1886. N°. 40. Zaterdag 3 April. 73sle jaargang. Bij dit nonimer behoort een bijvoegsel. Voorjaars- Veemarkt TE GOES GOESCHE De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdagavond uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75. Afzonderlijke nommers 5 ct., met bijblad 10 ct. In ons land vervoege men zich- voor Rotterdam aan het Algemeen Advertentiebureau van NIJGH VAN DITMAR, en verder bij alle Boekverkoopers en Postdirecteuren. COURANT. De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 ct., elke regel meer 10 ets. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend; Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 18 regels a f 1,berekend. Dienstaanbiedingenniet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ets. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cents per regeL Den belanghebbenden wordt herinnerd, dat de eerste zal gehouden worden op Dinsdag den 6 April 1886. Goes, den 6 Maart 1886. Burgemeester en Wethouders van Goes, J. G. DE WITT HAMER. De Secretaris, HARTMAN. GOES, 2 April 1886. De zich verschuilende redactie van het Nieuws- en Advertentieblad voor N.- en Z.-Beveland blijft volgens haar eigen verklaring voorloopig nog verstop pertje spelen en wil haar schuilhoek niet verlaten, althans niet op ons verzoek. Wij hebben ons daar mede ook geen oogenblik gevleid, maar wel is het bevreemdend, dat zij eischt, dat wij met bewijzen zul len staven wat wij in ons nommer van jl. Zaterdag schreven. Bevreemdend, omdat wij toch niet kunnen debatteeren met een onzichtbare; bevreemdend vooral ook, omdat de gevraagde bewijzen in het Nieuws- en Advertentieblad zelve te vinden zijn. Of zijn het geen schimpscheuten en hatelijkheden, om nu maar eens bij het laatste no. te blijven, wanneer het denkbeeld wordt geopperd dat het dagelijksch bestuur onzer stad ter wille van een paardenspel het bij de wet verbodene zou toelatenzijn het geen schimpscheuten en hatelijk heden, wanneer geëisebt wordt dat er proces-verbaal zal worden opgemaakt (dan moet er dus wetsover treding hebben plaatsgehad) tegen onderwijzers, die kinderen naar een paardenspel geleiden en tegen auto riteiten, die zulks toelatenalsmede tegen het comité tot wering van schoolverzuim, dat, wanneer een paar denspel in deze stad zijne tenten heeft opgeslagen, tot belooning voor getrouw schoolbezoek de kinderen van rijken en armen daarvan eene voorstelling doet bij wonen, van armen vooral, die anders zich zouden moeten vergenoegen met eens voor een oogenblik door een reet naar binnen te gluren en die niet als vele anderen, die hier tegen dergelijke genoegens te velde trekken, naar andere plaatsen, waar zij op mindere bekendheid kunnen bogen, gaan om er tooneelvoorstel- lingen, opera's of zelfs balletten bijtewonen Moeten wij het geheugen der redactie opscherpen, b. v. ook omtrent de verregaand personeele hatelijk heden in haar no. 45 van 12 Nov. 1885? Ons dunkt, dat in deze enkele feiten reeds bewijs genoeg ligt voor wat wij schreven en het lust ons dan ook voorloopig niet meerdere bewijzen op te sommen. Maar vreemd klinkt het zeker bij dat alles te vernemen, dat de redactie van het N. en Adv. blad durft beweren geene personen te bespreken, maar alleen politiek en zaken. Zijn dan in eene kleine stad als Goes in dergelijke gevallen de zaken van de per sonen af te scheiden en weet men niet dadelijk tegen welke personen de woorden zijn gericht, wanneer men schijnbaar zaken behandelt? Indirect erkent de redactie dit zelf, waar zij het zegt te betreuren onlangs den naam te hebben vernomen van onzen verantwoordelijken redacteur. Onze schuld is het niet, dat dit eerst onlangs ge schiedde wij hebben toen hij zijne betrekking aan vaardde voor behoorlijke bekendmaking gezored (zie het eerste nommer van den jaargang der Goesche Courant van 1884). Voor het overige kunnen wij ver zekeren, dat het ons spijt dat de kennismaking, zij het dan ook slechts bij name, niet wedeikeerig was. Wij komen alleen te weten, dat de redactie zich ver gelijkt met die van Uilenspiegel. Dit verklaart reeds veel 1 Ten slotte een enkel woord over de er bij de haren bijgesleepte quaestie van den naam des uitgevers. Natuurlijk is dde naam alleen genoemd zooals van verschillende uitgaven meestal de naam des uitgevers wordt genoemdwij identificeeren dien volstrekt niet met het blad, te minder nu ons gebleken is, dat hij daarop niet gesteld schijnt. Naar wij vernemen bestaat het plan eerstdaags Set Zuiden en het Nieuws- en Advertentieblad voor Noord- en Zuid-Beveland tot éen blad te vereenigen, waarvan de uitgave mede bij den heer G. M. Klem- kerk alhier zal plaats hebben. Gisteravond werd in het koffiehuis «de Prins van Oranje" alhier eene vergadering van kiezers en meerderjarige belangstellenden gehouden tot het stellen van een candidaat voor het lidmaatschap van den Gemeenteraad. Op de candidatenlijst werden ge plaatst de heeren dr. J. Kooman Az., I. P. S. Jon- quière, S. J. J. De Jonge Mulock Houwer en W. J. Van Gorkom, waarvan de laatste twee echter dadelijk verklaarden niet voor eene candidatuur in aanmerking te willen komen. Na bespreking der beide eerstge noemde candidaten werd tot stemming overgegaan en bleek dat dr. J. Kooman Az. 27 stemmen op zich vereenigd had en de heer J. P. S. Jonquière 12 stemmenéén biljet in blanco. Dr. Kooman was daar mede tot candidaat der vergadering gekozen en heeft zich die candidatuur laten welgevallen. Naar wij vernemen is gisteren in eene vergade ring der hier gevestigde afdeeling van de werklieden- vereeniging «Patrimoniu m", naar aanleiding van eene door het hoofdbestuur aan de afdeelingen verzonden missive, met algemeene stemmen eene motie aangeno men, waarin verklaard wordt, dat het amendement van de rechterzijde op art. 194 der Grondwet de afdeeling niet geheel bevredigt en dat, wanneer ook van dat amendement nog iets moest worden prijsgegeven, Pa trimonium zich zal wenden tot Z. M. den Koning met verzoek om het ontwerp betreffende hoofdstuk X niet te willen bekrachtigen. In diezelfde vergadering werd door den heer J. Zoeter alhier eene voordracht gehouden. Ierseke. In de Raadsvergadering gister avond te 6 uren gehouden waren tegenwoordig de Voorzitter en 6 leden (er is een vacature door het overlijden van den heer P. Sandee Sr.) De Voorzitter deelde o. a. mede, dat de gevraagde af- en overschrijving en wijziging in de begrooting, noodig geworden door het besluit tot benoeming van een gemeente-architect, door Ged. St. is goedgekeurd. Voorts was ingekomen eene kennisgeving van het overlijden van den heer P. Sandee Sr., in leven raadslid. Er werd besloten een adres van rouwbeklag te zenden aan de kinderen des overledenen. Een verzoek van den heer Elenbaas alhier om op den gemeenschappelijken muur tusschen zijn woonhuis en het gemeentehuis een verdieping te mogen optrekken, werd met algem. st. toegestaan, nadat de Voorz. had medegedeeld dat daaraan blijkens onderzoek geen be zwaren verbonden waren en eenige gestelde voorwaarden door requestant waren aangenomen. Ingekomen was eene aanbeveling van het Burg. of Algem. Armbest. tot benoeming van een lid van dat college in plaats van wijlen P. Sandee Sr. Deze aan beveling jbestond uit de heeren P. Sandee Jr. en W. Van Oeveren Jr., doch de raad benoemde bij de 3e stemming den heer L. Laban, raadslid, die zich binnen 8 dagen omtrent de aanneming zal verklaren. Nu was aan de orde de benoeming van een gemeente architect of dagelijksch opzichter voor gemeente-werken. Voor die betrekking hadden zich niet minder dan 92 sollicitanten aangemeld, van welke de volgende 5 heeren door B. en VV. werden aanbevolen1. A. De Herder te Geldermalsen, 2. T. J. J. Bruuot te Amsterdam, 3. A. G. Den Boesterd te Apeldoorn, 4. W. Geursen te Franeker en 5. H. Brouwer te Leeuwarden. De heer Laban had gaarne den heer Hannink te Goes op de aanbeveling gezien, doch de Voorz. verklaarde, dat deze was weggelaten, omdat de heer Hannink niet te Ierseke kon wonen. Desniettegenstaande werd deze toch met 4 van de 6 stemmen gekozen. Het daarna behandelde ingekomen plan voor den torenbouw van den architect Hannink te Goes werd met eene door den heer Laban voorgestelde wijziging in de Algemeene Bepalingen en Voorwaarden goed gekeurd. De toren moet 56 M. hoog worden en den 30sten Sept. e. k. worden opgeleverd. In eene vorige vergadering was geweigerd om het plan voor den torenbouw aan de medebeoordeeling van het Prov. Coll. v. Toezicht te onderwerpen. In een ingekomen missive van Gedep. Staten wordt op gemerkt, dat nog niet is gebleken, of Kerkvoogden en Notabelen met de weigering genoegen nemen. Daarom, zoo deelde de Voorzitter mede, was aan die heeren geschreven, en het daarop ingekomen antwoord werd ter tafel gebracht. Kerkv. en Notab. vragen daarin nu om het bouwplan aan het Prov. College ter inzage te mogen zenden en bieden aan den Raad een concept-contract omtrent het gebruik enz. van den toren ter overweging aan. Het verzoek werd met algemeene stemmen geweigerd en in het contract werden een paar wijzigingen, vooral het recht tot luiden betreffende, gebracht. Het oude raadsbesluit plus de bijvoegselen van heden zal nu aan Kerkvoog den en Notabelen ter goedkeuring worden gezonden en daarna aan Ged. Staten. Hierna werd met algemeene stemmen herbenoemd tot klokkenist voor den tijd van 3 jaren de heer Z. Bouwens met ingang van 1 Januari 11. Ten slotte deelde de Voorz. nog mede, dat het aantal kiezers voor den gemeenteraad het vorige jaar van 108146 en dat van kiezers voor Prov. Staten en Tweede Kamer van 4764 is gestegen dat de ver pachting der haven 648 heeft opgebracht (vroeger reeds gemeld) en dat 64 nieuwe leerlingen voor de gemeentescholen zijn aangegeven en toegelaten. Bij kon. besluit is jhr. mr. J. II. J. Q u a r 1 e s Van Ufford benoemd tot burgemeester der ge meente Aksel. Per stoomboot «Prins van Oranje" zal 28 April a. s. naar Oost-Indië vertrekken een detachement sup pletie-troepen, sterk 74 onderoff. en minderen, onder bevel van den len luit. der inf. F. M. A. Mesch. Bij K. B. is benoemd bij het korps, gevormd uit de Vereeniging tot vrijwillige oefening in den wapenhandel «Prins Hendrik", te Veere, tot 2den luit. P. C. Van der Vliet. Bij beschikking van den Minister van binnen- landsche zaken, van 1 April 1886 no. 37, kabinet, is aan C. C r o 11, met ingang van dien dag, eervol ontslag verleend ais eerste klerk bij het departement van binnenlandsche zaken. Omtrent dit ontslag wordt nader het volgende ge meld Toen gistermorgen de ambtenaar Croll zich aan het Ministerie van binnenlandsche zaken aanmeldde, om zijn werk te hervatten, werd hem door den chef zijner afdeeling gevraagd, of hij bedankt had voor het lidmaatschap van den centralen raad van den Sociaal-democratischen bond. Op zijn ontkennend ant woord, gaf de chef daarvan kennis aan den Minister, die Croll daarna vroeg of hij bij zijne weigering vol hardde. Op het bevestigend antwoord van Croll deelde de Minister hem mede, dat hij eervol ontheven was uit zijne betrekking bij het departement. Gisteren 1 April 1886 herdacht de R ij k s - postspaarbank het eerste lustrum van haar bestaan. Voor vijf jaren begon zij hare diensten het publiek aan te bieden, en in dien tijd heeft zij zich buiten gewoon ontwikkeld. Gedurende dien tijd zijn ingelegd 16% millioen gulden, terugbetaald ruim 9 millioen, verdeeld over circa één millioen inlagen en 200,000 terugbetalingen. Telde de directie bij den aanvang zes ambtenaren, thans is dit getal 38, en met een man als den heer Armand Sassen aan het hoofd gaat de instelling een schoone toekomst tegemoet. De pbilantropische bedoelingen, die bij de oprichting voorzaten, nl. bevordering van den volksvooruitgang, kan men niet genoeg waardeeren, en zij, die den veel bestreden stelregel voorstonden: «de Staat behoort in het algemeen belang te doen wat nuttig is en hij zonder bezwaar kan verrichten", kunnen hier tevreden zijn over de uitkomsten. Het is zeker dat de instelling aan eene lang ge voelde behoefte heeft voldaan; wij wenschen daarom dat hare diensten meer en meer gewaardeerd zullen worden en de bloei der Rijkspostspaarbank steeds toeneme. In de Amh. Ct. lezen wij het volgende «Een zeer gemoedelijk woord richt de Standaard tot de liberalen en conservatieven, dat ons diep trof. Het vangt aan met de verklaring dat deze, op uit zonderingen na die bij alle partijen voorkomen, te goeder trouw zijn. Die verklaring moesten wij tweemaal lezen, om te gelooven dat de Standaard de liberalen voor menschen te goeder trouw houdt. Later zegt zij nog uitdrukkelijk«wij stellen er prijs op openlijk van onzen kant luide en openlijk uit te spreken, dat wij aan de goede intentiën onzer liberalisten metterdaad gelooven. (Waarom zelfs bij die gemoedelijke verzekering hen ook nu nog uitgescholden Die verklaring gaat vooraf aan een betoog, dat eigenlijk het beginsel der liberalen de volksbeweging ontstaan deed en de tegenwoordige gedaante van het volksleven, zoo onheilspellend voor de toekomst, de consequentie is van de liberale ideeën. «Met liberaal te zijn spelen de liberalisten hoog spel. Konden zij tweeërlei liberalisme huldigeneen liberalisme zonder de autoriteit van Gods woord voor de heeren op de sociëteit, en een liberalisme met Gods woord voor de armen in hun hutten en stulpen, dan ware het gevaar zoo groot niet". Uit die woorden zou men opmaken, dat het leven der liberalen zijn eigenlijk middelpunt vond in de sociëteit. De Standaard weet echter zeer goed, dat door duizenden onder de liberalen de sociëteit ter nauwernood bezocht wordt en dat ook zij bezield zijn met een ernstig streven om het geluk der maatschappij te bevorderen en haar tevens niet slechts zedelijk maar ook verstandelijk te ontwikkelen. En, zoo velen zich verwijderd hebben van Gods woord, zooals de Standaard het noemt, dan was dit het gevolg van het drijven dergenen, die daaraan zulke bekrompen menschelijke begrippen hechtten, dat zij, die een hooger bewustzijn hebben van de roeping en de plichten van den mensch, niet meer konden samen gaan met dienaren van vorm en letter. Hadt gij uwe deuren wijder opengezet, wat uit gedreven werd, zou gebleven zijn". Kerkelijke Zaken en Onderwijs. Dhr. P. Snoep Cz. heeft te Utrecht met gunstig gevolg zijn eerste candidaats-examen in de theologie afgelegd. Beroepen te Middelburg ds. P. J. W. Klaar hamer te Hilversum. De Stand, deelt mede een schrijven van het Prov. Kerkbestuur van Noord-Holland aan de ge schorste kerkeraadsleden te Amsterdam ter begelei ding van een uitvoerige missive van het Class, bestuur aan het Prov. Kerkbestuur, bevattende een lange be schuldigingsrede tegen de geschorsten. Het Class, bestuur merkt in haar schrijven op dat de bezwaren, bij het voorloopig onderzoek ter zijner kennis gekomen eer zwaarder dan lichter zijn ge worden en dat de ingebrachte bezwaren aanleiding zouden kunnen geven tot ontzetting uit de kerkelijke bedieningen. Het Prov. bestuur heeft deze missive aan de ge schorsten doen toekomen en hen uitgenoodigd uiterlijk binnen 7 dagen te melden, wat zij tot toelichting of wegneming der bezwaren hebben aan te voeren. In de Handelingen van de buitengewone verga dering der Alg. Synode dezes jaars (in druk versche nen bij A. Van Hoogstraten en Zoon, 's-Gravenhage) komt eene letterlijkekopie voor van een brief van den heer J. H. te K., aan den praetor van den ring van Harderwijk (zie 4e zitting). Niet slechts om zijn inhoud, maar mede om zijn vorm, is die brief de aandacht waard. Hij luidt in de «Handelingen" als volgt: «Namens de Kerkeraad der Hervormde Gemeente te Kootwijk bericht ik U bij dezen de vacature gisteren 7 Febr. is vervuld; de beroepen predikant is des mor gens bevestigd door Ds. Van Linge, en des namiddags heeft hij zijn intrede in de Gem. gedaan. Ik twijfel niet of dit bericht zal U aangenaam, eene gemeente 17 jaren herderloos en nu weder voorzien is zeker verblijdendvooral voor u als Praetor van de Ring, en vriendelijk verzoek ik u dit bericht aan de andere ringbroeders bekend te maken die heeren zijn dus van af heden verschoond van de moeitevolle reizen naar K. daar nu in het vervolg geregeld de godsdienst oefening door mij zulle worde geleid. U is zeker ook bekend dat de gem. 't verband ver broken heeft en daarom heeft de bevestiging ook zoo spoedig plaats gehad omdat nu de ringpredikante niet meer worde verwacht. U namens de kerkeraad ook dankzeggende voor de bewezen diensten, met de meeste hoogachting en heil beden Uw Weleerw. dw. dw. dienaar en medebroeder enz. 8 Febr. '86." Nog eens: het bovenstaande is eene letterlijke en punctueele kopie. Omtrent den schrijver van dezen brief leest men in de «Handelingen" (9e zitting) dat hij, volgens inge komen bericht, geëxamineerd is, wel niet door hoog leeraren eener wettige universiteit of door een provin ciaal kerkbestuur, maar door anderen. Dat namelijk den 20 November 1885, op verzoek van den kerkeraad van Kootwijk eene bijeenkomst te Utrecht is gehouden van gecommitteerden uit de kerkeraden der Herv. gemeente te Kootwijk, Voorthuizen en Nijkerk en andere genoodigden, waarin na afloop van een onder zoek aan den heer H. eene verklaring is uitgereikt, dat «noch de wandel, noch de kennisse, noch de gaven van den heer H. op zich zeiven bezwaar behoeven op te leveren, waarom hij de bediening des Woords niet zou kunnen aanvaarden." (N. B. Ct.) Te Utrecht is den 28 Maart jl., in den ouder dom van ruim 72 jaar, overleden ds. Jacobus Willem Lem, als Em. predikant van St. Pancras, die van Nov. 1847 tot Oct. 1868 predikant was te Wilhelminadorp. Uit Kortgene ontvingen de geschorste Kerkeraads leden te Amsterdam een uitvoerig schrij ven van geluk- wensching en betuiging van hartelijke sympathie waarin zij met name zich aansluiten aan het schrij ven van den Kerkeraad van Utrecht, door onderscheidene Kerkeraadsleden en voorts een dertigtal gemeenteleden onderteekend. Nog werd uit Kortgene een adres in gelijken geest ontvangen van vrouwelijke lidmaten, waarbij deze het broederlijk woord van de manslidmaten uit Kortgene mede steunen. (S(.) Bij de gisteren gehouden overgangs-examens voor de Burger-Avondschool te Goes zijn bevorderd Van de eerste tot de tweede klasse (met den eer sten graad) G. M. Nagelkerke, P. C. Oele, J. Schip per, L. C. Van der Linde, W. J. Van der Linde, (met den tweeden graad) W. J. Van den Dungen, (met den derden graad) J. M. Haringman, L. D. Van Melle, J. Den Boer. Van de tweede tot de derde klasse (met den eer sten graad) II. Loggers, N. Van der Hoeff, C. De Dreu, (met den tweeden graad) S. J. De Jflp, S.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1886 | | pagina 1