1886. N°. 37. Zaterdag 27 Maart. 73sle jaargang. De Ligger der Wegen en Voetpaden GS*- gome De uitgave dezer Courant geschiedt Maandaö, Woensdag en Vwjdagavond uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75. Afzonderlijke nommers 5 ct., met bijblad 10 ct. In ons 1 and vervoege men zichvoor Botterdam aan het Algemeen Advertentiebureau van NIJGH VAN DITMAR, en verder bij alle Boekverkoopers en Postdirecteuren. courant. De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 ct., elke regel meer 10 ets. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen werden van 18 regels a f 1,berekend. Dienstaanbiedingenniet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ets. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cents per regel. in deze gemeente is door Gedeputeerde Staten van Zeeland vastgesteld en volgens besluit van 5 Maart 1886 no. 76 in no. 45 van het Provinciaal blad afge kondigd. Goes, den 25 Maart 1886. Burgemeester en Wethouders van Goes. J. G. DE WITT HAMER. De Secretaris, HARTMAN. GOES, 26 Maart 1886. Week voor week worden wij en anderen in het N.- en Adv.bladuitgegeven bij G. M. Klemkerk al hier, onder een christelijken dekmantel op de erger lijkste manier uitgescholden. In 't no. van gisteren worden allerlei onhebbelijkheden gedebiteerd aan het adres van Burg. en Weth., de schoolcommissie, het comité tot wering van schoolverzuim, de burgemeesters van 's-Heer Abtskerke en Kloetinge enz. en wordt het cirque-Pinder als verkiezingsmanoeuvre aangewend. Wij zeggen er alleen dit opvan ieder eerlijk blad is de redacteur of de redactie bekend. Wordt het geen tijd dat de christelijke? redactie van het N.- en Adv.blad zich bekend make, opdat men wete met wien men in dezen te doen heeft. Zoolang de toorn der redactie nagenoeg uitsluitend tegen ons alleen was gericht, hebben wij deze vraag niet gedaan maar nu de meest geachte ingezetenen, wettig samen gestelde commissiën, vrijwillig gevormde comité's, die een goed doel beoogen, ja zelfs het dagelijkseh bestuur der stad niet meer gevrijwaard zijn tegen de schimp scheuten en hatelijkheden, die schering en inslag zijn in dat blad, nn mogen wij die vraag niet langer in houden en zijn wij overtuigd, dat ieder weldenkend menscb ons zal toestemmen, dat met recht de eisch mag worden gesteld, dat bekend gemaakt worde wie zich achter de redactie van dat blaadje verschuilt om achtenswaardige ingezetenen door het slijk te halen. Hedenmiddag had alhier ten Baadhuize eene conferentie plaats tusschen het bestuur der gas maatschappij en ons dagelijkseh bestuur. Het is dus te verwachten dat eerlang iets naders omtrent deze voor de ingezetenen en de gemeente gewichtige zaak zal kunnen vernomen worden. Het 80jarig bestaan der Sociëteit «Van Ou- genuchten Vrij" alhier werd gisteravond op een voudige doch zeer gezellige wijze herdacht. Met een kort woord opende de voorzitter de bijeenkomst. Een concert van de stafmuziek van het 6e reg. infanterie, onder directie van den heer Stenz, afgewisseld door een no. voor piano door den heer I. Kooiman en 3 tableaux vivants, vormden het programma. De hernieuwde kennismaking met den heer Stenz en zijn korps heeft zeker een gunstigen indruk achter gelaten. Eenige nommers werden inderdaad zeer schoon en verdienstelijk uitgevoerd. Onnoodig te zeggen, dat ook het pianospel van den heer Kooiman uitstekend was. Ook de tableaux, vooral dat van Asschepoetster, voldeden zeer, terwijl een geanimeerd bal den feeste- lijken avond besloot. Allen, die tot het welslagen van dezen avond hebben bijgedragen, inzonderheid de dames en beeren, die in de tableaux optraden, verdienen een openlijk woord van dank. Zeker zal ook door hunne medewerking de avond van 25 Maart steeds eene aangename her innering opleveren. Door Z. Ex. den Minister van Binnenlandsche Zaken is in de zitting der Tweede Kamer van 19 Maart 11. o. a. gezegd «Het is zeer onlangs gebeurd, dat tegeneen hoofd onderwijzer eene klacht is ingekomen van een kerkeraad, alsof hij zich schuldig maakte aan het ver spreiden van het atheïsmus onder zijne leerlingen, pro paganda makende bij de kinderen voor eene leer, die geen God erkende. Dat heeft mij diep getroffen. Ik heb onderzoek laten doen tot in de kleinste bijzonderheden en de klacht is volkomen ongegrond gebleken. Er was geen schijn of schaduw van bewijs. Intusschen is men voortgegaan te zeggen en in cou ranten te schrijven, dat de klacht niet-ontvankelijk was verklaard op eene of andere formaliteit. Op den man was niets anders te zeggen geweest, dan dat hij eenige gedichtjes, waarin Gods naam voorkwam, met éen persoon onder vier oogen besproken had en dat hij geoordeeld had dat een stukje niet geschikt was om door de kinderen in de zangklasse gezongen te worden. Anders nietsen echter beschuldigde men hem van eene zoo ernstige overtreding en werd dit als wapen aangegrepen". Gelijk men weet betreft deze verklaring van den Minister den heer Mieras, hoofd der school te Beesd. Kolijnsplaat. In de vergadering van het Nuts- departement »Noord-Beveland" op Woensdag 11. werden de voorstellen van het bestuur, betreffende de wijzigingen van het huishoudelijk reglement, noodig geworden door de nieuwe wet der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen van 1885, na eenige discussie aangenomen. Na goedkeuring door het Hoofdbestuur zal 't bestuur het herziene reglement laten drukken en zal ieder lid een exemplaar er van uitgereikt worden. Als spreker trad op de heer W. J. Van Gorkom van Goes, die als onderwerp gekozen had «De Gilden" inzonderheid met betrekking tot ons land. In eene boeiende improvisatie passeerden zoovele gilden de revue, terwijl nu en dau bij de meest interes sante wat langer verwijld werd, dat men niet wist, waarover zich meer te verwonderen Over het geheugen van den spreker of de vele studie, aan dit onderwerp ten koste gelegd. Tal van wetenswaardigheden dezer voorheen zoo groote en vaak ingrijpende machten der toenmalige maatschappij werden medegedeeld, zoowel van de heidensche, als van de middeleeuwsche en de latere gilden. Met groote aandacht volgden de zeer talrijk opgekomenen den spreker in zijne geschiedkundige ontwikkelingen, in zijne verhalen en schilderingen. Nadat de heer G. Van der Hoek van Goes met een luimig gedicht, dat men »'t Trouwlustige Keetje" zou kunnen betitelen, de lachspieren in beweging ge bracht had en de lieer Danckaerts van Kortgene nog «Het Weesje" van vrouwe K. W. Bilderdijk had voor gedragen, sloot de waarnemende voorzitter na dank zegging, inzonderheid aan den spreker, de laatste dezer wintervergaderingen. Gisteren werd te Middelburg de jaarlijksche vergadering gehouden van de vennooten der Export- iüaatschappij voor Zeeland. Uit het ver slag, door commissarissen en den directeur uitgebracht, bleek dat, ofschoon men zich nog niet in eene be haalde winst mocht verheugen en er integendeel nog een verlies is geleden, dit laatste aanzienlijk minder is dan in de voorafgaande jaren en dat, ondanks de ongunstige tijdsomstandigheden en de buitengewoon lage prijzen der land- en tuinbouwproducten, de pro visierekening een veel gunstiger cijfer aanwijst, ter wijl de oesterhandel voortgaat zich uit te breiden. Voorts werd er met voldoening op gewezen, dat de Export-Maatschappij zich meer en meer in het ver trouwen van land- en tuinbouwers, in andere provin ciën gevestigd, mag verheugendat, voor rekening daarvan, aanzienlijke partijen fruit zijn verkocht en dat de directeur meent te mogen aannemen, dat deze connectiën zich voortdurend zullen uitbreiden, hetgeen van groot belang is in afwachting dat de omstandig heden gunstiger zullen worden om, ook in ónze pro vincie, de verbouwing van sommige producten op groote schaal te zien plaats hebben. Te betreuren was het dat de oogst der meeste producten, die in Zeeland voor export verbouwd werden, in het vorige jaar bijna geheel mislukte. Aan het slot van dit verslag brengen commissa rissen een woord van hulde aan den directeur, die niets onbeproefd laat om den bloei der maatschappij te bevorderen, getracht heeft hare relatiën zooveel mogelijk uit te breiden en door zijn voorzichtig beleid haar voor verliezen heeft weten te behoeden. (M. Ct.) Te Middelburg is eene meeting gehouden om de wenschelijkheid eener duinwaterleiding te be spreken. Verschillende sprekers hebben het nut en de noodzakelijkheid daarvan betoogd en ten slotte is eene conclusie aangenomen, «dat de vergadering, over tuigd van het nut eener duinwaterleiding voor Mid delburg, alle ingezetenen uitnoodigt tot de verwezen lijking der zaak mede te werken, terwijl het op den weg van den gemeenteraad ligt de zaak te bevorderen, ook al moest het geldelijke offers kosten." In de St. Ct. zijn opgenomen de opgaven om trent den loop der bevolking in Zeeland in 1885. Daaruit blijkt het volgende De bevolking bedroeg op 1 Jan. H85 95.629 m., 98.336 v., alzoo samen 193.965 personen en is toe genomen met 1.314 m., 1.094 v., samen 2.408. Geboren werden 3.428 m., 3 247 v., samen 6.675 personen; er stierven 1.790 m., 1.748 v samen 3.538 personen; er vestigden zich in de provincie 6.051 ro., 5.766 v., samen 11.817 personen, terwijl er uit ver trokken 6.375 m., 6.171 v., samen 12,546 personen. Met ingang van 1 Mei e. k. worden o. a. ver plaatst de commiezen der 3e klasse bij 's rijks belastingen: P. M. A. Van der Brandt, van Hansweerd naar HoedekenskerkeM. J. J. Van den Abeele, van Hansweerd naar Vlissingen (haven)W. Vijverberg, van Hoedekenskerke naar Retranchement. (M. Ct.) De heer Keuchenius heeft als amen dement voorgesteld om art. 194 der Grondwet te lezen als volgt «Het onderwijs, in overeenstemming met de liefde tot God en den naaste en bevorderlijk aan kennis en wetenschap, is volksbelang. Het geven van onderwijs is vrij. Het toezicht, daarover van overheidswege uitgeoefend, wordt ge regeld bij de wet. De wet regelt do inrichting van het openbaar on derwijs. Zij bepaalt in welke mate ieder, die van dat onderwijs gebruik maakt, met uitzondering van de onvermogenden, in de kosten daarvan bijdraagt. De vrije inrichtingen van onderwijs kunnen, naar regelen bij de wet gesteld, slechts in zoover door rijk, gewest of gemeente worden ondersteund als tot op heffing van onbillijke belemmering of tot vermijding van alle bevoorrechting der openbare lagere scholen noodig is. De Koning doet jaarlijks van den Staat van het onderwijs aan de Staten-Generaal verslag geven". Naar men verzekert, zegt de Avondpostzou de Minister van Binnenlandsche Zaken, de heer mr. Heemskerk, aan de griep lijdende zijn. De ongesteldheid van den Minister levert volgens de N. Hott. Ct. voor hem geen beletsel op om zijne werkzaamheden aan het departement te verrichten. Alleen hindert hem het spreken, en daarom kan hij er nog niet aan denken, deel te nemen aan de beraad slagingen over grondwetsherziening. Uiterlijk Maandag hoopt de Minister echter weder in de Kamer te verschijnen. Door het hoofdbestuur van het Ned. onder wij zeisgenootschap is een adres verzonden aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal, waarin het o. a. te kennen geeft, er hoogen prijs op te stellen, dat er ten aanzien van de beginselen, naar welke ons lager onderwijs is geregeld, geene verandering tot stand kome, maar dat alom in ons vaderland gelegenheid blijve bestaan om voldoend lager onderwijs te genieten, hetwelk van voege de overheid verstrekt wordt, met eerbiediging van ieders godsdienstige begrippen. De ernstige handhaving dezer beginselen acht het hoofdbestuur levensvoorwaarde voor de Nederlandsche volksschool, die, hoe fel ook bestookt, te onzent een historisch en zedelijk recht van bestaan heeft ver worven. Zullen echter deze beginselen volledig en ongestoord kunnen toegepast worden, dan behooren zij, gelijk tot dusverre, in de Grondwet aan de natie te worden gewaarborgd. In deze wet uitgedrukt al mocht het zijn onder andere bewoordingen dan in art. 194 zijn zij, naar de meening van het hoofdbestuur, in voldoende mate veilig en verzekerd te achten. Worden zij daarentegen niet in de Grondwet opge nomen, maar afhankelijk gesteld van de inzichten des gewonen wetgevers, dan staat het te vreezen en wat wij elders zien gebeuren, wettigt deze vrees dat de openbare school de speelbal wordt der afwis selende regeeringen, en niet minder een twistappel in de gemeenteraden, dat zij inzonderheid ten platte- lande zal bezwijken als het offer, geëischt door de uiterste kerkelijke partijen, en dat aan het onderwijs in het algemeen onberekenbare schade zal worden toegebracht. Het hoofdbestuur vertrouwt, dat de wijsheid der Kamer de openbare lagere school, naast welke de bijzondere school de haar toegekende vrijheid volkomen blijve genieten voor deze ramp zal weten te bewaren, door in de Grondwet de beginselen te bevestigen, waarin het Nederlandsche volksonderwijs is geworteld, en waaruit het sedert het begin dezer eeuw zijne be schavende en opvoedende kracht heeft geput. Be Tijd zegt omtrent het amendement der linkerzijde betreffende het onderwijs, dat het elk denkbeeld van compromis uitsluit en eenvou dig decreteert, dat de onderwijsstrijd op het gebied der gewone wetgeving zal worden voortgezet. Daartoe is de Tijd bereid, maar hiervoor is geen Grondwets herziening noodigalles blijft gelijk het is, en wan neer na eenige jaren Grondwetsherziening weder aan de orde komt, zal de rechterzij le niet tot zoo groote bescheidenheid in hare eischen genoodzaakt zijn als zij zich thans tot plicht rekende. Dat het voorstel door de Tijd en hare vrienden aannemelijk zou worden geacht, daaromtrent zullen de liberalen zich wel geene illusie maken, zegt het blad. De Standaard brengt hulde aan het voorstel. In dien zoodanige bepaling in de Grondwet van '48 ware gebracht, zou de jongste historie van Nederland minder noodlottig zijn geweest. Thans echter kan die formule niet meer voldoen. Zij geeft te veel omdat, strikt genomen, de Staat voor elke secte in elke gemeente eene school zou moeten stichten zij geeft te weinig omdat, daar dit niet kan, aan den Staat het oordeel zou verblijven, wat al dan niet de godsdienstige overtuiging krenkt. Het komt er dus op neer, zegt de Standaard, dat men eigenlijk het art. evengoed kan weglaten. Het afdeelingsverslag over de conversie is onder dagteekening van 21 Maart door den Minister van Financiën beantwoord. Hij handhaaft de billijkheid van den maatregel, om de 4 pets. in 3 pets. te converteeren, de rente voor geldleeningen gelijkstellende met huurwaarden die, dalende, gelegenheid geven het gehuurde het geld tegen minderen prijs te be komen. De maatregel moge aan sommigen hard vallen, maar hij is het gevolg van het onbetwistbaar recht van den schuldenaar, om zijn schuld ten allen tijde te kwijten. Ook handhaaft hij het voor de conversie gekozen tijdstip, omdat het onzeker is, of anders meer voordeel zal kunnen behaald worden, en wijst er op, dat de geldelijke opoffering van den Staat minder is dan in andere landen voor dat doel betaald is. Aan zijn voorstel verbindt de Minister het doel der realisatie van een jaarlijksch voordeel van ruim 13 ton, maar hij ziet in andere voorstellen eene speculatie op de toekomst, waarvoor dus het oogenblik van be handeling nog niet is aangebroken, misschien zelfs nimmer zal komen. Blijkens advertentie in De Standaard heeft het anti-revolutionair centraal comité op grond van de ingekomen berichten geoordeeld, dhr. mr. Smeenge aan de Drentsche kiezers te moeten aanbevelen. Diens verkiezing is dus vrijwel verzekerd. In eene vergadering van «Burgerplicht", te Am sterdam gehouden en bijgewoond door 72 leden en 136 geïntroduceerden, maakte de oorlog met Atjeh het onderwerp uit eener breedvoerige en belangrijke ge- dachtenwisseling. Met algemeene stemmen werd de volgende motie aangenomen «De kiesvereeniging «Burgerplicht", van oordeel dat de tegenwoordige stelling, door het Nederlandsch gezag in Atjeh ingenomen, niet tot het beoogde doel, de onderwerping van Atjeh, geleid heeft; dat de langdu rige oorlog met Atjeh van de schatkist zoo groote opofferingen en van het Nederlandsch-Indische leger zoo groote inspanning eischtdat de spoedige beëin diging van dien oorlog is eene zaak van het hoogste nationaal belang en eene volstrekte noodzakelijkheid, draagt hare commissie van bestuur op, zich te wenden tot de Regeering met het dringend verzoek, dat zoo spoedig mogelijk zulke maatregelen worden getroffen als noodig zullen zijn om weder krachtig op te treden, den Atjeh-oorlog inderdaad te doen eindigen en Atjeh voor goed aan Nederland te onderwerpen." Gedelegeerden der verschillende Ned. spoorweg maatschappijen zullen op 6 April te Utrecht bijeen komen ter behandeling van den a. s. zomerdienst. In de bekende zaak van den heer G. P. D a t e m a, voorzitter van de anti-revolutionaire kiesvereeniging «Nederland" te Nieuwer-Amstel, is Dinsdagavond, vol gens de N. Rott. Ct. door genoemde kiesvereeniging eene motie aangenomen, aldus luidende«dat de ver gadering met leedwezen kennis heeft genomen van de grieven die tegen het lid G. P. Datema zijn uitgebracht, en zich daardoor in de treurige noodzakelijkheid te verklaren dat hij zijn behoud als lid eu voorzitter onmogelijk heeft gemaaït." Nadat genoemd besluit reeds genomen was, kwam er in de vergadering een bi ief in van Datema, waarbij bij zijn ontslag verzocht als voorzitter en lid dpr Yer- eeniging. Naar men verneemt, is het recht tot uitgifte van de Amsterdammer gekocht door den heer Allert De Lange, uitgever te Amsterdam, en zullen de heeren Levy, Heineken, Reijnvaan en Willeumier als commis sarissen willen beproeven vóór 1 April eene ton gouds bijeen te brengen, teneinde er een goedkoop blaadje van te maken, zonder ochtendblad. Komt de ƒ100,000 niet bijeen, dan zou de koop vervallen. Staten-Generaal. TWEEDE KAMER. Het Indisch tariefs-ontwerp (verhooging van de invoerrechten en afschaffing van de uitvoerrechten op thee, vermindering van die op de koffie van 3 tot 1 de 100 kilo en van die op suiker van 30 tot 15 cents de 100 kilo) is gisteren aangenomen met 42 tegen 34 stemmen, na verwerpinga. van het amendement-Bahlmann c. s. tot wederinvoering van differentiëele uitvoerrechten, met 47 tegen 28 stemmen, en b. van het amenlement-Van der Loeff c. s. tot afschaffing van alle uitvoerrechten, met 39 tegen 37 stemmen. Het nieuwe tarief zal 1 Juli in werking treden. De discussie over de conversiewot is aangevangen. Velschillende sprekers bestreden de conversie. Kerkelijke Zaken en Onderwijs. Door het kiescollege der Herv. Gemeente te Zierik- see is beroepen de heer dr. J. Herderschee J.Hz. te Borkuloo. Iersekc. Zondagnamiddag a. s. zal de nieuwe kerk der Chr. Ger. gemeente alhier in gebruik genomen worden. Ds. "Van Vlaanderen zal de inwijdings leerrede houden Het nieuwe kerkgebouw is veel hooger, grooter en fraaier dan het oude en doet den bonwmeester eer aan.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1886 | | pagina 1