1887. N°. 92.
Zaterdag 6 Augustus.
74ste jaargang.
-Cir>CS»CS=«ïb>Ci»»-
GOESCHË
De uitgave dezer Courant geschiedt Haandag, Woensdag en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75.
Behalve aan ons Bureau worden Abonnementen en Advertentiën voor dit blad
aangenomen bij de heeren NIJGH VAN DITMAR te Rotterdam en verder
bij alle Boekverkoopers en Postdirecteuren.
COURANT.
De prijs der gewone advertentiën is van i5 regels 50 cent, elke regel meer 10 cent.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts
tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van t8 regels a f 1,— berekend.
Dienstaanbied ngen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ct.
Aanviragen om en vermelding van liefdegaven 5 cent per regel.
GOES, 5 Augustus 1887.
In de gisteravond onder voorzitterschap van den
heer J. Fransen Van de Putte alhier gehouden ver
gadering van de liberale kiesvereeniging »Goes" was
aan de orde het opmaken van candidatenlijsten voor
de a. s. verkiezingen voor de Prov. Staten en voor de
2e Kamer.
Voor het lidmaatschap van de Prov. Staten werd
door den heer Van Gorkom genoemd dhr. Z. D. V a n
der Bilt LaMotthe, een man die de noodige
capaciteiten bezit om het lidmaatschap van de Staten
naar behooren waar te nemen en die tevens eene hooge
mate van populariteit geniet. De heer La Motthe is
een man van groote werkkracht en iemand, die in
talloos veel betrekkingen goede diensten bewijst. Spr.
beschouwt hem als een factotum in den waren zin
des woords en beveelt hem aan als een man a tout
usage, als iemand, die wanneer hij A heeft gezegd
het geheels alphabeth zal afhandelen, als een man
van het woord, maar vooral ook van de daad, die
als burgemeester en secretaris geacht mag worden
voldoende op de hoogte te zijn van de gemeente
administratie, maar die tevens èn als gemeente-ont
vanger en door zijne andere financiëele betrekkingen
ook op financieel gebied goed bekend is, terwijl hij
ook in polderzaken voorzeker geen vreemdeling is.
Daarbij gevoegd de groote tact, dien de heer La Motthe
bezit om met de menschen om te gaan, dan durft
spr. hem met gerustheid aan de kiezers aanbevelen.
De heer Ochtman wenscht den heer J. J. Van
G o r s e 1burgemeester van Rilland-Bath, op de lijst
te plaatsen. Hij is een zeer degelijk man, die zeer
goed op de hoogte is van administratieve en polder
zaken. Bovendien komt het spr. gewenscht voor uit
het oosten van het eiland een vertegenwoordiger te
kiezen.
De heer Van Gorkom kent den heer Van Gorsel
als een goed en ontwikkeld man, maar hij heett bij
hem niet altijd die vastheid van beginselen, die kracht
en die energie gevonden, welke spr. wenscht in een
lid van de prov. vertegenwoordiging en die noodig is
om anderen tot zijne meening over te halen.
De heeren Ochtman en J. M. Kakebeeke verdedigen
de candidatuur-Van Gorsel. Zij integendeel hebben hem
meermalen in zaken leeren kennen en zij hebben daarbij
gelegenheid gehad op te merken, dat dhr. Van Gorsel
pal staat voor zijne opinie en dat hij die tegenover
eene groote meerderheid durft verdedigen.
De heer Kakebeeke stelt daarop voor den heer J. J.
Van Weel te Wolfertsdijk en verdedigt diens can-
didatuur hoofdzakelijk op dezelfde gronden, die dhr.
Ochtman voor de candidatuur-Van Gorsel aanvoerde.
Het eenige verschil is, dat de heer Van Weel niet in
het oosten maar in het westen des eilands woont.
Spreker hecht er vooral aan, dat men niet altijd in
de stad de candidaten zoekt, maar ook eens op het
platteland
De heer Ramondt bespreekt de candidatuur van
den heer G. J. Van den Bosch te Wilhelmina-
dorp, een man met een uitstekenden naam door het
gaasche land, die specialiteit is op het gebied van den
landbouw, en tevens volkomen op de hoogte is van
gemeente- en polderzaken. Hij moge op kerkelijk ge
bied orthodox zijn, op politiek gebied meent spr. dat
de heer Van den Bosch meermalen getoond heeft de
liberale beginselen te zijn toegedaan. De keuze van
zulk een alleszins bekwaam man zou eene groote aan
winst zijn voor de Prov." Staten, terwijl de kans van
slagen van dezen candidaat zeer groot zou zijn.
De heer mr. Bybau onderschrijft gaarne al het goede
door dhr. Ramondt over dhr. Van den Bosch gezegd
doch de bewering omtrent de politieke beginselen van
dezen acht spr. niet genoegzaam gestaafd.
De heer J. M. Kakebeeke wijst erop, dat de heer
Van den Bosch herhaaldelijk openlijk de candidatuur
van liberale afgevaardigden heeft onderteekend, terwijl
de heer Ramondt nog nader beweert, dat de heer
Van den Bosch gebleken is, voorstander te zijn van
openbaar onderwijs.
Op eene vraag van den Voorzitter of de heer Van
den Bosch eene candidatuur zou aannemen, wordt
geantwoord, dat de heer Van den Bosch uitlandig is
en dit dus niet gevraagd is kunnen worden. De heer
Kakebeeke zegt vroeger wel van den heer V. d. Bosch
vernomen te hebben dat deze een principiëel bezwaar
had tegen eene candidatuur en wel dat het naar zijne
meening minder goed is, dat burgemeesters lid der
Prov. Staten zijn.
De heer mr. Bybau zegt, na de mededeeling van
den heer Kakebeeke geen bezwaar tegen de candida
tuur van dhr. Van den Bosch te hebben.
Ten slotte werd nog medegedeeld, dat de heer Van
der Bilt La Motthe zich eene eventueele candidatuur
zou laten welgevallen, terwijl men gr ond had om het
zelfde van den heer Van Gorsel te verwachten. Aan
gezien van de heeren Van Weel en V. d. Bosch daar
van niets bekend was, zou het bestuur zich daarvan
op de hoogte stellen.
Wij merken op, dat van de acht leden, die het
kiesdistrict Goes naar de Prov. Staten afvaardigt, er
slechts twee in de stad wonen. Hoeveel waarde overi
gens de kiezers eraan hechten, dat hunne afgevaar
digden in hun midden wonen, blijkt genoegzaam uit
het feit, dat er drie buiten het district woonachtig
waren. (Red.)
Alvorens overtegaan tot het stellen van candidaten
voor de 2e Kamer wees jhr. J. L. C. Pompe Van
Meerdervoort uit Bergen-op Zoom er in het kort op,
welke gevallen er zich nog ten aanzien van de Grond
wetsherziening kunnen voordoen. Op grond van door
hem ontvangen berichten bestaat er alle kans, dat het
voorstel-Schaepman omtrent art. 194 door de le
Kamer zal worden verworpen, maar men is er niet
gerust op, dat aan de additioneele artikelen niet een
gelijk lot zal ten deel vallen. De verwerping van het
voorstel Schaepman kan voor de rechterzijde een reden
zijn om de Grondwetsherziening te verwerpen, maar
dit geldt nog meer voor de additioneele artikelen.
Bovendien is het nog een onbesliste zaak, wat de
regeering zal doen ingeval de additioneele artikelen
worden verworpen of ingeval de Grondwetsherziening
niet doorgaat. Sommigen beweren dat het ministerie
zal heengaan, anderen dat de Kamers andermaal zouden
ontbonden worden. Waar al die punten nog volkomen
onbeslist zijn is het nog niet uittemaken of men voor
eene verkiezing van een of van twee leden zal staan
en daarom acht hij het niet wenschelijk nu reeds uit
temaken, of men een of twee candidaten zal procla-
meeren. Hij stelt daarom voor in deze vergadering
slechts candidaten te bespreken om later, wanneer er
meer zekerheid omtrent den loop der zaken zal zijn,
te beslissen hoeveel candidaten zullen worden gesteld.
Dit voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming goed
gekeurd.
De heer J. M, Kakebeeke noemt daarna als candidaat
jhr. J. L. C. Pompe Van Meerder voort te
Bergen-op-Zoom. Te zijner aanbeveling zal hij echter
niets aanvoeren, omdat ten vorigen jare genoegzaam
gebleken is, wie jhr. Pompe is en wat de liberale
partij van hem mag verwachten. (Applaus.)
Jhr. Pompe Van Meerdervoort stelt de candidatuur
voor van jhr. mr. L. Michiels Van Kesse-
n i c h uit Roermond, een man die in zijn woon
plaats reeds tweemaal candidaat is gesteld, die altijd
een warm voorstander is geweest van de liberale be
ginselen en dan ook van de oprichting af zitting heeft
in het hoofdbestuur van de liberale Unie. Spr. wijst
er voorts op, dat jhr. Michiels Van Kessenich Katho
liek is en hij acht het niet ongewenscht in dit district,
dat door zijne vreemde samenstelling zoovele Katho
lieken telt, ook onzerzijds een Katholiek candidaat te
stellen. Daartoe moeten wij het oog laten vallen op
iemand, die den godsdienst en de politiek volkomen
weet te scheiden. Wij vragen niet naar iemands gods
dienstige beginselen, waar het de politiek geldt, mits
de persoon zelf niet de laatste aan de eerste onder
geschikt make. Dit nu mag van jhr. Michiels Van
Kessenich met grond worden verwacht. Spr. is voorts
overtuigd, dat er in dit hoofdkiesdistrict menig Katho
liek gevonden wordt, die, wanneer er van liberale
zijde een Katholiek candidaat wordt gesteld, dezen
gaarne zal steunen. De verkiezing van jhr. Michiels
zou, juist omdat er ook onder de Katholieken menig
waarachtig liberaal gevonden wordt, niet slechts voor
Zeeland maar voor de gezamelijke zuidelijke provinciën
een zegepraal zijn.
De heer C. E. Masses stelt de candidatuur voor
van dr. P. C. F. F r o w e i n uit Amsterdam, een
man, die een werkelijk uo/Asvertegenwoordiger zal
zijn, die zal opkomen voor de rechten van het volk,
zooals blijkt uit zijn ijveren voor het algemeen stem
recht, waarvoor het volk wel degelijk rijp is. Hij zal
ook voor andere volksbelangen opkomen en zeer zeker
zich verklaren tegen den schandelijken opiumhandel en
de 48,000000, die de storkedrank moet opbrengen.
Spr. weet wel, dat deze candidatuur niet veel succes
zal hebben in dit district, maar met goedvinden van
dr. Frowein heeft hij op zich genomen hem te noemen,
omdat hij is een man van de toekomst.
De heer Lambrechtsen meent, dat dr. Frowein be
zwaar heeft den eed af te leggen en in dat geval zou
hij toch niet worden toegelaten, ook al werd hij ver
kozen, waarop dhr. Massee antwoordt, dat hij daar
omtrent geene bepaalde verklaring kan afleggen.
De heer W. J. Van Gorkom beveelt dhr. W. A.
Bergsmz, burgemeester van Menaldumadeel, wo
nende te Dronrijp, aan. Ook hij is overtuigd, dat deze
candidaat hier geene meerderheid zal verkrijgen, maar
hij wenscht langs dezen weg hulde te brengen aan een
man, die gedurende 13 jaren een sieraad der Kamer
is geweest en alleen daaruit is geworpen, omdat men
in hem een lid zag der zoogenaamde Kappeyniaansche
fractie, die afgeschilderd werd als een kliek van ob-
structionisten en dat nog wel voornamelijk doV dhr.
Gleichman, die thans tot de zeven leden der linkerzijde
behoort, welke voor het amendement-Vos de Wael
hebben gestemd. Dhr. Bergsma is een man van ka
rakter, die liever viel voor zijn beginsel dan éen slap
te doen voor de handhaving van zijne eigene candi
datuur. Dit moge een bewijs zijn van politieke zwak
heid, er ligt volgens spr. een bewijs in van groote
moreele kracht.
De heer Lambrechtsen beveelt de candidatuur aan
van mr. F. J. F. M. Walter, kantonrechter te Hulst.
Ook hij is een groot voorstander vao het denkbeeld
om dezerzijds een katholiek te stellen, maar dan geeft
hij de voorkeur aan den heer Walter boven jhr. Mi
chiels Van Kessenich, omdat eerstgenoemde in het
district woont en bekend is. Mr. Walter is bovendien
lid van de Prov. Staten en heeft in die betrekking
meermalen blijk gegeven de liberale beginselen te zijn
toegedaan.
Ten slotte wenscht dhr. Kakebeeke nog de candi
datuur van mr. L. A. Bybau van Kolijnsplaat te
bespreken, doch hij ziet daarvan af na de pertinente
verklaring van den heer Bybau, die ter vergadering
tegenwoordig is, dat hij, nadat gebleken is, hoezeer
hij omtrent het voorstel-Schaepman van meening ver
schilt met de overgroote meerderheid der leden van
deze kiesvereeniging, op dit oogenblik geene candi
datuur van de kiesvereeniging kan aanvaarden. Niette
min blijft mr. Bybau, eenmaal genoemd zijnde, op het
grostal geplaatst.
Nadat nog enkele punten van meer huishoudelijken
aard zijn besproken, wordt de vergadering door den
voorzitter gesloten.
Als vervolg op ons bericht in het vorig nr*
kunnen wij mededeelen, dat de gezondheidscommissie
alhier zich bereids 8 dagen bezig houdt met het
onderzoeken van brood op aluin en tot dusver
geene sporen daarvan in het brood heeft ontdekt.
Ter geruststelling van het publiek zoowel als in het
belang der bakkers achten wij deze mededeeling nut
tig en noodig.
De commissie blijft ook in dit. opzicht werkzaam.
Bij K. B zijn benoemd tot gezworen van den
Nieuw-Othenepolder, M. Dieleman Willemszoontot
dijkgraaf van het waterschap Groede en Baanst, A.
Lombaardtot gezworen van den polder Oosterenban
van Schouwen, G. J. Lette; tot gezworen van het
waterschap Loven- en Willemskerke, J. De Feyter
Pieterszoontot gezworen van den Molenpolder, A.
Zuydweg.
Ierseke. Door den kerkeraad der Cbr. Geref. Gem.
is een adres aan den gemeenteraad gericht, waarin
verzocht wordt om afschaffing der kermis,
zoo niet in eens dan geleidelijk. Dit jaar zou men zich
tevreden stellen met eene beperking tot den Zaterdag.
Wemeldinge. Gedurende ruim 24 uren waren de
beide zoons van het Kaffer opperhoofd Megata, Bloem
hof en Paul, resp. 16 en 12 jaar, met hun verzorger
ds. Van der Valk van Delft en diens beide zonen, de
gasten van den heer K. Dominicus alhier.
Den avond hunner aankomst brachten zij den heer
Sauer een bezoek, die hun eene muziekuitvoering van
«Oefening kweekt Kunst" deed bijwonen, waarin zij
zeer veel behagen schepten. Den volgenden morgen
bezochten zij de school op het dorpde zinnetjes van
eenlettergrepige woorden op het bord in de laagste
klasse werden door den oudste met veel gemak gelezen,
terwijl hij daarna zijn naam en dien zijns vaders op
het bord plaatste. De jongste was buitengewoon be
kwaam in het nabootsen van 't geluid der verschillende
dieren, die hem op de platen werden aangewezen en
gaf door gebaren zoo duidelijk verschillende tooneelen
uit het leven in zijn geboorteland weer, dat zelfs de
kinderen der middelste klasse hem begrepen. De heer
Sauer schonk hun elk een drietal photographieën van
de leerlingen in groepen, waarvoor zij zeer dankbaar
waren. Des namiddags, na op vele plaatsen bezoeken
te hebben afgelegd, toonden zij in de Schelde hunne
vertrouwdheid met het zilte nat en vertrokken gisteren
avond naar Ierseke, een zeer gunstigen indruk achter
latende. Tot eer der Wemeldingsche jeugd kan naar
waarheid getuigd worden, dat die gunstige indruk
wederkeer ig was.
Te Clingendaal is bij de harddraverij voor 3-jarige
Nederl. hengsten de 2e premie 200, gewonnen door
Spadille van dhr. G. H. Kakebeeke te Goes.
Met veel opgewektheid is Dinsdag te Oosterwijk
de 56ste gedenkdag van den tiendaag-
schen veldtocht gevierd. Als bijzonderheid ver
dient vermelding, dat in den stoet aanwezig waren
eene marketentster, die den tiendaagschen veldtocht
had medegemaakt, J. J. Bunsen uit Amsterdam en
de heer Soutendam, commandant der dd. schut
terij te Goes, die, behalve de heer Winter uit's Bosch,
in ons land de eenige metalen kruisridder in actieven
dienst is.
Dinsdag was de Raad van Stavenisse bijeenge
roepen, om eene herziening te doen plaats hebben van
de stembriefjes voor de verkiezing van 3 leden van
den gemeenteraad op 19 Juli 1.1. ingeleverd. Er was
namelijk uitgelekt (op welke wijze weet men niet) na
de opmaking van het proces-verbaal van stemopneming
van 20 Juli II., dat er éen stembriefje den naam be
vatte van M. Luijk, in plaats van M. Van Luijk, het
nieuw gekozen lil. Daar dit bij de stemopneming
door de leden van het stembureau niet was opgemerkt,
was deze naam gevoegd bij die van den heer M. Van
Luijk. Maar nu doet zich het geval voor, dat er alhier
ook een M. Luijk woonachtig is, zoodat deze kan be
doeld zijn.
Daar nu de heer M. Van Luijk precies de meerder
heid behaalde, heeft de gemeenteraad besloten, onder
nadere goedkeuring van Gedeputeerde Staten, tot eene
herstemming over te gaan tusschea de heeren M. Van
Luijk en J. De Rijke (aftredend lid).
-De verwerping van het voorstel-Schaep
man in de Eerste Kamer schijnt vast te staanslechts
een 12tal leden zouden er hunne stem aan geven. Aan
de aanneming van de additioneele artikelen
schijnt echter niet getwijfeld te worden. (St.)
Men verzekert, dat na den uitslag der herstem
ming voor den Haagschen gemeenteraad de burge
meester van 's-G r a v enhage zijn ontslag heeft
aangeboden, en alle leden van het dagelijksch bestuur
besloten hebben om af te treden.
De gemeenteraad zal Maandag bijeenkomen om nieuwe
wethouders te verkiezen.
(De heeren Pabst en Van Idsinga hebben het man
daat voor het lidmaatschap van den gemeenteraad
niet aangenomen. De heer Leesberg daarentegen wèl.)
Jhr. m r. W. Six heeft voor de hem aange
bodene candidatuur van de kiesvereeniging De Grond
wet" bedankt.
De heer mr. H. Ph. De Kanter heeft ont
slag genomen als lid van den raad der gemeente
Brielle, als directeur der begraafplaats en als fun-
geerend opper-brandmeester aldaar, terwijl hij bedankte
voor de benoeming tot ouderling-lid van de Synodale
Commissie der Ned. Herv. Kerk.
Negen graanhandelaren te Groningen hebben
gewaarschuwd tegen een verkeerd gebruik, dat van
stoomdorschmachines vaak wordt gemaakt,
bepaaldelijk ten aanzien van de wintergerst. Iu de laatste
jaren nl. komt veel gerst ter markt, die van haar angel
beroofd is door de sterke kneuzing der dorschmachine,
waardoor een onnatuurlijk zwaar specifiek naturage-
wicht wordt verkregen en de gerst een deel van haar
kiem vermogen verliest. Tengevolge van deze manier
van doen verkrijgt de gerst wel een hooger gewicht,
maar niet eene hoogere waardeja zelfs eene mindere
waarde dan andere pai tijen, die op de oude manier
zijn gedorschen, of wel zorgvuldig worden behandeld
met de stoomdorschmachine. Het verkeerde gebruik
van die machines strekt tot schade van de landbouwers.
Het Hbl., hulde brengende aan den tact, waar
mede prof. Pierson het onderwerp der i n v r ij h e i d-
stelling van Domela Nieuwenhuis Maan
dagavond in de Unie le eft ingeleid, ontraadt eene her
haling van deze manifestatie. Men mag niet spelen
met vuur, en ontzettend zwaar ware de verantwoorde
lijkheid van beleggers en inleider, indien hun poging
het sein ware geweest of nog werd tot onlusten. Een
andere bedenking van het Hbl. is, dat de inleider niet
ten volle het licht heeft doen schijnen over recht en
wet. Het is waar, dat een verouderde, thans afge
schafte wet op Domela Nieuwenhuis is toegepast; maar
bet feit, waarvoor hij veroordeeld is, kent het nieuwe
strafwetboek ook, en het is volkomen onbewezen en
onbewijsbaar, dat het vonnis minder streng zou zijn
uitgevallen, indien de nieuwe sti afwet ware toegepast.
Het Hbl. betwijfelt zeer, dat de aangenomen motie
een geschikt middel is om de regeering te overtuigen,
dat hier volop reden is voor de toepassing van het
recht van gratie. Voor het doel, dat men bereiken
wil, zijn zulke betocgingen niet bevorderlijkmen had
het bij adressen moeten laten. Maar het bedenkelijkst
bij deze zaak is het nadeel, dat de justitie lijdt-, het
wankelen der overtuiging, dat in Nederland het recht
naar behooren wordt uitgeoefend. Het is een veeg
teeken, wanneer het volk zelf de leiding der justitie
meent te moeten overnemen: dan hapert er blijkbaar
wat aan het beleid der regeering. Het Hbl. blijft bij
de vroeger reeds uitgesproken meening, dat het toe
passen van het recht van gratie in dit geval, terstond
na de veroordeeling of kort na de uitvoering van het
eindarrest, juist wegens den aard van het gepleegde
feit, een daad geweest zou zijn, die heilzame gevolgen
had gehad voor de rust en orde in het vaderland.
Staten-Generaal.
EERSTE KAMER
Het algemeen debat over de grondwetsherziening
is gisteren aar gevangen.
De heer Pijnappel was vóór de verschillende hoofd