1885. N°. 151. Dinsdag 22 December. 72ste jaargang. Schoolbezoek. SECRETARIE DE PATENTEN Kiesbevoegdheid en onderwijs. f N GOESCHE De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdagavond uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal, zoo binnen als buiten Goes, f 1,75. Afzonderlijke nommers 5 et., met bijblad 10 ct. In ons land vervoege men zich' voor Rotterdam aan het Algemeen Advertentiebureau van NIJGH VAN DITMAR, en verder bij alle Boekverkoopers en Postdirecteuren. COURANT. De prijs der gewone advertentiën is van 15 regels 50 ct., elke regel meer 10 ets. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 18 regels a f 1,berekend. Dienstaanbiedingenniet meer dan 4 regels beslaande en contant betaald, 20 ets. Aanvragen om en vermelding van liefdegaven 5 cents per regel. OPENBARE VERGADERING van den Raad der gemeente Goes, op WOENSDAG den 23 DECEMBER 1885, des namiddags te 1 ure. Goes, den 21 December 1885. De Secretaris, HARTMAN. Punten van behandeling: I. Notulen. II. Mededeelingen III. Ingekomen stukken. IV. Opmerkingen van Gedeputeerde Staten betrek kelijk de begrooting van ontvangsten en uit gaven der gemeente voor 1886, met voorstel van Burg. en Weth. V. Adres van J. C. D. Van den Bussche om ver zekering dat hem, bij ontslag als Commissaris van politie, een pensioen zal worden verleend, met voorstel van Burg. en Weth. VI. Benoeming van leden in onderscheidene com- missiën en besturen, tengevolge van periodieke aftreding. Op VRIJDAG 25 en ZATERDAG 26 December a. s. zal de der gemeente alleen geopend zijn des voormiddags van elf tot twaalf uren, voor aangiften in zake den Burgerlijken Stand. Goes, den 19 December 1885. Burgemeester en Wethouders van Goes, J. G. DE WITT HAMER. De Secretaris, HARTMAN. Diakenen der Hervormde Gemeente zullen op den tweeden Kerstdag, zijode ZATERDAG den 26 dezer, na het eindigen der voormiddag-godsdienstoefening, een buitengewone of zoogenaamde SLEE-COL LECTE houden aan de huizen der ingezetenen, ten behoeve van hunne bedeelden, welke inzameling gunstig wordt aanbevolen. Goes, den 19 December 1885. Burgemeester en Wethouders van Goes, J. G. DE WITT HAMER. De Secretaris, HARTMAN. De ouders of verzorgers van kinderen boven de zes ea beneden de twaalf jaren, die volgens de daarvan te maken staten zich op 1 Januari in de gemeente bevinden, doch niet ter schooi gaan, kunnen vanwege de gemeente geene ondersteuning (geneeskundige hulp uitgezonderd) ontvangen, tenzij zij aantoonen dat hunne kinderen ten onrechte op den ter secretarie ter lezing te leggen staat van niet-schoolgaanden zijn gebracht, of dat hun het niet schoolgaan dier kinderen niet is te wijten. Goes, den 19 December 1885. Burgemeester en Wethouders van Goes, J. G. DE WITT HAMER. De Secretaris, HARTMAN. over het 2e kwartaal van het dienstjaar 1885/86 kun nen ter Secretarie afgehaald worden, van den 22 December 1885 tot en met den 29en daaraanvolgende op eiken werkdag van des voormiddagB 9 tot des namiddags 2 uren. Goes, den 21 December 1885. De Burgemeester van Goes, J. G. DE WITT HAMER. li. Het debat in de jongste vergadering der Liberale Unie over het al of niet wenscbelijke van eene wijzi ging van art. 194 der Grondwet was zeer geanimeerd en zaakrijk. De eerste spreker, dr. Zaaijer uit Leeuwar den, betoogde in den breede de noodzakelijkheid om te trachten tot een compromis te komen met de tegen partij en het resultaat daarvan nederteleggen in de Grondwet of, zoo dit niet gelukte, dan de geheele onder- wijsquaestie aan den gewonen wetgever overtelaten. Hij grondde deze meening op de volgende omstandigheden, lo. dat door vasttehouden aan het tegenwoordige artikel men gevaar loopt de geheele Grondwetsherziening te doen mislukken2o. dat ook de tegenwoordige redactie van art. 194 den liberalen niet behoeft te geven wat zij verlangen, daar het zeer gemakkelijk voor verschil lende interpretatiën vatbaar is3o. dat, wanneer men de regeling van het onderwijs aan den gewonen wet gever overlaat, er toch altijd nog twee Kamers zijn, die tot wijziging der wet moeten besluiten. Tegen deze bewering werd krachtige oppositie gevoerd door de heeren Levy uit Amsterdam en Oppenheim uit Gro ningen en er valt op de stellingen van dr. Zaaijer dan ook nog al wat aftedingen. Wanneer men toch hoort beweren, dat het vasthouden aan art. 194 door de liberalen de geheele Grondwets herziening in de waagschaal stelt, dan rijst dadelijk de vraag: a qui la faute? Het artikel bestaat en het komt onze partij noch noodig, noch wenschelijk voor tot wijziging daarvan overtegaan. Wanneer de anti- revolutionnairen en Katholieken zeggen: zonder wijzi ging van dat artikel werken wij niet tot herziening der Grondwet mede, wie zijn dan in dezen de obstructio- nisten Zeker niet de liberalen. Maar bovendien, bij de samenstelling der tegenwoordige eerste wet des Rijks in 1848 is de huidige redactie van het bewuste artikel door de voorstanders van het bijzonder onderwijs daarin geplaatst. Nu het hun niet langer voldoet, eischen zij op eenmaal overboordwerping daarvan en duiden het hunnen politieken tegenstanders zeer euvel, wanneer zij, nog steeds tevreden met het artikel, tot die daad niet willen medewerken. Ten slotte blijft het nog altijd de vraag, helaas eene onoplosbare, of werkelijk de groote meerderheid in het land zoo sterk tegen art. 194 is gekant. Wanneer men over ganseh Nederland hen, die geacht mogen worden op staat kundig terrein een gezond zelfstandig oordeel te kun nen uitspreken, eens naar hunne meening vroeg, wij betwijfelen zeer of men zooveel op den tegenwoordigen gang van zaken op onderwijsgebied zou hebben afte dingen. Geene verkiezing, geene collecte voor de scho len met den Bijbel geven daaromtrent veel licht. Aan de eersten nemen te veel onontwikkelden deel en er zijn te veel ontwikkelden van uitgeslotenaan de anderen wordt te veel gegeven (vooral door vrouwen) zonder dat men recht weet, waarvoor men geeft. Dat er eene overheersehende partij tegen art. 194 in den lande zou zijn is voor ons nog geen bewezen feit. Wanneer dr. Zaaijer zegt, dat ook de tegenwoordige redactie van art. 194 den liberalen niet behoeft te geven, wat zij verlangen, dan willen wij dit gaarne toegeven, maar wij vragen dan, wat mr. Levy ook vroeg in de vergadering der Liberale Uniewaarom dringt de tegenpartij dan zoo voortdurend op eene wijziging van dat artikel aan? Wanneer werkelijk de verbonden kerkelijken ook met de tegenwoordige redac tie van het artikel zooveel speelruimte bezitten, dan is het te minder verklaarbaar, waarom zij den strijd over dat artikel hebben aangebonden. Het derde argument van den afgevaardigde uit Leeuwarden komt ons nog het minst gelukkig voor van allen. Waar hij het eene oogenblik betoogt, dat om werkelijk liberaal te zijn, wij aan de eischen der tegenpartij moeten tegemoet komen en hij een volgend oogenblik eraan herinnert, dat men de onderwijszaak gerust aan den gewonen wetgever kan overlaten, want dat de Eerste Kamer toch een hecht bolwerk oplevert tot te groote sprongen der tegenpartij, daar komt ons zijne liberaliteit meer schijn dan werkelijkheid voor. Maar boven alles staat o. i. het feit, dat niet van liberale zijde de hand der verzoening moet worden toegestoken. Wij hebben geene bezwaren tegen art. 194, wij behoeven dus ook niet naar een anderen vorm te zoeken. De kerkelijke partijen hebben hunne wenschen te openbaren en naar eene wijziging te zoeken, die ook bij de liberalen ingang kan vinden, 't Is waar, zij hebben dit tot op zekere hoogte ge daan door hunne nota's, naar aanleiding der regee- ringsvoorstellen tot Grondwetsherziening ingezonden, doch daarin straalt zoo duidelijk de eisch «alles of niets" door, dat men dit moeielijk eene billijke eisch kan noemen. Op den inhoud van die nota's is geen compromis mogelijk en we vinden juist daarin een grond te meer voor ons vroeger beweren, dat de tegenpartij geene oplossing van den schoolstrijd wil, uit vrees van daarmede als politieke partij een spoe- digen dood te zullen sterven. Maar dan ook behoeft er onzerzijds niet naar eene andere redactie van art. 194 te worden gezocht en wij achten het juist daarom een verblijdend feit, dat de algemeene vergadering der Liberale Unie den wensch naar onveranderd behoud van dat artikel heeft uitgesproken. De neutrale school, terecht het palladium der liberale partij genoemd, is het eenige middel om de Kerk buiten het Staatsbestuur te houden en geen sektenhaat of godsdiensttwisten te doen ontstaan. Waar een toegeven aan de eischen der tegenpartij toe leiden zou blijkt genoegzaam uit hetgeen België thans op onderwijsgebied te aanschouwen geeft. Ons land daarvoor te behoeden is de plicht van ieder, die het wel meent met den Staat; maar dan moeten ook alle voorstanders van het neutraal onderwijs zich aaneensluiten. Wij hopen, dat het besluit der Liberale Unie daartoe eene krachtige opwekking moge zijn. GOES, 21 December 1885. De gewone inspectie op 2den Kerstdag der dd. schutter ij alhier zal dit jaar, naar men ons mede deelt, niet plaatshebben. Nisse. Met veel deelneming werd hier het bericht vernomen, dat de heer P. Hoogesteger, kapitein bij het O.-I. leger, den 16 dezer is overleden te Breda, waar hij tot herstel zijner gezondheid zijn tijdelijk verlof doorbracht. Zoon van geringe veldarbeiders alhier, is hij op i 6 jarigen leeftijd naar het Instructie-bataljon te Kampen vertrokken, en 5 jaren later als Sergeant bij de Infanterie naar O.-Indië. In Atjeh onderscheidde hij zich als le luitenant zoodanig, dat hij eene open lijke eervolle vermelding verwierf. Verleden jaar tot kapitein benoemd, heeft hij alzoo eene eervolle loopbaan achter den rug, maar zijn vroegtijdige dood op 38- jarigen leeftijd slaat op eens aan alle verdere ver wachting den bodem in. Krnininge. Ons Fanfaren-gezelschap zal a. s. Woens dag zijn eerste winterconcert geven. Behalve een zestal nummers voor muziek, heeft de rederijkersvereeniging, zooals gewoon, hare medewerking toegezegd voor de opvoering van twee blijspelen, n. 1. «Thuisgebleven" van Mendes da Costa, en «Twee verstrooide militairen" van Kotzebue. Een en ander belooft eenen genotvollen avond. Aan den gemeenteraad te Wolfertsdijk is een door enkele gegoede ingezetenen onderteekend verzoek ingediend om de verordening op den Hoofd. Omsl. zoodanig te wijzigen, dat de laagste klasse van ƒ200 tot 300 vervalt. Tot rijksveldwachter 3de klasse (jacht opziener) is aangesteld P. Goossen, onbezoldigd rijksveldwachter te Ovezand, (standplaats Sluiskil) en zijn verplaatst met 7 Januari a. s. de rijksveld- wachter 3de kl. J. W. Van Loon, van Sluis kil naar Veere; J. C. Adriaansen, van Veere naar Kruininge. De toestand van het Kamerlid, den heer mr. G. W. Straetmans, is sedert eenige dagen verbeterd. Tad.) Naar aan de Amst. Ct. van zeer bevoegde zijde wordt medegedeeldontvangen de klerken bij de R ij ks - telegraaf, die met goed gevolg examen voor telegrafist 3de kl. hebben gedaan, maar nog geen aanstelling kregen, in zooverre toelaag (zie ons vorig no.) dat zij na 1 Januari a. s. met telegrafisten ge lijk worden gesteld en, evenals dezen, premiën zullen ontvangen voor de berichten, welke zij aan den toestel behandelen. Bij kon. besluit is bepaald, dat met 1 Jan. a. s. van een binnenlandsch telegram, dat de lijnen van een of meer bijzondere ondernemingen en die van het Rijk doorloopt, de bijzondere onderneming of ondernemingen en het Rijk elk een gelijk deel zullen ontvangen. Tegenwoordig geldt de bepaling, dat de bijzondere onderneming van de seinkosten van een tele gram twee aandeelen en het Rijk één aandeel ontvangt, terwijl het zijn tusschenkomst kosteloos verleent indien het telegram de lijnen van meer dan één bijzondere onderneming doorloopt. D De besturen der spoorwegmaatschap- p ij e n hier te lande zijn door den Raad van Toezicht op de spoorwegdiensten uitgenoodigd, voor lo. Februari e. k. aan dien raad voorstellen te doen nopens het, ingevolge koninkl. besluit van 25 November 11., binnen een jaar na de uitvaardiging van dat besluit in te voeren gemeenschapsmiddel tusschen de reizigers en het trein personeel (noodsein), bij welke uitnoodiging eenvormig heid door den Raad is aanbevolen. Op den Rijnspoorweg zijn met zulk een seinmiddel reeds belangrijke en goed geslaagde proeven genomen. Het H.blad verneemt dat eene voordracht van den Minister van marine, inhoudende eene nieuwe regeling der arbeidsloonen van de mindere geëmployeerden en werklieden van 's rijks werven, door Z. M. den koning is goedgekeurd. Hierdoor wordt aan de mindere geëmployeerden de gelegenheid gegeven, om van eene vaste aanstelling voorzien te kunnen worden, waardoor zij aanspraak op pensioen bekomen Aan de universiteit te Amsterdam is mej. E. C. M. V a n der Ven uit Haarlem bevorderd tot candidaat in de wis- en natuurkunde. Als wij ons niet vergissen zegt de Huisvr. dan is dit de eerste keer, dat bij ons te lande eene dame in deze faculteit het candidaats-examen deed. Mej. Elise Soer te 's-Hage heeft, na reeds vroe ger de akten middelbaar onderwijs voor de Neder- landsche taal en aardrijkskunde te bebben verkregen, de vorige week met goed gevolg examen gedaan voor geschiedenis. Zij is de eenige dame, die de bevoegdheid heeft om in de drie genoemde vakken als leerares bij het middelbaar onderwijs op te treden. gebouwde eigendommen; maar 't is uitslui tend de vraagof zij verschillen van het gemiddeld bedrag der huurwaarde van de jaren 1877 tot 1881. En nu kan het zijn, dat hier en daar de huurwaarde over 1882 en later is verminderdmaar dat verschil kan niet van invloed zijn wanneer over het geheele Rijk de toestand van 1877 tot 1881 tot grondslag der schatting is gelegd. Immers blijft de verhouding van het geheel tot zijn deelen dezelfde. Als algemeen de schatting te hoog is gesteld, de aanslag in de grondbelasting zal er niet door stijgen want de herziening bedoelt een meer gelijkmatige verdeeling en de Wet neemt nu eerst het verbazend verschil weg, dat steeds bestond tusschen den percents- gewijzen aanslag in de verschillende provinciën. In de provinciën Noord- en Zuid-Holland, Zeeland en Utrecht zal de grondbelasting lager, in de andere provinciën hooger worden, terwijl over het algemeen door het hooger totaal-cijfer van het belastbaar in komen over het geheele Rijk hoogstwaarschijnlijk- de nieuwe percentsgewijze heffing wel de helft minder zal zijn dan het gemiddeld percentsgewijs bedrag, 'twelk tot nu toe (ook voor 1886 nog) geheven wordt. Elk jaar vertraging van het invoeren van de nieuwe, schatting is voor de landeigenaars van Holland vooral nadeelig. Men blijve dus kalm, ook door de overtuiging, dat de schatting algemeen met zaakkennis en con sciëntieus is verricht. Dagbl Omtrent de vergadering van 4 Jan. 1886, waarin de afsluiting en het droogleggen der Zuiderzee aan de orde is gesteld, deelt de Zw. Ct. mede, dat de hh. Buma en Van Diggelen, ter bevordering van een geregelde bespreking en geleidelijke behandeling der zaak, vooraf eenige voorstellen hebben ontworpen, welke door hen aan de belanghebbenden zijn medegedeeld. Die voorstellen komen op het volgende neer De vergadering besluite: 1. dat er een vereeniging worde opgericht, die ten doel heefthet doen instellen van een volledig en grondig (technisch en financieel) onderzoek naar de wijze waarop en de middelen waardoor een afsluiting (mede ter voorbereiding eener latere geleidelijke droog legging) van de geheele Zuiderzee, de Wadden en de Lauwerzee wenschelijk en uitvoerbaar is 2. dat de kosten van dit onderzoek zullen worden gedragen door die vereeniging. De kosten, aan 't opmaken van een deugdelijk avant- projet verbonden, worden geraamd op ƒ30.000. De Capitole zegt, dat de Paus lijdt aan asthma, waarbij eene lichte bronchitis en een begin van inge wandsontsteking zijn gekomen. De Moniteur echter spreekt het bericht omtrent de ziekte van den Paus tegen, en verzekert dat 's Pausen gezondheid uitstekend is. Uit Amsterdam schrijft men ons 20 dezer: Nadat, eenige weken geleden, de politie tabula rasa heeft gemaakt in het café Zincken op den Westerdok- dijk alhier bij eene openbare bijeenkomst der Amster- damsche afdeeling van den Sociaal-democratenbond in Nederland, heeft men hier weinig of niets van het be staan dier afdeeling bemerkt, behalve eenige processen- verbaal contra sommigen barer leden. Gisteren evenwel werd onverwacht een strooibiljet verspreid, waarbij werd medegedeeld, dat hedenmiddag te half éen eene openbare, tegen 5 cent toegankelijke, vergadering van genoemde afdeeling zou worden gehouden in het namens de afdeeling gehuurde bekende lokaal «Het Volkspark" buiten de vroegere Raambarrière. Te bekwamer tijd daarheen tijgende mijne beenwond, te danken aan 't café Zincken, is gelukkig genezen! ontwaarde ik reeds in de verte eene onnoemelijk aantal door de zon prachtig beschenen helmen. Zij versierden natuurlijk de hoofden van even zoovele vertegenwoordigers der openbare macht. Het terrein vóór het gebouw was door politie afgezet en op de omliggende wei- en bouw landen was zij evenzeer vertegenwoordigd: op een af stand gezien gaven die vertegenwoordigers den indruk van jagers in officiëel jachtcostuum, loerende op wild in het jachtveld, gestoffeerd door meeuwen. Den toe gang tot het gebouw verkrijgt men langs een tot het perceel beboorende brug: deze was aan weerszijden bezet door politie, schouder aan schouder, zoodat de bezoekers als door «de kordons" gingen. Wie bevre digend antwoord gaf op de vraag of hij geen vuur wapenen bij zich had mocht passeeren, een kaartje koopen en doorgaan naar de zaal. De laan, tot deze laatste leidende, was mede met politie gevuld. Eindelijk binnen gekomen, zag men, niet zonder eenige verba zing, de beste plaatsen, zijnde twee a drie rijen stoelen vooraanmede bezet door politie-agenten. In éen woord: 't had ontzaglijk veel weg van een congres van politie-dienarm, groot en khin, met en zonder uniform. Het terrein in quaestie behoort tot de 5e politie- sectie, maar toevallig nam de commissaris der 2e sectie dhr. Stork, onder wiens leiding het Café Zincken werd ontruimd, heden den dienst der 5e sectie waar. Geen wonder dat ook bij weder op de eerste stoelen- Bij koninklijk besluit van 10 dezer is den heer H. C. S a u e r als oud-brievengaarder te Wemeldinge een wachtgeld van 100 'sjaars toegekend. Men treft hier en daar landeigenaars aan, die bezwaren opperen tegen de uitkomsten der tweede herziening van het belastbaar inkomen der on-

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1885 | | pagina 1