publiek. Het spel van den knaap wekte dan ook ieders
verbazing, bijzonder gemakkelijk en zeker speelde hij
het pianoconcert in C. Mol «an Beethoven, een wals
van eigen compositie, een mazurka en een nocturne
van Chopin, een Polacca van Weber en een wals van
Chopin. Luide toejuichingen vielen den jeudigen kunste
naar ten deel.
De heer M. H. Van 'tKruijs te Rotterdam schrijft
in de N. R. Ct. daaromtrent o. a.
«Musici en dilettanten, die verzuimden dit concert
bij te wonen, mogen zich dat wel beklagen,
Eene andere vraag echter is, ot het van de ouders
wel verstandig genoemd mag worden, dat zij het kind
nu reeds aan het vermoeiende reizen blootstellen. Voor
niet minder dan 100 achtereenvolgens te geven con
certen in Engeland is de knaap geëngageerd, waarmede
hij 60,000 verdient, en zekerlijk zullen nog meer
concerten daarop moeten volgen. Zeker, het is wel te
begrijpen, dat geld en roem een groot lokaas voor de
ouders zijn, maar wanneer het kind, dat blijkbaar eene
uitstekende leiding genoot, rustig was blijven voort-
studeeren, in plaats van nu reeds overal op te treden,
wellicht ware dat beter geweest. Daarbij komt nog
dat, voor den nadenkenden toehoorder, de knaap toch
min of meer eenen pijnlijken indruk maken moet, want,
hoe geniaal het kind ook is, de ontwikkeling der tech
niek vordert veel studie en inspanning.
Dit alles neemt echter niet weg, dat Jozef Hofmann
nu retds onder de pianisten van den eersten rang ge
teld mag worden en hem, bij behoud zijner gezondheid
en bij goede leiding, eene schitterende toekomst is
weggelegd".
Dinsdag a. s. zal het knaapje andermaal een con
cert geven.
In den loop dezer maand nog zal in de zaal
sirene" te Rotterdam een electrisch orgel gereed ko
men, het eerste instrument van dien aard in Neder
land- De dispositie is bewerkt door den he r M. H.
Van 't Kruijs, die het toezicht heeft over het opstellen
er van.
Buitenlandsch Overzicht.
Er is geene verandering in het Bulgaargche vraag
stuk gekomen en het laat zich aanzien, dat w ij daarop
nog lang kunnen wachten. De Sultan, die in de eerste
plaats de persoon is, die in de zaken moet ingrijpen,
doet niets anders dan advies vragen aan de groote
mogendheden, die ook geen lust hebben iets aan de
zaken te veranderen. Opmerkelijk intusschen is, wat
de Italiaansche gezant bij de Porte op eene audiëntie
bij den Sultan over de Bulgaarsche quaestie gezegd
heefr. Volgens baron Blanc staat de Porte tegenover
voldongen feiten: de verkiezing van den Vorst van
Coburg en zijne aanvaarding van de regeering. De
verkiezing heeft wellicht niet geheel plaats gehad in
overeenstemming met de wettelijke voorschriften maar,
wat men ook moge tegenwerpen, de uitverkorene der
Sobranje is wel degelijk ook de uitverkorene van de
natie. Welnu, Italië, dat zijne eenheid heeft tot stand
gebracht in naam van het nationaliteits-beginsel, en
dat zelf Europa tegenover eene reeks van voldongen
feiten heeft geplaatst, is vast besloten, den Bulgaren
het recht toe te kennen om te handelen, gelijk het
zelf heeft gedaan, dat wil zeggen, het recht om hun
lot te regelen in overeenstemming met hunne behoef
ten, zonder zich te storen aan de inmenging der mo
gendheden.
«Wij erkennen zeide de gezant «dat Vorst
Ferdinand van Coburg niet correct heeft gehandeld,
toen hij de Regeering aanvaardde zonder de toest-m-
ming van Uwe Majesteit en van de groote Mogend
heden, die het traktaat van Berlijn onderteekenden
maar deze onregelmatige toestand kan regelmatig wor
den gemaakt. Daartoe moeten de Mogendheden zich
met elkander verstaan en indien wij aan de Regeer ing
van Uwe Majesteit een raad mochten geven, zou bet
zijn, dat zij moest trachten die overeenstemming lai gs
Terwijl nu de lamp een zacht licbt over de buste
vóór ons wierp, terwijl het geraas van de volkrijke
stad uit de verte tot ons doordrong, vertelde mijn
vriend het volgende:
«Het is twee jaar geleden, dat ik haar leerde ken
nen. Toen gij deze stad verliet had ik mijn atelier
nog in het noorden der stad. Ik zag haar het eerst
op den dag, dat ik mij in deze straat vestigde. Zij
woonde in het huis biernaast met hare moeder en
voorzag in haar beider onderhoud door het beschil
deren van waaiers. Gij hebt haar zelf gezien en het
zal u niet verwonderen, dat van het eerste oogenblik,
waarop ik haar zag, haar trekken niet meer uit mijne
gedachte gingeD. Toen was zij nog mooier, want ge
moet weten
Hij stond op en streek met de hand langs de buste
«hier deze trek was toen nog niet op haar gelaat
zichtbaar en hare oogen keken vrij de wereld in".
Hij zette zich weder naast mij
«Zij bemerkte wel ras, dat ik haar liefhad, maar
ik heb het haar toen toch nooit gezegd. Ik was bijna
iederen avond bij haar en hare moeder. De oude was
ziekelijk en zat meestal zwijgend bij ons te breien,
terwijl Irma schilderde. Gij kunt n niet voorstellen,
boe mooi zij was, terwijl zij met blozende wargen over
haren arbeid zat gebogen of met haren majestueust n
gang op en neder ging. Soms kwam zij hier om naar
mijn arbeid te kijken. Zij zag alles, iedere greep, die
mij gelukte, iedere gedachte, waaraan ik vorm wilde
geven, alleen het aileg verteerende vuur, dat mij door
straalde, zag zij niet".
Everhard zweeg een oogenblik en leunde uitgeput
met het hoofd achterover.
»Dat zou ik alles nog hebben kunnen verdragen",
vervolgde hij op den zelfden doffen toon. «Ik dacht:
zij zal wellicht nimmer een man liefhebben. Hoe kon
ik ooit znlk een dwaas denkbeeld koesteren!
«Op zekeren dag kwam er iemand hier in mijn
atelier. Een knap man van hooge geboorte. Hij had
graag, dat men hem een beschermer der kunst noemde.
«Die werd de man, dien zij lief kreeg. Zij was hier,
toen hij kwam om mij eene opdracht te geven. AI
den tijd, dat hij hier was, wendde zij haar blik niet
vac hmi af; het was alsof hij haar dwong hem aan-
tczun. We dra kwam hij terug, ducli het duurdeniet
diplomatieken weg te verkrijgen. Inderdaad, aan elke
andere wijze van handelen schijnen ons groote gevaren
verbonden te zijn. Eene sommatie aan den Vorst, om
Bulgarije te verlaten, kan zonder uitwerking blijven;
een gewapende tusschenkomst zou nog ernstiger gevaren
kunnen doen ontstaan. Indien eens het kanon zich in
Oost-Rumelië heeft doen hooren, kan niemand voorzien,
wat de gevolgen zullen zijn. Indien de gebiedsverdeeling
op het Balkan-schiereiland wordt gewijzigd ten behoeve
van eene mogendheid, zal eene andere mogendheid niet
in gebreke blijven om ook van hare zijde eischen te
stellen, en niemand is onbekend met de plannen eener
mogendheid op Salonichi. Welke ook de tegenwoordige
banden zijn, waardoor Italië is gebonden, het zou der
gelijke wijzigingen niet kunnen goedkeuren, want het
acht 't van het grootste belang, dat Salonichi Turksch
grondgebied blijve".
Hieruit spreekt werkelijk eenigermate een opinie,
maar eene, die vermoedelijk niet met die van Rusland
zal strooken en zoolang de mogendheden het niet
daarheen hebben geleid, dat de Czaar wat zachter
wordt gestemd, is weinig aan de zaken te veranderen.
De Franschen zijn opgetogen over het succes, dat
de mobilisatie van het 17e legerkorps heeft gehad en
werkelijk schijnt gebleken te zijn, dat het Fransche
leger thans uitstekend is ingericht. Wanneer dit maar
geene aanleiding is, dat er weêr meer gezegd en ge
daan wordt, dan aan andere natiën welgevallig kan zijn.
Gemengde Berichten.
Bij het afbreken van een huis op de Kade alhier,
dat verbouwd wordt, verloor heden een werkman bij
het neervieren van een balk het evenwicht, tengevolge
waarvan hij zich vrij ernstig aan het hoofd verwondde,
terwijl op de Groote markt een meisje het wiel van
een rijtuig over den arm kreeg. Beiden zijn naar hunne
woningen overgebracht.
Te Borsele werden Zaterdag tamelijk ontwikkelde
oesters gevent en verkocht voor twee cent per stuk.
Zij waren afkomstig van den laagwaterberm aan den
oever van Borsele, waar zij langs natuurlijken weg
zijn gezaaid en gekweekt.
Vrijdag viel een boerenknecht onder Borsele van
een kar met klavers, door het schrikken van het
daarvoor gespannen paard. Hij had het ongeluk daarbij
zijn arm te breken.
Kortgene. Zaterdag had alhier een jongen van 9
jaar, die met een wagen was medegereden om een
voer boonen van het veld te halen, het ongpiuk van
dien wagen te vallen, waardoor het voorwiel hem
over het been ging en dit erg bezeerde, zoodat hij
naar huis moest gedragen worden en geneeskundige
hulp moest worden ingeroepen.
Ierseke. Vrijdag bereidde het gemeentebestuur den
werklieden, die aan den toren werkzaam zijn, een
aangenamen avond. Allen werden onthaald op broodjes
met vleesch of ham, bier en andere ververschingen.
De burgemeester, die hun bezocht, betuigde zijne te
vredenheid over hun gedrag en hunne onthouding
vaD sterkedrank, waaraan het in de eerste plaats
moest toegeschreven worden, dat tot heden geen on
gelukken waren voorgevallen. De werklieden antwoord
den daarop met het roepen van «Leve 't gemeente
bestuur 1 Leve de burgt me steren het zingen van
iWien Neerlandsch bloed" en sleten den avond onder
genoegelijk samenzijn.
Te Eikerzee, een piaatsje van ongeveer 500 zie
len, behoeft de winter door de arbeidende klasse niet
angstig tegemoet gezien te worden. Er zal 25 hec
taren vlas worden verwerkt, wat ruim ƒ6000 arbeids
loon afwerpt.
Vrijdag is uit de Kaai nabij de Bateauporte te
Middelburg een zak opgevischt, waarin zich ongeveer
20 kilo vleesch bevond en naar het politiebureau
overgebracht. (M. Ct.)
lang meer of in stede van bij mij, kwam hij hiernaast
bij de beide vrouwen. Hij, de beschermer der kunst,
bezocht het atelier der jonge schilderes wie kon
daarin iets verkeerds zien Maar de wereld zag er
wel wat in. Ik hoorde op zekeren dag erover praten
en ik ging heen om Irma te waarschuwen.
Toen ik haar gezegd bad, wat ik zeggen wilde, keek
zij mij met een raadselachtige blik aanhet scheen,
alsof er een geheele wereld vol onbegrijpelijke dingen
voor haar geest oprees.
«Weet gij wel, wat gij doet, mijnheer Eberhard?"
«Ik wil er u voor behoeden, dat uwe goede naam
verloren gaat."
«Weet gij wat gij doet? Gij wilt eene vrouw, die
bemint, bang maken voor het gepraat van de menschen.
Eene vrouw, die bemint 1"
Zij trad op mij toe en greep mijne hand.
«En weet gij, wat ik zal doen? Ik zal de geheele
wereld uitlachen, als hij mij liefheeftik zal hel en
hemel trotseeren, als hij mij bemint, ik zal, o, God ik
zal mij desnoods met voeten laten treden, ik wil des
noods sterven. Maar leven zonder hem, nooit, nooit I"
Zij was buiten zichzelven. Dat ieder woord mij eene
bloedende wonde in het hart sloeg, wist zij niet. En
toch kon bij mijn ondragelijk lijden mijn kunstenaars
blik niet anders dan iedere lijn van dit heerlijk gelaat
bewonderen en gretig de vormen van haar gestalte in
zich opnemen, zooals zij daar voor mij stond, sprekende
over hare liefde
Den volgenden dag vernam ik toevallig, dat hij, de
groote beschermer der kunst, getrouwd was. Ik kookte
van woede. Indien hij haar getrouwd had, dat zou ik
wellicht hebben verdragen maar dat hij zoo met haar
hart had gespeeld, was verschrikkelijk. Ik besloot het
haar zelf te gaan vertellen. Toen ik des avonds naar
haar toe wilde gaan, bleef ik in de halfgeopende deur
staan. Hij was bij Irma. Wat ik hoorde hield mij op
mijne plaats gebonden, ik kon noch vooruit, noch ach
teruit. Hij stond midden in de kamer en zij zat voor
hem, leunende op de tafel. Zij zag doodsbleek en hare
schoone gestalte scheen geknakt.
«En nu", hoorde ik hem zeggen, «straf mij, Irma,
omdat ik het u niet eerder heb gezegd. Ik kan niets
tot mijne verontschuldiging bijbrengen, dan alleen, dat
ik liet u niet kon zeggen. Dat ik dit heden wel doe
Naar d* M. C. verneemt, is door den minister
van oorlog, tengevolge van de bekende zaak, het contract
voor de levering van vleesch aan het garnizoen te
Middelburg met den slager J. Leijne verbroken.
De vrouw, van wie onlangs uit Haarlem werd
gemeld, dat zij haren man had verlaten met mede
neming van 4000 en naar Amerika zou zijn gegaan,
heeft bet, waarschijnlijk door de verre reis afgeschrikt,
niet verder gebracht dan Breda. Het geld, door haar
medegenomen, bedraagt ongeveer ƒ2000.
Jozef Hoffman (zie Kunstnieuwx) was Zaterdag
aan het Scheveningsche strand druk aan het zand
scheppen; menigeen maakte natuurlijk van de gelegen
heid gebruik om het geniale kereltje eens van nabij
te zien.
De Rechtbank te Leeuwarden heeft een land
bouwer te Minnertsga tot 25 boete veroordeeld,
omdat deze een paard, dat zich in het land niet dan
na veel moeite liet ophalen, in de schuur met een touw
vastgebonden en toen met een knuppel geslagen had.
In den laatsten tijd werden er te Amsterdam
vele valsche guldens in omloop gebracht. Door de na-
sporiDgen der politie is het gelukt den dader, zekeren
R., op heeterdaad te betrappen, toen hij met het ma
ken van valsche munt bezig was.
Te Vlissingen is Donderdag alweder eene hoe
veelheid aldaar ingevoerd vleesch ditmaal schapen-
vleesch door den gemeente-keurmeester van het
geslacht, als voor gebruik ongeschikt zijnde, afgekeurd
en daarna onder toezicht der politie in zee geworpen.
Dit vleesch was afkomstig van denzelfden slager
P. Koolwijk te Middelburg door wien in de vorige
week eeue partij rundvleesch, waarmede hetzelfde plaats
vond, werd ingevoerd.
Door den gemeenteveldwachter te Arnemuiden
is, op grond van art. 330 van het wetboek van straf
recht, bij den winkelier J. O. aldaar eene hoeveelheid
Amerikaansche reuzel in beslag genomen en naar de
justitie te Middelburg opgezonden, ten einde scheikundig
onderzocht te worden. Er wareu vermoedens gerezen, dat
deze reuzel door bijmenging van andere bestanddeelen
zou zijn vervascht.
Uit Utrecht wordt aan de N. R. Ct. geseind,
dat in het gebouw aan den Krommen Rijn aldaar,
waar de socialisten gisteravond zouden vergadeien, des
middags door eene groep jongens en mannen alles kort
en klein geslagen. De vaten bier werden in den Rijn
geworpen, en stapels socialistische boekskens en blaadjes
uit het huis gedragen en verscheurd. De politie kwam,
nadat de plundering was geschied. Hoewel er eene
talrijke menigte in de straten rondzwierf, was later op
den dag alles weder rustig.
Alhoewel het Vrijdagavond te Rotterdam niet
zoo woelig was als den vorigen avond, was er toch
veel volk op de been, en trokken benden kinderen,
waarbij enkele groote knapen en volwassenen, vader
landslievende of anti-socialistische liederen zingende,
de stad in alle richtingen door. Overal waar de ben
den op de patrouilles door de politie gevormd stuitten,
werden zij uiteen gedreven zonder dat daardoor eene
ernstige botsing ontstond.
Dit alles heeft echter niet kunnen beletten, dat hier
en daar steenworpen op huizen werden gericht. Daar
door zijn op verschillende plaatsen weder glasruiten
verbrijzeld.
Tegen middernacht had de stad baar gewoon aanzien
hernomen.
In den laten avond had eene vechtpartij plaats aan
den Binnenweg, waar de in bet hofje Lammetjesgroen
wonende socialisten werden aangevallen. Tot ernstige
gevolgen voor eene der beide partijen heeft dit geinkkig
niet geleid.
Minder goed is er de kastelein afgekomen van de
tapperij aan de Goudsche Wagenstraat, welke Donder
dagavond werd verwoest. De tapper, een socialist, had
is geen heldendaad ik moest bet u zeggen, omdat
wij voor altijd afscheid van elkander moeten nemen".
Zij bewoog zich nog altijd niet en hij vervolgde
op gejaagden toon: «Mijne vronw moet naar het
zuiden, Irma, en ik moet mede. Daarom wilde ik u
heden vaarwel zeggen
Zij liet een langgerekten kreet hooren en viel voor
hem op de kniëen.
«O, mijn God", kreunde zij, «doe dat niet I Gij
moogt niet weg, gij moogt mij niet verlaten dood
mij, maar verlaat mij niet!"
Hij boog zich tot haar. «Irma", sprak hij, kom,
sta op en herstel u. Laat het ons beiden een troost
zijn, dat wij elkander beminnen. Want, versta mij
wel, indien ik hier blijf, dat wordt gij door de wereld
veroordeeld 1"
«De wereldriep zij snikkend. «Wat gaf zij mij
en wat geef ik om haar U heb ik lief, voor n alleen
wil ik leven, zie mij aan, ben ik niet mooi? Wat
verlang ik van u Niets dan uw bijzijn, een blik, een
kus, een vriendelijk woordach, uw hond kan niet
minder eischen".
«O, Irma", sprak hij, terwijl hij haar oprichtte,
«ik weet het wel, dat gij mij bemint. Ik ben een
slecht mensch, dat ik het zoover heb laten komen
maar is dit niet te begrijpen, daar ik u ook lief had?"
«Lief had?" herhaalde zij.
«Neen, neen;" hernam hij snel, «ik heb u nog
lief, ik zal u altijd blijven liefhebben, mijne Irma.
Maar ziet gij. ik heb u te lief, om uw leven te willen
vergallenLaat mij gaan en tracht mij te vergeten".
Zij mompelde nog zachtkens: «Mijn leven niet ver
gallen! Mijn leven!" Toen keek zij hem nog eenmaal
aan en van dat oogenblik had zij dien matten, doffen
blik, dien gij van haar gezien hebt.
»Ga", sprak zij; «maar zonder u kan ik niet leven.
Ik gevoel het."
Hij drukte nog zachtkens een kus op haar voor
hoofd; ik trad achter de deur en liet hem voorbij.
Ook ik had hier niets meer te verrichten en ik ging
daarom naar mijne kamers terug.
Dat was het begin van het einde. Van dat oogen
blik begon zij te sterven. Hare moeder stierf werkelijk
eenige weken daarna en zij bleef alleen achter. Tegen
over mij spreidde zij een ongekende zachtheid en
zich op straat gewaagd, werd herkend en terstond
aangerand. Hij nam de vlucht, werd achterhaald en
ontving door eenen steenworp eene nog al ernstige ver
wonding aan het hoofd. Door tusschenkomst van de
politie is hij voor verder ongeval gevrijwaard.
Gelukkig kan worden gemeld, dat Zaterdagavond
de rust nergens werd verstoord en de stad haar gewoon
aanzien hernomen heeft.
Intusschen blijkt uit de nadere bijzonderheden om
trent de verregaande uitspattingen van het Rotterdam-
sche grauw, dat de politie niet bij machte is geweest,
de blinde vernielzucht van eene opgewonden bende te
betengelen. De geheele stad door treft men maar al
te duidelijke sporen der ernstige wanordelijkheden aan.
Onder de leus van eene anti-socialistische demonstratie
heeft men zich schandelijk vergrepen aan den eigen
dom ook van geheel buiten de beweging staande per
sonen, die zich op geenerlei wijze konden vrijwaren
tegen schade.
Niet alleen toch zijn van honderden huizen in ver
schillende buurten de vensterruiten verbrijzeld, maar
in de woningen, winkeltjes en herbergen van sommige
socialisten is ook van binnen alles kort en klein ge
slagen, en velen hunner hebben ook lichamelijke mis
handelingen ondergaan.
Naar aanleiding van een voorval op de Witte
Sociëteit te 's-Hage heeft op Belgisch grondgebnd
een duel plaatsgehad tusschen twee Haagsche heerer,
M. en S.
Daaromtrent schrijft de Haagsche correspondent der
N. Gron. Ct. in zijne wekelijksche kroniek
Eene andere Haagsche historie is ook sedert een
psar weken het onderwerp van alie gesprekken. Hot
is een Fransch avontuur. Zekere heer M., gehuwd met
mej. D., had sedert eenigen tijd eene vurige liefde op
gevat voor de vriendin zijner eega en buurjuffer, mej. S.
Hij had het jonge meisje zijn geheim niet slechts
geopenbaard, maar zelfs voorstellen gedaan om te
vluchten, ver weg, naar eene onbewoonde landstreek,
denk ik, waar alleen vogeltjes getuigen zouden zijn
van hunne zaligheid, op bergen of meren genoten. Hoe
juffrouw S. er over dacht, weet ik niet, maar haar
broeder, een flinke ridderlijke jongeD, te Brussel stu-
deerende, vernam er iets van en kwam naar Den Haag,
om den heer M. een duchtig pak slaag toe te dienen
en hem uit zijne dweepzieke droomen tot de werke
lijkheid terug te brengen. Dit geschiedde bij eene ont
moeting in ODze «Witte", en er volgde eene uitdaging
op tot een duelde getuigen kwamen alles overeen
(het waren de luit. L. en Van der B. en twee Bel
gische officieren)het tweegevecht zou op de Lim-
burgsch-Duitsche grens plaats hebben, waardoor het
feit onstrafbaar zou worden.
Maar wat gebeurde Op den voor het duel bepaalden
dag ontvangt de heer S. te Brussel een telegram, dat
M. zich terugtrekt en niet komt. Hij ging dus niet
naar de afgesproken plaats. Maar M. en zijne getuigen
waren er wèl; een derde, vermoedelijk mej. S.
had om den jongen man, die het voor de eer zijner
zuster opnam, te behoeden voor bet moordend staal
van den verleider S. in de zonderlinge positie ge
bracht van afwezig te blijven op het appèl en zoo den
schijn eener lafhartigheid op zich te laden, waarvan
zijn gedrag allerminst de blijken droeg. Weldra echter
helderde zich het gebeurde op, doordien de getuigen
van M. op de «Witte" een proces-verbaal ter leziDg
hadden gelegd, waarin zij constateerden, dat S., niet
verschenen zijnde, in gebreke was gebleven te voldoen
aan de eischen van eer en plicht. De beau róle voor
den beleediger duurde niet lang. Nauwelijks was S.
op de hoogte gebracht of hij eischte een nader twee
gevecht (onder overlegging van het bewijs dat hij was
misleid), en dit duel moet nu inderdaad hebben plaats
gehad. S. moet daarbij, naar ik hoor, eene lichte ver
wonding aan het hoofd hebben bekomen. Dat intusschen
M. veel dieper is getroffen, in de schatting van alle
eerlijke, zedelijke lieden 1
vriendelijkheid ten toon.
Eens nu ja, eens heb ik haar van mijne liefde
gesproken; maar zij streelde alleen mijne hand en
zeide niets dan: «arme Eberhard." Toen beloofde zij
mij tot model te dienen. «Het is het eenige wat ik
u in ruil voor uwe liefde geven kan", zeide zij. «Dat
wil ik u niet onthouden."
Weder zweeg Eberhard een geruimen tijd. Hij zag
er ziekelijk uit en ik wilde hem naar zijne kamer
brengen; maar hij wilde niet. «Kijk", sprak hij, «dat
is nu eene vreemde ketting. Zij kon zonder hem niet
leven en ik kan niet leven zonder haar. Wat is het
noodlot toch grillig." Hij stond weder voor de buste
en knikte er tegen. «Zij gelijkt goed", zeide hij; «ik
zal haar in marmer uithouwen."
Op zekeren dag kort nadat wij Irma grafwaarts
hadden geleid kreeg ik een klein briefje van hem
met bet verzoek eens bij hem te komen. Ik vond hem
zeer verzwakt, zoowel geestelijk als lichamelijk.
«Men heeft de buste van mij gekocht", zeide bij«zij
komt in de kunstgalerij. Groote eer voor Irma en voor mij.
Gelooft gij, dat het haar iets kan schelen? Ik ook niet".
Daarop keek hij mij lang aan. «Gij zijt een beste
kerel", zeide hij; «ik geloof waarlijk dat gij U angstig
maakt over mijn toestand. Ik zeg U eerlijk, dat gij
gelijk hebt, ik zal Irma spoedig volgen, maar ik weet
nog niet wanneer. Ik beb C wel gezegd, dat ik zon
der baar niet kon leven".
Zoo bleef zijn toestand acht dageu; ik verloor hem
geen minuut uit bet oog. Aan den avond van den
achtsten dag had men de buste weggehaald, die hij
mij, vreemd genoeg, niet meer had laten zien. «Later
later", sprak hij. «Gij zult haar immers in de kunst
galerij zien".
Toen de mannen met het beeld vertrokken waren,
keek hij mij nog eenmaal aan en slaakte een diepen
zucht, alsof hem een zware last van het hart was
genomen. Daarop ging hij naar de kamer naast lijn
atelier en een schot weerklonk.
In een der meest beroemde kunstgalerijen staat de
marmeren buste in haar volle pracht. Met moeite
wendt de bezoeker zich af van den weemoedigen blik
dier wondervolle oogen, van den droeven mond, die
een eindeloos treurige geschiedenis schijnt te vertellen.