tangen de rekening over 1884 en de begrooting tan
ontvangsten en uitgaven der gemeente voor 1886;
6. dat de levering der kleeding voor de politieagenten
dit jaar is aangenomen door C. Laban voor ƒ303,
c. dat het kistje met middelen tot redding van
drenkelingen door den heer J. Adam is nagezien en
zoo noodig in orde gebracht;
d. dat benoemd zijn bij de brandweer tot teller
Aug. Hufkens, in plaats van J. P. Larsen en tot bode
J. "Van der Does, in plaats van J. C. Barbier
e. dat is verkocht aan A. Tamse voor 4,50 oud
lood en zinken door A. Okkée voor ƒ16,55 kaphout.
III. Als ingekomen stukken worden ter tafel gebracht
o. Proces-verbaal van opneming der boeken en kas
bij den gemeente-ontvanger op 29 December 1885
i>. Bericht van Mevr. F. H. RamondtStokmans,
dat zij hare benoeming tot regentes van het Wees
huis aanneemt;
c. Aanbieding, namens het hoofdbestuur der Neder-
landsche vereeniging tegen de Prostitutie, van twee
ex. van «het beginsel van politietoezicht op de Pro
stitutie, getoetst aan moraal, recht en hygiëne" door
dr. G. J. D. Mounier
d. Rapport en rekening der zoogenaamde Nieuw
jaarscommissie omtrent hare bedeeling op 1 Januari
jl., waaraan het volgende ontleend wordt:
De commissie kon beschikken over eene som van
f 468,60. Zij kocht aan: 415% K.G. spek ad 44*4
ets. en 715 KG. kropbrood ad 854 ets., benevens
136 Heet. steenkolen ad 52 ets. Met eenige onkosten
besteedde zij f 328,88, terwijl, wat zij overhield aan
spek door de commissie voor de (Economische spijs-
uitdeeling, en van brood deor het Burgerlijk armbe
stuur werd overgenomen. Ofschoon de collecte f 44,68%
minder opbracht dan het vorige jaar, kon de com
missie, dank zij de mindere inschrijving voor het
spek, haar voornemen tot eene goede bedeeling ten
nitvoer brengen. Aan 272 huisgezinnen (14 minder
dan op 1 Jan. 1885) werd uitgereikt per heofd van
een gezin of eenloopend persoon 1 K.G. brood, 5
Hectogr. spek en Heet. steenkolen, terwijl voor
elk kind van bedeelde ouders de helft der hoeveelheid
brood en spek werd uitgereikt. Slechts 2 aanvragen
ontvingen een weigerend antwoord, zoowel om den
jeugdigen leeftijd der aanvragers als wegens hun klein
gezin, maar daarentegen werd aan 14 aanvragen van
personen, die niet op de lijst stonden, nog voldaan.
Onder betuiging van dank aan de commissie voor
hare bemoeiingen in het belang der armen, werden
rapport en rekening voor notificatie aangenomen.
IV. Aan de orde was nu het 2e suppl. kohier van
den Hoofdelijken Omslag over 1885, hetwelk echter
tot eene volgende vergadering wordt aangehouden.
V. Daarna kwam in behandeling de Rekening van
de administratie der Leenbank over 1885. De heer
Ramondt, voorzitter van de directie der Leenbank, ver
laat de vergaderzaal.
Het rapport der financiëele commissie, conclodeerende
tot goedkeuring, wordt gelezen, in den geest van welk
rapport de voorzitter een voorstel doet, met bijvoeging
om B. en W. te machtigen het tekort der admini
stratie ad ƒ170,56 uit den post voor onvoorziene
uitgaven op de begrooting voor 1885 te dekken.
Daaraan kan de Voorzitter toevoegen, dat de di
rectie van de bank van leening heeft toegezegd, om,
als in den loop des jaars dit mocht noodig zijn, zij
bereid is, in overweging te nemen, weer een gedeelte
van het fondkapitaal aan de gemeente aftestaan.
De heer Lambrechtsen wenscht eene herziening van
het reglement der inrichting.
De Voorzitter herinnert aan onderscheidene moeie-
lijkheden die daaraan, met het oog op het E.. B.,
dat de zaak beheerscht, verbonden zijn, doch zegt toe,
gaarne met het lid van het dagelij ksch bestuur, dat
als voorzitter van de directie fungeert, over dit onder
werp te zullen spreken.
Het voorstel wordt zonder beraadslaging met alge-
meene stemmen aangenomen.
De heer Ramondt, ter vergadering wedergekeerd,
wordt met 's Raads besluit bekend gemaakt.
VI. Nog is aan de orde de begrooting van ont
vangsten en uitgaven van het Burgerlijk Armbestuur
voor 1886.
Het rapport der financiëele commissie wordt gelezen,
waaruit blijkt, dat deze commissie eene nadere toe
lichting noodig acht omtrent het hooge bedrag, dat
voor onvoorziene uitgaven geraamd is. Het Burgerlijk
Armbestuur, daaromtrent gehoord, verklaart, blijkens
een voorgelezen brief, dat de som moet dienen voor
kasgeld, ten einde den dienst gaande te houden van
Januari tot November, in welke laatste maand voor
het eerst eenige ontvangsten van belang plaats hebben.
B. en W. brengen mede een rapport uit, waarin zij
als resnltaten van een nauwkeurig onderzoek, door
hen ingesteld, de waarheid der bewering van het
Armbestuur bevestigen en met cijfers uit den laatst
afgesloten en den loopenden dienst aantoonen, dat
werkelijk het groote of hooge saldo van de laatst
afgeloopen rekening met het saldo van den loopenden
dienst altijd noodig zijn voor den dienst van het vol
gende jaar, totdat gelden over dat jaar zijn ontvangen.
f'I stellen daarom voor de begrooting, zooals zij is
ingediotuj, goed te keuren en vast te stellen.
De heer Lambrechtsen betuigt zijn dank aan B. en W.
voor hunne uitnemende en juiste toelichtingen. Of
schoon hij, op de enkele verklaring van het Burgerl.
Armbestuur, dat er zooveel kasgeld noodig was, gaarne
had vertrouwd, betreurt hij het, dat het bestuur der
instellinggeene uitvoeriger voorstelling der zaak gegeven
heeft. Dit gebrek ts echter nu aangevuld door het
rapport van burg. en weth. Spr. wist üiet, dat de
pachtsommen der landerijen slechts eenmaal 'sjaars
vervielen, hij had gemeend dat het halfjaarlijkache
pachten waren, en dan was de opmerking der finan
ciëele commissie zeer juist. Hij zal nu volgaarne zijne
goedkeuring aan de begrooting hechten.
Het voorstel van B. en W. wordt in omvraag gebracht
en aangenomen met algemeene stemmen. De begroo
ting bedraagt in ontvangst en uitgaaf 42857,96,
met een post van 11587,72% voor onvoorziene
uitgaven, tegenover een bedrag van 12760,08% als
batig saldo der rekening over 1884.
VII. De heer Kakebeeke zegt, dat door meerdere
belanghebbenden een adres is ingediend aan den raad
der gemeente Kattendijke nopens de opening der brug
over de haven bij Wilhelminadorp, van welk adres een
afschrift aan burg. en weth. van Goes is gezonden.
Hij vraagt of daarop reeds eenig regard is geslagen
en zoo ja, met welk resultaat?
De Voorzitter antwoordt, dat een copij van het be
doelde adres bij burg. en weth. van Goes is ontvangen,
die het eenvoudig voor kennisgeving hebben aange
nomen, aangezien daarbij niets gevraagd werd.
De heer Kakebeeke herneemt, dat door het bestuur
van Kattendijke eenig antwoord schijnt gegeven te
zijn, maar niet voldoende, t> r« ijl hij er bijvoegt, dat
de schipperij, door den maatregel, omtrent de brug
genomen, zeer belemmerd wordt.
De heer Ochtman deelt mede dat in het adres iets
gevraagd werd, wat geenszins in de bedoeling der
adressanten lag. De schippers bedoelden eene verande
ring in de uren van opening der brug bij hun ver
trek van Goes, in verband met de morgentijen op
de Schelde, terwijl zij juist eene verandering vragen
bij hun komen in de haven. Intusschen kan hij ver
zekeren, dat er reeds verandering is vastgesteld, of
schoon het adres aan B. en W. van Goes eenvoudig
ter kennisgeving is toegezonden.
VIII. De heer Lambrechtsen herinnert, dat hij in
de laatste vergadering verzocht heeft, dat de voorzitter
aan de leden zou kenbaar maken, wanneer de Com
missaris van politie zijne aanvrage om ontslag zou
indienen, zulks op grond van het voornemen, om dan
een vertoog bij de regeering in te dienen, nopens
de vermeende niet noodzakelijkheid van een opvolger.
Hij voegt hierbij, dat de voorzitter aan dat verlangen
heeft voldaan, maar dat spr. na den Burgemeester
gesproken en van deze de bezwaren vernomen te
hebben, verbonden aan de niet vervulling der be
trekking, van zijn voornemen heeft afstand gedaan.
De Voorzitter dankt den heer Lambrechtsen voor
zijne mededeeling.
IX. De heer jhr. Flugi Van Aspermont herin-
neit, bij de behandeling van de begrooting' voor
1886 de wenschelijkheid te hebben betoogd van den
verkoop eener ten name van de gemeente staande
inschrijving op het Grootboek, en vraagt of het toen
toegezegd onderzoek heeft plaatsgehad, en met welk
resultaat?
De Voorzitter antwoordt, dat burg. en weth. plan
hebben, om als de gemeente daaraan behoefte heeft,
een voorstel tot verkoop der inschrijving te doen, doch
dat de tijd voor de indiening van dat voorstel in
verband staat met den tijd der aflossing van aandee-
len in de schuld der gemeente, waartoe het te ver
krijgen kapitaal zou strekken.
X. De heer dr. Callenfels spreekt over het blusschen
van lantaarns, nog lang vóór dat de maan haar licht
verspreidt.
Uit eene daarop gevolgde discussie, met een onder
zoek naar de vastgestelde regeling, blijkt dat vele lan
taarns worden gebluscht, vóór (sommigen méér dan
een half of een geheel uur) dat de daarvoor aange
geven tijd verschenen is.
De Voorzitter zegt de zaak bij het dagelijksch be
stuur in bespreking te zullen brengen.
De vergadering is daarna op de gewone wijze gesloten.
Gemengde Berichten.
In de afgeloopen week zijn te Bergen-op-Zoom
naar het buitenland verzonden 370 balen mosselen
de prijzen variëerden tusschen ƒ2.10 en 2.50.
Bastiaan Muis, oud 84 jaren, en Bastiaantje
De Mik, oud 85 jaren, hopen op 31 Januari 1886
te Giessen-Nieuwkerk hun 60jarig huwelijk te vieren.
Zij bezitten ruim 70 kinderen, klein- en achterklein
kinderen, die echter met hun allen niet in staat
schijnen hen te onderhouden. Althans de oudjes wor
den, na een zeer werkzaam leven, uit de diaconie
fondsen ondersteund.
Dinsdag is te Amsterdam gevangen genomen
zekere P., voorheen klerk ten kantore van den con
troleur der dir. bel. te Amersfoort, uit welke betrek
king hij dezer dagen werd ontslagen, naar men zegt
wegens poging tot oplichting voor een bedrag van
ƒ500.
Hij wordt thans van oplichting verdacht, en voor
die verdenking meent men grond te vinden in da om
standigheid, dat een bedrag van 1500 in zijn bezit
is gevonden, waarvan hij de herkomst niet weet op
te geven.
Tijdens zijn verblijf te Amersfoort heeft hij bij
onderscheidene notabele ingezetenen pogingen in het
werk gesteld om geld ter leen te verkrijgen, doch
zonder succes.
Volgens betrouwbare inlichtingen heeft hij kort ge
leden, om zich uit financiëele moeilijkheden te redden,
aan mevrouw Bulkley het voorstel gedaan om, tegen
betaling van 500, haar in het bezit van hare klein
kinderen Hoek te stellen.
De vele landloopers, die zich langs de wegen
van het groote Duitsche vaderland bewegen en soms
ook een uitstap naar onze grenzen maken, hebben
het noodig gemaakt hier en daar eetstations op te
richten, waar den zwervers een maaltijd wordt aan
geboden, op voorwaarde dat zij zoo spoedig mogelijk
de gemeente verlaten na deze weldaad genoten te heb
ben. Dit is een voorbehoedmiddel tegen grootere uit
gaven want worden de menschen ziek van honger,
dan wordt het armbestuur op nog grooter kosten
gejaagd. Te Lohne in Westfalen kreeg men echter
een tegenzin in deze uitgave en bepaalde men, dat
ieder die zich aan een eetstation aanmeldde, zijn maal
moest verdienen door een zeker gewicht aan stfenen
te kloppen, een vrij onaangename arbeid. Sedert kie
zen de meeste vagebonden een anderen weg.
(N. R. Ct.)
De politie te Amsterdam heeft den zeer vermoede-
lijken moordenaar van Lamblé gevat; men herinnert
zich die geheimzinnige misdaad, welke in December
jl. in de Zandstraat aldaar werd gepleegd, waar L.
dood op zijn kamer werd gevonden, met de sporen
van brandstichting in het vertrek.
De Friesche volkstaal is eene uitdrukking rij
ker geworden: »Fy Lutsen" 1 (Foei Lutsenl) die op
de lippen van het volk bestorven ligt. Als een driftig 1
paardje wat al te dartel huppelt en springt, dan
klopt de menner het beest aan den hals en zegt dan
zacht en teederFij Lutsen I Voert een kwajongen
eenig kattekwaad uit, dan roept moeder hem toe
Fij Lutsen Is er iemand, die een mispunt maakt op
het biljart, dan klinkt het alweder uit den mond der
toeschouwers Fij Lutsen
Hoe men aan die uitdrukking komt Lutsen is de
naam van een predikant, die de eerste onderteekenaar
was van het bekende antirevolutionnair verkiezings
manifest tegen Heldt. Dit manifest lokte een vlugschrift
uit, dat «Fij Lutsen" 1 tot titel voerde en deze uit
drukking zoo populair maakte.
Op de Geest te 's-Hage had dezer dagen een
niet onaardig voorval plaats.
Een vrouw, aldaar een bovenkamer bewonende, was
het niet vreemd, wanneer haar man ruimschoots van
de «vergunning" gebruik had gemaakt. In dezen toe
stand trof zij hem bij haar thuiskomst s'avonds opnieuw
aan in den gang, snorkende onder aan den trap. Goede
raad was duur. Op haar verzoek droegen twee buren
den Bacchusvriend naar boven en legden hem te bed.
Na hiervoor beiden bedankt te hebben, stak zij de
lamp op en kwam toen tot de tegelijk blijde en
onaangename ontdekking, dat het haar man niet
was. Het beleefd verzoek aan de helpers, om het
vrachtje nu weer af te sleepen, vond geen gretig ge
hoor. Ondertusschen was de rechte Jozef, ditmaal nu
eens niet dronken, thuis gekomen, niet weinig verrast
op het zien van deze vreemdsoortige familiariteit. Dat
hij den vreemden gast op eene gemakkelijker wijze
het bed uit en de trap af wist te krijgen, dan deze
er was gebracht, en er daarna hartige woordjes tusschen
man en vrouw gewisseld zijn geworden, laat zich beter
begrijpen dan beschrijven.
Bij de heeren Boer en Timmers, in de Jonker-
fransstraat No. 32 te Rotterdam, is in den nacht
van Dinsdag op Woensdag ingebroken. De dieven
hebben eene som van 800 aan bankpapier en specie
meegenomen. Zij hadden de deur van de brandkast
stuk geslagen.
Een verschrikkelijke moord heeft de Belgische
gemeente Idegem, bij Geeraardsbergen, in verslagen
heid gedompeld. Zekere Prosper de Cremer, pachter,
30 jaren oud en vader van 6 kinderen, is Zondag
avond vermoord door een boerenarbeider. De drank
maakte dezen ongelukkige razend, in dien toestand
riep hij als een bezeteneer moet bloed stroomen,
er moeten dooden zijn.
Zonder eenige reden of uitdaging bracht hij den
pachter eene wonde toe, waaraan deze nog den eigen
avond overleed.
Te Newbury, in den Amerikaanschen Staat
Virginië, heeft verleden week een ontploffing van
mijngas plaats gehad, welke een gang, waarin 37
personen werkzaam waren, geheel afsloot. Men vreest,
dat de ongelukkigen allen door verstikking zullen zijn
omgekomen. Maatregelen zijn genomen om het puin
op te graven en een weg te banen om den ingeslote-
nen versche lucht te verschaffen, voor zooveel dat
nog mocht baten.
Twee inwoners van een der liefste stadjes in de
omstreken van Parijs, Sornet en Hédouin geheeten,
waren na een goed diner, waarbij de misdaden van
den laatsten tijd druk besproken waren, in den trein
gestapt en vonden in hun waggon nog een derden
persoon zitten. De beide vrienden sliepen onder den
invloed van Bacchus rustig in.
Eensklaps werd Sornet wakker en wierp een blik
om zich heen. Tegenover hem zag hij een persoon
zitten, die tot over de ooren in zijn jas gedoken zat,
maar de plaats, door ziin vriend ingenomen, was ledig.
Herinneringen aan den moord van den prefect stegen
Sornet naar het hoofd. Geen twijfel meer: zijn onge
lukkige vriend was gedood en uit het portier geworpen.
Zachtjes naderde hij den ingeslapen reisgenoot en
pakte hem bij de keel. De onbekende gaf zijn aan
valler een geduchten vuistslag en stak zijn ontsteld
gezicht uit zijn jaskraag. Het was Hédouin. Terwijl
beiden in slaap gevallen waren, was de derde reiziger
uitgestapt.
Dinsdagavond te halfacht wilden twee hevig be
schonken kerels aan het station te Vilvoorde de spoorbaan
oversteken, juist toen de sneltrein van Brussel naar Ant
werpen in aantocht was. Beiden vielen tusschen de
rails over elkander heen tot groote ontsteltenis van
de wachtende reizigers en trachtten tevergeefs op te
krabbelen. Het ontzettend gevaar bemerkende, aarzelde
de stationschef, de heer Janssens, geen oogenblik om
te hulp te schieten. Een der dronkaards werd door
hem op te been geholpen en van de baan geschoven,
in den ander echter was geen beweging de krijgen.
Ongetwijfeld zou dan ook de moedige chef het slacht
offer zijner menschlievendheid geworden zijn, zoo niet
de machinist, bemerkende dat er iets niet in den
haak was, onmiddellijk tegenstoom had gegeven.
Thans gelukte het den heer Janssens het dierlijk in
dividu bij de beenen nog juist tijdig voor de raderen
weg te trekken.
Het toppunt van onbeschaamdheid is dezer dagen
door een dief te Londen bereikt, die iemand niet enkel
bestal maar hem bovendien aanklaagde.
De heer Chapman, stalmeester van den hertog van
Cambridge, kwam den 5 Januari uit het opera-gebouw
te Londen, toen hij eensklaps sterk aan zijn horloge
ketting voelde rukken en onmiddellijk daarop een man
luid vloekend zag wegsnellen.
Den 20sten dezer maand klaagde die vluchteling
den heer Chapman wegens het toebrengen van zware
lichamelijke verwonding aan. Het horloge, dat de
schavuit had gestolen, had een zeer kunstig mechanisme
en op het oogenblik dat de zakkenroller het stal, drong
een scherpe pen in zijn hand door en bracht hem eene
zware verwonding toe, die verlamming der spieren
van de hand tengevolge had.
«Laat men mij maar straffen", riep de dief, «maar
laat hij ook straf krijgen!"
Zijn wensch werd niet vervuld-, de rechter oordeelde
dat de heer Chapman het recht had zijn eigendom te
beschermen op de wijze, die hem goeddacht; de dief
kieeg echter zes maanden dwangarbeid.
Van de 10,000 hoogovens in Pennsylvania zijn
er (volgens een bericht aan de Times) nog geen 1000
aan het werk.
De werkstaking houdt nog aan, maar er zijn af
doende maatregelen getroffen voor het behoud van
de rust. De werkstakers hebben zich verbonden geen
geweld te plegen, en de ondernemers hebben beloofd
hen, bij de heerschende koude, niet uit hunne wonin
gen te zullen zetten.
In de nabijheid van Jackson, in Michigan, is des
nachts een armenhuis verbrand. Middelen tot blussching
waren niet aanwezig. Veertig verpleegden kwamen in
de vlammen om. De overigen, die slechts zichzelven
konden redden, waren blootgesteld aan de hevige koude
welke er buiten heerschte, zoodat velen ernstig letsel
bekwamen.
Uit Hongarije komen berichten van ernstigs
owerstroomingen. Te Radna en te Lippa staat een deel
der huizen door het rijzen van het water van de Maros
diep onder water. Te Lippa zijn reeds 50 gebouwen
ingestort.
De zoogenaamde Russische prins Savine stond
Maandag te Parijs terecht wegens poging tot ont
vluchting. Deze groote internationale oplichter, die
in alle groote steden van Europa de lieden heeft beet
gehad, was tot drie maanden correctioneele gevangenis
veroordeeld. Bij zijn overbrenging naar de gevangenis
wierp hij plotseling zijn geleider zand in de oogen en
toen deze hem desniettemin bij den kraag pakte,
kreeg hij een vuistslag en rolden beiden over den grond.
Men bleef echter meester van den «prins". Deze be
weerde Russisch officier te zijn, op non-activiteit wegens
te Plewna bekomen wonden, en vier decoratiën te be
zitten. Hij was ordonnans-officier van generaal Skobeleff.
Dat hij vroeger wegens oplichting was veroordeeld,
schreef hij toe aan de wraakzucht van geldschieters,
van wie hij 2 ton had geleend en belang bij ontvluchting
had hij niet, want hij moest maar drie maanden zitten 1
Daarna echter wachtte hem nog de uitlevering aan
vier of vijf vreemde Gouvernementen. Dat had hij geheel
vergetenHij kreeg er nog 3 maanden bij.
Meermalen ziet men in de dagbladen melding
maken van de moeite, welke postambtenaren nemen,
om brieven met onvolledig adres terecht te brengen.
In welke mate van deze goede zorgen misbruik
wordt gemaakt, blijkt uit de mededeeling, dat te Ber
lijn dagelijks 8000 brieven met onvoldoend adres
worden ontvangen, terwijl dit cijfer een jaar geleden
nog slechts 5000 bedroeg. Er werd daarbij opgemerkt,
dat de oorzaak is te zoeken in bet feit, dat nieuwe
firma's van geringe beteekenis, door het niet nauw
keurig aangeven van haar adres, naar buiten den in
druk willen maken, dat haar zaak van grooten omvang
en dus bij de posterijen zeer bekend is. Waar de
reclame al niet schuilt.
De Russische regeering moet voornemens zijn
een afzonderlijk Ministerie van Koophandel en Nijver
heid op te richten, alsmede om bijzondere agenten in
het buitenland aan te stellen, die naast de aldaar ge
vestigde consuls over aangelegenheden van den handel
rapport zullen uitbrengen.
Dinsdag werd te Berlijn een vergadering gehou
den van werklieden, die zonder arbeid zijn en tot de
socialistische richting behooren. Ten slotte werd een
resolutie aangenomen, waarbij van den Rijksdag zal
worden gevraagddat de vrouwen-arbeid worde beperkt,
de werkuren bij de wet geregeld en alle rechten en
accijnsen op levensmiddelen afgeschaft zullen worden.
Verder dringt de resolutie aan op het spoedig uitvoe
ren van alle openbare werken en de afschaffing der
Socialistenwet. Over den arbeidsnood werd in 't breede
geredeneerd. Toen een der sprekers beweerde, dat de
godsdienst den arbeider niet baten kan, werd de
vergadering door den aanwezigen politie-commissaris
ontbonden.
De onlangs overleden Italiaansche componist
Amilcare Ponchielli was buitengewoon verstrooid, en
verscheidene voorbeelden daarvan worden thans weder
in herinnering gebracht.
Eens ging de maestro, terwijl het stortregende, van
het conservatorium naar huis, toen hij in de nabij
heid zijner woning bemerkte dat hij zijn parapluie
had vergeten en dadelijk ging hij weder naar het ver-
verwijderde conservatorium terug.
In een koffiehuis te Milaan had hij eens bijna een
pak slaag gekregen van iemand, die dacht dat hij
door den musicus voor den mal werd gehouden. Pon
chielli had een kop koffie en de vreemdeling een glas
limonade besteldde limonade werd gebracht, maar
de besteller was zoozeer in zijn krantenlectuur ver
diept, dat bij het niet dadelijk bemerkte, dat Pon
chielli èn koffie èn limonade opdronk. Toen de vreem
deling kregelig vroeg waar zijn limonade bleef, be
merkte men de vergissingde maestro maakte dui
zend excuses en bestelde een ander glas. Toen het
gebracht werd nam de verstrooide musicus het aan
en dronk het ledigslechts met moeite kon men toen
den woedenden vreemdeling tot bedaren brengen.
Bij gelegenheid van een hofbal baarde hij zeer groot
opzien, want hij kwam in zwarten rok, wit vest en
eengescheurde pantalon.
Toen zijne opera «Promessi Sposi" voor de eerste
maal werd gegeven, snelde hij naar het tooneel om
de zangeres Brambilla (die later zijn vrouw werd),
die de hoofdrol had vervuld, hulde en dank te bren
gen, en in zijne verstrooidheid omhelsde en kuste hij
een oude grijze koriste.
Bij gelegenheid van een concert, waarop een zijner
werken zou worden uitgevoerd, werd eensklaps sterk
geapplaudisseerd en Ponchielli stond op en boog om
zijne dankbaarheid te betuigen; men had echter juist
de marsch uit Wagner's «Tannhiiuser" ten gehoore
gebracht.
Ponchielli was een zeer goed en milddadig man.
Vaak verontschuldigde hij zich bij zijne vrienden die
hem een verkwister noemden, door op zijne verstrooid
heid te wijzen, wanneer hij een armen slokker een
bankje van vijf lire in de hand had gestopt.