I 5 Art. 13. De directeur is, behoudens goedkeuring der gas-com- missie, bevoegd, zonder voorafgaande waarschuwing, den toevoer van gas aftesluiten a. bij eenmaal geweigerde betaling van hetgeen vol gens art. 12 tegen quitantie gevorderd wordt; b. wanneer de verbruiker in strijd met de in deze verordening gestelde voorwaarden handelt. Art. 14. De verbruiker, wien de toevoer van gas, krachtens art. 13 is afgesloten, wordt niet opnieuw tot verbruik van gas in de gelegenheid gesteld, voor dat alle schulden en onkosten, ook die voor het weder verbinden met de hoofdbuis, zijn aangezuiverd en voor het vervolg ten genoege der gas-commissie borg is gesteld, onverminderd alle rechten, welke de gemeente kan en wil doen gelden, ter bekoming van betaling of naleving der voorwaarden. Art. 15. In bijzondere gevallen kan de gas-commissie de ver dere levering van gas aan een gasverbruiker weigeren. De commissie, van deze bevoegdheid gebruik makende, geeft daarvan kennis aan Burgemeester en Wethouders. Art. 16. Bij verhindering of stoornis in de levering van gas, is de gemeente tot geene schadevergoeding verplicht. Art. 17. De gelden, verschuldigd voor aanleg en gasverbruik van buitengewonen of voorbijgaanden aard, zooals in tijdelijke gebouwen, plaatsen voor openbare vermake lijkheden, kermistenten, kramen en dergelijken, moeten eiken dag worden voldaan. De directeur is zelfs bevoegd vooruitbetaling van het vermoedelijk bedrag van het daarvoor verschuldigde te vorderen.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1886 | | pagina bijlage 5