1887. N°. 127.
Donderdag 27 October.
74slc jaargang.
DE NOVEMBER-VEEMARKTEN
Kerkelijke Zaken en Onderwijs.
fiOESCHE
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75.
Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiën voor dit blad
aangenomen bij de heeren NIJGH Sc VAN D1TMAR te Rotterdam en verder
bij alle Boekverkoopers en Postdirecteuren.
COURANT.
De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 cent, elke regel meer 10 cent.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts
tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 18 regels a 1,— berekend.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel.
TE GOES
zullen dit jaar gehouden worden op
Dinsdagen den 8, 15, 22 en 29
van die maand.
Goes, den 15 October 1887.
Burgemeester en Wethouders van Goes,
J. J. RAMONDT, 1. b.
De Secretaris,
HARTMAN.
GOES, 26 October 1887.
Hoewel ongaarne, achten wij ons verplicht nog
maals terngtekomen op de zaak van d r. Smit.
Zoodra wij onlangs vernamen, dat volgens het So
ciaal weekblad een onjuist of liever onvolledig citaat
uit ons verslag van de bewuste lezing tegen dr. Smit
werd aangewend, hebben wij onmiddellijk volledig den
zin in quaestie medegedeeld.
Nu lezen wij in de Amsterdammer het volgende
van de hand van dr. Smit
«Het stelsel van bewijsvoering (de rechtsgeldig
heid van een dagblad-verslag), door jhr- mr. G. W.
Moüerus uitgevonden, schijnt nogal aanhangers te
vinden. Zoo zijn nu weer eenige bladen, onder aan
voering van het Handelsblad bezig allerlei venijn
te zuigen uit de bekende, thans herstelde, zinsnede
der Goesche Ceurant. Ik voel mij daarom gedrongen
te verklaren,! dat die zinsnede, onschuldig of niet,
door mij niet gebruikt is; zij geeft hoogstens in
beknopten vorm een gedeelte van mijn voordracht
te Goes terug".
Wij kunnen ons voorstellen, dat dr. Smit in den
tegenwoordigen stand der zaak liever wenschen zou
den bedoelden zin niet te hebben uitgesproken; maar
haar nu eenvoudig onwaar te verklaren getuigt niet
van flinkheid en heeft bovendien den schijn zeer tegen
zich.
Men zal zich herinneren, dat in de N. Rott. Ct.
van 26 April jl. evenzeer een verslag van de door dr.
Smit te Goes gehouden lezing is voorgekomen, waarin
nog vrij wat krasser uitdrukkingen werden gereleveerd,
o. a. dat het koningschap eene onnoodige zaak zou
zijn, een ding, waaraan wij geene behoefte hebben.
Hiertegen is dr. Smit in de N. Rott. Ct. van 8
Mei d. a. v. opgekomen en hij schreef toenthen,
die iets naders over bedoelde voordracht wenschen
te weten verwijs ik naar het in hoofdzaak juiste
verslag, voorkomende in de Goesche Ct. van 26 April".
Waarom is dr. Smit toen niet tegen de nu ge
wraakte uitdrukking in ons verslag opgekomen in
plaats van dit als in hoofdzaak juist te erkennen
Wij zullen voor het oogenblik er niets meer van
zeggen. Trouwens de verklaring waartoe dr. Smit in
het hierboven aangehaalde zich «gedrongen" gevoelde
heeft werkelijk wel eenige kenteekenen van gedrongen
heid, aangezien in het slot weder eenigszins de erken
tenis van het ontkende te vinden is.
Aan bet einde der gisteravond gehouden vergade
ring van het Burgerlijk Armbestuur alhier,
de laatste welke de heer J. A. A. Fransen Van de
Putte in zijne hoedanigheid van voorzitter van genoemd
bestuur bijwoonde, werd hem bij monde van het lid
dr. J. Kooman Az. op de meest hartelijke wijze ook
de dank van dat bestuur gebracht voor alles wat
de heer Van de Putte in zijne betrekking en in het
algemeen voor het armwezen in deze gemeente heeft
verricht. Voor hen, die de uitstekende verstandhouding
kennen, welke gedurende eene reeks van jaren tusschen
den afgetreden voorzitter en de leden van het Armbe
stuur bestaat, behoeft het geen betoog, dat hier meer
dan officiëele plichtpleging plaats haddat hier wer
kelijk banden werden verbrokendat hier sprake was
van gehechtheid en waardeering als zelden bij een
officieel lichaam voorkomen en die ons daarom weer
houden meer uitvoerig van deze laatste bijeenkomst
melding te maken.
Alleen meenen wij te mogen vermeiden eene treffende
en eigenaardige hulde, den heer Van de Putte door
de weezen gebracht. Alvorens de vergadering gesloten
werd, verschenen zij allen, vergezeld van den «vader"
en de «moeder", benevens alle andere geëmpioieerden
van de inrichting in de regentenkamer. De oudste der
weesjongens bracht namens de ouderloozen, in welge
kozen woorden, zijn dank aan dhr. Van de Putte voor
alles wat hij in hun belang had gedaan en drukte
den wensch uit, dat de heer Van de Putte, mocht
het zijn in beteren gezondheidstoestand, nog langen
tijd met voldoening mocht terugzien op zijne nuttige
werkzaamheid voor het gesticht en de rust mocht
genieten, waarop hij na een werkzaam leven ruimschoots
aanspraak had. Als blijk van erkentelijkheid verzocht
hij den heer Van de Putte tot blijvende herinnering
te mogen aanbieden eene photografische groep van de
weezen en van de over hen gestelde beambten.
Met eene hartelijke toespraak werd de keurige in
het atelier van den heer Quist Vervaardigde photo-
graphie door den heer Van de Putte aanvaard en hier
mede werd een werkkring besloten, die gedurende
verscheidene jaren een zegen voor de gemeente in het
algemeen en voor de weezea in hst bijzonder is ge
weest en waarvan wij vertrouwen, dat de takt- en
talentvolle uitvoering zal blijven voortleven ook onder
andere leiding. Het mag gezegd worden dat de heer
J. A. A. Fransen Van de Putte zich ook op dit gebied
verdienstelijk heeft gemaakt en een waardig opvolger
is geweest van de heeren J. W. Van Kerkwijk en dr.
R. B. Van den Bosch.
Zooals uit achterstaande annonce blijkt zal er
Vrijdag a. s. een extra-trein rijden van Middel
burg naar Goes, na afloop van de voorstelling door
dhr. Possart te geven. Wellicht zal dit nog eenigen
doen besluiten, die voorstelling te gaan bijwonen, die
voorloopig zich daarvoor nog niet hadden aangemeld.
Bovendien wijzen wij erop, dat dit tevens eene uit
stekende gelegenheid is voor hen, die in Middelburg
vrienden en familie willen bezoeken, iets waartoe na
de inwerkingtreding der winterdienstregeling van de
staatsspoorwegen de gelegenheid vrijwat verminderd is.
Tot lid der Commissie voor de Oeconomi-
sche Spijsuitdeeling alhier is gekozen de heer
I. D. Fransen Van de Putte.
De kapitein G. Feenstra, thans op non
activiteit, heeft verzocht weder in actieven dienst te
worden hersteld.
Maandag werd te Middelburg in eene vergade
ring derrijksveeartsen in deze provincie eene
Zeeuwsche afdeeling geconstitueerd van de Maatschappij
van veeartsenijkunde in Nederland. De vergadering
werd bijgewoond door twaalf heeren, onder presidium
van den heer C. Mazure, provinciaal veearts le kl.
Allen traden toe en benoemden den heer C. Mazure
tot voorzitter, den heer M. Lucieer te IJzendijke tot
secretaris en den heer L. Van Mervennée te Goes tot
penningmeester.
Na afloop der vergadering vereenigden de leden zich
aan een déjeuner dinatoire, dat hen aangeboden werd
door den heer M. Luteijn Mazure te Oosburg, als
contra-beleefdheid voor de hem bij zijn 50jarig jubiié
betoonde blijken van sympathie.
Bij Kon. besluit is bij de rustende schutterij in
Zeeland op zijn verzoek, eervol ontslag verleend ais 2e
luit. bij het 2e bat., aan dhr. M. Van Bendegom.
Benoemd tot commies der 4e kl. bij de admini
stratie der Directe Belastingen, Invoerregten en Ac
cijnzen te Malderen (tijd.) C. Van der Weele,
thans tijd. commies te water 2e kl. te Hansweerd.
Bij Kon. besl. is bevorderd tot commies der pos
terijen van de 3e kl. W. C. C a 11 e n f e 1 sthans
commies der posterijen van de 4e kl.
Onze vroegere stadgenoot baron Van Heem
stra, thans burgemeester van Brielle, heeft als zoo
danig zijn ontslag aan den Koning gevraagd, nadat de
gemeenteraad bij de behandeling der begrooting zijn
voorstel verworpen had om de gemeentelijke politie,
bestaande uit den commissaris en slechts éen agent,
met éen persoon te versterken. Hij verklaarde met
zulk gering personeel de gemeente-verordeningen niet
te kunnen handhaven en aan de klachten der inge
zetenen bijna niet tegemoet te kunnen komen.
In de gehouden vergadering van aandeelhouders
der stoombootmaatschappij te Zieriksee, die den dienst
van daar op Rotterdam sinds eenige jaren met de
schepen «Zierikzee I" en II heeft gedaan, in concur
rentie met eene andere onderneming, die de «Zeeland"
liet varen, is besloten de laatstgenoemde boot van de
eigenaars over te nemen, zoodat er voortaan slechts
éene maatschappij den dienst zal doen.
De «Zeeland" zal, naar men verneemt, met 1 No
vember uit de vaart gaan, en na van eene andere
machine voorzien te zijn, met Maart a. s. in den dienst
der Zierikzeesche stoombootmaatschappij gaan varen.
Door deze transactie is een einde gekomen aan eenen
voor het publiek wel voordeeligen, doch voor vele be
trokkenen hoogst onaangenamen toestand.
De Haagsche correspondent van de Zulph. Ct.
schrijft
«Ik ben vast overtuigd, dat er bij de eerstvolgende
verkiezingen niet alleen scheuring zal komen tusschen
Katholieken en anti-revoiutionairen maar ook tusschen
anti-revolutionairen onderling. De Katholieken, die de
politiek van dr. Schaapman toejuichen, hebben
bij de laatste verkiezingen reeds alleen die anti-revo
lutionairen gestemd, van wie men kon verwachten dat
zij vóór de geheele Grondwetsherziening zouden zijn.
Dr. Schaepman komt er ook in de Kamer meer en
meer voor uit dat hij geheel wil breken met de oude
conservatieve staatkunde en het radicalisme wil ver
eenigen met de belangen van Rome. Zijne laatste
groote speech bij de behandeling van Hoofdstuk III
was in dat opzicht een meesterstuk. Daarin verdedigde
hij tegelijkertijd het algemeen stemrecht en de afschaf
fing van den eed, en kwam hij er rond voor uit dat
hij tot de bekeerlingen moet worden gerekend. Vooral
zijne bekeering met betrekking tot den eed wordt
hem hier in de conservatieve Katholieke kringen, waar
van de Tijd het orgaan is, zeer euvel geduid. Niets
meer of minder wordt hem verweten, dan dat hij het
ongeloof in bescherming genomen en het beginsel van
l'état athée verdedigd heeft.
Ondertusschen is de heer Schaepman d or die aan
vallen niet uit het veld geslagen. Reeds heeft hij ver
scheidene kleinere organen te zijner beschikking, die
warm voor hem partij trekken. Hij zelf schrijft meestal
in de «Grondwet", een uitstekend geredigeerd blad,
dat allengs in invloed toeneemt. Bij zoo felle verdeeld
heid kan het bijna met uitblijven, of ook de Katholieke
kiezers zullen straks moeten kiezen tusschen de Schaep-
mannianen en de anti-Schaepmannianen. De geestelijk
heid tracht de breuk zoolang mogelijk te voorkomen,
maar is zelf ook reeds verdeeld. De hoogere geeste
lijkheid is voor het grootste deel te behoudend om
met de nieuwe radicale theorieën mee te gaan, maar
bij de jongere geestelijken heeft blijkbaar de heer
Schaepman grooten aanhang".
In het N. v. d. D. bespreekt G. (dr. K. W.
Van Gorkom) den noodkreet van den oud-Minister
Van Bloemen Waanders. Den geest van deze beschou
wingen leert men kennen uit het volgende citaat:
«Bloedt het harte van onze brave behoudsmannen
bij 't betreuren van de oude toestanden, wij worden
beschaamd door de herinnering en blijven ook in de
Javanen menschen zien van gelijke beweging als wij,
mits wij hen niet, door geweld en drogredenen, in
boeien gesloten houden.
«De oude beschermende politiek verarmde Iodië,
ter wille van de Nederlanders. De politiek gaf ons
aanzienlijke koloniale baten, waaruit de Staats
schuld gedeeltelijk gedelgd en in Nederland een net
van spoorwegen gelegd is! Ja, zoo is het veel
meer nog dan dat. Maar zulke voorstellingen mogen
verheffend zijn voor een Nederlandschen Minister van
Financiën, voor een beheerder van <le Koloniën kunnen
die herinneringen slechts drukkend en beschamend
wezen. Wij hebben ons in weelde gebaad ten koste
van den Javaan, omdat wij dezen veel, zoo niet alles
ontnamen, met onthouding van het noodige tot onder
houd zoowel als tot ontwikkeling; daarom en daar
door alleen hebben wij mogelijk gemaakt, dat men
heden durft spreken van een verarmd Java. Hadden
wij uit de kunstig bewerkte saldo's van Java een deel
van de nationale schuld gedelgd, maar voor het andere
deel spoorwegen ginds gebouwd en de irrigatiemidde
len verbeterd en uitgebreid, Nederland zou niets te
klagen gehad en Java heden een geheel ander aanzien
hebben, want gansch onnoodig ware geweest het op
schroeven en uitzetten van knellende belastingen, om
althans ten deele nu nog in de steeds dringender
behoefte aan behoorlijke gemeenschaps- en irrigatie
middelen te voorzien. De hemel beware ons en Indië
voor nieuwe toenadering tot het oude stelsel."
Tegenover de lofredenen, door den heer v. Bloemen
Waanders gehouden op het vroeger stelsel der ge
dwongen culturen, schrijft G.«Zien we liever wat
vrijheid vermocht, h"e een land tot ontwikkeling
en bloei kan komen, schatten kan verbreiden, indien
de regeering zich bepaalt tot besturen en aan de in
dividualiteit recht laat wedervaren. Is het noodig te
wijzen op Deli 1 Hebben beschermende stelsels de vrije
tabaksindustrie daar ontwikkeld, tot een hoogte waar
over de wereld zich verbaast! Vergelijk Banka met
Billiton, de Hitkomsten van een vrije kinacultuur,
tegenover die van de oude dwangcultures
«De Sultan van Deli was maar een inlander, doch
van economie en staatkunde gaf hij stellig goede be
grippen, toen hij de vestiging van Europeanen niet
bemoeielijkte door hooge eischen aan wakkere onder
nemers te stellen. Hoe anders zou Java er hebben
uitgezien, indien ook daar sinds 40 jaren de beginselen
waren gehuldigd, waartegen de heer v. Bloemen Waan
ders te velde trekt, tot schreiens toel Het particulier
initiatief zou het land hebben overdekt met bloeiende
cultuur- en industriëele-ondernemingen. Spoorwegen
zouden, als op Deii, gebouwd ziju zonder nieuwe be
lasting van de bevolking en over het den landbouw
beheerschend water, zouden degelijke kunstwerken
hebben gezegevierd, alles en alles tot zegen voor
de bevolking en tot verrijking van de Nederlanders.
«Is die voorstelling overdreven? Waarom ware op
Java met zijn dichte bevolking en natuurlijke gegevens
onmogelijk, wat in het woeste Deii tot feiten is ver
heven Hebben de honderde ondernemingen, sinds
1882 tot stand gekomen, dan niet de kracht van
Nederlandsch kapitaal en initiatief gepleit, en is het
onwaar, dat wakkere ingenieurs concessie vroegen tot
drooglegging van uitgestrekte moerassen op Java? Dat
alles is geschied, in weerwil van den ouden deesem
die Indië nog onder ons bewind doorzuurt. Niet aan
de vrijzinnige beginselen danken wij de malaise, die
den oud-minister een noodkreet slaken deed. Aan het
niet vierkant en loyaal sinds lang prijsgeven van de
oudere begrippen, zijn wij het heden verschuldigd,
waar dit te wenschen overlaat. De noodkreet kan er
opnieuw voor getuigenze is een ware kreet in nood,
d. w. z. in de klem".
Maandagavond is te Arnhem overleden de ge
pensioneerde generaal-majoor titulair van het Indische
leger J. C. J. Smits, commandant van het koloniaal
militair invalidenhuis op «Bronbeek".
De overledene, die als majoor het Indische leger
verliet en met den titel van luitenant-kolonel werd
gepensioneerd, heeft op de meest eervolle wijze ia
Indië het vaderland gediend. Gedurende zijn militaire
loopbaan verwierf hij het ridderkruis 3e klasse van
de Militaire Willemsorde, de Gouden Kroon voor eer
volle vermelding bij legerorder, en een eeresabel voor
betoonde dapperheid.
De heer W. C. M. De Jonge van E 11 e -
meet, de eigenaar van het Museum Catsianum, heeft
thans ter gelegenheid van het vijftigjarig bestaan
zijner prachtige verzameling, een tweede vermeerderde
uitgaaf van den catalogus bewerkt en aan vrienden
en belanestellenden toegezonden.
In 1837 is de heer De Jonge begonnen met het
verzamelen, niet enkel van de verschillende uitgaven
van Cats werken, maar ook van geschriften, die op
den dichter en staatsman betrekking hebben, hand
schriften van Cats, stukken betreffende zijn nalaten
schap, portretten, teekeningen enz. Zijn «Museum
Catsianum" is dan ook een hoogst zeldzame collectie,
waarvan Thorbecke, toen hem de eerste catalogus was
toegezonden, een zeer vereerend getuigenis aflegde.
Ten gevolge van da flnanciëele schade door het
afsterven van te jong gevangen en weggestormd mos
selzaad, gedurende de laatste weken den visschers
in Zeeland berokkend, gaat thans te Bruinisse een
adres rond aan den Minister met verzoek om voortaan
geen zaadbanken meer open te doen stellen, vóórdat
het zaad rijp en voor verplaatsing bekwaam is en
wel zoo min mogelijk in den herfst, dewijl de laatste
gevolgen dier ontijdige opening zich zwaar doen ge
voelen. Voor duizenden guldens zaad moet er sedert
primo September jl. verwoest zijn.
Het hoofdbestuur van den Nederlandschen
Weerbaarbeidsbond heeft zich bij gemotiveerd
adres gewend tot de Eerste Kamer der Staten-Gene-
raal, met verzoek dat zij het gewijzigde achtste hoofd
stuk der Grondwet (defensie) in tweede lezing aanneme.
Ook te Bergen-op-Zoom gaat een adres rond aan de
Eerste Kamer om aan te dringen op aanneming van
het hoofdstuk betreffende de Defensie, terwijl in de
vergadering van de Vereeniging ter beoefening van de
krijgswetenschap op Donderdag 27 Oct. a. s. zal be
raadslaagd worden over een van harentwege in te
dienen adres, dat zich geheel aansluit bij dat van de
heeren uit Kampen.
Het Vad. wijdt mede nog een laatste woord aan
hoofdstuk VIII van de grondwetsvoorstellen, om te
waarschuwen tegen verwerping van dat hoofdstuk. Uit
voerig toont het Vad. aan, dat onze bestaande grond
wet de oorzaak is, dat wij een leger hebben van on
voldoende sterkte, dat wij een zeer duur leger hebben
en dat een vertrouwbare reserve ten eenenmale ont
breekt, terwijl tevens,juist omdat de schutterijendoor
haar gemeentelijk karakter niet ais vertrouwbare re
serve mogen gelden, aan de ingezetenen noodelooze
militaire lasten worden opgelegd.
In het jaar 1886 zijn in Nederland 95,239
personen overleden, een hooger cijfer dan
sinds 1880 werd bereikt. Daarbij moet echter gelet
worden op de toeneming der bevolking. Het sterfte
cijfer berekend op 1000 inwoners bedroeg slechts 21.8.
In de jaren 188086 was het achtereenvolgens 21.5,
20.7, 21.8, 22 2 en 21 per 1000 inwoners. Het aan
tal geboorten bedroeg 150,851, ongeacht 7807 leven
loos aar.gegevenen. Het overschot der levend gebore
nen op de overledenen bedroeg 55,612. Van de over
ledenen stierven 28.911 beneden het jaar en 13,978
op 15jarigen leeftijd; 5307 personen werden boven
de 80 jaren oud. Het grootst aantal levenloos aan-
gegevenen kwam voor in Drente en Overijsel. De kin
dersterfte beneden het jaar was het grootst in Zeeland,
34.91 pet. van het totaal aantal gestorvenen, in Zuid-
Holland 34.08 en Utrecht 31.49, het geringste in
Drentel6.91, Friesland 20.07, Groningen21.11, Over
ijsel 21.40.
Beroepen te Leeuwarden ds. C. L. Laan, te Goes.
Beroepen te Renesse en Noordwelle ds. A. Wunder,
te Noordgouwe.
Bedankt voor Tolen, vacature ds. C. E. Crull,
ds. P. S'gboer te Nieuw-Lekkerland.