1887. N°. 113.
Zaterdag 24 September.
74sle jaargang.
cxa(v-~ï -
GOESC
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75,
Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiën voor dit blad
aangenomen bij de heeren NIJGH 8c VAN DITMAR te Rotterdam en verder
bij alle Boekverkoopers en Postdirecteuren.
COURANT.
De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 cent, elke regel meer 10 cent.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slecht»
tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van t8 regels a l, berekend.
Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct.
Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel.
GOES, 23 September 1887.
Omtrent de met 1 October a. s. beginnende
winterdienstregeling der staatsspoorwegen
schijnt, wat de Zeeuwsche lijn betreft, het volgende
te zijn bepaaldDe uit Rozendea! komende treinen
blijven zooais tegenwoordig, doch bij de van Vlissingen
vertrekkende treinen hebben eenige veranderingen plaats.
De thans om 7 uur 39 's avonds van Vlissingen
vertrekkende treindie te 8.19 te Goes aankomt
vervalt; daarentegen rijdt een trein van Bergen-
op-Zoom om 9 uur 16 's avonds naar Rozeudaal.
Hieruit blijkt dus, dat wij weder voor dezelfde
quaestie staan ais toen de zomerdienst zou worden
ingevoerd, nl. dat de trein, die te 8,19 uit Goes naar
Rozendaal vertrekt, zal komen te vervallen. Toen is zoo
van alle zijdon op behoud van dien trein aangedrongen,
dat de directie der Exploitatie-maatschappij besloot
hem te doen voortbestaan. Thans, enkele maanden
later, stelt zij het publiek voor hetzelfde feit. Dit
komt ons niet net voor. Twee gevallen toch zijn mo
gelijk: het behoud van dien tr.in komt der maatschappij
zoo duur te staan, dat zij daardoor een financieel nadeel
zou lijden, waarvan zij tegenover hare aandeelhouders
de verantwoording niet meent te kunnen op zich
nemen. Is dit het geval, dan b 'grijpen wij niet, dat
de maatschappij dezen zomer zoo grif aan hit verlangen
van het publiek heeft gehoor gegeven.
Of het financieel nadeel is niet overwegend, en dan
achten wij het een stout stuk op deze wijze het publiek
te dupeeren.
Het wil ons altijd nog toeschijnen of de maatschappij
te veel over het hoofd ziet, dat zij sfaals-spoorwegen
exploiteert, d. w. z. spoorwegen, die van het geld der
ingezetenen van Nederland zijn aangelegd. Zoo ooit,
dan mag van die lijnen ia de eerste plaats geëiscbt
worden, dat zij gebruikt worden ten gerieve van het
publiek en niet uitsluitend ten bate der aandeelhouders.
Het is trouwens altijd een fout geweest, dat da
staat niet zelf zijne lijnen exploiteert en onze ooste
lijke naburen zien dit zoo goed in, dat in Duitsch-
land verreweg de meeste lijnen in handen van den
staat overgaan. Zoolang deze toestand in Nederland
niet bestaat, achten wij het de taak der regeering
voor het publiek bij de maatschappij in de bres te
springen en wij twijfelen niet of wij hebben het voor
een groot deel aan den betrokken Minister te danken,
dat met den zomerdienst de laatste trein uit Vlis
singen behouden bleef. Wij hopen, dat er thans we
derom maatregelen zullen genomen worden om hem
van deze zaak inteüchten. Men bedenke echter, dat
de winterdienst reeds op 1 October aanvangt en dat
dus spoed een eerste vereischte is.
In de Amsterdammer van gisteren komt een
schrijven voor van dr. Smit uit Apeldoorn, waarin hij
eenige naders inlichtingen verschaft omtrent de zaak
van zijn voorgedragen ontslag-als leeraar. In d t schrij
ven, dat te groot is om in zijn geheel door ons te
worden opgenomen, tracht dr. S. te bewijzen, dat het
bezijden de waarheid is, dat hij door de boven hem
gestelde autoriteiten zou gewaarschuwd zijn. Hij deelt
daartoe een drietal ontmoetingen mede.
De eerste maal nu 2 jaren geleden Het da
burgemeester hem bij zich roepeu en verzocht hem in
eene vergadering van de door dr. S. te Apeldoorn op
gerichte vereeniging voor algemeen kies- en stemrecht,
waarin hij dien dag zou optreden, geene sociale vraag
stukken te behandelen; op welk verzoek dr. S. ant
woordde, dat hij dit niet voornemens was, maar wilde
hij het doen, dit wel te mogen zonder toestemming
van de commissie van toezicht. (Welk antwoord de
burgemeester hierop gaf, vermeldt dr. S. niet).
Eene tweede ontmoeting had dr. S. een jaar later
met een ander lid der commissie, doch daarin werd
volgens de beschrijving, die daarvan gegeven wordt,
niet veel belangrijks omtrent de handelingen van dr.
S. gezegd.
De derde ontmoeting had in de eerste helft van de
maand Mei van dit jaar plaats en hoewel dr. S. ge
roepen was bij den burgemeester, vond hij ten gemeente
huize de geheele commissie van toezicht, benevens den
directeur der H.B. S. en den inspecteur dr. VanEyk.
Veel deelt dr. S. van het gesprokene in die bijeenkomst
niet mede, maar het weinige, dat hij er van geeft, is
niet onbelangrijk. Hij zegt namelijk, «dat door den
burgemeester de vraag werd gedaan, of ik, wat mijne
voordrachten betrof, op den ingeslagen weg dacht voort
te gaan 7 Het antwoord was, dat ik gebruik dacht
te blijven maken van de rechten die mij, evenals ieder
ander Nederlander, bij de grondwet waren gewaarborgd.
Ten slotte wees de inspecteur er op, dat ik rechten
en plichten als staatsburger bezat, maar eveneens
rechten en plichten als ambtenaar en dat hij het
aan mij overliet te beslissen in hoeverre ik het eene
zou moeten opofferen voor het andere
En niettegenstaande deze samensprekingen en vooral
de door ons gecursiveerde woorden durft dr. S. zijn
epistel eindigen met de woorden «ziedaar wat
de commissie eene «ernstige waarschuwing" noemt".
Wij vragen, als hoedanig dr. S. dan de woorden
van den inspecteur beschouwt 7 Muet dan bij eene
waarschuwing bepaald met den vinger worden gedreigd
en gezegd ik waarschuw 7 Ons dunkt, dat dr. Van
Eyk in zeer beleefde termen heeft gezegd gij hebt
te kiezen of te deelen.
Opmerkelijk is wat onder het stuk van dr. S. staat
(veimoedelijk van de redactie, hoewel dit niet duide
lijk blijkt). Daarin wordt de vraag geopperd of de
inspecteur de docenten verdedigt tegen willekeur, dan
wel of dia willekeur hem welkom is, en even te voren
of z jne persoonlijke maening hem ertoe kan leiden den
plicht uit het oog te verliezen om te waken voor de
rechten der aan zijn toezicht onderworpen docenten 7
Het komt ons voor, dat de redactie van de Amster
dammer de verhouding van den inspecteur tot de
docenten wel wat vreemd opvat Ze9r zeker heeft een
insp cteur te waken voor de rechten van de docenten
in hunne betrekking, b. v. dat hun geen zwaardere
taak word) opgedragen dan in billijkheid kan worden
geëischt, maar altijd moet die zorg zich bewegen op
het gebied van het onderwijs. Dat echter een inspec
teur ook te waken heeft voor de rechten der docenten
als staatsburger, kunnen wij minder goed beamen.
Veronderstel, dat een leeraar eens beticht wordt, te
recht of ten onrechte, van diefstal, moord of iets der
gelijks, zou dan de betrokken inspecteur wellicht voor
hem moeten pleiten 7
Het is ook bij «de Amsterdammer" als bij de meeste
radicalenmen geeft hoog op van de rechten der in
gezetenen, maar wijdt weinig aandacht aan de plichten
en altijd is men bij verschil van zienswijze tusschen
autoriteiten en ondergeschikten gereed om per se de
zijde der laatsteri te kiezen. Ook de hoogere beambten
bij het onderwijs hebben eene moeielijke taak en zij
hebben Vecht op waardeering van bun pogingen om
het raderwerk van het openbaar onderwijs zoo goed
mogelijk te doen loopen. Eischen zij daarbij te veel
van de krachten der onderwijzers, dan verdient dit
strenge afkeuringmaar waar zij alleen eischen, dat
er iets wordt nagelaten, daar achten wij het niet zoo
zwaar aan dien eisch te voldoen. Maar wij herhalen,
wat wij in ons vorig nommer schrevenKan dr. S.
dien eisch niet inwilligen, dan neme hij zijn ontslag
en wijde zich geheel aan de verwezenlijking van zijn
lievelingsdenkbeeld op maatschappelijk gebied en geve
zijne toewijding aan het onderwijs op. Men kan geen
twee heeren dienen.
Z. M. heeft, met ingang van 6 Nov. a. s., aan
jhr. W. A. Teding van Berkhout, benoemd
leeraar te Goes, op zijn verzoek, eervol ontslag ver
leend als leeraar aan de Rijks hoogere burgerschool
te Waiffum.
Bij Kon. besluit van 22 Sept. zijn benoemd:
tot burgemeester der gemeente Kruiningen C. D e r
Weduwen; en der gemeente Krabbendijke C. C.
W e 11 e m a n.
Bij beschikking van den Minister van marine
zijn o. a. bevorderd, met ingang van 1 October a. s.,
bij het Nederlandsch loodswezen te Vlissingentot
loodskweekeling le kl. de loodskweekeling 2e kl. G.
J. M e ij n d e r t s en tot loodskweekeling 2e kl. de
matroos J. B a I j
In de Woensdag gebonden openbare vergadering
van den Raad van State, afdeeling voor de geschillen
van bestuur, is o. a. behandeld het beroep van
den Gemeenteraad van R i 11 and - Batb
van een besluit van Gedep. Staten van Zeeland, waarbij
goedkeuring is onthouden aan een besluit van dien
Raad tot regeling der jaarwedde van het nieuw te
benoemen hoofd der openbare lagere school te Bath.
Rapporteur de Staatsraad jhr. Van Eysinga. Als ge
machtigde trad op een wethouder van Rilland-Bath.
's Konings beslissing in deze zaak volgt later.
Niet Zaterdag a. s., maar Zaterdag October
zal de Koninklijke familie naar Het Loo
vertrekken.
Z. M. heeft tot Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaa], voor het tijdperk der tegenwoor
dige zitting, benoemd mr. E. J. J. B. C r e m e r s.
In verschillende dagbladen is de vraag gesteld,
waarom de Landbouw-Staatscommissie
over hare werkzaamheden niet het licht der publiciti it
laat schijnen en de pers geheel daar buiten houdt.
De reden daarvan is naar aan het Dagblad van
bevoegde zijde werd medegedeeld dat de Commissie
de adviezen, welke door haar worden uitgebracht, als
Staatseigendom beschouwt en zich derhalve niet ge
rechtigd acht omtrent die adviezen of de daarmede in
verband staande voorbereidende werkzaamheden me-
dedealingen te doen, of de vergaderingen voor het
publiek of de pers toegankelijk te stellen. Dat die
werkzaamheden tot heden nog niet verder gevorderd
zijn, moet voor een deel worden toegeschreven aan
het feit, dat de post voor reis- en verblijfkosten voor
gemelde commissie eerst op de Begroeting voor 1887
voorkwam en er geen zekerheid voor de aanneming
yan dien post bestond, waarom de president zich aan
vankelijk slechts tot het voorbereiden van enkele werk
zaamheden bepalen kon. Bovendien werd na aanneming
van gemelden post de tijd van sommige leden der
commissie voortdurend door dringende bezigheden, on
der anderen door de Grondwetsherziening, ingenomen,
zoodat er gedurende dien tijd van convocatie geen sprake
kon zijn. De twee adviezen, door de commissie tot
heden uitgebiacht, zijn van R geeringswege in de
Staa'scourant bekend gemaakt.
De Stct. van 21 Sept. (no. 222) bevat eene
opgaaf der nummers van de sedert den Isten April
na uitloting. aflosbaar gestelde stukken der 3% pets.
leening van Nederland van 1886, welke op uit. Au
gustus jl. nog niet ter aflossing waren aangeboden.
Den houders van die stukken wordt herinnerd, dat
die obligatiën met 1 April 1887 hebben opgehouden
rente te dragen, en zij worden uitgenoodigd hunne
stukken ten spoedigste ter aflossing aan te bieden
ten kantore van de Nederlandsche Bank, als agent
van 's rijks schatkist, vergezeld van de daarbij be-
hoorende onverschenen coupons en van het bewijs
tot het bekomen van nieuwe coupons.
De heer W. Schram, de bekende aannemer
te Sliedrecht, die zich vóór eenige dagen naar een
aangenomen werk te Ostende had begaven, is daar
van een zandbak gevallen en verdronken.
Staten-Generaal.
TWEEDE KAMER.
Dj heer J. Cremers aanvaardde in de zitting van
gisteren het voorzitterschap met een politieke rede,
waarin hij hoopte, dat allen ernstig zouden nagaan
01 het goede der Grondwetswijzigingen niet overtrof
het minder wenschelijke.
Besloten is de troonrede met een adres te beant
woorden.
Heden te 2 nnr aanbieding der staatsbegrooting.
Ingekomen zijn Grondwetsvoorstellen, Indische be
grooting, verlenging bankoctrooi, verlenging der over
eenkomst met de Nederl. Handelmaatschappij.
Kerkelijke Zaken en Onderwijs.
Op het zestal van predikanten te Leeuwarden
(vacature De Hoest) komt voor ds. Chr. L. Laan te
Goes.
Beroepen te Waarde dr. J. Z Schuurmans Stek
hoven, cand. te Katwijk Binn n.
Bedankt voor de toezegging van beroep naar
Vroomshoop door ds. J. Dommisse te Gapinge.
De Standaard vermeldt nog de volgende giften
voor de Unie-collecte: Wissekerke (N.-B) met Geers-
dijk 79,24%; Kamperland 120,50; Goes met
Wolfertsdijk en Wilhelmioadorp (kerken) 308 31
Tolen met Schakerlo, Poortvlie*, N. Strijen, Scherpe-
nisse en St. Maartensdijk (huizen en kerk) 63,84
Biezelirtge met Kapelle en Eversdijk 108,70.
In de te Amsterdam gehouden bijeenkomst der
Centraal pastoraal conferentie van Christ. Geref. predi
kanten, ouderlingen en diakenen werden referaten
voorgedragen door: Ds. Gispen over «Vergeestelijken"
ds. Van den Hoorn (vaD Tiel) over «De ambten in de
gemeente", en ds. Beuker over «De solidariteit der
gemeenten".
Naar aanleiding van deze referaten werden levendige
discussies gevoerd.
Vooral het laatste referaat, dat over de solidariteit
der gemeenten, gaf aanleiding tot een zeer opgewekt
debat. De brandende kerkelijke quaestie van den dag
werd er dan ook in aangeroerd en, in verband daar
mede, de vereeniging van de Christelijke Gereformeerde
keik met de Nederduitsch Gereformeerde kerken
(doleerende). Geen enkele stem verhief zich tegen de
vereeniging, zoo die eerlijk en op goede grondslagen
kan geschieden Algemeen werd het echter afgekeuid
dat, in de tegenwoordige omstandigheden, leeraren van
de Christel. Geref. k-rk in doleertndo gemeenten gaan
prediken en sacramenten bedienen, gelijk reeds door
een enkele gedaan is.
Door de commissie van een op te richten Chris*.
Geref. gymnasium werd verslag uitgebracht. Hieruit
bleek dat deze zaak, tot nog toe, niet de gewenschte
belangstelling en medewerking genoot, waarop men
bij het begin gerekend had.
Komt er geen spoedige en krachtige medewerking,
dan zal deze stichting voorloopig tot de vrome wenschen
behooren.
Des avonds vergaderden nog eenige broederen, om
te spreken over de christelijke verpleging van blinden
en doolstommen. Men wenscht voor deze ongelukkigen
iets dergelijks tot stand te btengen, als Veldwijk voor
krankzinnigen en zenuwlijders is. Deze besprekingen
hadden natuurlijk een zeer voorloopig karakter. Men
wil het denkbeeld levendig houden, in de hoop dat
de tijd der uitvoering eenmaal kom.
De leden van het Zuider-departement der ver
eeniging van leeraren aan inrichtingen van middelbaar
onderwijs kozen op de vergadering van jl. Zondag tot
leden van het hoofdbestuur, voor den tijd van 3 jaren,
dr. I. I. Couvée, leeraar te Middelburg, voorzitter;
H. Snijder, leeraar te Middelburg, secretaris en A.
Van de Wijnpersse, directeur der H. B. school te
Bergen-op-Zoom, penningmeester.
Landbouw en Veeteelt.
Walcheren. De opbrengst van den tarweoogst is
dit jaar hier over het algemeen zeer ruim. Krijgt men
gewoonlijk van 100 schoven iets meer dan een HL,,
nu is dit twee. Een gemet levert in andere jaren
meestal 10 a 12 HL., thans 20. De bewering, dat
ons eiland op landbouwgebied bij andere streken achter
staat, wordt hierdoor niet bevestigd, al is het genoemde
gunstige resultaat ook ten deele aan den drogen zomer
toeteschrijven.
Rechtszaken.
Arrondissements-rechtbank te Middelburg.
In de zitting van heden zijn veroordeeldN, T.,
24 j., te Krabbendijke, wegens mishandeling tot 8
boete of 6 dagen h.W. De W., 11 j., te Krab
bendijke, wegens diefstal tot 3 dagen h.J. C. Van
H., 20 j., en L. N., 21 j., beiden te Goes, wegens
diefstal de le tot 8 en de 2e tot 6 dagen h.
J. M., 29 j., te Krabbendijke, beklaagd van over
treding der plaatselijke belasting te Krabbendijke, is
ontslagen van rechtsvervolging.
Aan den op haeterdaad betrapten graandief K.
v. d. Bte Sluis (Heille), zie ons nommer van 16
September jl., wiens zaak op 7 October a. s. voor de
Arrondissements rechtbank te Middelburg zal worden
behandeld, is ambtshalve als verdediger toegevoegd
mr. C. Lucasse, advocaat en procureur te Middelburg.
Buitenlandsch Overzicht.
Er is weinig nieuws en het belangrijkste onder dat
weinige, belangrijk voor de mogelijke gevolgen, is de
houding der radicalen in Frankrijk tegenover het
manifest van den graaf van Parijs. Zij eischen, dat de
regeering alle Orleanistische en Bonapartistische prinsen
zal verwijderen of liever daartoe het voorstel zal doen
bij de Kamer. Natuurlijk is de rechterzijde daarover
zeer verwoed en zij waarschuwt de regeering zich niet
weder in de armen der uiterste linkerzijde te werpen.
Men kan dus in de nienwe zitting eenige interpellaties
verwachten en het is niet onwaarschijnlijk, dat het
ministerie er niet zonder kleerscheuren zal afkomen.
Den Russischen Czaar schijnt het te Kopenhagen
zoo goed te bevallen dat hij zijn vertrek nog eenigen
tijd heeft uitgesteld. Omtrent een bezoek van hem
aan den Duitschen keizer wordt niets meer vernomen.
De Russische pers blijft zich afkeerig toonen van
het denkbeeld, dat aan Duitschland de regeling der
Bulgaarsche quaestie zou zijn te danken. Zij sterkt
het wantrouwen tegen Dnilschland en vond daartoe
nieuwe gelegenheid in het bezoek, dat de Oostenrijk-
sche Minister van Buitenlandsche Zaken Kalnoky te
Friedrichsruh aan Bismarck heeft gebracht. Het is
waar, dat «de krachtige houding" van Duitschland
tegenover de Bulgaarsche Regeering vele organen in
Rnsland iets kalmer heeft gestemdmaar het is ook
waar, dat andere bladen het nu over een anderen
boeg gooien, om de antipathie levendig te houden.
Zoo o. a. de Franschgezinde Swjet.
Het blad schrijft, dat vriendschap tusschen twee
Mogendheden niet mogelijk is, wanneer zij elkander
op politiek- en handelsgebied afbreuk doen. Tegen
over de Duitsche beschermende rechten kan Rusland
niet op zijn gebied de Duitsche industrie begunstigen.
Wij zijn overtuigd, zoo gaat het genoemde blad voort,
dat d- tpgen de Duitsche politiek vijandige stemming
in Rusland niet op vo roordeelen en blinden haat be
rust, maar in dit geval het resultaat is van de voort
durende aanranding van Rusland's levensbelangen door
Duitschland Er wordt dan op gewezen, dat ook in
vloedrijke Duitsche bladen erkennen, dat het met de
Duitsch-Russische vriendschap gedaan is, omdat de
Russen inzien, hoevet 1 nadeel Duitschland hun berokkent.
De houding der mogendheden in de Bulgaarsche
quaestie schijnt den Sultan niet te bevallen. Hij heeft
daaromtrent naar't heet weder eens een notagemnden,
ditmaal alleen aan Rusland. In dit stuk wordt g-zegd
dat, met het oog op de houding van zekere Euro-
peesche Kabinetten, welke het aannemen der Russische
voorstellen weinig waarschijnlijk maakt, de Porte, ten
einde eene mislukking te voorkomen, zich verplicht
acht eene nieuwe gedachtenwisseling uit te lokken,
oplat het gemeenschappelijk overleg leide tot eene
zoodanige regeling als de goedk- uring van alle mogeud-
h. den kan verwerven,