(PO
oproer. De Minister van justitie bekortte de discus-
siën aanmerkelijk door de verklaring, dat van de thans
nog gevangen zittenden drie gratie zullen verkrijgen, wat
reeds in de bedoeling des Ministers had gelegen vóór
de interpellatie was aangekondigd, 't Is mogelijk;
maar vreemd is het toch, dat op 7 luni die gratie
voor een werd geweigerd, terwijl nog vóór 9 Juni
(de dag waarop de interpellatie is aangekondigd) be
sloten werd eenigen te gratiëereo.
Z. M. heeft den adjudant-generaal der marine,
chef van H. D. Militair Huis, den vice-admiraal jhr.
J. H. Van Capellen, opgedragen Zijne Majesteit te
vertegenwoordigen bij het vijftigjarig regeeringsjubileum
van de Koningin van Groot-Brittannië en Ierland,
Keizerin van Indië, en aan Hoogstdezelve bij die ge
legenheid een brief van gelukwensching te overhandigen.
De Min. van Binn. Zaken, overwegende dat de
schaapspokken opgehouden hebben in
Zeeland te heerschen, heeft met ingang van 21 dezer
zijne beschikkingen ingetrokken, waarbij uit of naar
de gemeenten Kapelle en Groede het vervoer van
schapen en versche huiden, onbewerkte wol, klauwen,
vleesch, mest en afval van schapen en het aldaar
houden van schapenmarktenen openbareverkoopingen
van schapen, verboden is.
In verband hier mede is de vee-opzichter C. Van
der Snel van Kaprile naar zijne standplaats Orerschie
teruggekeerd.
De Haagsche bladen meenen te weten, dat r,u
aan drie personendie wegens het palingoproer
zijn veroordeeld, gratie is geschonken, deze ook aan
Schweitz, Wouterson en De J>ng zal worden gegeven,
zoodra zij ook voor h n zal worden aangevr aagd.
Het Vaderland zegt met zekerheid te kunnen
mededeelen, dat de geruchten omtrent een voorgeno
men ontruiming van Atjeh, waarvan in
den laatsten tijd in de mailbladen voortdurend gewag
wordt gemaakt, van allen grond zijn ontbloot.
Naar aanleiding van de geruchten omtrent een
geregelden stoombootdienst tusschen Ant
werpen en Vlissingen meldt men aan de Midd.
Ct. nader, dat daaromtrent tusschen eene proote. in
Nederland welbekende firma te Antwerpen en sommige
heeren te Vlissingen onderhandelingen gevoerd worden.
Reeds herhaaldelijk zijn in vroegere jaren vergeefsche
pogingen in dien geest gedaan, maar thans hoopt men,
ia verband met de uitbreid,ng van den di-nst der
«Zeeland", de zaak tot stand te brergen. Het zou
zeker in het belang van Vlissingen zijn, wanneer alle
nog bestaande bezwaren uit den weg geruimd werden.
De correspondent te Berlijn der N. R. Ct. seint
Eene officiëele kennisgeving van den Generalpost-
meister dr. Stephan aan het bureau van den Duitschen
Handelsdag bevestizt thans officieel het vroegere be
richt, dat ook de Engelsche postadministratie sedert
1 Juni het grootste deel harer postverzendingen
doet over Vlissingen. Uitgezonderl zijn de post
verzendingen naar westelijk en zuid-Duitschland, welke
gelijk vroeger over Ostende geschieden. In deze kennis
geving worden uitdrukkelijk da voordeelen van den
nieuwen dagdienst over Vlissingen in het licht gesteld.
Door den ingenieur A. Hartog Ariezoon te Ierseke
is concessie aangevraagd voor den aanleg en de
exploitatie van eene stoomtramlijn LeurZeven
bergenKlundertWillemstad of voor het geval voor
het gedeelte LeurZevenbergen bezwaar mocht bestaan,
alsdan de concessie te verleenen voor de lijn Zeven
bergenKlundertWillemstad. (N. li. Ct.)
Op de Amsterdamsche tentoonstelling van voe
dingsmiddelen wordt ia de afdeeling «zuivelbereiding"
op 58 Juli en op 1316 Sept. a. s. eene tentoon
stelling van boter en kaas gehouden.
Op het terrein in 't Paviljoen van Amsterdam is
de eerste les van den kookcursus gegeven.
De fabrikanten van tabak en sigaren en de tabak
planters hebben in een vergadering besloten tot het
zenden van een request aan den Minister van Binnen-
landsche Zaken waarin o a. wordt verzocht afschaf
fing van den accijns op de inlandsche tabak-
cultuur en intrekking van de verhooging der be
lasting op het fabrikaat; wederinvoering door de Ra-
geering van een ernstig patent voor de debitanten van
tabak en sigaren en intrekking van de vergunning
van de gemeenten om een dergelijke belasting te h-ft n;
streng verbod door de Regeering te geven aan elk
harer ambtenaren en beambten benevens aan hunne
vrouwen om handel in tabak en sigaren te drijven;
herstel van de verbodsbepaling van 1846, om in verkoop
lokalen, koffiekamers enz. tabak en sigaren te verkoopen
zonder patentstrenge maatregelen door de Regeering
te nemen tot beteugeling van smokkelarij en bedrog.
Algemeen navolging begint het gebruik van
bergzoutte vinden ter strooing in het hooi, om
dit voor schimmel te bewaren, en tevens het broeien
te temperen. In Dantumadeel hebben ernige boeren
eene partij van dit zout voor genoemd doel ongedaan.
(IV. jR. Ct.)
In het noramer van 18 Juni van het Weekblad
van he' Nederl. Tijdschrift voor Geneeskunde komt
een schrijven voor van prof. Pekelharing, gedagteekend
Singapore 9 Mei 1887, waarin O. m. het volgende
voorkomt
«Laat mij dan beginnen met u te zeggen, dat mij
de toestand in Atjeh, met betrekking tot de beri-beii,
me-gevallen is, en dat ik, hoe langer we daar waren,
des te meer tot de overtuiging gekomen ben, datnmn
het recht niet heeft daaromtrent een ongunstige prog
nose te stelles. Van het met zekeren ophef verspreide
bericht, als zou ik den toestand in Atj h, met het
oog op de heerschende ziekte, wanhopig verklaard heb
ben, en dat nog wel in een rapport aan d« Regeering,
is geen enkel woord waar. De dagbladen in Indië
scheppen er nu eenmaal een behagen in, den toestand
in Atj-h met de somberste kleuren af te schilderen
waarom, dat is een vraag, waarvan de bespreking mij
niet aanlokt, en die zeker ook niet in ons Tijdschrift
behandeld behoort te worden."
«Zeker is het dat ieder, die voor het eerst Atjeh
bezoekt, getroffen moet worden door zeer veel, op
allerlei gebied, dat getuigt van eerbiedwaardige arbeids
kracht en van opgewekt leven. Voor den geneeskundige
is wel in de eerste plaats het zeer fiaaie hospitaal
van belang. Op een uitgestrekt terrein vindt men een
aantal door groote ruimten van elkander gescheiden
houten gebouwen, zoodanig geplaatst, dat overal de
wind (die zich in Atjeh dikwijls zeer sterk doet gevoe
len) ruimen doortocht vindt, en niet licht stof of
dampen uit het eene gebouw meegevoerd, in het
andere kan overbrengen. De gebouwen zelve, die
ieder een 40tal lijders kunnen opnemen, zijn ruim,
goed verlicht en luchtig. Niet licht zal men in Europa,
bij het binnentreden in een ziekenzaal de lucht zóu
zuiver en frisch vinden als hier, ook waar de zalen
nagenoeg geheel bezet zijn."
Na de symptomen, het verloop en de oorzaak der
ziekte te hebben nagegaan, en na als zijn meening
te hebben uitgesproken «dat het, op zijn minst ge
nomen, uiterst waarschijnlijk is, dat de beri-beri in
Atjeh geïmporteerd is door dwangarbeiders afkomstig
uit gevangenissen, waar beri-beri heerschte", vervolgt
prof. Pekelharing aldus
«En wat nu den tegenwoordigen toestand van de
beri-beri in Atjeh aangaat, die is mij zooals ik begon
met u te schrijven, meegevallen. De ziekte woedt laag
niet zoo erg als verleden jaar. Het aantal van dege
nen, die geëvacueerd moeten worden, is veel geringd
dan verleden jaar, en de sterfte in Atjeh is veel klei
ner. In al den tijd, dien wij daar doorbrachten
twee en een halve maand is er slechts éen Europeaan
aan de ziekte bezweken".
De grootere sterfte onder de Madoereesche barisans,
die in het einde van het vorige jaar in Atjeh gekomen
waren, schrijft Prof. Pekelharing tce aan de ongun
stige omstandigheden waaronder die menschen in Atjeh
kwamen «Het waren zwakke, slecht gevoede menschën,
die, eensklaps uit hun huiselijken kring in een hun ge
heel vreemde omgeving verplaatstȟi Atjeh
kwamen in het tijdperk der overstroomingen."
Overstroomingen en omwoelingen van den bodem,
zooals «die door onze vestiging in Atjeh, en vooral
bij het inrichten van de zoogenaamde geconcentreerde
stelling op kolossale schaal is omgewoeld", geven aan
leiding tot het erger uitbreken der ziekte, die naar
de meening van Professor Pekelharing wordt verogr-
zaakt door een mikro-organisme (bacterie) echter niet
door slecht voedsel, hoewel slechte voeding het li
chaam minder weerstandbiedend maakt tegen de ziekte
oorzaak, en dus daardoor indirect de ziekte in de hand
werkt.
Na de belangrijke verbetering van den toestand,
door de krachtige desinfectie-maatregelen verkregen,
vermeld te hebben en zijn bewondering te hebben uit
gesproken «voor hetgeen daar door ons leger endoor
de genie in het bijzonder is gedaan" om de overstroom-
mingen te keeren eindigt de hoogleeiaar met nogmaals
als zijn overtuiging uit te spreken dat men de toekomst
met vertrouwen tegemoet kan gaan.
Kerkelijke Zaken en Onderwijs.
v. P
Nisse. Onze predikant, dhr. J. Mv Conradi, heeft
een beroep ontvangen naar Scherpenisse.
Ds. Muller, te Assendelft, heeft het beroep naar
Zieriksee aangenomen. 1
Baarland. Vrijdag jl. had alhier de verkiezing plaats
voor een notabele bij de Hervormde kerk, vacature wijlen
M. Timmerman. Uitgebracht werden 28 stemmen,
waarvan de heeren A. Nijsse en G. Schipper er respec
tievelijk 16 en 12 verkregen, zoodat A. Nijsse gekozen
is. Terwijl het stembureau zitting had, hadden een
paar incidenten plaats. O. a. was ook de predikant,
die zich op reis bevond, overgekomen om aan de ver
kiezing deel te nemen, doch hij kon door het stem
bureau niet worden toegelaten, aangezien hij niet op
de lijst van stemgerechtigde leden was ingeschreven.
Het algemeen reglement op het beheer der kerkelijke
poederen en fondsen van de Hervormde gemeenten in
Nederland zegt o. a.
Ai t. 2. Stemgerechtigde leden eener gemeente zijn
alle manslidmaten, die bij het vaststellen der lijst,
vermeld in art. 5, onder haar ressort wonen, den
ouderdom van 23 jaren bereikt, en ten minste éen
jaar geleden bij den Kerkeraad geloofsbelijdenis afgelegd
hebb n of op ingediende attestatie of bewijs van lid
maatschap als lidmaten dar gemeente erkend zijn, enz.
Art. 5. De leiding der verkiezing van Notabelen is
opgedragen aan Kerkvoogden. Zij zorgen, dat de lijst
van stemgerechtigden jaarlijks vóór den lsten October
voorloopig wordt opgemaakt of herzien en, nadat de
gemeenteleden gedurende acht dagen in de gelegenheid
zijn gesteld daarvan kennis te nemen en hunne be
zwaren bij kerkvoogden in te brengen, wordt vast
gesteld.
Nu was de predikant bij het vaststellen van de-
bedoelde lijst voor 1 October 1886 nog geen jaar in
de gemeente en daarom niet op de thans nog vigeerende
lijst van stemgerechtigden geplaatst. Een ander lid
maat der gemeente, eveneens naar de stembus gekomen,
stond niet op de lijst der kiezers, omdat er bij het
opmaken nog geen jaar verloopen was sedert de in
diening zijner attestatie. Ook hem werd geweigerd
aan de verkiezing deel te nemen.
Nog een ander incident had in onze gemeente plaats,
doch thans niet bij de stembus
In den nacht van Zaterdag op Zondag zijn namriijk
in den tuin van d in beer A. J. A. Hoogvliet, president
kerkvoogd der Hervormde gemeente alhier, alle aar
dappelen vernield. De verwoesters hebben letterlijk
alle planten uit den grond getrokken.
Rilland-Batlu In eene vergadering van kerkvoogden
is Zaterdagavond na drukke beraadslagingen een drietal
personen gekozen, die een onderzoek zullen instellen
en de middelen beramen, hoe het kapitaal, voor een
eventueele verplaatsing van de N. H. Kerk van Bath
naar Rilland benoodigd, bijeengebracht kan worden.
Woensdag jl. vierde de heer C. F. Zeeman het
feest zijner 25 jarige ambtsvervulling als predikant
der gemeente Zonnemaire. De deelneming aan dit feest
bij de burgerij was algemeen.
De zendingsdag en jaarvergadering van de Christel.
Gereformeerde buitenlandsche zending zal op Dinsdag 28
Juni a. s. in het kerkgebouw der Car. Gereformeerden
te Leiden worden gehouden.
Na afloop van het programma zal des avonds een
bidstond worden gehouden, waarin o. a. ds. D. De
Pree als voorganger zal optreden.
Zondagvoormiddag bevestigde ds. Wijting uit
Goes bij de Oud Gereformeerde gemeente te Borsele
de twee benoemde diakenen en des namiddags werden
de kinderen aldaar door hem gedoopt.
Den heer P. Jansz is door het Britsch en Buiten-
landsch Bijbelgenootschap de eervolle opdracht gedaan
een betere Javaansche vertaling van het Nieuwe Testa
ment in het licht te geven.
"Voor het toelatingsexamen aan de Rijks-kweek
school voor onderwijzers te Middelburg hebben zich
dit jaar aangemeld 38 candidaten er zijn 20 plaatsen
beschikbaar.
Rilland-Batli. Voor de vacante betrekking van hoofd
der school te Bath hebben zich zeven sollicitanten
aangemeld.
Toen eenige jaren geleden het tractement 100
hooger was, nl. 800, meldden zich slechts drie
sollicitanten aan.
Rechtszaken.
Als vervolg op het korte bericht in ons vorig
rommer betreffende de behandeling der zaak van den
heer J. M. K. alhier, beschuldigd van op 31 Dec.
jagende onder de gemeente 's-Heer Arendskerke, door
een schot den rijksveldwachter D. Buurman te hebben
getroffen, vermelden wij nog het volgende
Onder de vanwege het O. M. gedagvaarde getuigen
behoorden drie deskundigen, nl. de kapitein der infant
jhr. Bowier, de le luitenant C. A. Sprenger en de
heer Schilham, geneesheer te 's-He ir Arendskerke. De
eerste twee hadden van den rechtercommissaris een
Engelsch jachtgeweer met bijbehoorende patronen ont
vangen om daarmede proeven te nemen op een plankje
en de uitslag van die proeven was door hen in een
rapport nedergelegd. De pioeven hadden den heer
Bowier tot de overtuiging geleid, dat de getroffen per
soon in de vuurlijn of hoogstens 2 M zijwaarts daar
van moet hebben gestaanhij achtte het bovendien
niet waarschijnlijk, hoewel niet onmogelijk, dat dc
verwonding door een ricoclietschot was geschied. De
heer Sprenger meende dat het schot rechtstreeks moet
zijn geschied, maar hij achtte het zeer wel mogelijk,
dat dhr. K. op den vogel schietende B. niet heeft
gezien. Hij achtte het schot dan ook niet onvoorzichtig.
Dhr. Schilham verklaarde B. geneeskundig te hebben
behandeld en zeide, dat de wonden niet gevaarlijk
warentoch had hij hem afgeraden dienst te doen.
De rijksveldwachter Buurman legde de verklaring
af, zooals wij die in hoofdzaak reeds in ons rommer
van jl. Dinsdag hebben vermeld, en toonde de hagel
korrels, die zich nog in zijn gelaat bevinden. Hij ge
tuigde, dat dhr, K., toen hij vernam dat B. getroffen
was, hem dadelijk zijn spijt heeft betuigd en verklaard
heeft hem niet te hebben gezien. B, heeft veel hoofd
pijn met verschijnselen van braking en koortsen gehad
en heeft acht dagen niet behoorlijk dienst kunnen doen.
Bekl. voegde hieraan toe, dat hij nog tegen B. ge
zegd heeftdoe er maar niets aan, dan geneest het
het gauwst, het is mij ook eens overkomen.
De getuige J. B Zandee bevond zich bij B. toen
deze getroffen werd en hij had wel de hagelkorrels
gehoord, maar niet gezien in welke richting geschoten
werd. Daarentegen verklaarden G. M< ulenberg en De
Ruijter, dat die richtirg niet naar den kant van B.
was en dat het bun onverklaarbaar was, hoe deze kon
zijn getroffen. Zij waren slechts 20 M. van dhr. K.
verwijderd. In strijd daarmede verklaarde een andere
getuige, De Waard, dat dhr K. wel in de richting van
B. had geschoten en hij zich zet r goed kon begrijpt n,
dat deze getroffen was.
Dr. Bolle uit Middelburg gaf als deskundige en ge
tuige a décharge inlichtingen over verwondingen als
die van B. en geloofde niet, dat de hooflpijn daarin
haar ooizaak beeft gevonden. Bij onderzo-k der wond
was hem bovendien gebleken, dat het hagelkorreltje
met een eenvoudige borduurnaald kan verwijderd wor
den, daar het onmiddellijk onder de huid zit. Ten
slotte werden nog a décharge gehoord dhrn. L C. baron
Van der Feltz uit Arnhem en J. v. d. Voorde uit
Wolfertsdijk, die veel met bekl. hebben gejaagd en
hem als een zeer voorzichtig schutter kennen, tevens
verklarende, dat in dit geval verwonding door een
ricochetschot zeer mogelijk was.
B.-kl. erkende op 31 Dec. op een vogel te hebben
geschoten, die ongeveer éen meter hoog voor hem op
vloog, doch hij verklaarde niet onvoorzichtig te hebben
geschoten. Daar niemand anders op dat oogenblik
schoot, was de verwonding wel door zijn schot geschied,
maar dit schot was niet rechtstreeks geweest; de ver
wonding moet door ricochetteering zijn ontstaan.
Het O M., waargenomen door jhr. mr. Schuurbeque
Boeije, herinnerde er aan, dat 31 Dec., de laatste dag
voor de jacht op klein wild, voor hartstochtelijke
jagers zooals bekl. een gewichtige dag is. Hij ging na
wat er met B. was voorgevallen en kwam tot de con
clusie, dat de verwonding aan onvoorzichtigheid moest
worden toegeschreven. De trein was pas aangekomen,
wat altijd drukte aan eenstatioD geeft, en het schieten
over de baan en in de richting van het station was
daarom onvoorzichtig. Bekl. had het gevaar kunnen
voorzien, wanneer hij oplettend was geweest. Wel is
waar is B. niet zwaar verwond, maar hij was toch
gedurende een paar dagen verhinderd dienst te doen.
De mogelijkheid van een ricochetschot nam hij niet
aan. Hij eischte derhalve schuldigverklaring van bekl.
aan het hem ten laste gelegde feit en eischte zijne
veroordeeliog tot 3 dagen hechtenis.
De verdediger, mr. M. J. De Witt Hamer, prees de
onpartijdigheid van het O. M., dat in dezen eene ver
volging had ingesteld, om daarna over te gaan tot het
betoog, dat de grove schuld, welke door art. 308 van
het nieuwe strafwetboek werd vereischt, hier niet aan
wezig was. Met het oog op de verklaringen van ge
tuigen, dat dhr. K. een zeer voorzichtig jager is, achtte
pi. bovendien de onderstelling, dat bekl. rechtstreeks in
de richting van B. zou geschoten hebben, niet aanneme
lijk. Hij wees daarbij op de uiteenloopende verklaringen
en bepleitte de mogelijkheid van een ricochetschot, waar
door dhr. K. vroeger zelf ook eens wei d getroffen. Bij
een direct schot op een afstand van 60 M. zou de
verwonding ongetwijfeld veel grooter zijn geweest. De
verhindering om dienst te doen bij den getroffene B.
bestond ten slotte eigenlijk alleen daarin, dat hij «zijn
pet niet kon opzetten." Op deze gronden betoogde pi.
dat de vereischte grove schuld van art. 308 niet aan
wezig was en concludeerde bij tot vrijspraak van zijn
cliënt. Na re- en dupliek werd de uitspraak bepaald
op a. s. Vrijdag,
Buitenlandse!) Overzicht.
Het Engolsclie Lagerhuis heeft Vrijdagavond te 10
uren, den tijd waarop de sluiting der discussièn over
de Iersche strafwet was bepaald en waarop de stem
ming voor de tweede lezing zou plaatshebben, het
vermakelijk feit beleefd, dat de aanhangers van Dar
nell onmiddellijk de zaal verlieten, een handeling, die
kort daarop door de Gladstoneanen werd gevolgd.
Natuurlijk werden alle artikelen aarg nomen.
Velen keuren het af, dat Gladstone in de laatste
jaren van zijn politiek leven zich zoo obstructionistisch
gezind toont en dat hij. die vóór enkele jaren zelf
een dwangwet voor Ierland indiende en uitvoerde,
thans zich geheel bij de Ieische partij heeft aange
sloten niet alleen maar zich ook van de door die
partij gebezigde middelen bedient om tegen den gang
van zaken te protesteeren.
De Duitsclie Rijksdag heeft Vrijdag de wet op de
kunstbot.r in derde lezing behandeld en daarbij de
bepaling opgenomen, dat elke vermenging verboden
is, waarin bij 100 gewichtsdeelen margarine meer
dan 100 gewichtsdeelen melk of 10 gewichtsdeelen
room zijn gevoegd Daar de regeering zich tegen deze
bepaling had verzet en vooraf bepaald had verklaard,
dat zij liever de geheele wet wilde intrekken dan de
bepaling opnemen, zal er vermoedelijk niet veel van
komen. De rijksdag is thans op reces gescheiden.
Met den gezondheidstoestand van den Keizer gaat
het beter. Hij houdt zich met eenigen arbeid onledig.
In het geding wegens hoogverraad tegen acht Eizas-
sers voor de rechtbank te Leipzig heeft het O. M.
tegen zes hunner straffen geëischt van 2 jaren vesting
straf tot 2 jaren gevangenisstraf met dwangarbeid.
Tegen twee anderen werd de aanklacht opgeheven.
Er loopen geruchten van een poging tot hoogver
raad tegen den Keizer door een student uit Breslan.
De dader zou gevat en naar Berlijn getransporteerd
zijn.
Oostenrijk is weinig gesticht over de wisseling van
ministerie in Servië. Dit is trouwens begrijpelijk, want
waar vroeger de invloed van Oostenrijk het sterkst
was, voert nu die van Rusland den boventoon. Het
schijnt bovendien, dat de Koningin van Servië de
hand in de Kabinetswisseling heeft gebad en dat
Koning Milan daarover weinig gesticht is. Aanvanke
lijk moet hij aan eene echtscheiding gedacht hebbeD,
doch daarvan is hij teruggebracht op voorwaarde, dat
Koningin Natalie, die zich met den Servischen Kroon
prins in de Krim bevindt, daar zal blijven. Waarom
de Koning, als hij zoo tegen het nieuwe Kabinet is
gekant, het heeft vervangen, wordt niet gemeld.
Gemengde Berichten.
Zekere A. R., die den 8 Juli e. k. terecht moet
staan wegens het inwerpen van glasruiten bij de wed.
G. en den heer Van A. in de Voorstad alhier, schijnt
te denken dat een enkele rnit meer of minder stuk
geslagen hem niet verder deren kan, of wel hij heeft
eme eigenaardige manier om toegang tot zijne beminde
te verkrijgen. Althans toen hij deze Zaterdagavond
11 uren zag staan achter het raam der woniog van
den bakker R., hij wien zij dient, sloeg hij eene ruit
in. Men meent te weten dat hier minder de liefde in
't spel was, maar dat A. R op deze wijze zijn onge
noegen wilde te kennen geven over de ietwat gespannen
verhouding welke sinds eenigen tijd tusschen de ge
lieven bestaat. De politie zal dit onderzoeken.
Intusschen schijnt het wel, dat er hier tegenwoordig
eene ruiten-vernielingsmanie heerscht, want nu is in
den afgeloopen nacht weder eene ruit uitgesneden in
de woning van den bierbuishouder F. 't Is te hopen,
dat de bedrijver van deze nieuwe baldadigheid gevonden
worde en de welverdiende straf voor een en ander
niet uitblijve.
Dat zwaluwen niet erg menschenschuw zijn, blijkt
weder daaruit dat op het portaal bij het kantoor van
den heer E. v. d. B. alhier, een zwaluwenpaar twee
jaren achtereen boven de deur een nestje heeft gebouwd.
De vogeltjes kwamen dit jaar terug en brachten het
oude nestje, dat men niet weggeruimd had, weder in
orde. Het wijfje zit nu al eenigen tijd te broeden.
Toch zit het neslje zoo laag dat men er met de hand
bij kar, en er passeeren iederen dag verscheidene
menschen.
's Heerenlioek. Maandag 27 Juni, den laatsten ker
misdag, zal hier het volksfeest, waarvan vroegi r sprake
was, worden gehouden. Het zal bestaan in liogrijden,
mastklimmen, watersteken enz.
Te Nieuwdorp keerde Vrijdag uit Amerika terug
de bekende J. L., die ia April de reis daarheen onder
nam. Hoewel niet zonder famile in de nieuwe wereld,
geeft hij toch de voorkeur aan zijn vaderland.
Te Borsele is een veehouder in het bezit van
witte poules pintades, wat eene zeldzaamheid wordt
genoemd.
Rilland-Batli. Zaterdagmiddag geraakte door het
schrikken van het paard een kaaskoopman met paard
en wagen in eene sloot aan den Derdenweg alhier.
De voerman met zijn knecht en nog een in den wagen
zittend meisje sproDgen bijtijds af. Aan den wagen is
weinig of niets beschadigd, de menschen kwamen met
den schrik vrij en het paard heeft geen letsel bekomen.
Bij den landbouwer J. d. E. onder Tolen is een
kalf geboren met een hondenkop, zwanenhals, mis
vormden staart, ruw haar en met nog andere abnor
maliteiten.