5 Ait. 15. De in dienst zijnde leden zullen voorzien moeten zijn van een onderscheidingsteeken, bestaande in een ronde koperen plaat, waarop zal zijn gegraveerd het woord „werklieden" met bijvoeging van een nummer, bevestigd op een lederen band, die om den linkerarm is vastge maakt, op verbeurte eener boete van vijftien cents. Art. 16. De commissarissen en leden, die belanghebbenden, welke zelve hunne goederen willen vervoeren, onbe tamelijk bejegenendie vorderingen doen in strijd met het vastgestelde of vasttestellen tarief, of die in eenig opzicht reden geven tot klachten, alles ter beoordeeling van den hoofdcommissaris, zullen door dezen gestraft worden met schorsing of verwijdering uit de vereeni- ging, onverminderd de vervolging, indien daartoe termen bestaan. Art. 17. Het verschuldigde voor de verwerking der goederen wordt dadelijk aan den boekhouder overgebracht, op straffe van vervallenverklaring van het lidmaatschap. Aan het einde der week worden de verzamelde loonen door den boekhouder, onder inhouding van vier cents van iedere gulden, aan den commissaris der week over handigd, ter verdeeling onder de werklieden, naar rato, dat ieder van deze is werkzaam geweest. Wie aan de vereeniging nog iets verschuldigd is, zal zooveel minder aan loon ontvangen, teneinde zijne schuld aan te zuiveren. Yan de ingehouden gelden zal worden gestort in de kas der vereeniging zal 3/s strekken tot belooning van den boekhouder en 3/i 6 tot belooning van ieder der commissarissen, welke laatste bovendien met de leden der vereeniging gelijkelijk in het loon deelen. Acht de hoofdcommissaris de inhouding voor de kas der vereeniging niet noodig, dan kan hij deze achterwege laten en wordt dus slechts 3 pet. geheven. De boek houder geniet alsdan de helft en de beide commissarissen te zamen de wederhelft van het ingehouden bedrag. Art. 18. ïn het vergaderhuis der werklieden zullen lo. geen bier of sterkedrank gebruikt worden; 2o geen onvoegzame

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1887 | | pagina bijlage 5