1886. N°. 34. Zaterdag 20 Maart. T3ste jaargang. Bij dit nommer behoort een bijvoegsel. GOESCHG De uitgave dezer Couraut geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdagavond uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75. Afzonderlijke nommers 5 ct., met bijblad 10 ct. 4 In ons land vervoege men zich" voor Rotterdam aan het Algemeen Advertentiebureau van NIJGH VAN DITMAR, en verder bij alle Boekverkoopers en Postdirecteuren. COURANT. De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 ct., elke regel meer 10 ets. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slecht* tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen werden van-18 regels a f 1,berekend. Dienstaanbiedingen, niet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ets. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cents per regeL Een Minimum I Tengevolge van de beslissing in de zitting der Tweede Kamer van eergisteren is nu zonder eenigen twijfel al het gewicht der Grondwetsherziening gelegd op art. 194, op het onderwijsvraagstuk. Dit was te verwachten en het verwondert ons zelfs dat de meer derheid voor de prioriteit van hoofdstuk X niet grooter was. Slechts de heer Van Houten stemde met de rechterzijde. Zelts de heer Ruys was op krukken tegen woordig en tegenover zulk een bewijs van zelfopoffering voor het partijbelang kan het geen gunstigen indruk maken, dat de heer Heldt juist vóór de stemming de zaal verliet. Wel kon zijn stem nu geen invloed uitoefenen, maar waarom haar niet uitgebracht, zelfs al zoude hij met de antiliberalen hebben gestemd Miste de heer Heldt ditmaal den moed zijner over tuiging Wij kunnen dit en andere incidenten, in de zitting van Woensdag voorgekomenechter laten rusten. Omtrent de hoofdzaak is eene beslissing genomen en het is misschien maar beter ook om, nu de anti liberalen onverzettelijk de behandeling der overige hoofdstukken blijven weigeren als niet eerst de zaak van het onderwijs in hun geest is beslist, dan ook maar onmiddellijk in 't zwaarste vuur te gaan. En welk vuur staat der liberale partij te wachten? De Standaard van 18 dezer deelt ons daaromtrent het volgende mede Dinsdagavond is er een vergadering van de ver- eenigde Rechterzijde gehouden, om zich te verstaan over de minimum-redactie van art. 194. Aangenomen wierd toen deze voorslag «Artikel 194 der Grondwet wordt gelezen als volgt: «Het Onderwijs is een voorwerp van de aanhou dende zorg der Regeering. «Het geven van Onderwijs is vrij. «Het toezicht van de Overheid op het Onderwijs in het algemeen, de inrichting van het Openbaar Onderwijs, en, voor zoover het Lager Onderwijs be treft, de aan den onderwijzer te stellen eischen van bekwaamheid en zedelijkheid worden door de wet geregeld. «De Openbare Scholen zijn toegankelijk voor leer lingen zonder onderscheid van godsdienstige ge zindheid. «In of voor elke gemeente wordt Lager Onderwijs gegeven voldoende aan de behoefte der bevolking. Het wordt, voor zooveel daarin niet op andere wijze is voorzien, van Overheidswege verstrekt in open bare scholen; voor onvermogenden kosteloos, voor anderen tegen betaling van een billijk schoolgeld. «In de kosten van het Bijzonder Onderwijs kan, naar bij de wet te stellen regelen, uit openbare middelen worden bijgedragen, onverschillig of het onderwijs al of niet voldoet aan het in het vierde lid bepaalde vereischte voor openbare scholen. «De Koning doet jaarlijks van den staat van het onderwijs een uitvoerig verslag aan de Staten-Gene- raal geven." «Deze voorslag is al zeer miniem", zegt De Standaard en bij haar bestaat er niet geringe bedenking tegen. «Maar dit staat vast", zoo gaat De Standaard voort, «als de Linkerzijde ons zelfs dit allerminste niet gunnen wil, dan zie men voorloopig maar voorgoed van Grond wetsherziening af. In geen geval zou te gedoogen zijn, dat bij amen dement op dezen minimum-eisch ook maar het aller geringste wierd afgedongen. Besliste oppositie zou dan onzerzijds zeer stellig ge boden zijn." Ziedaar dus den eisch der clericalen en dit noemt dan De Standaard een minimum, het allerminste waarop niet het allergeringste mag worden afge dongen! Inderdaad, de bescheidenheid van den eisch is groot. Men vraagt slechts alles! Wie goed leest voor welk koopje wij, liberalen, in deze «minimum-redactie" de herziening der Grondwet op andere punten kunnen bekomen, zal moeten erken nen, dat deze handel in regeeringsbeginselen, dit loving8ysteem omtrent een der gewichtigste punten van ons volksbestaan getuigt van eene welwillendheid, waarvan men niet weet of men er zich over verbazen of ergeren moet. Betaling van billijk schoolgeld, met uitzondering van onvermogenden, niet meer facultatief gelaten, maar gebiedend voorgeschreven Met dezen eisch zou men vrede kunnen hebben, als eene goede verklaring omtrent het woord «billijk" werd gevonden. Het openbaar onderwijs aanvulling. Alzoo het staats-onderwijs geen hoofdzaak meer. Da Staat slechts optredende, wanneer «daarin niet op andere wijze is voorzien" In de kosten van het Bijzonder onderwijs kan uit de openbare middelen worden bijgedragen, onver schillig of al of niet aan het 4e lid wordt voldaan, nl. dat de scholen toegankelijk zijn voor leerlingen zonder onderscheid van godsdienstige gezindheid Met andere woorden Bijzonder onderwijs regel; het openbaar aanvulling! Bijzonder onderwijs, gesubsidieerd uit de openbare middelen, zonder verplichting om leerlingen van andere godsdienstige gezindheid toe te laten De kerkelijke scholen eu schooltjes in volle eer her steld en naar hartelust puttende uit de algemeene kas! Onnoodig hierover verder uit te weiden. Wien deze minimum-eisch ook maar in de verte aannemelijk schijnt on3 niet 1 Men noeme ons vrij onverzettelijk; maar wij zouden het een ramp achten voor ons land, indien een deel der liberalen een der gelijke wijziging van art. 194 hielp bevorderen. In de zitting van gisteren is bovenstaande minimum- eisch in den vorm van een amendement ingediend door de heeren Mackay, Lohman, Beelaerts, Schaep- man, Vermeulen en Ruys. En al kon men nu aan de zijde der liberalen rekenen op den steun der heeren Van Houten en Heldt, dan nog zal de voortduring der vacature te Assen oorzaak zijn, dat de rechter zijde in de eerste 14 dagen met een stem in de meer derheid is. Tenzij er weder onvoorziene, omstandigheden zich voordoen, zal dus het amendement door de Tweede Kamer worden aangenomen. Dit zal den weg banen tot de verdere behandeling der Grondwetsherziening, maar behoeft voor de libe ralen nog geen reden tot wanhoop te zijn, want er zijn nog eene Eerste Kamer en eene tweede lezing. GOES, 19 Maart 1886. Wederom was het lokaal der Christ. Jongel.- vereeniging (Wijngaardstraat) Woensdagavond het ver- eenigingspunt voor een talrijk publiek, grootendeels het jongere geslacht vertegenwoordigend, ditmaal om de openbare les haast schreven we het minia tuur-concert bijtewonen, te geven door leerlingen van dhr. P. De Jonge Jz. Zeker hebben velen en niet het minst de ouders der leerlingen met genoegen de door dezen gemaakte vorderingen bemerkt, waarvan deze les de bewijzen leverde, al waren er natuurlijk ook eenige vlekjes te bespeuren, die dhr. De Jonge het best zelf bemerkt zal hebben. Op het programma was vcoral aan het instrumentaal gedeelte een wel wat groote plaats ge gund. Jammer, dat bij no. 22, een trio voor piano, viool en violoncel, deze laatste een ongeval overkwam, dat waarschijnlijk zelfs de beste violoncellist niet voor komen kan. Nadat dit no. aanvankelijk goed van stapel was geloopen, sprong er nl. eensklaps een snaar, wat natuurlijk stoornis in de uitvoering gaf. Doch de directeur, den moed niet opgevende, wist de kranke spoedig te herstellen, en thans werd het no. dan ook zonder ongelukken en vrijgoed uitgevoerd. Wanneer dhr. De Jonge een volgende maal het programma, dat nu uit 24 nummers bestond, wat kleiner maakte, dan gelooven wij dat hij het publiek en niet het minst zijnen leerlingen een dienst bewijzen zoude. Hij overschatte vooral niet de krachten zijner leerlingen deze wenk geldt voornl. de jeugdige kleine die herhaaldelijk de viool bespeelde en zelfs eenmaal solo zong. Zij bad blijkbaar moeite haar fijn stem metje boven het wel wat zware accompagnement der piano te doen uitkomen. Wat minder vrijgevigheid in het gratis verstrekken van programma's aan het minder geciviliseerde jongere geslacht ware zeker ook niet ongewenscht, want nu waren enkelen door hunne ongepaste houding oorzaak, dat èn de directeur èn het welgezinde publiek zich ergerde aan hunne zoo genaamde aardigheden, die echter daar zeker niet op hare plaats waren. De aangekondigde voordracht van den heer P. A. Janssen van Middelburg over het onderwerp «Door algemeen stemrecht geen revolutie" had gister avond in een der zalen van het koffiehuis de Piins van Oranje plaats. De heer Janssen had niet veel genoegen van de volvoering van het plan om zijne denkbeelden over dit socialistisch onderwerp ter openbare kennis te bren gen. Behalve dat slechts 15 a 16 personen tegen woordig waren, droeg de spreker zijn onderwerp op niet zeer duidelijke wijze voor. Er was -iets vaags, iets oppervlakkigs in wat hij ten gehoore bracht; dit alleen moet gezegd wordenhet ontbrak niet aan de gewone klanken: «De weikman ligt aan banden", «er moet verandering komen", «het staatsgebouw schudt op zijne fondamenten", «men houdt den minderen man als een onmondig kind buiten iedere staats bemoeiing". Deze en dergelijke uitdrukkingen waren schering en inslag van de rede. En toen zich een der aanwezigen aan het debat waagde, en onder verklaring, dat hij, werkman zijnde, nimmer eenige banden gevoeld had, verzocht om de vruchten van het algemeen stemrecht, zooals dit in andere landen bestaat, te mogen vernemen, werd hem ten antwoord gegeven dat daartoe voor dezen avond geen gelegenheid was. In het kortde voordracht kan beschouwd worden als ï.tet veel succes te hebben gehad. Op verzoek is ingetrokken de benoeming van J. Kloosterman te Biezelinge tot postbode van Wissekerke naar Kamperland, en in diens plaats, met ingang van 1 April a. s., benoemd F. Kipperman te Kapelle. Kruiuinge. Door den gemeenteraad alhier is aan den heer G. F. Steenhuizen, wegens vertrek naar Bui tenpost, eervol ontslag verleend als gemeente-genees heer; met de tijdelijke waarneming is belast de heer dr. E. Brandts, arts te Wemeldinge. Ter voorziening in de behoeften der arbeidende klasse, tengevolge van den langdurigen winter, is door de hier bestaande Nieuwjaars-commissie, in overleg met het gemeentebestuur, eene oproeping gedaan van personen, welke tot bedeeling van brood in aanmerking wenschen te komen. 70 Hoofden van gezinnen hebben zich daartoe aangemeld, aan wie op heden 400 Kg. brood zal worden verstrekt, dat door de bakkers zal worden geleverd tegen 10 cent per Kg. Het voor nemen bestaat eene collecte te houden tot vinding der noodige gelden; voorloopig is daartoe aangewend het saldo, bij gemelde commissie den 1 Januari 11. in kas gebleven. Ter vervulling der vacature, ontstaan door het op verzoek verleeDd ontslag aan A. Poulns, als deurwaarder te Bergen-op Zoom, zijn de volgende per sonen door de arr -rechtbank te Breda op de voordracht geplaatstJ. C. H. Hollman te Goes, A. Snoodijk te Bergen-op-Zoom en E. W. Smitshuizen te Roermond. {N. B. en O. Ct.) In de Dinsdag gehouden vergadering van het Nuts departement Zieriksee trad als spreker op de heer W. J. VanGorkom van Goes, die in eene van studie getuig nde voordracht behandeldede Geschiedenis van het Gildewezen. De spreker verdeelde deze geschiedenis in 4 tijdperken: lo. het Heidensche, 2o. dat der middeleeuwen, 3o. dat der 17de en 18de eeuw en 4o. het tegenwoordig tijdperk. Bij de behan deling van dit onderwerp werd menige voor velen onbekende bijzonderheid medegedeeld omtrent de op richting, den invloed, de feesten enz. der Gilden, en tevens aangetoond, dat hoewel zij in den tegenwoor- diger, tijd wettelijk zijn opgeheven, zij toch nog feite lijk hunnen invloed op staat en kerk uitoefenen. Een talrijk publiek woonde deze laatste «Nuts lezing" iu dit seizoen bij. Wij roepen èn sprekers èn hoorders een «tot weerzien" toe. ZN.bode.) «De Bond voor algemeen kies- en stemrecht" heeft aan zijne afd. eene circulaire verzonden, waarin het voorstelt everal in den lande, waar dit niet bepaald onmogelijk is of onmogelijk gemaakt wordt, te beginnen met deze maand, groote vergaderingen te beleggen, tot verbreiding der begin selen van den Bond en bespreking der te nemen maatregelen. Eene groote adres-beweging wordt voorbereid voor den tijd dat «de nieuw gekozen Kamer de Grond wetsherziening in behandeling neemt." Uit Den Haag wordt medegedeeld, dat de ver gadering, Dinsdagavond 11. in de koffiekamer van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, onder voorzitter schap van den heer JE. Mackay, door de anti-revolu tionaire en katholieke leden der Kamer gehouden, en waarin werd besloten het amendement op art. 194 der Grondwet voor te stellen, dat sinds is ingediend, ook werd bijgewoond door de beide zoogenaamde conservatieve leden, de heeren R. J. Schimmelpen- ninck en Oorver Hooft. Volgens de Portefeuille zou de verkoop van het Dagblad voor Nederland en het weekblad de Amsterdammer alleen een administratieve maatregel zijn, die weinig of geen wijziging zal brengen in de uitgave van deze bladen, dan alleen dat na 1 April bij de uitgave eenige bezuinigingen zullen toegepast worden. Het centraal-bestuur van het Algemeen Nederl. Werklieden-verbond heeft een adres aan de Tweede Kamer gezonden, waarin het met het oog op de Grond wetsherziening verklaart, dat aan het Regeeringsvoorstel betreffende het kiesrecht elke voorwaarde voor een be vredigende oplossing ontbreekt. Het verzoekt daarom da Kamer het voorstel der Regeering tot vervanging van art. 76 der Grondwet te verwerpen en daarvoor in de plaats een ander voorstel te doen en aan te nemenwaarbij het kiesrecht verzekerd wordt aan alle meerderjarige ingezetenen, Nederlanders, die in het genot zijn hun ner burgerlijke rechten, met uitzondering van hen die in hechtenis zijn, wien het kiesrecht bij een rechterlijke uitspraak is ontzegd, benevens, in het uiterste geval, de ongehuwde militairen, behoorende tot het vaste korps, beneden den rang van onderofficier en zij die voortdurend, d. i. het geheele jaar, worden bedeeld, of het iaar, voorafgaande aan het vaststellen der kiezerslijsten, zoodanig werden bedeeldalsook, dat het kiesrecht geheim zij. Indien echter de hier aangegevene regeling in de Kamer bezwaren ontmoet en zij te dien opzichte tot geen overeenstemming zou kunnen geraken, dan ver zoekt het bestuur haar in ieder geval in de Grondwet te bepalen, dat het kiesrecht wordt toegekend aan de meerderjarige ingezetenen, Nederlanders, behoudens regeling bij de wet, zoodat de Grondwet geenerlei belemmeringen of beperkingen in den weg legt, maar alle verdere bepalingen, die noodig mogen worden geacht, plaats vinden bij de Kieswet. Alleen wanneer het kiesrechtvraagstuk in een der bovenbedoelde gevallen wordt opgelost, ziet het bestuur er zulk een groot bezwaar niet in, dat de Kamer toegeeft aan hen die herziening van art. 194 verlangen in dezen zin, dat de regeling van het onderwijs wordt overgelaten aan de gewone wet, ofschoon adressant in ieder geval de wenschelijkheid vooropstelt, dat, van overheidswege blijve bestaan: toezicht op het naleven van de wettelijke bepalingen omtrent het schoolwezen, het onderzoek van staatwege naar de bekwaamheid en zedelijkheid der onderwijzers en de zorg voor een voldoend aantal welingerichte scholen, zoodat wegenè gebrek daaraan of plaats daarin, geen kinderen van onderwijs verstoken behoeven te blijven. Staten-Generaal. TWEEDEKAMER. In de zitting van gisteren is na eene uitvoerige discussie met 42 tegen 37 stemmen aangenomen de conclusie der commissie voor ds verzoekschriften om het adres-Croll neder te léggen ter griffie. Daardoor is verworpen het voorstel van den heer Heldt om in lichtingen aan de regeering te vragen. Bij de voortgezette behandeling van de Grondwets herziening erkende de heer Schaepman de noodzake lijkheid van de herziening, vooral wat het onderwijs en het kiesrecht betreft. De heer Roëll achtte die herziening noodig voor de successie, het kiesrecht, de defensie en de justitie. De heer Heldt kon niet medegaan zonder althans de zekerheid te hebben dat de Grondwet het Algemeen Stemrecht in de toekomst niet zou dwarsboomen. De Minister van Binnenlandsche Zaken achtte het Algemeen Stemrecht niet noodig. Het algemeen debat werd hierna gesloten. De discussie over hoofdstuk Onderwijs is aange vangen. De heer Lohman verdedigde uitvoerig zijn voorstel om het beginsel op te nemen in de Grondwet, dat ook aan bijzondere scholen subsidie zal worden verleend. Kerkelijke Zaken en Onderwijs. Bedankt voor het beroep naar Bezooien door ds. J. Ossewaarde, te Doeveren c. a. Naar het Handelsblad verneemt, heeft het clas sicaal bestuur geoordeeld, dat de bezwaren, tegen de voorloopig geschorste leden van den alg. kerkeraad te Amsterdam ingebracht, aanleiding zouden kunnen geven tot ontzetting uit eene kerkelijke bediening. Daarmeè is evenmin censuur uitgesproken, als met de provisioneele schorsing. Er is allerminst een vonnis geveld. Het algemeen reglement (art. 44, al. 3) schrijft voor, dat alle geschillen en aanklachten bij bet clas sicaal bestuur worden ingebracht, om ze voorloopig te onderzoeken, ten einde te beoordeelen, aan wie de behandeling er van moet worden opgedragen. Ingevolge deze nu eerst plaats gehad hebbende be oordeeling, heeft het de stukken opgezonden naar het prov, kerkbestuur. Want, als het oordeelt dat er ont zetting zou kunnen volgen, moet de opzending volgen. Tot zulk eene daad heeft het classicaal bestuur geene macht, maar als het oordeelt bij het voorloopig onder zoek, dat de bezwaarden voorshands onschalelijk ge maakt moeten worden, dan kan het, gelijk geschied is, voorloopig schorsen. Natuurlijk ligt ia zulk eene schorsing reeds opgesloten, dat ontzetting zou kunnen volgen. ui' Landbouw en Veeteelt. In de provinciën Groningen en Friesland woulen tegenwoordig tegen ongewoon hooge prijzen stieren aangekocht, die naar Rusland uitgevoerd worden. Een stier werd dezer dagen voor de kapitale som van 450 aangekocht. Uit een voordracht door d n heer Anton Jurgens te Londen gehouden blijkt, dat in Engeland de vraag naar boter zoo groot is, dat de productie van het land niet voldoonde is, om het noodige te leveren. In 1883 bezat Groot-Brittannië ongeveer 340 000 m Ikkoeien, die ongeveer 8172 millioen liter melk leverden. Het j gedeelte daarvan werd in natura gebruikt, terwijl

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1886 | | pagina 1