3
Art. 9.
Burgemeester en Wethouders zijn in geen geval aansprake
lijk voor de gedane overschrijvingen.
Art. 10.
De storting van het bedrag der toegekende aandeelen zal
moeten geschieden ten kantore van den gemeente-ontvanger
tusschen den zeven-en-twintigsten eu den negen-en-twintigsten
December 1800 zes-en-tachtig.
De rente begint te loopen van den eersten Januari 1800
zeven-en-tachtig.
Art. 11.
Bij de uitgifte der schuldbrieven worden afgegeven half-
jaarlijksche coupons voor den geheelen duur der leening.
Art. 12.
De coupons worden ingewisseld ten kantore van den
gemeente-ontvanger op of na den vervaldag.
Indien zij binnen vijf jaar na den vervaldag niet ter in
wisseling zijn aangeboden zijn zij vervallen ten bate der
gemeente.
Art. '13.
Jaarlijks, te beginnen met het jaar 1800 zeven en tachtig,
zal in de maand September eene uitloting in het openbaar
plaats hebben van ten minste vier obligatien (behoudende dus
de gemeente zich de bevoegdheid voor tot meerdere aflossing),
welke met den tweeden Januari van hst daarop volgende jaar
zullen worden afgelost, ten kantore van den gemeente ont
vanger, zullende na dat tijdstip geene rente meer vorder
baar zijn.
De schuldbrieven, die uitgeloot en aflosbaar verklaard zijn,
en binnen den tijd van vijf jaren na den dag der aflosbaar
stelling niet ten kantore van den gemeente-ontvanger
werden aangeboden, vervallen ten bate der gemeente.
Art. 14.
Van het tijdstip en de plaats der uitloting, alsmede van
de nummers der uitgelote schuldbrieven geschiedt openbare
kennisgeving.