct. gemaakt, naar aanleiding van het door de Commissie van Toe zicht op het L. O. te Amsterdam aan den Raad inge diende voorstel om het onderwijs in de Fransche taal weder aan de gewone klasse-onderwijzers en niet langer aan vak-onderwijzers op te dragen, en welke opmer king in het vorig no. der Goesche Ct. werd opgenomen kon ik mij bij oppervlakkkige lezing wel vereenigen. Doch bij een weinig nadenken over de zaak kwam het mij toch voor, dat het middel door de Arnh. Ct. genoemd, om het onderwijs in vreemde talen meer vruchten te doen dragen, niet zoo afdoende zou zijn, al3 wellicht schijnt. «Leerde mei de jongens en meisj 's eerst de taal verstaan en spreken gelijk de Fransche, Duitsche en Engelsche kinderen toch ook eerst hunne moedertaal leeren, om hen daarna met de regelen der spraakkunst bekend te maken, wij gelooven dat het onderwijs meer vruchten zou dragen" zegt de Arnh. Ct. Zeker, wanneer men onze kinderen eenigen tijd naar den vreemde kon zenden om daar dagelijks niet alleen, maar bijna elk oogenblik óf met hunne onder wijzers óf met hunne speelmakkers in aanraking te komen, dan geloof ik, dat het uitstekend zou zijn hen eerst de taal te doen verstaan en dan de rege len der spraakkunst te leeren, zooals dit ook met coze knapen en meisjes hier te lande plaats heeft. Maar wanneer men, zooa's in casu te Amsterdam, de leerlingen d-r lagere school een vreemde taal zou willen leeren, op de wijze als de Arnh. Ct. aangeeft dan geloof ik dat dit nogal op bezwaren zou stuiten. De ondei wijzer hij zij dan vakonderwijzer kan toch uit den aard der zaak slechts enkele uren per dag met zijne leerlingen bezig zijn, en dit is m i. niet voldoende voor dezen om eerst de vreemde taal te leeren verstaan en sprekenen daarna pas de regelen der spraakkunst zich eigen te maken. E-n vergelijking van deze methode voor een vreemde taal met het aan- leeren der moedertaal gaat immers niet op; want het kind leert spelende honderden uitdrukkingen en namen van dingen kennen, zonder dat hem dit eenige moeite kost. En wat heeft nu een 11- a 12jarig kind aan een onderwijzer, die niet zijne taal kent? Hoe zal dit kind zich gevoelen tegenover een leermeester, dien hij niet verstaat M. i. zal de Comm. van Toezicht op het L. O. te Amsterdam voor haar voorstel aan den Raad dan ook wel hare deugdelijke redenen hebben. Zulk een voorstel doet men niet althans zou ik meenen zonder dat de ervaring er de noodzakelijk heid van heeft geleerd. Wat overigens de opmerking der Arnh. Ct. betreft, dat menig leerling, die vier, vijf of zes jaar eene vreemde taal op school heeft geleerd, nog geen kans ziet er zich behoorlijk van te bedienen, deze is vol komen juist. Maar dit bezwaar kan wel opgeheven worden, al heeft men nu juist geen vreemdeling als vakonderwijzer. Wanneer de leerling een paar jaar in de vreemde taal onderwijs heeft gehad volgens de thans algemeen gevolgde methode, dan is hij dunkt mij beter in staat om de vreemde taal te leeren verstaan en spreken, dan wanneer men daarmee al dadelijk zou willen beginnen. Dat er dan in den regel te weinig aan het spreken en leeren verstaan wordt gedaan en te veel tijd besteed aan het spraakkunstig gedeelte is wellicht maar al te waar, en op dit punt ben ik het met de Arnh. Ct. wél eens. Maar het een behoeft het ander niet uit te sluitenhet kan en moet samen gaan. Waren zij, die met het geven van onderwijs in vreemde talen zijn belast, daarop wat meer bedacht, ik geloof mèt de Arnh. Ct., dat dan het onderwijs beter resultaten zou opleveren. De sympathie, waarin de soirée's voor het St.- Nicolaasfeest voor arme kinderen zich hier ter stede mogen verheugen, maakte, dat gisteravond wederom geen plaatsje in de zaal onbezet was. En de trouwe opkomst van het publi< k was ook wel verdiend, want allen, die tot het welslagen der soiréa hebben mede gewerkt, hebben de op zich genomen taak op hoogst loffelijke wijze vervuld. Het spreekt wel van zelf, dat wij ons niet aan eene gedetailleerde beschouwing van dezen feestavond zullen wagen en ons bepalen tot een woord van dank aan al de dames en heeren, die ter wille van de minderbevoorrechte kinderen zich zooveel moeite getroost hebben. In de zaal was voor het tooneel eene guirlande van groen aangebracht, waarin een schild met de woorden]: «Hulde aan allen, die tot het welslagen dezer soirée medewerken", welke hulde dhr. Z. D. Van der Bilt La Motthe na de opvoering van «Sneeuwwitje" nog nader vertolkte door zijn dank te brengen in het bij zonder aan hen, die met onvermoeiden ijver de opvoe ring van die operette hadden voorbereid. Ook nam dhr. Van der Bilt La Motthe deze" gelegen heid, waarbij het Goesche harmoniegezelschap «Eupho- nia" voor 't eerst aan een publiek feest zijne medewer king schonk, te baat om dit gezelschap aan de Goesche burgerij voor te stellen en den steun van de laatste te vragen, wanneer binnen niet te langen tijd om een jaarlijksche geldelijke bijdrage zal worden gevraagd. Ook bracht de spreker bij die gelegenheid hulde aan den ijver en de toewijding van dhr. Kooiman, die geheel belangeloos de oefeningen onzer jeugdige har monie leidt. Ierseke. In de gisteren gehouden Raadsver gadering, die door alle leden werd bijgewoond, was o. a. ingekomen een verzoekschrift van ongeveer 30 schippers, allen ingezetenen van Ierseke, om voor hunne vaartuigen vaste ligplaatsen in de haven te verkrijgen. De Voorzitter deelde mede, dat B. en W. besloten hebben de ligplaatsen te verloten. Naar aanleiding van een paar wenken van den heer Sinke verklaarde hij, voor de kleinere vaartuigen een afzonderlijk deel der haven aan te wijzen, en met de definitieve rege ling der zaak te zullen wachten tot alle aanvragen om eene vaste plaats zullen ingekomen zijn. Voorts werd medegedeeld, dat een reclame tegen den aanslag in den hoofdelijken omslag is ingekomen, maar te laat om nog in aanmerking te komen; dat B. en W. voorloopige opneming hebben gedaan van het nieuw gebouwde deel van school 1 en dat de finale opneming den 15den zal plaats hebben in tegen woordigheid van den districts schoolopzienerdat eveneens is opgenomen de bouw van het post- en telegraafkantoor, maar dat dit nog verre van klaar is. Da Voorzitter wees daarbij op de schade, die deze vertraging voor de gemeente dreigt op te leveren, daar de inspecteur der telegrafie vóór 14 dagen gezegd had den Minister te zullen adviseeren het huu. contract, hetwelk den ingang der huur op 1 October bepaalt, niet le teekenen. Na bespreking werd besloten den aannemer aan te schrijven, dat van heden af de in het bestek bedreigde boete van 5 per dag zal worden toegepast. Naar aanleiding van een brief van den brandraad werd besloten of goedgevondenlo. dat voortaan bij brand den klokluider adsistentie zal worden verleend, 2o. dat een stokman over de afzetters van het brand- terreio wordt aangesteld, 3o. dat voortaan aan den eerste, die bij den klokluider mededeeling van een uitgebroken brand komt doen, eene belooning van ƒ2,50 zal worden toegekend; 4o. dat een brandmeester over spuit C zal worden benoemd, en 5o. op voorstel van den heer Van Oeveren, dat bij het beproeven der brand spuiten aan ieder der manschappen een vergoeding van 10 ct. zal gegeven worden. Over het laatste punt werd breedvoeiig gesproken, omdat b.j de behandeling der begrootiog juist een tegenovergesteld besluit was genomen (nl. geen beloo ning meer toe te kennen) en omdat een paar leden enkele grieven der brandweermannen ter sprake brachten. Nog werd medegedeeld, dat door B en W. be'loten is tot het samenstellen van een Nieuwjaarscommissie, die levensmiddelen zal uitdeelen tot het tegengaan van het wenschen aan de huizen. Aan de verschillende diaconiën, aan het Alg. Armbestuur en aan den heer Priem als de vertegenwoordiger der Kath. bevolking, was assistentie verzocht bij de inzameling der gelden en allen hadden die toegezegd of zouden het doen, behalve de Chr. Gereformeerden. Deze hadden sinds ettelijke jaren zelf gecollecteerd bij hunne gemeente naren en meenden dat het gemeentelijke in dezen moest gehandhaafd blijven. Behalve de beide wethouders, die zich tot de colleete (bij inschrijving) hadden bereid verklaard, werden nog bij loting de raadsleden Hartoog en Van der Burght aangewezen om de commissie, die nu uit 8 leden bestaat, te versterken. Van het Burg. Armbestuur was ingekomen de vol gende aanbeveling tot benoeming van 2 leden van dat bestuur: S. pe Koeijer (aftr. lid), P. Dijkwei, J. Schipper Jz. en W. Bom. De beide eersten werden respectievelijk met 5 en 4 stemmen gekozen. Het andere aftr. lid, de heer P. Poelman, wenschte niet meer in aanmerking te komen. In antwoord op een vraag van den heer Sauer deelde de Voorz. mede, dat heden de nieuwe toren is geassureerd in de Bossche Maatscb. tegen 11000, benevens 2000 voor de roerende goederen in den toren aanwezig. Ten slotte besprak de heer Sinke den ellendigen toestand van den grintweg en de heer Schipper de schade door de dak- en veldmusschen veroorzaakt, hetwelk de mededeeling uitlokte dat voor een deel van den weg een proef met macadam zal genomen worden en de herinnering, dat de Commissaris des Konings kosteloos akte's verstrekt tot het schieten op schadelijk gedierte. Hierna werd de vergadering gesloten. Door den burgemeester van Middelburg zijn tot agenten van politie der 2e kl. aldaar benoemd H. Trapman te Hansweerd en L. V i n k e te Veere. (41. Ct.) Overeenkomstig het bepaalde bij Kon. besluit van 19 November 1844 no. 46, is o. a. machtiging verleend om het cijfer in het daarbij bedoeld vroeger aan hen uitgereikt snderscheidingsteeken, te doen ver wisselen, van XXV in XXX aan den luit.-kol. M. J. Soutendam, dir. der pyrot. school, alsmede aan den maj. L. J. Risseeuw, dir. van 's rijks gieterij van bronzen geschut. Een rijksontvanger ten plattelande verstrekt de volgende mededeeling over de nieuwe kiesregeling «Ik heb schrijft hij mijn kiezerslijsten gereed en nu blijkt, dat de verandering ten plattelande groo- teudeels hierop neerkomt, dat zij, die nu kiezer zijn voor den Gemeenteraad, nu ook kiezer worden voor Provinciale Staten en Tweede Kamer. Enkelen, bijv. zij, die door hooge patentaanslagen kiezer waren, vallen er af, waartegen weder enkelen er bijkomen. Die mutatie is echter gering en onze kitsvereenigingen en leider 8 kunnen zich gerust baseeren (ten plattelande althans) op de tegenwoordig nog bestaande lijsten van de gemeenteraadskiezers, met uitzondering van hen, die door hooge patenten kiezer zijn. Zeker kunnen zij zijn, dan ongeveer 95 pet. der nieuwe kiezers te hebben". (Arnh. Ct.) In de gisteren behouden vereenigde vergadering

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1887 | | pagina 1