1887. N°. 114
Dinsdag 27 September.
74ste jaargang.
FEUILLETON.
LOSSE SCHETSEN.
-GS»üt«ï»e£>CÏ*-
GOESCHE
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75.
Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiën voor dit blad
aangenomen bij de heeren NIJGH VAN DITMAR te Rotterdam en verder
bij alle Boek ver koopers en Postdirecteuren.
COURANT.
De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 cent, elke regel meer 10 cent.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts
tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 18 regels a f 1,— berekend.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel.
OPENBARE VERGADERING
van den
Raad der gemeente Goes,
op DONDERDAG den 29 SEPTEMBER 1887,
des namiddags te 2 uren.
Goes, den 26 September 1887.
De Secretaris,
A. A. VAN DELLEN, L. S.
Punten van behandeling:
I, Notulen.
II. Mededeelingen.
III. Ingekomen stukken.
IV. Aanvrage van dr. Ch. M. Van Deventer om
eervol uitslag als leeraar aan de inrichtingen
van ;idelbaar onderwijs en voorziening in
die vacature.
V. Opmerkingen van Gedep. Staten omtrent het
Reglement van orde met voorstel van B. en W.
VI. Voorstel van Burg. en Wetb. tot bestemming
van in kas zijnde gelden
o. Verbetering van het riool uit de Korte
Nieuwstraat.
b. Restauratie der raadzaal.
VII. Rekening van het Burgerlijk Armbestuur over
1886.
VIII. Benoeming van twee leden in de commissie
voor het nazien der rekening van de Blaau-
beenbeurs.
GOES, 26 Sepember 1887.
Het Ontwerp-Adres van Antwoord
op de Troonrede, door de Tweede Kamer heden te
behandelen, luidt als volgt:
«De Tweede Kamer der Staten-Generaal waardeert
het ten hoogste, dat de zitting wederom door Uwe
Majesteit mocht worden geopend.
«Innig gehecht aan Uwe Majesteit en Hoogstdeszelfs
Huis, herdenkt zij met ingenomenheid, hoe de geboorte
dag van Uwe Majesteit door het geheele Nederlandsche
volk met geestdrift werd gevierd.
«Bovenal geroepen tot overweging der vastgestelde
voorstellen tot verandering in de Grondwet, hoopt zij
dien gewichtigen arbeid zoo spoedig mogelijk te vol
brengen.
«Voor de mededeelingen betreffende onderscheidene
andere belangrijke aangelegenheden betuigt zij Uwe
Majesteit haren eerbiedigen dank.
«Mogen de werkzaamheden van Uwe Majesteit en van
de Staten-Generaal, onder Gods onmisbaren zegen, tot
welzijn van het vaderland strekken".
De centrale afdeeling heeft bepaald, dat daags na
afloop van de discussiën over het adres van antwoord
op de troonrede het allereerst in de sectiën der Tweede
Kamer aan de orde gesteld worden de wetsontwerpen
betreffende de herziening der grondwet. Eerst daarna
volgen de Indische en de Staatsbegrooting, met tusschen-
voeging wellicht van eenige kleinere wetsontwerpen.
Op de tentoonstelling, te Oostburg door de Mij.
tot bev. van Ooft- en Tuinbouw in 't kanton Oostburg
gehouden, is de heer D. J. Van der Have te
Kapelle bekroond met een Isten prijs voor «de fijnste
tafelperen, 3 soorten op naam, vijf van iedere soort",
en met een bestuursprijs voor 70 soorten van peren.
Als 't U en uwen lezers aangenaam kan zijn wenschte
ik, als aspirant-journalist, van tijd tot tijd onder de
zen titel eenig onderwerp in uw blad te behandelen.
Ik had eerst gedacht als titel te kiezenGoesche om
trekken, maar men zou dan kunnen denken, dat ik
eenige naaperij van Damas beoogde, en al zal Damas
evenmin als ik zich onder de apen rangschikken, zoo
bestaat nu eenmaal dat woord in onze taal en drukt
het iets uit, waarvoor men zich wachten moet, of
schoon 'tde vraag is of het woord niet wederrechte
lijk op menschen wordt toegepast
Volgens Darwin stammen wij wel allen van de
dieren af, maar wie is er gesteld op eenige verwant
schap met het griezelig wezen, dat men aap noemt
Ik kom dan ook tot de conclusie, dat het bedoelde
woord alleen in het woordenboek der apen eene plaats
waardig is.
Ook had ik bezwaar tegen het woord omtrekken.
Wat is een omtrek?
Men zou zoo zeggeniets wat afgebakend is.
Mis; de praktijk van het woord leert ons, dat een
omtrek oneindig is. Het illustre voorbeeld van Damas
doet zien dat Haagsche omtrekken zich verwijden,
uitbreiden naar gelang zijne dichterlijke ziel behoefte
heeft zich uittezetten. Maar ik gebruik dan liever een
woord, dat mij meer vrijheid laat. Want zoo'n rek
baarheid, zoo'n dichterlijk uitzettingsvermogen wensch
Kapelle. Met ingang vap I October aanstaande is
alhier benoemd tot postbode P. Baaijens Mz. alhier.
Krnininge. Benoemd tot gemeenteveldwachter alhier
F. Van der Maas van Driewegen.
Uit Wolfertsilijk wordt ons het volgende bericht:
Het aandeel in de gebreide goederen der
schoolleerlingen, hetwelk door den gemeenteraad op
den 20 Juni, gelijk aan de beide kerkelijke diaconieën,
zoo ook aan het Burgerlijk of Algemeen Armbestuur
alhier, was toegewezen tot uitreiking aan de armen
dezer instelling, doch waartoe dit bestuur zich destijds
bij herhaling niet gezind betoonde, is, terug gevorderd
zijnde, door eene daartoe benoemde commissie uit den
gemeenteraad thans aan 10 huisgezinnen van de be
deelde algemeene armen uitgereikt, welke zulks met
erkentelijkheid in ontvang hebben genomen.
De drie nieuwbenoemde leden van dit armbestuur
hebben zich bereid verklaard tot het aanvaarden van
de hun opgedragen betrekking, als niet opziende tegen
de taak van een tiental armen des zomers en hoogstens
twintig huisgezinnen des winters behoorlijk te ver
zorgen. Zaterdag namiddag hebben zij zich reeds ge
constitueerd en tot hunnen voorzitter gekozen den
heer Jan Op 't Hof, aan wien tevens eene wettige
machtiging is uitgereikt om gemeld armbestuur te
vertegenwoordigen in de polder-vergaderingen der in
gelanden van het waterschap Oud-Wolfertsdijk.
Op de tijdelijke tentoonstelling van pluimge
dierte, op de expositie van voedingsmiddelen te Am
sterdam, is de heer J. Van der Have te Nieuwer-
kerk bekroond met een tweeden prijs voor sierhoenders
en zes tweede prijzen voor zwemvogels.
Z. M. heeft ongegrond verklaard het beroep, door
den Raad van Hontenisse ingesteld tegen een besluit
van Ged. Staten, waarbij goedkeuring was onthouden
aan de gemeente-begrooting voor 1887, op grond dat
daarbij niet voldoende voorzien was in jaarwedden voor
onderwijzers.
(Het geschil liep over de vraag of ODder het getal
der op 15 Januari van eenig jaar als werkelijk school
gaande kinderen ook garekend moeten worden kinderen
die tot November, daaraan voorafgaande, de school
bezocht hebben en die na Paschen weder aldaar kun
nen verwacht worden. Van de beantwoording dier
vraag was het getal onderwijzers, dat als minimum
aanwezig moet zijn, afhankelijk)
De Koning heeft thans beslist dat ook kinderen, die
tijdelijk verhinderd zijn de school te bezoeken, zooals
in casu wegens het elders ontvangen van godsdienst
onderwijs tot voorbereiding voor de eerste communie,
vermeld behooren te blijven op de lijsten, opgemaakt
ingevolge art. 80 der onderwijswet.
De elf wetsontwerpen, houdende ver
anderingen in de Grondwet, zijn door de
Regeering ingezonden met een korte Memorie van
Toelichting waarin wordt medegedeeld, dat de indie
ning geschiedt krachtens art. 197 in verband met art.
195 der Grondwet. Voor de toelichting wordt verwezen
naar de over dit onderwerp bereids tusschen de Regee
ring en de Staten-Generaal gewisselde stukken "n de
daarover in de beide Kamers gevoerde beraadslagingen.
Als bijlage is toegevoegd de tekst van de Gr ndwet,
zooals die zal luiden na aanneming der thans voorge
dragen veranderingen.
ik ook voor mijne losse schetsen te hebben. Niet, dat
ik mij vermeten zou iets van een dichter in mij te
gevoelenDe hemel beware meik heb zelfs 't land
aan verzen. Het komt mij altijd voor, dat in verzen
aan de taal en aan de woordvoeging een ongeper
mitteerd geweld wordt aangedaan, alleen om in zekere
maat te blijven en een rijmwoord te vinden. En al
erken ik, dat sommige dichters werkelijk de gave be
zitten van zonder die geweldenarijen wegsleepende
verzen te leveren, zoo ben ik toch van meening, dat
dezelfde denkbeelden, in zuiver gestyleerd proza door
dezelfde dichters weergegeven, een niet minder grooten
indruk zouden maken en winnen aan duidelijkheid.
Want als men gedichten op den keper beschouwt,
och, dan moet men een verbazend poëtische ziel
bezitten om met den inhoud altijd vrede te hebben.
In 't eerste het beste werk, dat mij in handen komt,
vind ik het volgende liedje van Dredero aangehaald.
»'t Zonnetje steekt zijn hoofdjen op
En beslaat der bergen top
Met zijn lichtjes.
Wat gezichtjes,
Wat verschietjes, ver en flauw.
't Dommelt er tusschen 't groen en blauw."
Ik heb geen gelegenheid de aanhaling aan de bron
zelve na te zien. Maar zoo zij juist is, dan verzoek
ik den lezer dat liedje eens op den keper te beschouwen.
En dan vraag ik in de eerste plaats, of al die ver
kleinwoordjes vau pas zijn bij de schildering van het
majestueuse tafereel, dat de opgang der zon aanbiedt
Men spreekt van een zonnetje als eens een enkele
straal door eene sombere of bewolkte lncht doorbreekt
Onder de ontwerpen van wet, bij de Tweede
Kamer irg. komen, behoort nog een tot verlenging van
-den termijn betreffende de heffing en de verzekering
1 van de invoerrechten en accijnzen.
Bij kon. besluit is Zr. Ms. adjudant in buiten-
gew. dienst, de gepens. luit.-generaal van het leger in
Nederl.-Indië K. Van der Heyden, met ingang
van 19 Febr. 1888, benoemd tot kommandant van
het Koloniaal Militair Invalidenhuis op Bronbeek.
In den loop der maand April van het jaar 1888
zal een vergelijkend examen worden gehouden voor de
betrekking van surnumerair der registratie
en domeinen, waarvoor twaalf plaatsen ter ver
vulling worden opengesteld.
Zij, die tot dat examen wenschen te worden toege
laten, moeten vóór of uiterlijk op den len Februari
e. k. het bij ait. 4 van voormeld besluit bedoeld
verzoekschrift indienen, met overlegging van de bij dat
artikel gevorderde stukken.
Wordt de Indische begrooting goedgekeurd, dan
zal te Rotterdam en Amsterdam een commissariaat
van afmonstering worden gevestigd, waarvan het per
soneel zal gekozen worden uit de gepensioneerden en
gegageerden van het Indische leger. Daardoor zal de
repatriëerende militair in de gelegenheid worden ge
steld om uit de haven van aankomst terstond naar de
zijnen terug te keeren en niet zooals tot heden ge
schiedde, via Harderwijk. N.)
Op de boerderij der Rijks-Landbouwschool te
WageniDgen is dit jaar weder een belangrijke hoe
veelheid groene maïs, circa 30.000 kilo ingekuild,
om in den a. s. winter te dienen voor groen voeder
voor het vee, 't welk het steeds met graagte nuttigt.
De Koninklijke familie zal aanstaanden
Woensdag met een extra Rhijnspoortrein naar «het
Loo" vertrekken. (D.)
De Vereeniging tegen de kwakzal
ver ij hield Zaterdag hare jaarvergadering te Amster
dam onder leiding van dr. Vitus Bruinsma. Uit het
verslag over het afgeloopen jaar bleek dat het leden-,
tal daalde van 1102 tot 1082 en verder dat de kas
door den ongelukkigen afloop van twee processen een
nadeelig saldo heeft van ƒ2061. Toch wordt de fiaan-
ciëele toestand niet hopeloos genoemd.
Bij de vervulling van drie vacaturen in het be
stuur, ontstaan door het bedanken van de heeren dr.
H. P. Kapteijn en dr. J. A. M. Sannes en het periodiek
aftreden van mr. J. C. Meijer werd laatstgenoemde
herkozen en o. a. gekozen de heer dr. Quanjar.
Op het terrein van de Tentoonstelling van Voe
dingsmiddelen te Amsterdam, in het gebouw, waar
op dit oogenblik de tentoonstelling van pluimgedierte
geopend is, zou heden weer een tentoonstelling zijn
van visschen, schaal- en schelpdieren.
De Arnh. Courant merkt op dat, ondanks de
strenge contr&le van de Rekenkamer, op het gebied van
reis- en verblijfkosten nog zeer kwade gewoonten be
staan, die aan haar scherpziend oog ontsnappen: De
goeden niet te na gesproken, zijn er in den lande nog
tal van ambtenaren en leden van commissiën, die in
hunne qnaUteit van burgemeester, een armen drommel
van een waterzonnetje, maar bij de schoonheid van
den zonsopgang acht ik verkleinwoordjes misplaatst.
Daartoe is de pracht en heerlijkheid van het tooneel
te groot en te grootsch.
Ik heb ook nog nooit van ons «aardetje" hooren
spreken. En toch is de zon ontzaglijk veel grooter!
Ook moet, om dat verkleinwoordje, de vrouwelijke
zon onzijdig gemaakt en dus als mannelijk verbogen
worden
»'f Zonnetje steekt zijn hoofdjen op." De zon
heeft dus een hoofd. Een bolvormig lichaam met een
hoofd! Waar ter zonne moeten wij dat zoeken? En
dan nog wel een hoofdjen. Op zoo'n reuzin I Wellicht
ontsnapt het door zijn kleinheid aan het gezichtsver
mogen eener niet-poëtische ziel.
vEn beslaat der bergen top." Dat beslaan wil
er ook niet bij mij in. 't Komt mij voor dat het
begrip van beslaan in dezen weinig strookt met het
begrip van top.
«Met zijn lichtjes." Die lichtjes doen denken aan
den avond van «Drie Koningen." Het is nog niet zoo
lang geleden, dat alsdan kleine kaarsjes werden ont
stoken, over welke heen gedanst of gesprongen werd.
Ook illumineerglazen doen aan lichtjes denken. Maar
de zon met haar ontzaggelijk licht1
o Wat gezichtjes, wat verschietjes/" Doet deze uit-
rqep niet denken aan iets verrukkelijks dat het oog
ontwaart? Hoe zijn nu hiermee die verkleinwoordjes
en dat «ver en flauw" te rijmen? Wat zeer klein is
en men slechts «ver en flauw" ontwaart, zal bezwaar
lijk groote verrukking kunnen teweeg brengen.
»'f Dommelt er tusschen 't groen en blauw".
zuil n doen straffen voor het stelen van een wortel,
doch voor zich zelf er hoegenaamd geen bezwaar in
zien, om hunne declaratie tot een hooger bedrag op
te voeren dan hun in werkelijkheid toekomt. En zulks
ondanks de pertinente verklaring, aan den voet hunner
declaratie vermeld, dat zij op de dagen, waarvoor
verblijfkosten in rekening worden gebracht, «zich wer
kelijk ter plaatse hebben opgehouden en hebben moeten
ophouden."
Tot staving van dit beweren slechts één voorbeeld
uit vele:
Tot het bijwonen eener zitting van den Militieraad
moesten de leden der commissie eene reis maken van
ongeveer zes uren afstand (heen en terug), en zonder
aan den te presteeren dieDst iets te kort te doen, kon
men binnen een half etmaal uit en thuis zijn. In plaat*
daarvan werd en wordt steeds gedeclareerd: een dag
voor de heenreis, een dag voor verblijf en een dag
voor terugkomst.
Na op deze wijze jaren deze algemeene gewoonte
te hebben gevolgd, kreeg een der leden eener zoodanige
commissie gewetenswroeging en wenschte hij voortaan
zijne declaratie naar waarheid op te maken. Hoe dit
echter te doen, zonder zijne medeleden aan de kaak
te stellen? Na rijp beraad kwam hij op eene geluk
kige gedachtehij vulde zijne nota op de gewone
wijze in, doch liet de som voor verblijfkosten open,
aan den voet der declaratie vermeldende, dat hij deze
niet verlangde. Op deze wijze waren zijne collega'»
gered, terwijl hij zelf zich voor 't vervolg niet weder
benoembaar stelde.
Had de Rekenkamer destijds een weinig nagedacht
en inlichting gevraagd, waarom geen verblijfkosten
werden gedeclareerd, dan duurde dat misbruik thans
niet nog voort.
In den Werkmansbode leest men het onderstaand
oordeel over de hedendaagsche vrouw van den
werkman:
«Als wij haar beoordeelen, dan mogen wij niet
verzwijgen, dat zij naast de vele deugden, die zij
beoefent, toch in menig opzicht niet meer gelijkt op
haar oud-overgrootmoeder, op die oud-IIollandsche
vrouw, welke, spreekwoordelijk gezegd, een gulden tot
vijf-en-twintig stuivers wist te maken. Opschik, lust
naar gezelschappen, komediespel, zang en dans, ziedaar
eenige welputten, waarin, helaas! zooveel dubbeltjes
verzwolgen worden, die beter en nuttiger hadden kun
nen worden aangewend en welke, nadat zij eenmaal
in dergelijke putten verdronken zijn, niet meer ten
nutte der offeraars of hun gezinnen op te pompen zijn.
Man verdenke ons niet, dat wij de hier genoemde ge
nietingen onze vrouwen misgunnen. Integendeel, wij
verklaren gaarne, dat zij, als deel der schepping, recht
hebben op een evenredig deel der genietingen, die het
leven veraangenamen kunnen, die het leven tot een
leven maken; maar wij wenschen ook, dat zij, en
vooral zij in de eerste plaats, medewerken om onzen
stand te verbeteren; juist zóóveel van de wereldsche
genoegens als haar deel nemen, dat zij genieten, zonder
dat haar genot tegelijkertijd de oorzaak worde van
latere ontberingen en ellende."
Zaterdagvoormiddag werd te Arnhem onder voor
zitterschap van den heer W. I, Van Weideren baron
Rengers de vergadering der Nederlandsche
Vereeniging voor gemeentebelangen
Wat hier dommelt tusschen 't groen en blauw (der
bergen) blijkt niet, en ik zie geen kans om uit dat
dommelend tsffereel het dommelend onderwerp van
den zin te ontdekken.
Nu weet ik wel, dat dit alles figuurlijk moet wor
den opgevat en dat er iets liefs ligt in de voorstelling
van die als 't ware ontwakende zon, die even boven
den gezichteinder zich vertoont en met haar eerste
zichtbaar wordend licht de sluimerende natuur bestraalt
en doet ontwaken. Ik weet het wel hoeveel schoons
bergen opleveren zoowel bij zonsondergang als bij zons
opkomst. Maar mijn indruk was steeds te grootsch
voor verkleinwoordjes en moet men ook in het dich
terlijke, in het figuurlijke niet waar blijven? Moeten
de beelden niet aan de werkelijkheid getoetst kunnen
worden
Ook in het proza springt men soms al zeer zonder
ling om met beeldspraak. Ik hoorde eens een nog al
gevierd predikant van den kansel zeggen: vhoog in
de lucht wortelt de boom des levens boven het ge
opend graf." Nu vraag ik ui Een boom, die hoog
in de lucht (dus in eene voor dit doel ledige ruimte)
wortelt I En alsof dat nog niet genoeg warede boom
wortelt boven een geopend graf. Te vergeefs heb ik
getracht mij eene voorstelling te maken van zulk een
wortelenden boom. Toch bedoelde de predikant iets
verhevens; eene voorstelling van de opstanding van Jezus
en wat daaruit voor de menschheid voortvloeit. Maar
was dit nu niet in andere, juiste woorden te zeggen?
Van mij dus geene dichterlijke voorstellingen, waar
toe trouwens mijne onderwerpen te prozaïsch rullen zijn.
ASPIRANT.