1887. N°. 8. Dinsdag 18 Januari. 74ste jaargang. In hel Politiepersoneel GRONDBELASTING Haagscha Brieven, -Cï^CïsCïseïsGS»- De itgave dezer Courant geschiedt Maandao, Woensdao en Vrijdaoavohd uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75. Afzonderlijke nommers 5 ct., met bijblad 10 et. In ons land vervoege men zich voor Rotterd am aan het Algemeen Advertentiebureau van NIJGH VAN DITMAR, en verder bij alle Boekverkoopers en Postdirecteuren. COURANT. De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 ct., elke regel meer 10 Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 18 regels a f 1,berekend. DianstaBribiedingenniet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ets. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cents per regel. der gemeente hebben de volgende mutatiën plaatsgehad Met 1 Januari 1887 is eervol ontslagen de agent der le klasse HUBRECHT HENGST MANGERS. I Met ingang van 1 Februari 1887 is benoemd tot agent der le klasse met den titel van Hoofdagent ALEXANDER OCTWIENUS HOLSHEIMER, thans ge meenteveldwachter,tevens onbezoldigd rijksveldwachter, te Uithoorn. Goes, den 17 Januari 1887. De Burgemeester van Goes, J. G. Dfi WITT HAMER. Het kohier der op de GEBOUWDE en ONGEBOUWDE EIGENDOM MEN voor deze gemeente over het jaar 1887, is op den 15 Januari jl ter invordering gesteld in handen van den ontvanger dier belasting binnen deze gemeente. Goes, den 15 Januari 1887 De Burgemeester van Goes, J. G. DE WITT HAMER. VIII. De moeielijkheden, welke worden ondervonden om de portefeuille van marine hetzij aan andere handen toe te vertrouwen,- hetzij aan den tegenwoordigen titu laris te laten, zijn niet licht of gering te tellen. Een van de redenen is uit mijn vorig schrijven bekend en de dagbladen hebben een paar dagen later deze bijzonderheid bevestigd met de mededeeling van de namen van de vlag-officieren, welke voor de eer om voor den ministriëelen zetel in aanmerking te komen .hebben bedankt. Nu zou men wel niet de geheele wae-Seid zeggen met de verzekering, dat de vice-ad- miraal Van Gennep uitsluitend de onderscheiding van de hand heeft gewezen uit égard voor den minister Gericke, maar er valt niet aan te twijfelen dat ook dit zwaar bij dien zee-officier heeft gewogen, al mag men vermoeden dat hetgeen dien admiraal voor een jaar op eene audiëntie te Amsterdam wedervoer, ook niet geheel zonder invloed op diens besluit is ge bleven. Er zijn evenwel nog andere zeer principiëele quaestiën bij de voorziening in de vacature betrokken en achteraf gezien was 't lang zoo ondoordacht niet, dat de mi nister Gericke deed uitkomen, dat eene vacature in het ministerie aan de behandeling der grondwetsher ziening minder bevorderlijk zou zijn. Wellicht had Z. Exc. zich beter en verstaanbaarder kunnen uitdruk ken, maar wat hij toen bedoelde wordt thans beves tigd. Men stuit ook op 't bezwaar dat zij, die gepolst zijn voor het ambt, geen trek hebben in een ministerie zitting te nemen, dat met de grondwetsherziening staan of vallen moet. De ambitie naar de groene tafel is voorwaar onder ons voorbeeldig korps zee-officieren zoo groot niet, dat zij zich' bijster warm er voor maken om met een zakduitje voor sigaren als pensioen het departement van marine te verlaten. Er is echter meer. Harder dan menigeen zou ver moeden wordt aan onze departementen voor de lands verdediging gewerkt aan voorbereidende maatregelen met het oog op den ernst der tijden. De officieren, die in de residentie allerminst ontbreken, maken van een en ander geen geheim en bezitten niet gering vertrou wen in den goeden uitslag eener mobilisatie, wanneer zij ter bewaking onzer grenzen werd gevorderd. Zij zijn overtuigd dat de lessen, geput uit de treurige ervaring bij de mobilisatie in 1870 opgedaan, niet on vruchtbaar zijn gebleven. En zal nu, zoo 't noodig mocht worden, misschien hier en daar nog wel wat ont breken, aan alles gebrek te hebben gelijk destijds, daarop behoeft men niet te rekenen. Ook de wetenschap, dat op den bewindsman die onder de tegenwoordige omstandigheden optreedt een omvangrijke verantwoordelijkheid kan komen te rusten, doet menigeen zoo ernstig mogelijk het voor en tegen eener aanvaarding der portefeuille voor marine wikken en wegen. De oplossing der quaestie in de richting van het aanblijven van den heer Gericke is dan ook gansch niet ondenkbaar. Wisse ken teek men zijn voor't gewa pend oog reeds zichtbaar en de geïnspireerde pers der hofstad geeft aan deze waarnemingen eerder voedsel, dan dat men daarin grond voor een tegenovergestelde opvatting zou kunnen vinden. Inmiddels komt hier weer leven in de politieke brouwerij. Wanneer mijnen lezers deze epistel onder 'toog komt, heeft Nêerland's Eerste Kamer den be- grootings-arbeid reeds aangevat, waaraan in de afge- loopen week een vlijtig onderzoek in de afdeelingen is voorafgegaan. Langwijlige debatten verwacht ik niet. Overwegende kritiek van het regeeringsbeleid in 't al gemeen, evenmin. Met hare gewone kalme en indruk wekkende bezadigdheid zal de Eerste Kamer waardig maar nadrukkelijk der regeering voor oogen stellen, wat haar voor 's lands naastbijgelegen toekomst drin gend gewenscht voorkomt en dan ligt tvoov de hand dat de geest, zoo menigmaal neergelegd in de rede voeringen van den president jhr. "Van Eysinga bij d? aanvaarding van het presidium, nu meer dan ooit dn kern der beraadslagingen zal vormen, zoodat het der Re geering aan de vereischte zedelijke kracht om de Grond wetsherziening tot stand te brengen, van die zijde niet zal ontbreken. Dat 's lands flnanciëelë toestand niet zal worden ter zijde gelaten, daarvoor pleit wel aller eerst dat deze te veel stof tot nadenken oplevert dan dat de zeer bevoegde mannen, die in ons hoogste staats lichaam zitting hebben, er over zouden zwijgen. Bedriegen wij ons ook niet, dan zal de heer Bloem zijn handen voller hebben dan in den anderen tak van de wetgevende macht, terwijl ik ook niet geheel gerust ben op 't onthaal dat der begrooting van jhr. Van Karnebeek, Minister van Buitenlandsche Zaken, zal ten deel vallen. De Eerste Kamer heeft 't nooit kunnen vinden met bewindslieden, die blijken hebben gegeven hun gewichtige taak op eene wijze te ver staan, welke niet strookt met de opvatting die dit staatslichaam van 's lands belang koestert en welke zich allerminst kan verdragen met een beleid, dat in de Tweede Kamer zoodanig is uiteengerafeld, dat 't prestige van den Minister van Buitenlandsche zaken er noodwendig aanmerkelijk onder moet geleden hebben. Vroeg hierbij dat de heer Van Karnebeek allesbe halve een persona grata is, en men zal moeten erkennen dat hij geen sterke stelling in het Kabinet inneemt. Ik ga de volgende week eens luisteren en zal mijne indrukken op de tribune gekregen zoo versch mogelijk mededeelen. Thans blijft mij nog over de verschijning van twee gewichtigs staatsstukken te vermelden, namelijk de voorloopige vrslagen der Tweede Kamer betrekkelijk het kiesrecht (hoofstuk III der Grondwetsontwerpen) en het voorstel Schaepman tot verandering van het art. op het onderwijs (hoofdstuk X der Grondwets herziening). De uitingen der Kamer in beiderlei opzicht brengen een gemengd gevoel teweeg, dat eenerzijds hoop, ander zijds bezorgdheid verwekt. M-'n mag inderdaad uit de gevoelens omtrent de kiesrechtregeling, door de Re geering voorgesteld, gegronden moed putten dat Re geering en vertegenwoordiging eikaars bedoelingen op dit stuk geheel begrijpen zullen. In beginsel is men 't eens. Voor algemeen stemrecht is de tijd nog niet aangebroken. Eene uitbreiding van het kiesrecht in zoodanigen wettelijken vorm tot wezenlijkheid gebracht, dat zij gelijken tred kan houden met de ontwikkeling der natie, is aller streven. De wettelijke formule, welke dit 't best, 't ondubbelzinnigst, 't openhartigst waar borgt, ziedaar wat Regeering en Kamer in deze stoffe te doen overig blijft. Zooals 't thans met dit belang is gelegen, mag men van het gemeen overleg 't beste verwachten. Minder couleur de rose ontdek ik in de voorloopige uitlatingen over des heeren Scbaepman's initiatief om eene oplossing van de schoolquaestie te vinden, aan nemelijk genoeg om tot koopprijs te dienen voor eene meerderheid ten behoeve der veranderingen in de Giondwet. De verklaring, dat het tot een vergelijk gezinde deel der liberale meerderheid in het voor- stil-De Beaufort tot de uiterste grens der conces sion is gegaan, is zoo stellig en beslissendde aan wijzing van 't vitium dat 't voorstel van den mach tigen redenaar der Katholieke partij aankleeft is zoo op den man af aangewezen en het verwerpelijke er van betoogd, dat als hij op zijn stuk blijft staan, de naaste toekomst mij minder bemoedigend toeschijnt. Met het voorloopig verslag kan men de goede be doeling van den heer Schaepman waardeeren, maar wanneer ik deze bedoeling niet zou onderschrijven, zou er niet veel overredingskracht toe noodig zijn om tot de meening van hen over te hellen, die de gissing wagen dat de heer Schaepman dit transactie-voorstel, wanneer het dien naam verdient, het aanzijn heeft gegeven, om zijne partij in de gelegenheid te stellen op haar beurt de liberale partij te kannen verwijten, dat aan haar de schuld ligt dat de constitutioneele quaestie schipbreuk heeft geleden. Ik vind ie conjec tuur te dubbelhartig om zoo grif aan te nemen, maar ik dien baar als kroniekschrijver te constateeren. En als zoodanig durf ik met gepaste vrijmoedigheid te melden dat, wanneer 't waar is dat ten uwent het organiseeren van een nationaal feest op 's Konings zeven tigsten verjaardag zou kunnen afstuiten op politieke drijfveeren, de gemeente Goes eene betreurenswaardige uitzondering zou maken. Op 't gebied van feestvieringen zullen liberale of conservatieve beginselen weinig afdoen en met beiderlei beginselen is 't volstrekt niet onver- eenigbaar dat de natie zich oprecht verheuge, dat 't den drager der Koninklijke waardigheid, de levende kracht van de constitutie, gegeven zal zijn den leeftijd van zeventig jaar te bereiken, waarvan hij den besten tijd heeft gewijd aan den bloei van Nederland en het geluk van het Nederlandsche volk I VIVO. 's-Gravenhage, 15 Jan. 1887. GOES, 17 Januari 1887. Met het oog op het strenge winterweder heeft de Commissie voor de Oeconomische Spijsuitdeeling alhier in hare vergadering van jl. Zaterdag de laatst ingekomen aanvrag-n om bedee ling behandeld en, voorzooveel die te billijken waren, ingewilligd. Dientengevolge hebben de gewone bedee- lingen een meer dan gewoon grooten omvang vei kre gen. Uit een in verband daarmede genomen financieel overzicht is gebleken, dat de fondsen slechts scherp toereikend zullen zijn voor de gewone bedeelingen driemaal 's weeks, doch dat daaruit geene buitenge wone verstrekkingen kunnen plaatshebben. Dat deze echter in den tegenwoordigen tijd zeer wenschelijk zouden zijn, behoeft geen betoog en wij durven dan ook daarop de aandacht vestigen van de weldenkende ingezetenen. Wegens het klimmen zijner jaren heeft dr. N. J. F. Verschoor thans ook ontslag aangevraagd als lid van bet B u r g e r 1 ij k Armbestuur. Bij dit college bestaan dus thans twee vacatures. In da Vrijdag gehoudene algemeene vergadering van de werklieden-vereeniging «Eigen Hulp" alhier werd door het bestuur mededeeling gedaan van de verdeeling der werkzaamheden onder de bestuursleden gedurende het jaar 1887. Verder werd behandeld en goedgekeurd het drie- maandelijksche verslag en het verslag over het zesde dienstjaar der vereeniging, zullende het laatste (dat in een volgend no. zal worden opgenomen) aan elk der gewone en buitengewone leden worden toegezonden. Alsnu was aan de orde een voorstel van het bestuur om ook vanwege de' vereeniging iets te doen bij ge legenheid van 's Konings jaardag. De voorzitter bracht in het midden, dat, waar overal die dag met meer dan gewonen luister zal worden gevierd en zich ook hier ter stede reeds een voorloopig comité voor eene feestviering op dien dag heeft samen gesteld, naar zijne meening de werklieden-vereeniging ïEig >n Hulp" niet mocht achterwege blijven en hij beval de voorstellen van het bestuur bij de leden aan. Er werd o. a. besloten om deeltenemen aan de eventueel plaats hebbende feestelijkheden en aan het comité voor de feestviering een bijdrage te geven voor een volksfeest. Mocht op dien dag een optocht plaats hebben van de verschillende vereenigingen, dan zal «Eigen Hulp" zich tot deelneming daarin aanmelden. Men meldt ons dat van een niet verbonden fabri kant de agenten in Zuid-Beveland machtiging hebben ontvangen suikerpeneneontracten te sluiten tegen ƒ11 de 1000 kilogram. Bij beschikking van zijne Excellentie den Minis ter van Justitie is aangesteld tot onbezoldigd Rijks veldwachter Pie ter K o 1 e 11 z. te 'sHeer Arends- kerke. In de Vrijdagavond te Ierseke gehouden meeting om de tot stand brenging te bespreken van etne stoom- tramverbinding van Ierseke (haven)Postbrug—sta tion Viake en paardentiam HansweerdWemeldinge werd de levensvatbaarheid dezer lijnen bevestigd. De aanlegkosten zullen bedragen 71,000; de ont vangsten, geraamd volgens opgaven van het jaarlijksch verslag der staatsspoorwegen, hetwelk den omvang van het verkeer op de stations Vlake en Kruiningen aan geeft, zullen bedragen ƒ23,000. De minste tramweg exploitatie geeft nog per jaar en per K. M. ruim ƒ2000. Deze lijnen zijn 10 K. M. lang; dus zijn de ontvangsten billijk berekend. De exploitatie-uitgaven met afschrijving op rails en rollend materieel zeilen ƒ17,000 bedragen, en de winst alzoo ruim ƒ6000 of 9 van het kapitaal. De concessie-aanvrager (de heer A. Hartog Az. te Ierseke) zal meteerige voorname oesterhandelaren uit Ierseke, Wemeldinge, Hansweeid en Zieriksee pogingen aanwenden om zijne plannen ten uitvoer te brengen, en alsdan een comité trachten te vormen om de ver wezenlijking dezer lijnen te bewerkstelligen. De lijn zal bij de oesterputten aanvangen, en in ver band met de concessie-aanvrage WalsoordenHulst zullen deze lijnen bij eventueele tot standkoming eene kortere verbinding aanbrengen tusschen Schouwen en Duiveland, Zuid Beveland en Antwerpen. Vooral met het oog op den grooten vooruitgang der gemeente Ierseke zal dit verbeterd communicatie middel het vervoer zoo van passagiers als van oesters enz. zeer vergemakkelijken. Kapelle. In de Vrijdag gehouden raadszitting had de benoeming van 3 leden voor het B u r g e r 1 ij k Armbestuur plaats. Aan de beuit van aftreding waren dhrn. J. Weststrate en M. Schipper, terwijl een vacature, ontstaan door het overlijden van dhr. D. Van Maris, moest aangevuld worden. Van da aftredende leden werd herkozen dhr. M. Schipper, terwijl in plaats van dhr. J. Weststrate, die de gemeente metterwoon had verlaten, werd benoemd dhr. J. De Jager Gz. Ter aanvul ling der vacature werd benoemd de beer A. Nijssen. Kolijnsplaat. Door den waarneraenden Inspecteur van het geneeskundig staatstoezicht in Zeeland is verklaard, dat de mazelen hebben opgehouden in deze gemeente epidemisch te heerschen. St. Aniaaland. Donderdag 13 dezer hield de afdeeling St. Annaland der schippersvereeniging «Schutte- v a e r", alhier hare elide algemeene jaarvergadering. De voorzitter, de heer L. Theunnisse, opende de vergadering, heette de leden welkom en sprak zijn leedwezen uit over de geringe opkomst, die echter aan verschillende omstandigheden moest worden toe geschreven. Bij de voorlezing der notulen werd een overzicht gegeven van de verschillende werkzaamheden van het bestuur der afdeeling en van het hoofdbestuur. De voorzitter deed verder voorlezen de beschikking van Ged. Staten op het adres tot verbetering der losplaats aan het laagwatersteiger te Kortgene. De heer Abr. Theunisse opperde eenige bezwaren omtrent het doorvaren der Dordtsche brug zooals dit thans geregeld is, en hoopte dat hierin) verbetering gebracht zal worden. Het bestuur der afdeeling zal op de gewenschte verbetering aandringen. Verder werd voorlezing gedaan van een schrijven van den heer J. Van den Berge te Vianen omtrent de betonning en bebakening van de Kil tot de Ooster- schelde. Op voorstel van den eere-voorzitter, den heer A. J. Bierens, werd besloten alvorens bij hoogere autoriteiten aanzoek tot voorziening hierin te doen den bakenmeester met het voorstel van den heer Van den Berge bekend te maken. Door den heer M. C. Verstrate van Stavenisse werd voorgesteld te trachten verplaatsing te krijgen van het licht van Ooltgensplaat naar het Dintelsche Sas, daar het te Ooltgensplaat weinig nut heeft en bij Dintel veel, omdat men, van Willemstad komende en aan het eind van het Volkeiak zijnde, dan gemakkelijker van Dintel naar Gaiatheasluis kon varen. Door den heer J W. Slager van St.-Annaland werd nog ter sprake gebracht het ontwerp-reglement ter voor koming van aanvaring op de rivieren enz. in Neder land, dat tot vele besprekingen aanleiding gaf. Op voorstel van den heer J. Polderman Jz. van St -Annaland werd besloten dit ontwerp-reglement op een nader te bepalen vergadering te bespreken. Benoemd met I Februari tot adsistent bij de posterijen te Waalwijk de heer W. II. De L o z a n n e te Tolen. Volgens de Midd. Ct. bestaat bij het gemeente bestuur het voornemen om den 70en jaardag van Z. M. feestelijk te herdenken, o. a. door het brengen eener serenade met fakkellicht aan den Com missaris des Konings, het illumineeren van het raad huis enz.ook bij enkele ingezetenen schijnt het plan te bestaan om hunne gevels dien avond ta verlichten. Naar men verneemt is da ingenieur van den waterstaat de heer I. A. E. M u s q u e t i e r te Vlis- singen met 1 Mei a. s. overgeplaatst naar Utrecht. Zijn vertrek zal voor die gemeente een groot verlies zijn, daar hij als lid van den gemeenteraad en als lid van de commissie van het bad-hóiel, alsmede in nog andere betrekkingen steeds met ijver en nauwge zetheid de belangen dier gemeente behartigde. Vlissingen. In de jl. Vrijdag gehouden gemeente raadszitting werd met 8 tegen 4 stemmen aangeno men de verordening, volgens welke met Mei a. s. in deze gemeente zal worden geheven eene nieuwe be lasting, onder den naam van «straatgeld", invorder baar van de eigenaars van aau de openbare straten, kaden of pleinen binnen de kom der gemeente gelegen gebouwen en bedragende 0,20 per Meter gevelbreedte, met eene uitzondering voor fabrieken, pakhuizen, enz., waarvoor slechts ƒ0,10 per strekkenden Meter gevel- breedte zal worden geheven. Op een ter tafel gebracht adres van 153 eigenaars van panden, waarbij deze verzochten, dat de raad zoodanige bepalingen zoude maken, waardoor de te heffen belasting niet slechts zou drukken op de eige naars, maar ook de huurders en gebruikers van de gebouwen welk verzoek door de heeren Delvoije en Loois tot een amendement werd gemaakt besliste de raad afwijzend met 8 tegen 5 stemmen. In dezelfde raadsvergadering werd met 7 stemmen voor en 5 tegen besloten tot overschrijving der con cessie voor de «Vlissingsche Duinwaterleiding" en wel, op verzoek van de tegenwoordige eigenaren, de erven Diemont Van Dathar, die hunne inrichting weuschen over te dragen aan eene nnaralooze vennootschap. Tegen dit besluit is door het raadslid Verknijl Qnak- kelaar geprotesteerd, aangezien door twee andere raads leden, die als commissarissen van bedoelde naamlooze vennootschap zullen optreden, aan de stemming werd deelgenomen, hetgeen, volgens hem, in strijd is metde wet.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1887 | | pagina 1