I
- *-
tot f 5,50 boete, subs. 1 dag gevangenisstraf;
J. R., P. De D., J. V. E. allen te Goes, wegens het
als onderhoorige bij de brandweer te Goes, niet in
alles wat den dienst betreft gehoorzamen aan zijne
meerderen, ieder tot ƒ2 boete subs. 1 dag gev.straf;
B. d. E. v. d. B. te Krabbendijke, wegens het
plaatsen van voorwerpen op den zeedijk tot 10 boete,
subs. 1 dag gev.strafC. E. te Philippine, wegens
het jagen zonder acte tot 20 boete subs. 4 dagen
gev.straf; A. L. te Goes, wegens het in dronken
schap verstoren van de orde tot 3 boete subs. 2
dagen gev.straf.
Allen tevens in de kosten.
Vrijgesproken werdJ. E. te Goes, beklaagd van
het vervoeren van meerleneieren.
Nog zijn bij verstek veroordeeld A. B. en W. H.
te Kamperland, wegens openbare dronkenschap ieder
tot 50 cent boete c. e.
(Met zekerheid kunnen wij melden dat deze ver
oordeelden in verzet zullen komen.)
Bij vonnis van de arrondissements-rechtbank in
Maastricht, in raadkamer gewezen, is tegen Cesar
Timmermans rechtsingang verleend ter zake van moo rd
•n manslag.
Buitenlandsch Overzicht.
De president der Fransclie republiek heeft beslist,
dat het Panthéon te Parijs aan den kerkelijken dienst
zou worden onttrokken. De heer De Mun heeft daarop
in de Kamer eene motie van afkeuring daaromtrent
voorgesteld, die echter verworpen is. Eene motie
Madier De Montjeau tot goedkeuring van den maat
regel werd daarop met 338 tegen 90 stemmen aan
genomen.
In de Belgische Kamer van Vertegenwoordigers
deed de voorzitter, de heer Lantsheere, mededeeling
van het overlijden van den afgevaardigde van Door
nik, Charles Rogier, oud-Minister en oud-lid van het
Voorloopig Bewind van '30.
Van verschillende zijden werd den overledene in de
Kamer hulde gebracht, waarna de zitting voor dien
dag ten teeken van rouw werd opgeheven.
Gisteren heeft de Kamer eene wetsvoordracht aan
genomen, bepalende dat de begrafenis van Charles
Rogier zal plaats hebben op kosten van den Staat,
Ook heeft zij besloten en corps die begrafenis bij te
wonen.
Charles Rogier was in 1800 te St.-Qaentin in
Frankrijk geboren. Na het uitbreken der Belgische
revolutie toog hij aan het hoofd van de gewapende
vrijwilligers naar Brussel, waar hij in September be
hoorde tot het driemanschap, dat de Provisioneele
Regeering uitmaakte. Hij was herhaaldelijk Minister
en heeft als zoodanig aan België onschatbare diensten
bewezen. In 1863 was hij het, die met Nederland
over de afschaffing van den Schelde-tol onderhandelde.
Gemengde Berichten.
's-Hcer Arendskerke. Uit de vele sollicitanten is tot
onbezoldigd Rijks-veldwachter en opziener der jacht
alhier benoemd Anthonie van de Plasse N.z. in plaats
van Pieter Butein, die onlangs tot Rijks-veldwachter
is benoemd.
Bath. Het tractement van den postbode P. Dansen
alhier is met ingang van 1 April met 50 'sjaars
verhoogd.
Bij de lichting voor de militie, die onlangs heeft
plaatsgehad, heeft «het socialistisch tractaatgenoot-
schap" weder een strooibiljet verspreid, waarin de
lotelingen tegen andere medeburgers worden opgehitst.
Uit Groningen wordt gemeld, dat op elke krib in de
kazerne aldaar zulk strooibiljet door eene onbekende
hand is nedergelegd. (Hbl.)
Te Woerden is des nachts bij een goud- en
zilversmid de afsluiting voor het raam der uitstalkast
verbroken, de ruit er uitgelicht en voor een vrij aan
zienlijk bedrag aan juweelen, horloges enz. ontvreemd.
Terwijl Maandag eenige jonge lieden uit Rotter
dam zich in een tuin aan den Bergweg met schom
melen vermaakten, geraakte één hunner, doordien de
schommel scheef ging, met zijn hoofd tegen een paal.
Schijnbaar gezond, hoewel over hoofdpijn klagende,
begaf hij zich naar huis. Daar gekomen begaf hij zich
te bed. Den volgenden ochtend, toen men hem wilde
wekken, vond men hem dood.
Door den heer C. Van den Heuvel, machinist op
het stoomgemaal aan den straatweg van Brielle op
Hellevoetsluis, is een toestel uitgevonden, dat even ge
makkelijk als een rijtuig te besturen is en waarmede
men eene stoommachine of andere voorwerpen, van
10 tot 20,000 kilo zwaarte, zeer gemakkelijk over
de wegen of landerijen, al zijn deze nog zoo ongelijk
of van greppels voorzien, kan vervoeren, zonder diepe
sporen achter te laten. De uitvinder heeft den minister
van waterstaat enz. met zijne ontdekking in kennis
gesteld.
Eene nieuwe politieverordening te Amsterdam
bepaalt, dat, zoomin bij dag als bij nacht, de fluiten
van stoombooten zich aldaar zullen mogen doen hooren.
Een navolgenswaardig voorbeeld voor Goes.
Eene arme vrouw, die zich Woensdag in de
Betuwe, vergezeld van een hond, door een weiland
begaf om den weg wat te bekorten, werd door eenige
grazende ossen, die op het zien van den hond woest
waren geworden, omsingeld, waarop de dieren haar
met de horens verscheiden stooten in het aangezicht,
de borst en den rug toebrachten, zoodat zij in deer-
niswaardigen toestand naar het ziekenhuis moest
worden vervoerd. Het is dus nogmaals gebleken, hoe
gevaarlijk het is, zich met honden in weilanden te
begeven, waarin rundvee loopt te grazen.
Te Walsoorden kwam Dinsdag de justitie uit
Middelburg om een onderzoek in te stellen naar een
op den Hoefkensdijk gepleegden kindermoord.
De daderes, eene ongehuwde vrouw, moet bekend
hebben het kind, waarvan zij den vorigen dag bevallen
was, onmiddellijk na de geboorte door verworging om
het leven te hebben gebracht. N11. Cl.)
De minister van binnenlandsche zaken in Spanje
heeft aan Dr. Ferran verboden zijne inenting tegen
de cholera voort te zetten, ofschoon van de duizenden
personen, die gedurende de laatste zeven weken ingeënt
zijn, slechts een tiental door de ziekte aangetast werden
en allen herstelden.
De minister heeft den hoogen gezondheidsraad doen
bijeenroepen, die met II stemmen tegen 9 stemmen
besloot, dat de proeven van Dr. Ferran zouden opge
schort worden tot na een medisch onderzoek. In de
minderheid waren de meeste voorname doctoren, de
meerderheid vormden de rijksambtenaren. Eerst was
beproefd, de behandeling als gebruik van geheimmid
delen strafbaar te stellen; dit kon echter niet geschieden,
daar Dr. Ferran zijne proeven in het openbaar doet.
Men noemt als reden der houding van de regeering
tegen Dr. Ferran, dat deze geweigerd had onjuiste
statistieken omtrent de epidemie te onderteekenen.
De reiziger van een huis in juweelen te Parijs
had in den trein te Toulon kennis gemaakt met twee
heeren. Hij had een valies bij zich, bevattende voor
100.000 frs. aan waarden, en de twee heeren, die
dat wisten, gingen daarmede op den loop.
In Göttingen is de met de centraalverhitting der
school verbonden badinrichting in volle werking. De
schoolkinderen nemen gedurende den schooltijd een
bad en wel zoo, dat zij na 'tbad minstens nog éen
uur in de school blijven. Wegens 't groot aantal kin
deren kan iedere klasse slechts eens in de 14 dagen
aan de beurt komen. De vooroordeelen der ouders ver
dwijnen hoe langer hoe meer.
Tijdens de Pinksterdagen heeft te Londen in de
tentoonstelling van de Royal Academy weer opnieuw
schennis van kunstwerken plaats gehad. Een der schil
derijen, die tot de vijftig bekrasten behoorde endoor
den schilder gerestaureerd was, is door nieuwe krassen
ontsierd, en nog eenige andere werken vertoonen de
zelfde sporen van wandalisme. Het geweld heeft men
nu ook uitgestrekt tot de beeldhouwwerken. Van een
beeldje in de beeldengalarij is een vinger van den
anderen arm geheel afgebroken en de stukken zijn
nergens te vinden. Als men weet, dat op de Pink
sterdagen des morgens half tien reeds over de 1000
menschen de kunstzalen vulden, dan verbaast men zich
dat dergelijke feiten herhaaldelijk ongemerkt kunnen
geschieden.
Uit New-York wordt gemeld, dat een zwem
meester, Odium, van de Brooklyn-brug aldaar te water
sprong, eene hoogte van 140 voet. Tot op 50 voet
boven het water bleef zijn lichaam rechtop; toen
echter neigde het achterwaarts, zoodat hij gedeeltelijk
op den rug te water kwam. Hij was terstond bewus
teloos, werd door zijnen vriend Boyton opgevischt,
herleefde nog even, doch stierf binnen een kwartier.
Al de ribben waren hem gebroken, en niet alleen
zijne kleeding, maar ook zijne huid en de weefselen
der borstkas waren gebarsten, zoodat het bloed hem
uit de longen stroomde. De val duurde 3 seconden.
Te Truchtersheim (Elzas) heeft men den 21
dezer, tijdens een hevig onweder, een zeer zeldzaam
natuurverschijnsel waargenomen. Zekere Strub zag
zijn wijnberg plotseling op een lengte van omtrent
dertig meters instorten.
Een geraas, als dat van het losbranden van een
stuk geschut, ging er mee gepaard. Op de plaats
van den verdwenen grond bevindt zich een holte,
die met kokend water is gevuld. De bodem van den
put was niet te vinden.
Dit natuurverschijnsel verontrust ten zeerste de
inwoners van Truchtersheim, die vreezen dat op den
een of anderen dag hun dorp op dezelfde manier zal
verdwijnen.
Eene bijdrage tot de thans meer dan ooit be
sproken voedingsquaestie mag geacht worden de proeve,
die men te Drammen, vanwege de Christiania Preserving
Company, genomen heeft om walvisschen geheel tot
menschelijk voedsel geschikt te maken. Die maat
schappij heeft voor eenigen tijd op Lüi viir eene fabriek
gebouwd, in welke het bewerken en in luchtdichte
vaten inleggen van walvischvleesch op groote schaal
geschiedt. De ladingen van dit nieuwe artikel komen
te Bergen (Noorwegen) aan.
Volgens opgaaf is het vleesch dezer diersoort, op
behoorlijke wijze toebereid, krachtig, smakelijk en
vrij van eenigen tranigen bijsmaak, zooals door een
aantal kooplieden, reporters van dagbladen enz., die
tot proeven genoodigd wartn, verklaard is geworden.
Een dosis «hermetisch walvisch-vleesch", waaraan tien
personen genoeg hebben, is voor 2% kroon, dus 3
maal goedkooper dan andere «hermetische" waren,
verkrijgbaar. Gelukt het alle vooroordeelen te overwinnen,
dan zal een nieuw krachtig voedingmiddel voor het
volk gevonden zijn.
Ingezonden Stukken.
Mijnheer de Redacteur 1
Volgaarne wenschte ik aan onderstaand gekrabbel
een plaatsje gegund in uw zoo veel gelezen blad.
Bijna geen enkele zitting van het Kantongerecht
heeft er meer plaats, of men leest in het verslag daar
van in de Couranten een of meer veroordeelingen,
wegens het stellen of herstellen van wildstrikken.
Waaraan toch is het toeteschrijven, dat deze veroor
deelingen zoo schrikbarend toenemen? Vroeger, n. 1.
voor een tiental jaren, hoorde men zeer zeldzaam dat
een strooper op heeterdaad werd betrapt, en wanneer
men een persoon als strooper wil calangeeren, dan
dient men dit toch te doen, terwijl bedoeld individu
bezig is met strikken zetten, herstellen, optrekken of
wild daaruit te doen. Indien ik mij niet vergis, dan
luidt ook de Jachtwet in dien zinHoe komt het
dan, dat er tegenwoordig tallooze personen worden
veroordeeld, zonder in het minst aan wild bemachtigen
te denken, veel minder om zelf strikken te zetten?
Deze vraag te beantwoorden M. d. R. en een klein
staaltje ter waarschuwing voor het meest in 'tveld
werkende publiek, was het hoofddoel van mijn gekrabbel.
Door welk soort van lui worden de tallooze besehul
digingen gemaakt van jachtovertredingen Niet door
accurate bezoldigde Gemeente- of Rijks-politiemannen,
neen! door andere mannen, ware helden der jacht,
wanneer men soms hoort, wat die lui doen om
iemand te «pakken." Dag en nacht zitten, liggen, I
kruipen, locpen, of springen soms die kerels de velden
op en af, uit of in, om, indien iemand het waagt,
in de nabijheid van een wildstrik te komen, hem toe
te roepen«onthoud je dag" 1Inderdaad een schrik
wekkend woord, als men weet dat daarop volgt: 3,
5, of wel, 7 dagen «de doos in." Wanneer het echter
zijn mocht, zou men het eene schandelijke onrecht
vaardigheid kunnen noemen, wanneer men (zooals tegen
woordig bijna week aan week plaats heeft) als strooper
wordt «gepakt" en later veroordeeld wordt, zonder
dat men aan stroopen doet of denkt.
Die zoogenaamde helden dan, die met zulken bran
denden ijver hunne hazenplichten weten te vervullen,
dragen den naam van onbezoldigd rijksveldwachter,
jachtopziener of, in 't land, meest den glorievollen
titel van koningsjager. Waarlijk, wanneer de jagers
van Z. M. zoo ijverig waren, dan kon Nederland ge
rust zijn.
Dat niet altijd die buitengewone ijveralsook
moeiten en ontberingen noodig zijn voor bovengemelde
heeren om iemand in «de kast" te krijgen, kan uit
het volgende blijken. Eenige dagen geleden was mijn
vader met mijn jongeren broeder bezig met houtzagen.
Mijn broér maakte ons opmerkzaam, dat hij nog even
naar 't veld moest om wat groen eten voor veevoeder
te halen. Teruggekomen zijnde en het werk hervat
'hebbende, zelfs geëindigd, komt in eens recht uit de
kroeg de jachtopziener Vermast ons erf op en zegt
tegen mijn broér: »G' het daor en beetje groen wisten
trekken, onthouw ao dag!" wat ons natuurlijk deed
ontstellen, daar geen van ons evenmin aan een wild
strik dacht als aan een galgenstrik. Maar jawelde
held der jacht komt eenige oogenblikken later, na
alle stukken grond van ons te hebben afgeloopen,
met twee wildstrikken op den arm ons voorbij. Mijn
broér vroeg hem toen«ben ik er daarvoor an en
hij antwoordde«ge moe maor onkennen, daor kunde
goe mee zijn", en ging toen weer (evenals voor hij
ons erf opkwam) de kroeg binnen. Misschien dacht
hijde premie is binnen, nu kan ik ook wel weer
naar binnen. Dat het lezend publiek deze kleine aan
haling zal aannemen als eene waarschuwing, om toch
vooral toe te zien niet in de nabijheid te komen van
wildstrikken of jachtopzieners, zal mij steeds ge
noegen doen.
U, M. de R. dankend voor de verleende plaatsruimte,
met achting
Ueds. dw. dr.
P. BOUDENS Az.
Kwadendamme, Mei 1885.
t;
Mijnheer de Redacteur
JACHTRECHT OF JACHTEIGENDOM.
't Is naar aanleiding van een bericht van de «Maat
schappij tot bevordering van Landbouw en Veeteelt in
Zeeland", voorkomende in uw nummer van 21 Mei jl.,
dat ik UEd. beleefd een plaatsje voor het volgende
verzoek. Bovengenoemde Maatschappij dringt bij het
hoofdbestuur van het Nederlandsch Landbouw-Comité
aan om «pogingen aantewenden tot het erlangen van
zoodanige wijzigingen in de Wet van 15 Juni 1857,
Staatsblad no. 87, waardoor ieder, die eigenaar eener
jacht is, het recht zou verkrijgen om daarin op eigen
grond zonder jachtakte te mogen jagen, en te mogen
laten jagen, ten tijde wanneer hij wil."
Met alle achting voor bovengenoemde Maatschappij
tot bevordering van Landbouw en Veeteelt in Zeeland,
doet het mij groot genoegen dat zij «herhaalde malen
te vergeefs adressen bij den betrokken Minister en bij
de Tweede Kamer der Staten-Generaal heeft ingediend",
om te verkrijgen hetgeen zij andermaal verlangt, met
en door tusschenkomst van het Nederlandsch Land
bouw-Comité. Ik spreek eerlijk mijne overtuiging
uit, wanneer ik hoop dat het steeds vergeefsche moeite
zal zijn, om te trachten de verplichte jachtakte voor
grondeigenaars afteschaffen, en ik maak mij sterk hier
mede de tolk te zijn van duizenden goedgezinde Zuid-
Bevelanders.
Onder verbetering wil ik mijne bescheiden meening
meedeelen die, mij dunkt, meer tot bescherming van
den landbouw zou zijn. Ze is dezelaat de Maat
schappij tot bevordering van Landbouw en Veeteelt
in Zeeland zooveel geld bij elkander zien te krijgen,
dat de rechthebbende op de jacht schadeloos worde
gesteld wegens het aankoopen van het jachtrecht op
een anders grond. Daardoor zou eiken grondeigenaar
de gelegenheid worden gegeven zelf te jagen, of te
laten jagen wie hij wilde, en het tweede gevolg zou
zijn, dat de landbouw in die mate beschermd werd,
dat de landen niet langer kweekplaatsen waren van
hazen die leven ten koste van den landbouwer.
De bovengenoemde Maatschappij spreekt van: «die
eigenaar eener jacht is het recht zou verkrijgen om
daarin op eigen grond zonder jachtakte te mogen
jagen" enz. Verbeeld u, mijnheer de Redacteur, dat
dit opging. Gij zult mij dadelijk toestemmen dat
het er dan voor een niet-eigenaar van gronden al zeer
ongelukkig uit zou zien. Die geen grondeigenaar is,
zou dus de kosten moeten dragen van een jachtakte,
om te kunnen jagen?
Maar neen, die zou een akte moeten betalen, om
niets mede te kunnen doen, want, wat heeft men aan
een akte, als men geen vergunning van den grond
eigenaar kan verkrijgen?
't Ziet er nu, nu gelukkig ieder die jagen wil een
akte moet hebben, in Z.-Beveland toch al treurig ge
noeg uit met de vergunning om te jagen, maar dan,
dan was het nog al erger. De ambachtsheer, die nu
buiten zijn eigen grond jaagt, is volstrekt niet ver
zekerd dat hij dit met een volgend seizoen weder zal
doen, waar hij nu lustig de hazen in het zand doet
bijten. Als de grondeigenaar lust heeft om zelf te
jagen, of een ander dit te laten doen, dan koopt hij
eenvoudig zijn grond af, waarin de ambachtsheer of
jachtrecht-hebbende ten allen tijde moet berusten, en
nog niet eens de macht bezit, om den prijs te bepalen,
waarvoor hij het jachtrecht wil afstaan. Die prijs
wordt per hectare door eene commissie, die de Recht
bank benoemt, bepaald, en daarin moeten jachtrecht
hebbende en grondeigenaar berusten, zonder recht op
hooger beroep. Vrij algemeen meent de goede ronde
Zuid-Bevelandsche boer, dat de ambachtsheer of de
jachtrechthebbende, die op zijnen grond jaagt, de jacht-
eigenaar is. Dit is echter eene dwaling. De jachl-
eigenaar is de grondeigenaar zelf, en de jager, die op
dien grond jaagt, is slechts rechthebbende van het
jachtveld, gelegen in, of liever op het eigendom van
den grondeigenaar. Als de ambachtsheer of de recht
hebbende der jacht, die op een anders grond jaagt,
eigenaar dier jacht was, dan zou niemand hem kunnen
verplichten dat eigendom te verkoopen voor een prijs,
door derden te bepalen. Wie kan mij dwingen (uit
gezonderd bij schuld of dergelijke) mijn eigendom te
verkoopen voor een prijs, dien ik zelf niet mag be
palen Ja, er is eene onteigeningswet, maar die treedt
slechts in werking, waar het groote algemeene belan
gen geldt, b. v. bij den aanleg van spoorbanen, dijken
of rivieren. De ambachtsheer of jachtrechthebbende
jaagt zóólang op een anders grond, als de grond
eigenaar het goedvindt, en wil hij dit niet langer
zien, dan verplicht hij den jager afkoop aantenemen.
Ik durf te beweren dat er niet zoovele willekeurige
handelingen op een anders grond zouden voorvallen,
als de grondeigenaars beter op de hoogte waren van
de zwakke rechten der jachtrechthebbenden, die dik
wijls met ruwen voet het kostbaar graan of zaad
vertrappen. En niet alleen dit, maar ook ten opzichte
van het wild ziet het er op Z.-Beveland voor den
landbouwer treurig uit. Op onrustbarende wijze toch
vermenigvuldigt het wild. De jachtrechthebbenden
gebruiken de landerijen tot kweekplaatsen voor de
hazen, die zich moeten voeden met de vruchten van
den landbouwer, dikwijls van den pachtboer, die toch
al op veel te hooge lasten zit. En nu zou men nog
willen dat de jachtrechthebbende mag jagen zonder
akte. 't Is alsof onze ledige schatkist overvloeit van
Zeeuwsche rijksdaalders.
't Gaat hier op 't gebied van jagen al zeer wonderlijk
toe. Volgens Art. 26 der Wet op Jacht en Visscherij
kan elke Commissaris des Konings in iedere Provincie
op aanvrage van grondeigenaars eene kostelooze mach
tiging verleenen tot het schieten van schadelijk ge
dierte. Als hier in Z.-Beveland dit voor u woi dt aan
gevraagd door de grondeigenaars, wordt dit gewezen
van de hand, of men moet eene vergunning hebben
van den jachtrechthebbende de aanvraag en vergunning
van den jachteigenaar staat dus beneden die van den
jachtrechthebbende.
't Wordt, dunkt mij, meer dan tijd, dat bij de
drukkende tijden voor den landbouwer, de Z.-Beve-
landsche boer verlost wordt van het wild, dat hem
ook al ruineert. De eenige weg daartoe is dat aan
ieder betrokken persoon bekend worde, hoe zwak de
rechten van jachtrechthebbenden zijn tegenover die
van de jaebteigenaars, welke altijd zijn en blijven de
grondeigenaars. Spoedig zal den Z.-Bevelandschen boe
ren de gelegenheid worden gegeven, gezamenlijk opte-
treden, om aan vele willekeurige handelingen, van
vele jachtrechthebbenden paal en perk te stellen.
En wordt U, Zuid-Bevelandsche boer, die gelegen
heid aangeboden, dan roep ik U toe, kom getrouw
op, geef gehoor aan eene uitnoodiging, die U zal
geworden en denk aan het oude Hollandsche gulden
spreekwoord: «Eendracht maakt Macht".
U dankzeggende, mijnheer de Redacteur, voor de
verleende plaatsruimte, met alle achting
UE. dv. dienaar,
C. N. VERMEULEN.
Heinkenszand.
Weerkundige Waarnemingen.
GOES, Vrijdag 29 Mei 1885.
VerwachtingZuid-Westelijke wind, goed weêr.
318e Staatsloterij, 5e kl.
Prijzen van 100 en daarboven.
Trekking van Donderdag 28 Mei. 3e lijst.
No. 5601 f1000.
No. 13769 f400.
Nos. 982, 1256. 3802 en 10126 elk 200.
Nos. 1955, 2445, 3370, 3686, 7395, 7628, 7921,
10014, 11874, 11985, 12413, 13947, 17421 en
20064 elk f100.
Trekking van Vrijdag 29 Mei. 4e lijst.
No. 11300 f 1000.
Nos. 3995 en 4596 elk f 400.
Nos. 1752, 1772, 1920 en 13196 elk f 200.
Nos. 5236. 5503, 5791, 6053, 6468 en 18796
elk f 100.
Laatste en teiegraphische berichten,
Ierseke. OESTERBEURS. Afsteeksel eerste soort
aangeboden voor 6.25, zonder handel. Pannen aan
geboden, eveneens onverkocht.
De Nederl. Bank heeft de rente van disconto
een half percent verlaagd en dus gebracht op 3 pet.
's-Gravenliage. TWEEDE KAMER. Heden zijn aan
genomen het ontwerp tot opruiming en beheer van
vaartuigen en andere voorwerpen, in openbare wateren
gestrand of gezonken, de onteigeningsontwerpen voor
den tramweg SneekJoure, voor den aanleg eener
straat te Nijmegen en tot bekrachtiging van den ver
koop van het rechtsgebouw te Tiel.
Op de aanbevelingslijst voor raadsheer in den Hoo
gen Raad zijn gesteld lo. de oud-Minister mr. Mod
derman, 2o. het kamerlid mr. Van Blom, 3o. mr.
Karsten, raadsheer te Arnhem, 4o. mr. Van Hettinga
Tromp, advocaat te Leeuwarden, 5o. mr. Van Emden,
oud-president van Suriname.
Dhr. Cremer heeft eene motie voorgesteld om met
hét oog op de wenschelijkheid eener spoedige behan
deling der grondwetsherziening het voorstel Lohman
vooralsnog niet in de afdeelingen te onderzoeken.
Maandag de discussie over die motie.
Arrondissements-rechtbank te Middelburg.
Heden zijn veroordeeld: E. P., 13 j., te Kolijns-
plaat, wegens diefstal tot 3 dagen cel. P. B., 34
j., en D. W., 30 j., beiden te Ierseke, wegens on
derlinge mishandeling ieder tot f25 boete. D. De J.,
22 j., te Wemeldinge, wegens mishandeling tot 8 da
gen cel. S. W., huisvr. van P. L., 44 j., te We
meldinge, wegens het zonder vergunning verkoopen
van sterkedrank in het klein tot 110 boete.
ll